Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Is kiezen belangrijk en hoe zullen we kiezen?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Is kiezen belangrijk en hoe zullen we kiezen?

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De eerste vraag kan zonder meer bevestigend worden beantwoord. Kiezen is voor elke burger met rechten en plichten in een democratisch bestel als het onze belangrijk, zeker ook voor christenen, die voor hun relatie tot de overheid - en omgekeerd - zich plegen te oriënteren aan het Evangelie. Het gaat weliswaar om Kamerverkiezingen, maar daaruit komt uiteindelijk een Kabinet te voorschijn. Met de vraag of kiezen belangrijk is, hangt onmiddellijk een andere vraag samen, namelijk „Is er wat te kiezen en hoe moet men kiezen?"

Het is bijna 6 mei. Met achter ons vier jaar paarse coalitie, die bij alle succes dat men zich zelf toedichtte, struikelend, pleisterend, plakkend, afdekkend en afschermend, de eindstreep van de eerste ronde heeft gehaald. Wat zijn er een missers geweest op diverse terreinen, waarvan de volle werkelijkheid scherper zichtbaar zou zijn geworden als de onderlinge permissieve houding tot instandhouding van de coalitie kleiner was geweest.

Een ongelukkige samenloop van factoren
Kijken we nog even terug, naar de vorige kamerverkiezingen en naar de daar op volgende statenverkiezingen. Hoe ontstond de paarse coalitie; wat maakte voor dit wankele geheel de weg vrij? We hebben het nog goed voor de geest. Er was allereerst wat we zouden kunnen noemen de „metaalmoeheid" van het CDA in de laatste zittingsperiode van het kabinet Lubbers, gecombineerd met de onrust binnen de bloedgroepen van het CDA, de vreemde gedragslijn rond het fractievoorzitterschap, de ongelukkige opstelling van het CDA rond het ouderenbeleid en niet in de laatste plaats het grote verlangen van met name D66 om eindelijk eens onder de dominantie van de christen-democratie uit te komen. Een ongelukkige samenloop van factoren, die zijn uitwerking niet heeft gemist.
Het Nederlandse electoraat was in 1994 niet alleen onrustig, het bleek ook oppervlakkiger te worden. Dat had voor een deel met de wisseling van de generaties te maken. Maar ook kiezers van middelbare leeftijd waren bezig onrustig te worden. Partijen werden en worden ook nu niet meer beoordeeld op en gewaardeerd naar tradities en naar het geheel van programmatische en principiële uitgangspunten, maar steeds sterker op de vraag of een partij zich voldoende sterk maakt voor de belangen van groepen uit de bevolking en van bepaalde sectoren uit het bedrijfsleven. De kiezer denkt niet meer op lange maar op korte termijn. Als groepsbelangen ook maar even in het gedrang lijken te komen, verschiet de kiezer onmiddellijk van politieke kleur. Wat biedt het beleid mij nu, is bij heel veel mensen uitgangspunt geworden en dat dan vooral in materieel opzicht. Er is voortdurend geschreeuw op de pleinen, zoals de bijbel het uitdrukt. In een eindeloze rij hebben we ze in de voorbije jaren (jaren van sterke economische groei!) aan ons voorbij zien trekken, volksgenoten die met meer of minder gerechtvaardigde verlangens tegen het beleid van de overheid protesteerden. De kiezer straft de partij die een bepaald belang tegenstaat onmiddellijk af. De Partij van de Arbeid ervoer dit met het beleid dat Ritzen voerde. Hadden we Deetman nog maar, riepen de studenten. Destijds riepen ze anders. Weg met Van Aartsen, riepen de boeren, geef ons Brakx maar terug. Diens naam is ook wel eens anders over straat gegaan.

Het persoonlijk charisma van de politicus
De vorige verkiezingen bevestigden sterk de invloed van het persoonlijk charisma van de politicus op het kiezersgedrag. In zeker opzicht heeft ook dat met die oppervlakkigheid van de kiezer te maken. Beter dan welke andere politicus van dit moment, kent de VVD-voorman Bolkestein de effectiviteit van bepaalde methoden en tactieken bij het bespelen van de volksziel. Zijn rijzige gestalte, „priesterlijke" verschijning en bijna nooit haperend taalgebruik doen hem bij veel kiezers overtuigend over komen. De kiezer wordt er door ingepakt, zonder bij alle argumenten de zwaarte en de houdbaarheid ervan te wegen.

