Een woord voor wie de gerechtigheid najaagt

Het feest van de geboorte van Christus heeft de naam dat het alle mensen verenigt. Overal wordt het gevierd, door christenen en ongelovigen, door rijken en armen. De oproep klinkt om aan alleenstaanden extra aandacht te geven en we dromen van vrede. In werkelijkheid valt het echter tegen. In de dagelijkse praktijk werkt het veeleer zo, dat mensen die alleen zijn zich nog eenzamer voelen en de tegenstellingen in de wereld worden er niet minder van. Ook inhoudelijk is het niet waar, dat de komst van Christus alle mensen verenigt. Zijn komst en optreden brengen juist een grote scheiding.

Van die scheiding onder de mensen gaat onze tekst uit. Daarin worden namelijk alleen aangesproken degenen die gerechtigheid najagen en de Here zoeken. Zijn er dan ook anderen? Ja, in Jesaja 46:12 en Jesaja 48:1 richt de profeet zich tot de mensen van het volk die de God van Israël wel belijden, maar niet de gerechtigheid najagen. Als ballingen in Babel leggen zij zich neer bij de macht van hun overheersers. Ze proberen er het beste van te maken en eigen plekje te veroveren. Het liefst passen ze zich helemaal aan hun omgeving aan om niet te worden gediscrimineerd. Ze hebben een hekel aan mensen die wèl de nadruk leggen om de verschillen met de heidenen, want ze zijn bang dat zij daar ook op worden aangekeken.
Aan welke kant staat u in dit leven?

Onrecht
Wanneer u gerechtigheid najaagt en de Here zoekt, dan praat je het kwade niet goed. Je verplaatst je in de toestand van de zwakke. Je kunt niet tegen onrecht. Je bent bereid om te vergeven en om je eigen fouten te erkennen. Je schuilt bij God. Je gunt Hem de eer. Je bent zuinig op Zijn kerk, maar niet zuinig voor de kerk, in liefde wil je bijdragen aan het welzijn van allen; je kunt je een leven zonder de Here Jezus Christus niet voorstellen.
Als je zo eerlijk met de dingen van God bezig bent, ga je steeds duidelijker zien, hoeveel daaraan ontbreekt in de wereld, in de kerk en in je eigen leven. Er is zo veel duisternis, zo veel stil leed, zo veel onvrede en verborgen conflicten. Het leven wordt er niet gemakkelijker op, wanneer je de gerechtigheid najaagt en de Here zoekt.

Klein begin
God geeft u een bemoediging. Hoe? Het antwoord valt misschien een beetje tegen: door op het verleden te wijzen. Toch zit daarin de kracht. De rechtvaardige moet temidden van de duistere machten letten op de rots waaruit hij gehouwen is. Dat is Abraham, die Gods rotsvaste belofte kreeg en daarin geloofde. En hij moet letten op de holte van de put waaruit hij gegraven is. Dat is Sara. De holte doet denken aan de bescherming van de moederschoot, en de put brengt ons op water; beide zijn voorwaarden voor leven.
Waarom moet de gelovige Israëliet Abraham en Sara aanschouwen? Wel, Abraham is door God als eenling geroepen, menselijk gesproken was dat onbetekenend. Bovendien was Sara onvruchtbaar. Al met al een doodlopend spoor En toch is Sara's schoot een poort van leven geworden. Met andere woorden: laat je niet ontmoedigen door wat gering en menselijk onmogelijk is. De Here doet wat Hij zegt.

Dat brengt ons bij een ander nieuw begin: Nazareth.
Wat kan daar nu voor goeds uitkomen? Daar woont een meisje dat nog geen omgang met een man heeft gehad. Hoe kan zij nu de moeder van de Verlosser worden? En toch heeft God het tot stand gebracht: de maagd werd zwanger en baarde haar Zoon, Jezus. Hij kwam om zijn volk te verlossen van hun zonden.
Mensen die verslingerd zijn aan de gerechtigheid kunnen hun hart ophalen: God heeft gedaan wat in Jesaja 51 is aangekondigd. In Jezus wordt dit vervuld. U die gerechtigheid najaagt en de Here zoekt mag weten: het goede leven is in Hem werkelijkheid geworden en het breidt zich uit over de hele wereld.

Grote toekomst
Misschien hebt u daar tot op heden nooit iets mee gehad, met die gerechtigheid van God. Toch bent u blijven doorlezen toen u besefte dat u door de tekst niet werd aangesproken. Daarmee hebt u deze gelegenheid gebruikt uzelf aan dit leven met God te spiegelen. Dat kan tot het gevoel leiden: ik mis iets. Laat dat u in beweging brengen ermee bezig te blijven en de Here te zoeken. Dan blijkt u ineens wèl aan gesproken te zijn.
Als Jezus voor de tweede maal verschijnt, moeten we niet aankomen met woorden als: Ja maar, Here, we hebben toch Uw geboorte gevierd, als kind heb ik daar zo van genoten! Waar het op aankomt is, of we het recht van God hebben liefgehad. Wie daaraan voorbij gaat, kiest voor onheil en roept dit over zichzelf af. Maar wie dat recht wel heeft gezocht, alsof zijn leven ervan afhing, zal rust vinden voor zijn ziel.
Het zal een grote schare zijn. Niemand kan ze tellen. Ze zijn allen verenigd. Herders, wijzen, en wie dan ook, ze aanbidden hun Koning.

B. Loonstra

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen