Marginaal?

Wie levert de beste preek?
Dagblad Trouw organiseerde een wedstrijd in preken. Een paar honderd predikheren of -dames gaven gehoor. Vijf, die geacht worden een prijs te hebben verdiend, komen in juni in Naarden op de preekstoel. Dan kunnen ze hun kunsten werkelijk vertonen. Een preek moet men immers horen en zien. Hoewel het laatste theologisch er minder toedoet, wij leven immers niet bij het zichtbare en het geloof is uit het gehoor, lijdt het geen twijfel of een eindoordeel over een preek wordt ook gevormd door de manier waarop die gebracht wordt. We kennen preken van kanselredenaars eersteklas, die wanneer de entourage weg is gevallen, in feite bij het lezen droge verhalen lijken. Wat zat er dan eigenlijk in? Van die preken geldt zeker dat je ze had moeten horen. Blijkbaar komen er bij het verbale aspect evenveel, mogelijk nog meer non-verbale factoren, die men niet kan meetellen bij een wedstrijd. De stem die alle mogelijkheden biedt om af te gaan, de voordracht die zonder enige warmte kan plaats vinden.
Eigenlijk gaat het dus in juni aanstaande om een heel ander experiment. Een andere wedstrijd wordt het. Of daar dezelfde jury kan optreden? Maar dat is onze zorg niet. Er wordt nog gepreekt in Nederland, op z'n Nederlands, niet naar de Engelse mode, ook niet met de Franse slag, maar zoals we het hier eeuwen gedaan hebben. Wie kan het nog?

Nostalgie
Op de voorhand neem ik aan dat in de kring rond Trouw de meeste werkers niet meer naar de kerk gaan. Men merkt bij tijden dat de kennis van het kerkelijke leven niet helemaal bij is. Wat beweegt zo'n gezelschap, dat zich uitgesproken heeft om niet per se religieus te willen zijn op de manier van de oude traditie waaruit de krant is voortgekomen, om een preekwedstrijd uit te schrijven? Een culturele onderneming? Een homiletisch onderzoek? Een bijdrage aan de kennis van hetgeen verdwijnt?
Er zijn predikers, die beslist aan deze wedstrijd niet willen meedoen. Niet omdat hun de prediking niets waard is. Maar juist omdat ze er een hoge dunk van hebben. Het is niet moeilijk om zo een aantal teksten te noemen, die dwars staan op deze onderneming. „Het geloof is uit het gehoor". „Het behaagt God om door de dwaasheid der prediking zalig te maken die geloven". „Ik geef u de sleutels van het Koninkrijk. Wat u op aarde bindt zal in de hemel gebonden zijn en wat u op aarde ontbindt zal in de hemel ontbonden zijn". Dat is sleutelmacht, concrete zondenvergeving, wezenlijke opbouw van de gemeente.
Ik zwijg over de catechismus, die 't heeft over het feit dat vooral God de preken mee-beluistert, omdat Hij er naar zal oordelen, hier en nu en straks en daar. Een wedstrijd? Pas op! Maar als dat element er uit is, dan kan alles. En dan is een preekwedstrijd een spelletje dat de kinderen vroeger deden: wie is dominee? Wie zal collecteren? Wie moet in de bank zitten? Kinderspel voor grote mensen.

W. van 't S.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen