Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een christen is een vrij mens

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een christen is een vrij mens

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ieder mens heeft behoefte aan vrijheid. Een volk komt in verzet als het zijn vrijheid ontnomen wordt. Er moet een stuk vrijheid zijn om verplichtingen aan te kunnen en met enig plezier ons werk te kunnen doen. Burgerlijke vrijheid is een groot goed. We hebben die in Nederland. Een nog groter goed is de geestelijke vrijheid. Ook die hebben we in Nederland. Bij alle zorgen die we hebben over de geestelijke koers van ons volk, moet dit eerst gezegd zijn. Er is vrijheid van pers, vrijheid van meningsuiting, vrijheid van vergaderen. Er is vrijheid om kerk te zijn.

God bevrijdt
Het woord vrijheid is een centraal woord in het Evangelie. God is de Bevrijder van Zijn volk. De exodus (uittocht) van Israël uit Egypte is model van hoe God Zijn volk bevrijdt van machten die onderdrukken. Als God Zijn werk doet, houdt dat altijd in dat Hij de Zijnen in de vrijheid brengt. Bij God is de vrijheid van Zijn volk gewaarborgd. In het Koninkrijk van God wordt ons ware vrijheid geschonken.
Dit komt toegespitst terug in het onderwijs van Jezus Christus, Jezus is de Vrijmaker van mensen. Wat God reeds door Zijn grote daden in het Oude Testament liet zien, dat krijgt in Jezus Christus er nog een dimensie bij. Jezus maakt de zondaar vrij. Ik noem enkele teksten uit het Evangelie zonder er diep op in de gaan (want een Nader Bekeken is geen bijbelstudie). In de synagoge te Nazareth preekt Jezus Zichzelf als de grote Bevrijder van gevangenen en gebondenen. De woorden uit Jesaja 61 gaan in Hem in vervulling. Hij is gezalfd en gezonden om aan gevangenen loslating te verkondigen en om verbrokenen heen te zenden in vrijheid (Lucas 4:18, 19). Als de Zoon een mens heeft vrijgemaakt, is die mens werkelijk vrij (Johannes 8:36).
Die mens is bevrijd van de slavernij van de zonde. Het valt steeds weer op hoe krachtig de apostel Paulus opkomt voor de vrijheid van de christen. Allerlei machten en krachten bedreigen voortdurend de vrijheid in Christus. Hij houdt de Galaten voor: "Opdat wij waarlijk vrij zouden zijn, heeft Christus ons vrijgemaakt. Houdt dus stand en laat u niet weder een slavenjuk opleggen" Gal. 5:1). En in 5:13: U bent geroepen, broeders, om vrij te zijn.

In Christus
Zo laat de Schrift ons horen dat tot de persoonlijke, geestelijke groei behoort het beleven van de koninklijke vrijheid. Ik heb in Christus een totale vrijheid. Zelfs een vrijheid om alles zelf te beoordelen en door niemand beoordeeld te worden. Het geheim van deze vrijheid schuilt in de woorden "in Christus".
Christus is de ruimte en de grens van deze vrijheid. Vrij van de heerschappij van de zonde, vrij van de machten die chaos brengen en gebonden aan Jezus Christus. Voor de honderd procent aan Hem gebonden, geheel door Hem beheerst en van binnenuit door Hem geregeerd te worden: dat is koninklijke vrijheid. Daarom kan deze vrijheid niet in dienst gesteld worden van het vlees. We mogen niet terugvallen in de onmondigheid, in het vleselijk zijn. Deze vrijheid kan en mag niet gebruikt worden als een aanleiding voor het vlees.
In deze vrijheid gaat het er niet om wat ik wil, maar wat Christus wil. In deze vrijheid worden we geroepen en verplicht tot een nieuwe gehoorzaamheid. Het is het nieuwe leven van de heiliging, van de dienstbaarheid door de liefde. Niet meer wettisch: want we zijn niet meer onder de wet maar onder de genade. De volmaakte wet is die van de vrijheid. We krijgen in deze vrijheid van Christus een nieuw en gevuld leven.
Niemand hoeft er bang voor te zijn dat Christus te weinig te doen heeft voor hem of haar. Want Hij wil in ons en door ons heen werken. Het bevrijdende van deze dienst in de gebondenheid aan Jezus Christus is, dat we niets meer hoeven te verdienen. Wij mogen leven en werken uit Zijn genade. We mogen ons laten vullen met Zijn liefde. Zo blijkt in de praktijk dat het geloof werkzaam is door de liefde. Geloven is liefhebben.

