Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een kerk voor de generatie Nix?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een kerk voor de generatie Nix?

Twintigers en dertigers in de kerk (3)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In een vorig artikel eindigde ik met te zeggen dat er vier zaken zijn die de generatie van twintigers en dertigers sterk aanspreken: authenticiteit, gastvrijheid, beleving en kwaliteit. Op alle vier deze zaken wil ik in de volgende twee artikelen graag ingaan.

Authenticiteit
Jongere kerkleden ervaren ervaren de wereld niet langer als een samenhangend geheel, die met één grote gedachte te verklaren is. Nee, de wereld is een enorme hoop van brokstukken, overtuigingen en meningen die nauwelijks verband met elkaar houden. Sterker nog, zo verbrokkeld ervaren zij ook zichzelf ¹. Een kerk die mens en wereld benadert met een aantal simpele leerstellingen, een eenvoudig beroep op de traditie ('zo zijn we het gewend') of een eenlijnig antwoord ('zo zit het en niet anders') zullen zij daarom al snel oppervlakkig vinden. Zo'n benadering sluit eenvoudigweg op geen enkele manier aan bij hun leven, dat zij in toenemende mate als ingewikkeld en veelvormig ervaren.

Zij zoeken verbinding met dat wat werkelijk motiveert. Zij verlangen naar puurheid en echtheid. Waar deze generatie behoefte aan heeft, is een kerk die de nadruk legt op geloven als levensstijl, geloof dat uitwerking heeft in veranderde levens, geloven ook van de daad en niet alleen van het woord. Zij verlangen niet dat de kerk op elke vraag een antwoord heeft. Zij weten namelijk maar al te goed dat er veel meer vragen dan antwoorden zijn. Maar zij verlangen dat de kerk vanuit haar grondovertuiging van kruis en opstanding laat zien en horen wat het leven met Christus betekent in de dagelijkse praktijk.

De 'doe-generatie' (kerkelijk of niet) is dan ook wars van alles wat zweemt naar opgeklopt gedrag, krampachtig vastgehouden overtuigingen, onecht geloof en dergelijke. Zij zijn in het algemeen zeer kritisch tegenover absolute zekerheden, die niet 'doorleefd' overkomen.

In het vorige artikel zei ik al dat deze generatie vooral is geïnteresseerd in de vraag: "Hoe werkt het?" en minder in: "Hoe zit het allemaal in elkaar?". Dat is een vraag die heel goed past bij het christelijk geloof. Natuurlijk, in het geloof gaat het om waarheid, maar wij geloven toch ook dat geloof wat met je doet? Geloven is toch niet hetzelfde als het onderschrijven van een reeks leerstellingen? Geloven is een levensstijl, waarin wij met huid en haar en hart en handen zijn overgeleverd aan Jezus Christus. In ons leven weten we ons afhankelijk van Gods genade en proberen we uit Zijn kracht te leven zoals Christus leefde (1 Joh. 2: 6). Voor een kerk in de gereformeerde traditie zal het in dit opzicht bijzonder belangrijk zijn of wij onze overtuiging dat wij in rechtvaardiging èn heiliging volledig van genade afhankelijk zijn, kunnen uitdragen en voorleven.

Gastvrijheid
In de snelle 21e eeuw dreigen mensen steeds meer losgeslagen te raken van hun ankers. Mensen van eerdere generaties zullen dat verschil met vroeger (de tijd van de idealen en grote verhalen) nog ervaren. Zij hebben nog iets om op terug te grijpen, maar de 'doegeneratie' ervaart vaak alleen de chaos. De meeste twintigers en dertigers hebben nauwelijks nog een vast omschreven levensovertuiging of mensbeeld. Het gevaar is groot dat deze generatie dan 'richtingloos' en 'toekomstloos' door het leven gaat.
Een actieve gemeenschap van christenen dient daar warmte, liefde, trouw, een thuisplek, samenhangende waarden en normen die de mens recht doen, solidariteit en bovenal een eeuwigheidsperspectief vanuit een levend geloof in Jezus Christus tegenover te stellen.

Kerkelijke twintigers en dertigers voelen de zuigkracht van het materialisme en willen daar niet altijd zo gemakkelijk aan toegeven. Maar juist omdat ook zij veel dingen niet zeker weten en ervaren dat zekerheden die voor eens en voor altijd vaststaan niet aansluiten op de snel veranderende wereld waarin zij leven, hebben zij behoefte aan plaatsen waar zij thuis kunnen zijn. De kerk zou zo'n plaats moeten zijn, althans dat vinden zij zelf. Niet zelden hoor je dan ook de teleurstelling wanneer zij merken dat de kerk buiten hun snelle en dynamische wereld staat en die wereld zelfs mijdt. Zijzelf zien die wereld weliswaar soms als verwarrend en bedreigend, maar toch vooral als prikkelend en uitdagend.
Niet zelden ervaren zij dan ook een kloof tussen de zondag en de maandag. "In de kerk gaat het niet over mijn wereld", is een opmerking die ik heel vaak hoor. Anderen leggen zich erbij neer en zullen de kerk steeds meer gaan ervaren als een ontsnappingsplaats, waar het even niet gaat over het leven dat zij dagelijks meemaken. Zij zullen dan al snel een kunstmatige scheiding optrekken tussen hun geloof en hun leven, of het geloof beperken tot een aantal facetten van hun leven.

De kerk kan natuurlijk onmogelijk in alles antwoorden op de wereld waarin kerkelijke twintigers en dertigers leven. Niemand verwacht dat. Maar wel zal de kerk zich bezig moeten houden met de vraag hoe deze generatie met haar specifieke vragen, noden en gaven zinvol kan worden ingeschakeld in het gemeenteleven. Daarbij zouden zij hun vaardigheden en kwaliteiten voluit moeten kunnen gebruiken. Ook mag de kerk hen toerusten om in hun dagelijkse professionele praktijk (werk is belangrijk voor hen!) christen te zijn. Deze groep mensen kan worden ingezet, ook in de kerkenraad bijvoorbeeld. Een CGK die ik laatst bezocht, heeft een voorzitter van de kerkenraad (geen dominee) die 32 is. Waarom zou iemand van die leeftijd dit soort taken niet aankunnen? Die vraag dringt nog meer, als we bedenken dat zo iemand in andere gebieden van de maatschappij vaak al grote verantwoordelijkheden draagt.
Kerkelijke vergaderingen (classis, synode) worden per definitie niet bezocht door de leeftijdsgroep van 25-35. Die groep werkt nu eenmaal overdag. Een wel heel bijzondere vorm van leeftijdsdiscriminatie! De 'vergrijzing' van dergelijke vergaderingen is dan ook navenant. Jongeren zijn daarmee in de praktijk nauwelijks betrokken bij de beleidsbeslissingen van de kerk. Als wij dit anders willen, zullen bepaalde structuren dus anders moeten.

¹ Zie een artikel van Kees van Ekris, "Over zelfhandhaving & zelfovergave". Impact: Christen-zijn in carrière, relaties en samenleving! (2001), 12-13.

Dr. Stefan Paas

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 september 2001

De Wekker | 16 Pagina's

Een kerk voor de generatie Nix?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 september 2001

De Wekker | 16 Pagina's