Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De dienst der gebeden in de samenkomst van de gemeente

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De dienst der gebeden in de samenkomst van de gemeente

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Al enige tijd wacht een briefschrijver op antwoord, die vragen had rond de betekenis van de voorbede in de zondagse samenkomsten van de gemeente. In die samenkomsten neemt de voorbede een vaste en belangrijke plaats in. Vreugden en zorgen in de persoonlijke sfeer, ontsteltenis over schokkende gebeurtenissen, verontrusting over zorgelijke ontwikkelingen in de wereld en dankbaarheid voor tekenen van hoop en uitzicht, het wordt vandaag - waarschijnlijk méér dan vroeger - allemaal in het gezamenlijke gebed van de gemeente betrokken.
De grotere betekenis die dit onderdeel van de liturgie in de eredienst in de laatste decennia heeft gekregen, zal vooral op twee dingen teruggaan. Dank zij de moderne communicatie-middelen heeft de kerk en hebben haar leden de hele wereld, met alles wat daarop beweegt en leeft, binnen de horizon gekregen en er wordt, sterker dan vroeger mogelijk was, drang gevoeld om bij in het oog lopende gebeurtenissen en opmerkelijke ontwikkelingen door middel van het gebed blijk van betrokkenheid te geven. Bovendien - en dat is het tweede - mag worden gezegd dat op veel plaatsen binnen de kerkelijke gemeenschappen in de voorbije jaren een sterkere bewustwording op gang is gekomen met betrekking tot het gegeven dat onderlinge verbondenheid in het geloof, als het goed is, binnen de gemeente ook sterke betrokkenheid op elkaars lief en leed impliceert

Concentratiepunt
Wanneer het leven van de gemeente echt functioneert volgens de aanwijzingen die de Heilige Schrift daaromtrent bevat, zal in elk geval als kenmerk ook de christelijke aandacht voor elkaars vreugden en zorgen aanwijsbaar zijn. Voor de gemeente als geheel vindt die aandacht een concentratiepunt in de zondagse voorbede. Dat is een goede zaak. Wanneer de apostel Paulus in zijn brief aan de Filippenzen schrijft dat bij alles onze wensen door gebed en smeking met dankzegging bij God bekend mogen worden, dan ligt daarin voor de gemeente èn de roeping èn de vrijheid om met alles wat haar bezighoudt in de zondagse voorbede tot God te gaan. Maar dat „met alles" kent wel deze beperking, dat aan die voorbede van de gemeente zorgvuldige voorbereiding en afweging van urgentie vooraf behoren te gaan. Op enkele aspecten daarvan wil dit artikel nader ingaan.

Lange lijst met verlangens
Afhankelijk van wat zich in de gemeente en in de wereld voordeed of bezig is zich te ontwikkelen, kunnen er zondagen zijn waarop predikanten en hun kerkeraad voor de opdracht staan in de voorbede een lange lijst van verlangens en behoeften aan God voor te leggen. Ernstige ziektegevallen, ingetreden beterschap na een operatieve ingreep, verdriet over het verlies van een geliefde, dankbaarheid voor een langdurige echtverbintenis, nieuwe geboorten in de gemeente, een ramp van grote omvang, oplopende politieke temperatuur op vitale plaatsen in de wereld, berichten over vervolging en de nood van de wereld in het algemeen, zijn de steeds weer terugkerende elementen in de voorbede van de gemeente. De laatste jaren is ook sterker in zwang geraakt om óók voorbede te doen voor de activiteiten van allerlei christelijke instellingen, die zich op welke manier en voor welk speciaal doel dan ook, voor de komst van Gods Koninkrijk in deze wereld verdienstelijk (willen) maken. Niet zelden gebeurt het dat de biddende gemeente niet precies weet waarom het bij een bepaalde instelling gaat en derhalve nauwelijks betrokkenheid kan voelen.
Behoort het tot de verantwoordelijkheid van een kerkeraad in de honorering van aanvragen tot voorbede en in het zelf bedenken van onderwerpen daarvoor, selectief te werk te gaan? Een moeilijke vraag. Uiteraard zal het nooit zo mogen zijn dat een uit innerlijke behoefte voortkomende wens om met vreugde en zorg in de voorbede van de gemeente te worden betrokken, niet wordt ingewilligd, maar het behoort wel tot de taak van de kerkeraad om de gemeente op te voeden tot een zeker besef van de noodzaak ook op dit punt „tijd en wijze" in acht te nemen.
Telt de gemeente enerzijds mensen die hun particuliere noden, behoeften, vreugden en verdrietelijkheden niet dan bij hoge uitzondering bekendheid naar buiten geven, anderzijds zijn er die in de voorbede van de gemeente een uitstekende gelegenheid zien om vooral menselijke aandacht op zich te vestigen en die er dan ook voor zorgen op geregelde tijden in beeld te komen. Elke predikant en elke kerkeraad weet van gevallen waarin om voorbede werd gevraagd voor iemand of iets, waarvan de urgentiegraad op zijn minst dubieus was en waaraan toch maar werd toegegeven op een manier, die nu niet direct grote intensiteit van de voorbede waarborgde. Ook in de wijze waarop, hetzij op verzoek hetzij op initiatief van de kerkeraad zelf, allerlei activiteiten en initiatieven op christelijk gebied in de voorbede worden betrokken, moet een zekere zorgvuldigheid in acht worden genomen. De lijst van onderwerpen waarvoor Gods aandacht in het gebed van de gemeente wordt gevraagd mag niet te groot zijn. Niet omdat wij eraan zouden mogen of moeten twijfelen dat ook maar iets van wat op deze aarde en in ons kleine leventje omgaat, voor God onbelangrijk zou zijn of buiten de hemelse registratie zou vallen, maar een te veel aan dingen kan afbreuk doen aan de gerichtheid en de intentie waarmee de gemeente bij monde van de voorganger bidt. Het gevaar van automatisme is hier groot.

