Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerst: geen idee

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerst: geen idee

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

In onze tijd staan mensen op allerlei wijze open voor nieuwe ideeën. Alleen al dat iets wordt aangekondigd als een nieuw idee is voor velen prikkelend genoeg om zich er mee in te laten. Ideeën hebben nog een ander voordeel. Je kunt er min of meer vrijblijvend van kennisnemen. Ze worden nadrukkelijk gelanceerd als idee, met de betekenis van: een gedachte over iets, een denkwijze of een zienswijze. Ook wordt idee wel opgevat als een denkbeeld of een ontwerp, een conceptie, een plan. Zelfs kan een idee staan voor inbeelding of waan. In al deze pogingen tot definiëring klinkt iets door van de openheid van het begrip. Een idee: je kunt er nog heel wat kanten mee op. Soms vraagt men een architect een eerste ontwerp te maken van een geplande verbouwing. Zo'n plan reikt ons mogelijkheden aan en het is dan aan de opdrachtgevers om te kiezen.

Ideeën - onze idealen
Voor velen is kerst anno 2000 verworden tot een idee. Je kunt er verschillend tegenaan kijken. Natuurlijk ben je zelf vrij er een invulling en duiding aan te geven. Het is zelfs goed mogelijk, dat je zegt: met dat idee kan ik niets (meer).
In veel theologische bezinning op kerst, goede vrijdag, pasen, hemelvaart, pinksteren en wederkomst, tekent zich de tendens af dat wij daarin te doen hebben met ideeën van mensen over God. Mensen hebben in die oude verhalen uiting gegeven aan hun kijk op God. Sommigen willen rond kerst en de andere feesten nog wel iets blijven zien van Gods ideeën, maar wij moeten ze nu vertalen.
De tendens wordt steeds duidelijker om de heilsfeitelijkheid van kerst onder kritiek te stellen of als irrelevant te zien. Het zijn voor moderne mensen onverteerbare verhalen over een maagdelijke geboorte, over God die mens werd. Dat zijn de oude verhalen over de goden van weleer, maar niet voor deze tijd. Als je als modern mens er nog wat mee wilt, moet je zoeken naar een nieuwe duiding van deze oude ideeën. Een nieuwe duiding zal bovendien de verkoopbaarheid en verstaanbaarheid bevorderen.
Te midden van al deze overwegingen dringt zich de vraag op: doen we zo recht aan de zaak? Als kerst een idee is dat vatbaar is voor herinterpretatie - als het al van Gods kant komt - kunnen en mogen we er zelf een eigen duiding aan geven. We proberen de vraag onder ogen te zien of het bovengeschetste zich verdraagt met de bijbelse, gereformeerde opvatting van kerst, namelijk als het reddend heilshandelen van God in de geschiedenis, als Zijn beslissend komen tot een wereld verloren in schuld.

Gods verbondstrouw
Om antwoord te krijgen op de vragen moeten wij het kerstfeest verstaan binnen het gehele kader van de Schrift. Anders lopen wij het risico, dat onze moderne idealen tot norm worden verheven voor het verstaan van kerst. Een van de grote verdiensten van bijbelse theologie is dat zij oog heeft voor de grote lijnen van Gods handelen in de geschiedenis met Zijn volk onder de oude en de nieuwe bedeling. Steeds treft het me, dat er vanaf de oude kerk, via de Reformatie tot in de huidige schriftgetrouwe theologie gezocht wordt naar de continuïteit van Gods heilshandelen.
De belofte van God is een gouden draad die heel Zijn heilshandelen onderling verbindt. Die belofte wordt reeds beluisterd terstond na de val van de mens. Genesis 3:15 is niet voor niets aangeduid als de moederbelofte.
Die lijn zien we doorlopen via Gods spreken en handelen in het leven van Abraham (Genesis 12 e.v.) en in de verlossing van het slavenvolk uit Egypte (Exodus 2:24). Diezelfde lijn ontvangt een bijzonder ijkpunt rond de profetie van Nathan (II Samuel 7) en zet zich door in de boodschap van de profeten van het oude verbond.