Christelijke vrijheid bedreigd
Op deze hoogten spreekt de Schrift over de vrijheid van de christenmens. Maar deze vrijheid staat voortdurend onder druk en spanning. Paulus moet tot zijn verdriet tegen de Corinthiërs zeggen dat hij niet tot hen kon spreken als tot geestelijke mensen. Hij noemt deze "geroepen heiligen" (1 Corinthiërs 1:2) vleselijke mensen, nog onmondigen in Christus (1 Corinthiërs 3:2). Waaruit blijkt dat de Corinthiërs de vrijheid in Christus niet aan kunnen? Omdat er onder hen nijd en twist is. Er zijn partijschappen. De een zegt: ik ben van Paulus; de ander: ik van Apollos. Je zoekt je kracht in de polarisatie, je zoekt je geestelijke identiteit in bepaalde mensen, in voorgangers (van naam). En de Corinthiers zullen het op hun manier wel goed bedoeld hebben. Maar Paulus is scherp. Hij stoot er dwars doorheen. Men is nog onmondig in Christus. Het is ten diepste een onmogelijke uitdrukking: vleselijke mensen in Christus, onmondig zijn in Christus. Maar de Schrift spreekt dus over deze mogelijkheid en werkelijkheid.

Weerbarstige praktijk
Het is geweldig moeilijk om in de praktijk de kerken op de hoogte van het schriftuurlijk-bevindelijke spreken over de vrijheid van de christenmens te houden. Het is reeds heel moeilijk in het persoonlijke leven. Want de vleselijke vrijheid laat zich niet zo maar onderdrukken. Het betekent een voortdurende strijd in ons. Paulus verwoordt zijn smart daarover in Romeinen 7.
En toch mogen wij niet toegeven aan een weerbarstige praktijk! Polarisatie in gemeenten, tussen gemeenten, tussen predikanten is een uiting van onmondigheid en onvrijheid! Wie zich sterk zoekt te maken in een afsluiting voor anderen, die ook begeren de Schriften te verstaan, is op een onmondige wijze bezig. We behandelen in dit opzicht elkaar te lief in onze kerken. Het is meer dan nodig dat onder ons met het oog op bepaalde ontwikkelingen een aantal punten weer op de i gezet worden. Dat er mensen komen die zonder vrees voor wie of wat ook de dingen verwoorden op de hoogte van de Schrift. Wie zijn kracht zoekt anders dan in Christus en in het Evangelie, die zoekt zijn kracht op een verkeerde wijze. Wie zijn kracht zoekt in groepsvorming binnen het geheel van de kerken, die is op een vleselijke wijze bezig al gebruikt men bijbelse woorden. Wie zegt: ik ben van... en hij of zij noemt dan een andere naam dan die van Jezus Christus, die miskent de koninklijke vrijheid. Diens kracht zal dan ook gebroken kracht blijken. Het is duidelijk dat we in onze kerken op een aantal punten behoorlijk uit elkaar zijn gegroeid. En toch is het mijn ervaring dat wanneer je spreekt met broeders en zusters uit diverse geledingen van de kerken, dat je elkaar (bijna altijd) vindt. Het moet ook gezegd worden dat ons verstaan, dat mijn verstaan van de Schrift en de belijdenis altijd aan een bepaalde eenzijdigheid onderworpen is. Dat is daarom alleen al zo omdat ons kennen ten dele is. Paulus aarzelt niet om streng op te treden als het Evangelie zelf in het geding is. Als het Evangelie niet meer wordt verstaan en gebracht, dan is zelfs een "kerkscheuring" gerechtvaardigd. In dit opzicht wordt er in Nederland inderdaad veel te zacht en half gepleisterd. Wie van het Evangelie van de gekruisigde en opgestane Here Jezus Christus niet wil weten, die hoort inderdaad met de tucht te maken te krijgen. Als kerken dat nalaten zal het zich alleen maar verder tegen hen keren.

