Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Honger en dorst

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Honger en dorst

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Zalig zijn die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden" (Mattheüs 5:6).

In de zaligsprekingen houdt de Zaligmaker ons in Zijn profetisch ambt het genadeleven voor en zegt Hij waarin dat bestaat. Eén van de kenmerken van dat genadeleven is, dat er een ware honger en dorst naar de gerechtigheid komt. Dat is niet een honger en dorst naar de bevrediging van ons rechtvaardigheidsgevoel, naar recht en gerechtigheid.
Maar het gaat hier over een honger en dorst naar de ware gerechtigheid, die voor God geldt. Want die gerechtigheid missen we van nature. Door onze val in Adam is de oorspronkelijke gerechtigheid verloren gegaan en verworden tot ongerechtigheid. En het zou rechtvaardig zijn als de Heere ons daarin voor eeuwig zou laten omkomen.
Maar, o wonder, nu heeft het God behaagd die oorspronkelijke gerechtigheid te verwerven en te herstellen door Zijn Zoon, Die genoemd wordt: „De Heere, onze gerechtigheid"! Want „Hij is om onze overtredingen verwond en om onze ongerechtigheden is Hij verbrijzeld; de straf, die ons de vrede aanbrengt, was op Hem", zegt Jesaja. Daarom alleen is er een volk op aarde, dat leert hongeren en dorsten naar de gerechtigheid Gods in Christus. Want Christus heeft de gerechtigheid niet alleen verworven voor verloren zondaren, maar gaat haar ook persoonlijk toepassen in hun hart. Door Woord en Geest ontdekt Hij ze in de levendmaking aan hun ongerechtigheid.
Hij gaat ze het gemis van de ware gerechtigheid, die voor God geldt, tonen. Want ware honger en dorst toont het gemis aan voedsel en drank. Dat is pijnlijk en dreigt te sterven van gebrek! Ware honger en dorst maakt rauwe bonen zoet. Dat is niet kieskeurig als het gaat om het goede voedsel van Gods Woord. Dat gaat niet schiften. Maar dat eet alles op wat de Heere ze voorzet. Ook al is het nog zo ontdekkend en pijnlijk voor mijn vrome vlees. Ook al snijdt het mij af van mijn eigengerechtige werken der wet.
Ware honger en dorst schreeuwt gelijk een hert naar de waterstromen, en verlangt naar God omdat de liefde in het hart is uitgestort. Dat houdt dan ook met de Kananese vrouw als onwaardige bij God aan om genadebrood te ontvangen. Want de rust is ze voorgoed opgezegd en ze kunnen niet rusten voordat ze die van God ontvangen. Het smeekt dan ook met de tollenaar om genade: „O God, wees mij de zondaar genadig".
Van dat volk zegt de Heere: „Zalig zijn die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden". Zalig, nee dat durven ze niet van zichzelf te zeggen. Want zij kunnen zichzelf alleen maar veroordelen vanwege hun ongerechtigheid. En toch staat het er: zalig, die hongeren en dorsten naar de gerechtigheid.
Hoe is dat mogelijk? Omdat de Heere het zegt! En Zijn Naam luidt toch: Zaligmaker? Hij gaat hen verzadigen. Ja, zij wórden verzadigd. Want ze leren zien, dat ze zichzelf niet meer kunnen verzadigen. Daarvan worden ze geheel afgebracht. Maar zij leerden het zien: ik moet verzadigd worden. Anders wordt het voor eeuwig omkomen!
En hoe gaat de Heere dan verzadigen? Wel, Hij geeft ze geestelijk voedsel vanuit het Woord. Hij opent hun ogen voor Hem, Die zegt: „Ik ben het Brood des levens; die tot Mij komt, zal geenszins hongeren en die in Mij gelooft, zal nimmermeer dorsten". Wat een rijke bemoediging voor hongerigen en dorstigen naar die gerechtigheid.
En wanneer zullen ze dan verzadigd worden? Hier wil de Heere dat bij tijden en ogenblikken doen. Want hier moeten we worden dagelijks begenadigd, met Manna, hemels brood verzadigd! Maar als de Heere ze geestelijk voedsel vanuit Zijn Woord geeft, dan hebben ze hier reeds de voorsmaak van het zalig hemelleven. Dan wordt hier het vette van Zijn huis gesmaakt. Dan wil de Heere hen aan Zijn tafel door de mond des geloofs voeden en laven met Zijn verbroken lichaam en Zijn vergoten bloed. En de zoetigheid daarvan doet ze wegzinken in verwondering. Maar hier komt er na verzadiging weer honger en na verkwikking weer dorst en moeten ze opnieuw verzadigd worden.
Maar straks is dat niet meer nodig. Want dan gaat Hij armen eeuwig met goederen vervullen. Dan zullen ze nooit meer hongeren en dorsten. Want dan worden ze verzadigd met Zijn Goddelijk beeld. Dan mogen ze Hem immers van aangezicht tot aangezicht zien. Die het levende Brood en het levende Water is. Maar dan worden rijken in zichzelf ledig weggezonden om eeuwig te hongeren en dorsten. Zalig die hier leren hongeren en dorsten naar de gerechtigheid. Want zíj zullen verzadigd worden. U ook?

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 februari 1999

De Wekker | 16 Pagina's

Honger en dorst

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 februari 1999

De Wekker | 16 Pagina's