Op weg naar het jaar 2000
Op weg daarheen staan we, nationaal, in Europees verband en mondiaal voor grote problemen en voor de onontkoombaarheid van ingrijpende maatregelen. Dat vraagt in regering en volksvertegenwoordiging om politici van hoge integriteit, behept met inzicht, wijsheid, voorzichtigheid, van groot besef van verantwoordelijkheid ook, met een minimum aan ongezonde ambitiedrift en geldingsdrang. Onze tijd roept om overtuigend leiderschap, dat gezag uitstraalt. Want een van de meest verontrustende verschijnselen in onze samenleving is de gezagsdevaluatie, in allerlei verbanden, ook in de politiek.

Wat heeft de kiezer nog te kiezen?
Niet veel, aldus dr. Ruud Koole van de Leidse Universiteit in NRC-Handelsblad. Weinig, naar het oordeel van Wiegel, het vroegere boegbeeld van de VVD. De vier grote partijen, inclusief het CDA dus, zijn het over het economische beleid en andere materiële zaken nauwelijks oneens. De alternatieve begroting van het CDA bij de laatste algemene beschouwingen verschilde in totaal maar ½% van die van het Kabinet, dat door de drie coalitie-partijen hartstochtelijk werd omarmd. Niet zo moeilijk, want het zat in de voorbije periode economisch alleen maar mee. Was dat anders geweest dan zou het Kabinet, dat ten diepste weinig of geen innerlijke samenhang heeft, al lang gevallen zijn. Juist waar het om meer of minder immateriële zaken ging dreigde het Kabinet meerdere keren uit het roer te lopen. Te denken valt aan de IRT-affaire, de geschiedenis rond Srebrenica, de functionering van het openbaar ministerie die veel dieper gingen en nog gaan dan wij misschien vermoeden, het probleem van de asielzoekers en andere „uitglijders" die er zijn geweest. En is de paarse coalitie zo voortvarend en succesvol geweest in het scheppen van randvoorwaarden om fraude en geweld in de samenleving tegen te gaan? Bolkestein liet nog niet zo lang geleden weten dat hij het pessimisme van de Heidelbergse catechismus over de morele kwaliteit van de mens niet deelde en mevrouw Borst meende enkele dagen geleden te kunnen concluderen dat de morele crisis, die sommigen in onze samenleving menen te ontwaren, zich in elk geval tot een relatief klein aantal mensen in onze samenleving beperkt. Misschien is discutabel wat men onder de noemer van morele crisis wel of niet wil brengen, maar dat die crisis al veel dieper ingevreten is staat voor wie ogen en oren open heeft vast. Het is trouwens opmerkelijk dat even voor het schrijven van dit artikel op het nieuws was dat uit een onderzoek is komen vast te staan dat de meerderheid van het Nederlandse kiezerspubliek een minister voor gezinszaken als wenselijk ziet (oud-CDA-fractieleider Heerma krijgt alsnog zijn gelijk) en dat diezelfde meerderheid de bezwaren van de kerken tegen de 24-uurs-economie deelt.
Of zich dat ook in stemmen voor de christelijke partijen zal vertalen is af te wachten, maar het zou er wel eens een blijk van kunnen zijn dat in onze samenleving wordt beseft dat we op de manier van nu niet op het jaar 2000 af kunnen gaan.
Fraude, geweld, gezagscrisis, het probleem van de asielzoekers, de ontwikkelingen in onze multi-religieuze en multi-raciale samenleving, het milieuvraagstuk, de 24-uurs-economie, de levensbeëindiging in de laatste fase van ons aardse bestaan, de zorg voor ouderen en minst bedeelden, het zijn dingen die door de christelijke partijen tegen het licht van het Evangelie worden gehouden, met alle nuances die daaruit voortvloeiende conclusies soms kunnen vertonen. Elke kiezer mag die op waarde schatten en voor zich zelf vaststellen, in een combinatie van geloofsovertuiging en politieke werkelijkheidszin, waar de punt van het rode potlood het biljet moet raken of welke toets moet worden ingedrukt. Stemt in elk geval christelijk!
Misschien, heel misschien komt er binnen de politieke machtsverhoudingen van dat moment een uitslag die een coalitie tussen PvdA-CDA, aangevuld eventueel met Klein rechts mogelijk maakt. In de PvdA gloeit van het bijbels gedachtegoed in elk geval meer na dan in de twee andere paarse partijen. Ik hoop er op. En als ik Wim Kok diep in het hart kijk, denk ik dat het bij hem net zo is, zij het dan bij hem misschien om andere redenen.
Bij een eventuele teruggang in de economie (alle tijden hebben hun tegentijden) houdt een eventueel paars-II niet lang stand.
God zij met ons.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 mei 1998

De Wekker | 16 Pagina's

Is kiezen belangrijk en hoe zullen we kiezen?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 mei 1998

De Wekker | 16 Pagina's