Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ervaring boven openbaring

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ervaring boven openbaring

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ontwikkeling
Als ik het goed aanvoel, is er in bijna alle kerken een ontwikkeling van ingrijpende aard aan de gang. Die ontwikkeling betekent tegelijk een omslag. Deze omslag is te omschrijven als: onze ervaring wint het steeds meer van het Woord van God. Ons individueel of gezamenlijk aanvoelen wordt een sterkere kracht dan de openbaring van God. Deze ontwikkeling is te herleiden tot de tweeslag openbaring en ervaring. In kerken van gereformeerd belijden is dat altijd de volgorde geweest: openbaring en ervaring. Onze ervaring wordt bepaald en ook opgeroepen door het Woord van God. Met Woord staat boven de ervaring en het Woord is ook de norm en grens van onze ervaring. Nog sterker gezegd: het Woord is tevens de inhoud van de geloofservaring.
We merken tendensen op dat in de tweeslag openbaring en ervaring de ervaring vooraan wordt gezet. Ervaring en openbaring. Met onze ervaring gaan we naar de Bijbel. Vanuit ons aanvoelen lezen we de Bijbel en proberen we de Bijbel te verstaan. Deze ontwikkeling is al lang aan de gang maar de vruchten van de ontwikkeling beginnen nu ook onder ons rijp te worden. Een van de welschrijvende en welsprekende ervaringstheologen is dr. H.M. Kuitert geweest. De hele theologie gaat bij hem ten diepste geheel op in wat de mens er van meemaken kan. Alles wat niet in kan gaan in onze ervaring en wat wij niet redelijkerwijs kunnen bevatten, vervalt. Immers: al ons spreken over boven komt van beneden, ook als we zeggen dat het van boven komt. Dan krijgen we een Evangelie naar de maat van de mens. Naar de norm van de ervarende mens. Waar wordt de ervaring van mensen door gestempeld? Niet allereerst door het Woord van God, want dat Woord is in deze opvatting alleen maar een woord van mensen over God. Daarom kan bijvoorbeeld Jezus niet de Zoon van God zijn in de zin van dat Jezus deelt in de eeuwige Godheid. Op deze manier gaat Jezus ook op in mensen. Een mens vindt Jezus en ontmoet Hem in medemensen, die goed doen, die zich inzetten voor, die protesteren tegen.
De ervaring wordt opgedaan gaande door het leven en door het meemaken van allerlei gebeurtenissen. Wie wel eens in de Bijbel leest zal ook daaraan ervaringen overhouden. Maar het zijn allemaal onze ervaringen.

Ik werd sterk bij deze boven in het kort en dus geschetste ontwikkelingen bepaald door wat de Nederlands Gereformeerde collega W. Smouter op een ambtsdragersconferentie van de Nederlands Gereformeerde Kerken heeft gezegd. Het is niet mijn bedoeling om mij tegen hem af te zetten. Hun problematiek is voor een deel de onze en wordt al meer de onze. Bovendien gebruik ik twee krantenverslagen en daar moet je altijd voorzichtig mee zijn. En collega Smouter heeft rake dingen gezegd over bijvoorbeeld het leiding geven aan een steeds pluriformer wordende gemeente. Maar het gaat me veel meer om een ontwikkeling te signaleren, die krachtig doorzet ook in onze kerken.

