Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Oecumenisch

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Oecumenisch

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onderstaande brief wordt dezer dagen bezorgd bij de kerkenraden van alle Christelijke Gereformeerde Kerken en eveneens bij de kerkenraden van die gemeenten in de Nederlandse Hervormde Kerk die zich verbonden weten aan de positie van de Gereformeerde Bond.Er zijn gesprekken aan vooraf gegaan tussen de CGK Deputaten Eenheid èn het Hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond. De generale synode van Leeuwarden gaf opdracht nader te onderzoeken hoe er kan worden gewerkt aan verdere toenadering tussen plaatselijke gemeenten die door beide instanties werden vertegenwoordigd en tegelijk te bevorderen dat die plaatselijke contacten worden gezocht.In het kader van deze opdracht gaat deze gezamenlijke brief uit. Opdat ook de betrokkenheid van de gemeente kan worden vergroot wordt de brief tevens tegelijkertijd geplaatst in De Waarheidsvriend en in De Wekker.

CHRISTELIJKE GEREFORMEERDE KERKEN IN NEDERLAND
Deputaatschap voor de Eenheid van de Gereformeerde belijders in Nederland

secretaris: ds. J.W. Schoonderwoerd, Lisztstraat 1 3144 KL Maassluis, tel. 010-5912465

Aan alle christelijke gereformeerde en hervormd-gereformeerde kerkenraden,

Maassluis, 18 februari 2002

Zeer geachte broeders,

Als gevolg van besprekingen tussen ondergetekenden en in lijn met de besluiten van de laatstgehouden synode van de Christelijke Gereformeerde Kerken richten wij ons tot u, dankbaar voor de wederzijdse toenadering die wij ervaren hebben.
De Heere Jezus bad in het hogepriesterlijk gebed om waarheid en eenheid, opdat de wereld in Hem gelove. Het fundament daarvan legde Hij in de eenheid die er in God Zelf is. "Ik kom tot U, Heilige Vader, bewaar ze in Uw Naam, die Gij Mij gegeven hebt, opdat zij één zijn, gelijk als Wij." (Johannes 17- 11b) Steeds weer confronteren deze woorden uit het intieme gebed van de Heere Jezus ons met de verdeeldheid tussen kerken en christenen, ook in Nederland.

De woorden uit het Evangelie naar Johannes raken ook de verhouding tussen de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Gereformeerde Bond in de Nederlandse Hervormde Kerk. Het is bekend dat in theologisch en geestelijk opzicht tussen beide veel herkenning is en verwantschap ervaren wordt. Op diverse terreinen is er sprake van een hartelijke samenwerking. We denken aan de bevordering van de gereformeerde theologie in ons land, die onder andere gestalte krijgt in het tijdschrift Theologia Reformata en in gezamenlijke publicaties - over onder meer de sacramenten. We ontmoeten elkaar aan de bestuurstafel van diverse hulpverleningsinstanties als Eleos en de SGJ. We onderhouden samen de contacten met studentenverenigingen als CSFR en IFES, Een aantal van onze predikanten ontmoet elkaar jaarlijks tijdens de zogenaamde Haamstede-conferentie. Deze verbondenheid neemt niet weg dat de visie op de kerk de ontmoetingen tot doordeweekse dagen beperkt. Op zondag blijven de kansels voor elkaar gesloten en de avondmaalstafel blijft gedeeld. We blijven gescheiden waar het hart van de gemeente klopt en waar de eenheid in Christus bij uitstek beleefd wordt.

Hervormd-gereformeerden weten zich geroepen, zich vastklemmend aan de God van het verbond, de Nederlandse Hervormde Kerk niet over te geven aan hen die krachtens haar belijdenis geen recht hebben op de kansel. Christelijke gereformeerden delen dezelfde zorgen over hen die zich niet gebonden achten aan Schrift en belijdenis, doch staan om die reden buiten de Nederlandse Hervormde kerk, als nazaten van hen die zich van deze kerk hebben afgescheiden. Zij bezien de Hervormde Kerk als een kerk, waar de leertucht te veel ontbreekt.
Samen delen we de overtuiging, dat de reine bediening van het Woord en van de sacramenten met de uitoefening van de kerkelijke tucht om de zonden te straffen, kenmerkend zijn voor de kerk van Christus (Nederlandse Geloofsbelijdenis, artikel 29).

Deputaten Eenheid van de Gereformeerde belijders van de Christelijke Gereformeerde Kerken en het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond - overigens een officieel kerkelijk deputaatschap respectievelijk een richtingsorganisatie binnen een kerk - zijn van mening dat wij niet mogen berusten in de gebroken kerkelijke situatie. Het gebed van de Heere Jezus dringt ons; daar komt de nood van de tijd bij, waarin we steeds duidelijker als christelijke minderheid in een seculariserende samenleving elkaars steun hard nodig hebben. Als we zien welke scheuren en brokken er in onze gezamenlijke geschiedenis gemaakt zijn, past ons samen ons hoofd te buigen voor Hem, in Wie de eenheid is gefundeerd. Tegelijkertijd blijft het onze roeping elkaar te zoeken, staande op het enige fundament, dat door apostelen en profeten gelegd is: Jezus Christus en Dien gekruisigd.