Vervlakt?
Hoe gemakkelijk komt soms de lijst met onderwerpen voor de voorbede tot stand. En hoe onvolledig zijn soms de gegevens die in het gebed tot uitdrukking moeten worden gebracht. Vlak vóór het gebed van de dienstdoende ouderling in de kerkeraadskamer moet soms nog snel worden geïnventariseerd wie of wat ervoor in aanmerking komt. Niet zelden brengen laat binnenkomende ambtsdragers nog een laatste nieuws en een daaraan verbonden verzoek om voor voorbede mee. Daaraan is natuurlijk niet altijd te ontkomen. Maar de ervaring leert dat vooral gastpredikanten, die van gebeurtenissen en ontwikkelingen in de gemeente waarin zij voorgaan geen achtergronden kennen, daardoor soms in een zekere verlegenheid raken. Want gericht bidden voor mensen of zaken waarover onvoldoende duidelijkheid en waarmee geen affiniteit bestaat, is erg moeilijk.
Voorbede doen, de aandacht van de Here God vragen voor personen en situaties, kan toch alleen dan zinvol zijn wanneer de gemeente echte betrokkenheid voelt, wanneer zij de dingen waarom het gaat heeft kunnen inleven en in emotionele verbondenheid kan meebidden. Wordt dat niet teveel vergeten? Is de voorbede in de praktijk van het kerkelijke leven niet een beetje vervlakt tot de weliswaar eerbiedige maar tegelijk wat dorre en glansloze opsomming van actuele en acute zaken, die voor de gemeente veelal meer informatief dan aanleiding tot intensief meebidden zijn? Bidden eist voorbereiding; het vraagt vantevoren overdenking van de dingen die men bij de Here God wil voorbrengen. Dat geldt ook voor de dienst der gebeden in de zondagse samenkomsten van de gemeente. Het zou een goede zaak zijn wanneer, méér dan nu waarschijnlijk gebeurt, aan het gebed waarin smekingen, gebeden, voorbeden en dankzeggingen worden gedaan, inleidende woorden tot de gemeente vooraf zouden gaan. Echt meebidden van de gemeente in de woorden die de dienaar of voorganger uitspreekt, vraagt toespitsing van de aandacht en ordening van de gedachten vooraf.

Golflengte
Overigens waarborgt het vinden van een goede formule voor de voorbede in de samenkomsten van de gemeente nog niet dat het bidden ook werkelijk bidden is. In die voorbede is de dienaar in de regel de mond van de gemeente tot God. Door de ene voorganger gebeurt dat op kleur- en glansloze manier, in een monotone opsomming van namen en zaken waarover en waarvoor Gods hulp wordt ingeroepen of waarvoor dank wordt betuigd, zonder voelbare uitstraling van betrokkenheid en bewogenheid. Men kan ook een dienaar treffen die over het charisma beschikt om behoeften, noden en verlangens van de gemeente in trefzekere woorden en met geëmotioneerde aandrang, waarin de gemeente zich meegenomen voelt, aan de Here voor te houden. Noch het een noch het andere bepaalt de waarde of de onwaarde van het gebed. De waarde van al ons bidden, ook dat van de gemeente in haar samenkomsten, wordt bepaald door de vraag of de Heilige Geest in de woorden van de gemeente meebidt, of gebeden wordt in geest en in waarheid, de enige golflengte waarlangs naar uitwijzen van de bijbel het gebed tot zijn bestemming kan komen.
Over het gebed kan men alleen in termen van behoedzaamheid en teerheid spreken. Oordelen over het gebed, zoals dat in de gemeente vandaag plaatsvindt, is bijna onmogelijk, omdat onze menselijke maatstaven voor een zuivere beoordeling ontoereikend zijn. Dit sluit echter niet uit dat de kerk en haar ambtsdragers voortdurend erop bedacht moeten zijn dat de voorbede van de gemeente voor alle dingen die zij op het hart heeft, niet verwordt tot een lege en plichtmatige liturgische vorm.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 februari 1996

De Wekker | 16 Pagina's

De dienst der gebeden in de samenkomst van de gemeente

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 februari 1996

De Wekker | 16 Pagina's