Lukaanse lange lijnen
In het Nieuwe Testament laat bijzonder de evangelist Lukas rond het kerst gebeuren die continuïteit in het heilshandelen van God zien. De ruimte ontbreekt om dit breed uit te werken. Reeds in Lukas 1 en 2 valt het op, hoe de heilshistorische lijnen worden getrokken. Dat zijn lange lijnen, waarbij de verbondenheid tussen het Oude en het Nieuwe Testament treffend is.
In verschillende toonaarden wordt de trouw van God aan Zijn verbond beschreven en vooral bezongen. In de beschrijving van het werk van Johannes wordt al bij de aankondiging van zijn geboorte aan Zacharias in Lukas 1 de lijn opgenomen van het Oude Testament. Heel de perikoop vertoont twee grondtrekken die ons daaraan doen denken, namelijk de wonderlijke geboorte van een kind (vergelijk Gen. 16 en 17) en de roepingsgeschiedenis (vergelijk Exodus 3:10-12 en Jeremia 1:4-10).
Zo valt er bijzonder licht op de tweede Elia en zijn profetische roeping (Lukas 1:17). De woorden in Maleachi 2 en 3 van groot belang om de verbinding te laten zien. Gods komen tot Zijn volk wordt nu nader geduid. De profeet Johannes zal hierbij een wegbereidende functie vervullen en is niet los te zien van de profetie van het Oude Testament. Later zingt vader Zacharias uitdrukkelijk in Lukas 1:76 van zijn zoon als profeet en wegbereider. Alles spreekt van Gods nieuwe begin, maar daarbij wordt de gouden draad van het verleden opgenomen.
In de geboorteaankondiging aan Maria lopen de lijnen uit het Oude Testament ook op allerlei wijze door. Daar treffen ons vooral, in Lukas 1:32-33, geladen woorden als troon van vader David, koning en koninkrijk. Ook in deze geboorteaankondiging zien we de twee oudtestamentische motieven van een wonderlijke geboorte en een goddelijke roeping met elkaar verweven. Het is nuttig en verhelderend om Lucas 1:32-33 naast II Samuel 7:12-16 te leggen. De aankondiging van de geboorte van Jezus dient te worden opgevat als de vervulling van Nathans profetie aan David. Jezus is de Redder en Heerser der wereld. Zijn komst was reeds aan David beloofd.
Uit alles blijkt dat de geboorte van de wegbereider en van Jezus Zelf helemaal in het teken staat van Gods trouw. God vervult Zijn belofte die door de mond van de oudtestamentische profeten is toegezegd. Daarin treft ons de diep theologische insteek. Het is dan ook opvallend, dat juist in Lukas 1 en 2 zulke schitterende hymnische gedeelten voorkomen. Er wordt heel wat gezongen! Ze geven op zeer verheven wijze uiting aan Gods heilshandelen in de geschiedenis. Dan worden de zangers boven zichzelf uitgetild.
In de lofzang van Maria klinken tonen door uit de lofzang van Hanna en vele andere gedeelten uit het Oude Testament. Gods machtig verlossend handelen blijft niet beperkt tot Maria, maar wordt in het bredere kader van het hele heilswerk van God geplaatst. Daarbij worden de dingen op hun kop gezet! Hoogtepunt is wel het ultieme handelen van God in de Zaligmaker. Allerlei belangrijke woorden in dit gedeelte duiden op verlossing uit slavernij en gevangenschap.
Zo mag ook Zacharias zingen (Lukas 1:67-79) in jubel en profetische rede. Gods verborgen handelen in de geschiedenis wordt in het licht geplaatst. Er is alle reden om te loven! De woorden in de verzen 68 en 69 doen sterk denken aan de uittocht in Exodus. God ziet om naar het verdrukte volk. Vers 70 legt dan uitdrukkelijk de verbinding met de profetie. De lange lijnen worden bijzonder duidelijk in de verzen 71-75 waarbij de notie van het verbond de verbinding accentueert. In dat brede kader is de persoon en arbeid van de profeet Johannes sprekend. Zijn boeteprediking (Lukas 3:4- 18) zal in de lijn van Jesaja 40 de nieuwe Exodus voorbereiden.
In deze lange lijnen door de geschiedenis wordt het erbarmen van God tastbaar. Daarbij is de verschijning van de Messias het absolute culminatiepunt. Dan wijken de schaduwen en breekt het volle licht van het evangelie en het koninkrijk door.