Samenwerking en samenspreking op plaatselijke niveau tussen een hervormd-gereformeerde gemeente en een christelijke gereformeerde kerk wordt belemmerd doordat van christelijke gereformeerde zijde de vraag wordt gesteld of er in de Nederlandse Hervormde Kerk als geheel toezicht kan zijn op de handhaving van de tucht. In art. X van de kerkorde van de Hervormde Kerk wordt gesteld dat de kerk weert wat haar belijden weerspreekt. Daar mag iedere hervormde kerkenraad op worden aangesproken. De moeilijkheid doet zich voor, dat het kerkelijk opzicht op de handhaving van deze belijdenis in menige plaatselijke gemeente zeer ruim is, naar onze opvatting te ruim. Dat neemt niet weg dat elke hervormde kerkenraad net als iedere christelijke gereformeerde kerkenraad vanwege het onderschrijven van artikel 29 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis hierop aanspreekbaar is.
Hierin zien we mogelijkheden om te komen tot nauwere kerkelijke contacten, wanneer twee kerkenraden die voluit onderschrijven wat wij belijden en zich daarop willen laten aanspreken nader tot elkaar komen. Ook binnen de Nederlandse Hervormde Kerk is het mogelijk om over tucht te spreken zoals Gods Woord dat doet en zoals de kerk het in haar belijdenis uitspreekt. Waar we elkaar kunnen vinden, terwijl wij ieder de zuivere bediening van Gods Woord, de zuivere bediening van de sacramenten en de christelijke tucht willen handhaven, zien we mogelijkheden om te komen tot een nauwer kerkelijk samenleven op plaatselijk niveau.

Door middel van dit schrijven willen we onze kerkenraden stimuleren elkaar te zoeken. Het gaat ons daarbij om meer dan meeleven in zorgen en vreugden, om meer dan het jaarlijks herdenken van onze gezamenlijke verworteling in de Reformatie. We erkennen dat er onder ons hier en daar verscheidenheid gegroeid is in de liturgie, in vormen van het gemeentelijk leven. Het onderlinge gesprek moet I daarom gevoerd worden rondom het centrale thema: de inhoud van de Evangeliebediening, de betrouwbaarheid van de beloften van God en de noodzaak om door de Heilige Geest in een waar geloof die beloften te omhelzen, om zo de vergeving van zonden te ontvangen. De vastheid van wat God gedaan en gesproken heeft en het geloof als de weg waarlangs de zondaar Christus als Zijn Verlosser leert kennen en liefhebben, zijn immers onopgeefbaar de boodschap van de kerk. Wanneer we in de wezenlijke zaken de eenheid met elkaar kunnen vinden, is het onze taak te zoeken naar de wijze waarop dat ook kerkelijk gestalte kan krijgen.
Het hart waar de eenheid beleefd wordt, is de verkondiging van het Woord en de bediening van de sacramenten als teken en zegel bij dat Woord. Wat zou het een zegen zijn, als plaatselijke kerkenraden en gemeenten die elkaar in de eenheid van het ware geloof vinden, daar ook gestalte aan kunnen geven door middel van kanselruil en het ontvangen van elkaars ongecensureerde leden aan de avondmaalstafel. Waar kerkenraden onderschrijven wat we met elkaar in artikel 29 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis belijden, hopen we hiertoe de kerkordelijke mogelijkheden te vinden. Waar dit plaatselijk mogelijk is, kan dezelfde eenheid ook beleefd worden met andere gemeenten waar hetzelfde gevonden kan worden. Het is ons gebed dat we zo samen meer en meer leren verstaan welke de diepte en de hoogte is van de liefde van God, in Christus Jezus.

Wij hopen en bidden dat dit appèl in kerkenraden en gemeenten weerklank mag vinden, in de wetenschap dat waarheid en eenheid in de Schrift bijeen horen. Ondertussen wensen we u van harte Gods zegen toe bij het leiden van de gemeente die Hij aan uw zorgen heeft toevertrouwd.

Deputaten Eenheid van de Gereformeerde belijders van de Christelijke Gereformeerde Kerken,
prof. dr. J. W. Maris, voorzitter;
ds. J. W. Schoonderwoerd, secretaris;

Hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond in de Nederlandse Hervormde Kerk,
ds. G. D. Kamphuis, voorzitter;
drs.J. Harteman, secretaris;

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 februari 2002

De Wekker | 16 Pagina's

Oecumenisch

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 februari 2002

De Wekker | 16 Pagina's