Mijn vrijheid dient de ander
We dienen onszelfde vraag te stellen: hoe komt de beleving van mijn vrijheid in Christus uit in het dienen van de ander? In het openstaan voor de ander, ook voor die ander in de kerken, die op een aantal punten wat anders denkt dan ik er over denk? Krijgt die ander van mij de vrijheid die ik me zelf voorbehoud? Naar de ambtsdragers toe mag gevraagd worden: wat doe ik er aan om een uit elkaar groeien tegen te gaan? Ben ik bereid de argumenten van de ander serieus te nemen en te toetsen? Ben ik bereid om dat samen met die ander te doen? Het geldt voor afgevaardigden naar kerkelijke vergaderingen. Iedereen weet dat er kerkpolitiek bedreven wordt. Iedereen ontkent het maar iedereen weet beter. Dat is nu precies de vleselijkheid onder ons. De onmondigheid in Christus. Een nieuwe generale synode komt er aan in dit jaar (als Jezus Christus nog niet is teruggekomen).
Als wij het spreken van de Schrift over de vrijheid in Christus niet serieus nemen, zal het een moeilijke synode worden. Als de Geest ons vervult en leidt, zullen we met elkaar de vrijheid ervaren die de Geest brengt. Dan wordt het een dienstbare en vruchtbare synode. Er is niets mis mee dat we niet allen gelijk denken. Als ik maar niet denk dat mijn mening (op voorhand) een betere is dan die van een ander. Je hebt ook in de kerk leidersfiguren. En bepaalde leiderstypen hebben we nog nodig ook. Maar juist zij zullen zich afvragen: dien ik de vrijheid die de gemeenten in Christus hebben? Laat ik mij dienen door Hem?
Het is voor mij een serieuze vraag hoe het komt dat bijna alle afgevaardigden naar kerkelijke vergaderingen erop de een of andere manier ook negatieve gevoelens aan over hebben gehouden. Dat geldt voor de een sterker dan voor de ander, maar het is een feit. Waar ligt dat toch aan? Bang om voor elkaar het hart te openen? Waarom toch een zekere angst voor elkaar? Wat is dat voor dwaasheid? Zeker, dit alles vinden we in de Schrift terug, want de praktijk is weerbarstig, maar vinden we ook terug de weg die de Schrift ons wijst? Om elkaar van harte te aanvaarden zoals Christus ons aanvaard heeft en zijn we dan bereid om eigen standpunten te laten beoordelen en van commentaar te laten voorzien door een ander? In de Geest van de liefde, tot opbouw van elkaar zodat we een gezamenlijke weg mogen vinden om de kerken te dienen en te bouwen en elkaar geen juk op te leggen waarin men niet kan gaan? Verscheidenheid is een bijbels gegeven. Maak er geen uniformiteit van. Het zal mislukken! Het blijft een spanning om in de verscheidenheid de eenheid te handhaven en te dienen. De eenheid in Christus, de eenheid van de vrijheid van een mens in Christus. Koninklijk vrij en dienaar van allen. Als we die gezindheid kennen, zullen dankbaarheid en blijdschap overheersen, zelfs op en na kerkelijke vergaderingen. De orde in de kerk dient de vrijheid in Christus.

J. Jonkman

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 februari 2001

De Wekker | 16 Pagina's

Een christen is een vrij mens

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 februari 2001

De Wekker | 16 Pagina's