Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geen stemming maar het lot...

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geen stemming maar het lot...

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Voor mij ligt een brief van een ouderling uit een van onze kerken die van gevoelen is dat het in de gemeente waartoe hij behoort bij de verkiezingen van ambtsdragers niet gaat zoals het zou moeten gaan. Zijn eerste constatering is - hoewel niet direct deel van zijn probleem - dat in veel gevallen het genomineerd worden voor een ambt bij de betrokken broeders en hun gezinnen spanningen oproept, waarmee men lang niet altijd op goede en evenwichtige manier weet om te gaan.

Omdat de briefschrijver aan dit gegeven geen directe vraag verbindt, zal ik hem en degenen in zijn omgeving die het hiermee moeilijk hebben willen aanraden het destijds onder ons verschenen boek „Uit liefde tot Christus en zijn gemeente" na te slaan op het hoofdstuk „De ouderling persoonlijk". Daarin is op de vragen en spanningen bij broeders die ter verkiezing aan de gemeente worden voorgesteld, uitvoerig ingegaan. Wat daarin staat geldt mutatis mutandis ook voor broeders die voor het ambt van diaken worden gekandideerd.

Met menselijke factoren omgeven
Ernstiger is het tweede probleem dat de briefschrijver aan de orde stelt. Het is zijn ervaring dat, zodra kandidaatambtsdragers door de kerkenraad aan de gemeente worden voorgesteld, lobbies ten gunste van de ene en tot schade van de andere kandidaat op gang komen, waarbij laster en kwaadsprekerij niet uit de weg worden gegaan. Zijn vermoeden is dat dit verschijnsel zich overal zal voordoen. Ook in de eerste christelijke gemeenten, zo merkt hij op, was er al sprake van, wat af te leiden valt uit de waarschuwingen die Paulus en Petrus op dit punt lieten horen. De briefschrijver vraagt zich af of de gang van zaken rond de verkiezing van ambtsdragers eigenlijk wel verantwoord is als de praktijk bewijst met hoeveel menselijke factoren deze kerkelijke handeling omgeven is. Ongefundeerde voorkeuren, vriendschapsrelaties binnen groepen in de gemeente, antipathieke gevoelens bij enkelingen, kunnen het proces van een verkiezing dermate ongunstig beïnvloeden, dat uit een uitslag nog maar moeilijk de leiding en de wil van de Here God af te lezen valt, hoezeer daar ook om gebeden kan zijn. Om aan al dit menselijks te ontkomen, bepleit de briefschrijver de reguliere verkiezingsmethode te vervangen door het systeem van het werpen van het lot, onder aanroeping van de naam des Heren. Alle menselijke invloeden ten kwade worden er mee ontgaan en iedereen in de gemeente kan ervan uitgaan dat de Here God de broeder van zijn heilige en hemelse voorkeur heeft aangewezen. Vervangen we op deze manier een weliswaar oude en goede traditie van de kerk toch niet door een betere, is de vraag.