Gods trouw aan Zijn wereld
Lukas laat in zijn beschrijving nog een belangrijke lijn zien. Behalve de lange lijnen van Gods heilshandelen die doorlopen van de oude naar de nieuwe bedeling valt er nog meer te zeggen. De evangelist Lukas laat ons zien, dat het handelen van God daadwerkelijk ingegaan is in deze geschiedenis. Velen hebben daar al op gewezen, binnen onze kring prof. Versteeg in Evangelie in viervoud (p. 67-73). Hij typeerde Lukas' evangelie als 'Jezus als Heiland in de geschiedenis'. Versteeg laat dat zien zowel in de structuur als in details van dit evangelie. Lukas toont interesse in het historische gebeuren. Dit staat niet los van zijn prediking. Opmerkelijk is bijvoorbeeld al een vergelijking tussen Lukas 2:1-2 en Mattheus 1:18. Lukas besteedt ruime aandacht aan de historische aanduiding in de schildering van de geboortegeschiedenis van de Heiland. Daarbij wordt Lukas 2:1 gesitueerd in het kader van de wereldgeschiedenis van die dagen.
We hebben in het evangelie van Jezus Christus niet te doen met een tijdloze ideologie. Het gaat om Gods verlossend handelen op een aanwijsbare plaats en een dateerbaar moment. Gods Gave, Zijn Zoon, is het absolute concentratiepunt in de geschiedenis. Dit geeft aan Gods ingrijpen in Zijn Zoon een totaal uniek en exclusief karakter. Dit definitieve verlossende handelen van God in Christus is onherhaalbaar en is de vervulling van Gods heerlijke verlossingsplan.

We hebben er geen idee van!
Deze dingen dienen wij ons Anno 2000 te realiseren in alle discussies over de betrouwbaarheid van Gods Woord. Wie niet zorgvuldig luistert naar de Schrift zelf zet alles op het spel. De vastheid van het heil ligt in Gods verlossend handelen heel concreet in deze wereld.
We hebben er geen idee van wat dat impliceert! Want we spreken niet slechts nuchter en zakelijk over feiten, maar wij spreken verwonderd en stamelend over het hart van God.
Kerst is immers geen idee, maar is Gods 'open hartoperatie' voor een verloren wereld. Kerst is vol van Gods erbarmen. De geboorte van onze Heiland heeft alles te maken met Gods trouw aan Zijn verbond, dwars door alle menselijke ontrouw heen. Zo wijst God ons op Zijn eigen Kind in de kribbe. Daarin heeft Hij Zijn hart opengelegd.
In Bethlehem ligt geen onbereikbaar ideaal, maar daar ligt de Heiland der wereld. De wereld kan ons die evangelieboodschap nooit bieden, maar wij mogen van Godswege die boodschap in deze gevallen wereld aanbieden. Dan is Bethlehems kribbe ook voor ons een feit, vast en zeker Maar er ligt nog meer in de kribbe; we hebben hier een heilsfeit van de eerste orde. Om ons mensen en om onze zaligheid is de Zoon nedergekomen uit de hemel en is vlees geworden van de Heilige Geest uit de maagd Maria en is een mens geworden (Belijdenis van Nicea). Je proeft in die oude belijdenis de concreetheid. Dat is anno 2000 nog evenzeer van belang als toen.
Het heil zullen wij nooit alleen kunnen peilen, daarvoor hebben wij de verbondenheid met alle heiligen nodig (zie Efeze 2). De dimensies van Gods heil overtreffen al onze verwachtingen. Het is breder, langer, dieper en hoger dan wij ons voorstellen. Gods liefde in Jezus Christus gaat veel hoger dan ons kennen. Dat maakt ons echter nooit onverschillig inzake Gods handelen. Juist dat heilshandelen stempelt ons leven hier en nu tot een nieuw leven. Zo krijgt ons leven iets van de vreugdebode om Anno 2000 het evangelie uit te dragen. 'Go tell it on the mountains that Jesus Christ is born.' Het kerstevangelie raakt het hart.

T.M. Hofman

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 december 2000

De Wekker | 24 Pagina's

Kerst: geen idee

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 december 2000

De Wekker | 24 Pagina's