Steeds pluriformer wordende gemeenten
De kernvraag is: hoe komt het dat de gemeenten steeds pluriformer worden?
Moet het antwoord niet gezocht worden in de richting van het stellen van onze ervaring boven de duidelijke openbaring van God? Ook in onze kerken hebben we altijd sterke nadruk gelegd op de bevinding van het geloof. En het is denk ik niet te ontkennen dat we daarin ook wel eens doorgeschoten zijn en eenzijdig zijn geweest. Toch hebben we er voor willen waken in onze geschiedenis dat de bevinding ten koste gaat van het Woord. In de laatste weken heb ik opnamen van preken van wijlen J.J. van der Schuit beluisterd. Het was voor mij een "openbaring". Wat preekte de "oude Van der Schuit" krachtig en... modern! Ik vroeg me even af of hij vandaag nog op alle kansels in onze kerken zou worden toegelaten. Er zat een geweldige kracht in deze preken. De ware godgeleerdheid werd hier stem en inhoud gegeven. Ik ben van een generatie die Van der Schuit niet heeft meegemaakt. Ik heb meermalen oudere collega's met grote waardering en bewondering over hem horen spreken. Ik begin te begrijpen waarom ze dat deden en doen. Laten jongere collega's eens aan bandjes met preken van Van der Schuit proberen te komen. Van der Schuit hield de volgorde openbaring en ervaring zorgvuldig vast. Dat maakte de kracht van zijn preken uit. Dat maakt dus de kracht van alle preken uit.
De gemeenten vragen meer en meer om een gevoelige prediking. Dat de prediking warm en gevoelig moet zijn, wil ik toestemmen. Maar als er mee bedoeld wordt dat het krachtige Woord van God in al zijn verhevenheid en ruigheid, in zijn alles te boven gaande kracht en ernst, in de heerlijkheid van het nieuwe verbond niet meer voluit gepreekt kan en mag worden, dan moet het antwoord van alle kerkenraden en predikanten ondubbelzinnig nee zijn. Niet de hoorder bepaalt wat de boodschap van het Woord voor hem of haar moet zijn. God heeft in Zijn Woord Zijn boodschap voor ons en die ziet er meestal heel anders uit dan wat wij er van vinden of voelen. Ons aanvoelen en ons ervaren is altijd eenzijdig. We worden door allerlei zaken beïnvloed. De tijdgeest stempelt ons. Deze al armer aan God wordende tijd roept een leven op waarbij de mens zich aan zichzelf bindt. Ik las een uitspraak die aan het denken zet: in Nederland leven 16 miljoen individualisten. Uiteraard is deze uitspraak overtrokken maar hij geeft wel een trend aan. De gemeenschapszin staat overal in de samenleving onder druk en ik aarzel niet te zeggen dal dat mede een gevolg is van de "paarse geest" al moet tegelijkertijd gezegd worden dat wij met ons allen het klimaat voor de "paarse geest" hebben rijp gemaakt.

Door het geloof - niet: met mijn geloof
De prediking geeft vorm en inhoud aan de geloofservaring van de gemeente. Is de gemeente bereid, zijn wij persoonlijk bereid, om onze gevoelens en onze belevingen onder de norm van het Woord te stellen? Met mijn ervaring word ik niet zalig. Ik word ook niet zalig met mijn geloof. Ik word zalig door het geloof. Maar het geloof is niet de vrucht van mijn eigen ervaringen. Het geloof bepaalt alles omdat het Woord een kracht Gods tot zaligheid in je wordt. In je zelf als zondaar en goddeloze voor God! Die diepgang zijn we aan het kwijt raken. Het ambt van de Christus komt niet tot zijn volle recht. Predikanten dragen een grote verantwoordelijkheid. De eisen die aan hen worden gesteld, zijn ook bijna bovenmenselijk. Ze moeten het volle Woord van God brengen, ze moeten modern zijn, ze moeten praktisch preken, ze moeten de gemeente veel meegeven voor de komende week. Het is allemaal waar. Maar beseffen de "vragers"- bijna schreef ik "eisers" - wel wat dit allemaal betekent? Een collega vroeg eens aan iemand die zei dat de preek vooral praktisch moet zijn, over welke onderwerpen het dan moest gaan. Het gemeentelid kwam tot tien onderwerpen... En waarover moet het daarna gaan? vroeg de collega. Het is de ervaring van iedere predikant dat wanneer het Woord van God echt voor hem geopend wordt door de verlichting van de Heilige Geest, dat heel de praktijk van het leven zich als vanzelf ontvouwt. Maar het ontbreekt de meeste predikers aan de tijd en de rust om zich werkelijk in het Woord in te graven. Je verkoopt het nauwelijks aan de kerkenraad en aan de gemeente dat dat wel een hele dag kost. Ik heb er al vaker voor gewaarschuwd dat predikanten geen managers van de gemeente en de kerkenraad moeten worden. Dat wil maar niet voldoende tot ons doordringen.