Wijsheid van boven is onpartijdig...
De inzet van de beantwoording van deze vraag kan in de door de briefschrijver concreet neergezette situatie niet anders zijn dan de constatering dat er met een gemeente, waarin de gang der dingen is zoals de briefschrijver aangeeft, iets goed mis is. Zij lijkt de eerste beginselen van de heiliging die het Evangelie aangeeft als voorwaarde voor een leven naar het beeld dat Christus van zijn gemeente verlangt, nog niet (goed) te hebben verstaan. Te wijzen valt op Jacobus 3:13-18, waar de apostel tot de gemeente zegt: „Wie is wijs onder u? Hij tone uit zijn goede wandel zijn werken met wijze zachtmoedigheid. Indien gij echter bittere naijver en zelfzucht in uw hart hebt, beroem u dan niet en liegt niet tegen de waarheid. Dat is niet de wijsheid, die van boven komt, maar zij is aards, ongeestelijk, duivels; want waar naijver en zelfzucht heerst, daar is wanorde en allerlei kwade praktijk. Maar de wijsheid van boven is vooreerst rein, vervolgens vreedzaam, vriendelijk, gezeggelijk, vol van ontferming en goede vruchten, onpartijdig en ongeveinsd. Maar gerechtigheid is een vrucht, die in vrede wordt gezaaid voor hen, die vrede stichten".
Toegespitst op de door de briefschrijver geschetste situatie betekent dit dat de gemeente als geheel en elk lid daarvan persoonlijk met voorstellen van de kerkenraad tot de verkiezing van ambtsdragers op behoedzame, evenwichtige en vooral ook fijngevoelige wijze zal omgaan. Op een wijze, waarbij in de afweging van de te maken keuze voorop zal staan de vraag of in degene(n) die aan de gemeente is (zijn) voorgesteld in meer of mindere mate de voorwaarden herkenbaar zijn die in de bijbel aan het bijzondere ambt in Christus' kerk zijn verbonden. Nu zullen door de kerkenraad voorgestelde kandidaten nooit aan alle voorwaarden voldoen, maar van de raad mag in elk geval wel worden verwacht dat aan de gemeente geen broeders zullen worden voorgesteld met zulke negatieve antecedenten dat na het bekend worden van de kandidaten roddelcircuits op gang komen die een eerlijke verkiezing onmogelijk maken. Nu is een kerkenraad niet alwetend. Het zou kunnen zijn dat bij de kandidering van een broeder men met een min of meer zwaarwegende negatieve omstandigheid niet op de hoogte was, die leden van de gemeente wel bekend is. In dat geval is voor een lid van de gemeente de eerst aangewezen weg contact met de kerkenraad op te nemen, aangenomen dat men zelf voldoende zekerheid heeft omtrent de aard van die omstandigheid en nadat men er met de betrokkene zelf in broederlijkheid en vriendschap over heeft gesproken. Wie kwaadsprekerij en negatieve beïnvloeding rond ambtsdragers-verkiezingen op gang brengt is met een duivels werk bezig en dient zichzelf te bezien op de vraag of hij of zij eigenlijk wel is die men zegt te zijn of waarvoor men (misschien) wordt gehouden.
In de tijd van verkiezingen in de gemeente zouden in de prediking best wel eens enkele pastoraal-psychologische aanwijzingen mogen worden gegeven. Als dat met klem van argument zou gebeuren, zouden problemen als waarom het hier gaat misschien van geringer omvang zijn in de gemeente van Christus. Van een gemeente mag zoveel geestelijke volwassenheid en christelijke fijngevoeligheid worden verwacht dat zij op mondige en verantwoorde manier ook met dit aspect van het gemeente zijn weet om te gaan. En dat dan in een goede verstandhouding tussen kerkenraad en gemeente.

Het lot laten beslissen
Verkiezingen waarbij niet de meerderheid van stemmen maar het lot de uitslag bepaalt, zijn onder zekere omstandigheden mogelijk. Als in een gemeente de reguliere methode van verkiezing uit een tweetal of door middel van enkelvoudige kandidaatstelling om redenen van klemmende aard niet goed tot zijn recht zou komen, is te overwegen op de daarvoor aangegeven manier het lot te laten beslissen. Op voorstel van de kerkenraad dient de hele gemeente daarmee dan wel in te stemmen. Zonder schaduwkanten is echter ook deze methode niet. De briefschrijver stelde dat bij het toepassen van deze methode God zelf spreekt, althans wanneer zij toepassing vindt onder aanroeping van de naam des Heren. Daarvan mag worden uitgegaan, maar het kan voor degene van een tweetal op wie het lot niet valt, terwijl hij diep in zijn hart misschien begeerte heeft om aan de gemeente in het bijzondere ambt dienstbaar te zijn, een heel moeilijk te verwerken vraag zijn waarom de ander en niet hij Gods voorkeur had. Hetzelfde kan natuurlijk gebeuren bij stemming uit een tweetal, maar dan ligt het menselijk gezien toch iets minder gevoelig. Wat van dit alles zij, de eerst aangewezen weg is hier de gemeente op te voeden tot die geestelijke volwassenheid die het mogelijk maakt in het midden van de gemeente ook met verkiezingen op bijbelse wijze om te gaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 december 1997

De Wekker | 20 Pagina's

Geen stemming maar het lot...

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 december 1997

De Wekker | 20 Pagina's