Wat zegt het Woord?
Wat zegt het Woord over verandering til vernieuwing, wat zegt het Woord over vrouwen in het ambt enz. enz. Niet: wat vind ik dat het Woord zegt of dat het Woord moet zeggen: maar wat zegt het Woord. De volstrekte gehoorzaamheid aan wat Gods Woord zegt zal ook als zegenrijke uitwerking hebben dat het Woord onze eigen traditie( s) doorlicht en op bepaalde punten onder kritiek zet. Er gaat juist van het Woord een geweldig vernieuwende kracht uit waarvan het geheim is dat in de vernieuwing het Woord bewaard wordt!
De Christelijke Gereformeerde Kerken zullen snel in kracht verliezen als niet het onverkorte Woord van God in prediking en pastoraat overeind gehouden wordt. Van iedere ambtsdrager mag onvoorwaardelijk worden verwacht dat hij bereid is om zich door het Woord te laten onderwijzen en te vormen. Dan is er veel te verwachten. Dan zal ook onder Gods zegen de gemeenteopbouw voortgang hebben. Maar bedenk wel dat je dan ook van tijd tot tijd hevige botsingen zult meemaken met het gevoelen van de tijdgeest. Welke vormen men wil gebruiken bij de gemeenteopbouw, is niet de belangrijkste vraag. Dat zal van gemeente tot gemeente wel verschillend zijn. Als het Woord maar centraal staat. Dan is er ruimte om over al onze ervaringen en gevoelens te spreken. Niet: wat wil ik? Wat willen wij? Maar: wat zegt de Heere? Wil ik wat de Heere zegt? Wil ik wat God wil? .Alle kerken hebben daar meer dan de handen vol aan, ook de Christelijke Gereformeerde Kerken.

Even prof. van Genderen aan het woord
Ik besluit met een wat langere passage uit het opstel van prof dr. J. van Genderen over Openbaring en ervaring in zijn boek Naar de norm van het Woord, blz. 146:
"De openbaring is de zelfopenbaring van God. Hij maakt Zichzelf aan ons bekend, want Hij wil, dat wij zijn heil en zijn wil zullen kennen. Hij spreekt ons aan en zijn Woord vraagt antwoord. De bijzondere openbaring is de heilsopenbaring, waarin Christus het middelpunt is. In het Woord komt God in Christus naar ons toe. Zo wil Hij gemeenschap met ons stichten en onderhouden.
Wij kunnen wel zeggen, dat Gods openbaring van de mens aanvaarding vraagt, maar dan hartelijke aanvaarding, gelovige aanvaarding. Dat houdt in, dat het bij het antwoord op het Woord van God allereerst gaat om het geloof als de rechte verhouding tot Hem die Zich aan ons openbaart. Dat geloof leeft ook bij alles wat Hij openbaart. Fides qua en fides quae creditur gaansamen". (Dit betekent: het geloof waarmee wij geloven gaat samen met wat we geloven, met de inhoud van ons geloof en die inhoud wordt bepaald door het Woord alleen).
Nog even prof van Genderen:
"Het is dus openbaring - geloof! Wie ervaringen vooropstelt, denkt aan bepaalde ervaringen, waaruit dan iets zou kunnen oplichten. Het is niet in te zien, hoe dan het gehele leven door de openbaring van God beheerst kan worden, 'Wie eigen beleving als herkenningsmiddel hanteert, zal in de bijbel niet meer vinden dan hij reeds in zichzelf bezit'. Maar de Schrift zegt ons veel dat onze beleving ver overtreft!"

J. Jonkman

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 november 1999

De Wekker | 16 Pagina's

Ervaring boven openbaring

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 november 1999

De Wekker | 16 Pagina's