Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het aanschouwen van de Zoon

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het aanschouwen van de Zoon

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

'die de Zoon aanschouwt...'. Johannes 6: 40m

Anders dan de schare
In het geloofsleven is er het aanschouwen van de Zoon. Maar dat is niet hetzelfde als het kijken van de schare naar Jezus, zoals beschreven in Johannes 6. In vers 36 staat van die schare: 'Gij hebt Mij gezien, maar gij gelooft niet'. Het gaat in onze tekst om een aanschouwen dat wel te verbinden is met het geloof: een aanschouwen van de Zoon in het geloof Ik zou het ook zo kunnen zeggen: het gaat om een aanschouwen met de ogen van het geloof.
Het maakt nogal verschil hoe je naar de Heere Jezus kijkt. Zie je Hem alleen door de ogen van de christelijke opvoeding, of zie je Hem met ogen van het geloof? Voor het eerste staat in het oorspronkelijke een veel oppervlakkiger woordje voor 'zien' dan in onze tekst. Hier is het een 'zien' dat niet voor niets vertaald wordt met 'aanschouwen'. Met heel je hart erbij betrokken, vanuit een diepe liefde, gedrongen van binnenuit, zo is het aanschouwen van de Zoon. De schare ziet Christus wel, maar ze aanschouwt Hem niet. Ze zien Hem voor Zich staan als de zoon van Jozef en Maria. Maar ze zien Hem niet als dè Zoon.
Hoe kijken wij tegen de Heere Jezus aan? Zijn wij mensen die veel zien, maar waarvan toch moet gelden: ze aanschouwen niets? Zo in de zin van: 'ziende blind'? Of zijn onze ogen werkelijk open gegaan voor de Zoon van God?

Vervolg op het komen
Hoe kom je nu tot dit aanschouwen van de Zoon? Misschien weten we ons gelijk aan die schare. Misschien vreest u, vrees jij alleen maar vanuit de opvoeding, maar niet vanuit een nieuw, wedergeboren hart. Hoe je tot dit aanschouwen komt, is in ons teksthoofdstuk duidelijk. Er is hier op verschillende plaatsen sprake van het komen tot Jezus. We zullen eerst moeten komen, willen we Hem kunnen aanschouwen. Ryle schrijft over dat komen: "Wat houdt dat 'komen' eigenlijk in? Het is die beweging van de ziel die plaatsvindt in een mens, wanneer hij zijn zonden gevoelt en ontdekt dat hij zichzelf niet kan redden en van Christus hoort, tot Christus vlucht, zich tot Christus wendt, op Christus vertrouwt, Christus aanneemt en met zijn hele gewicht op Christus leunt voor zijn heil. Wanneer dit gebeurt, dan heet dat in de taal van de Schrift 'komen' tot Christus". Het is dit komen dat tot aanschouwen van de Zoon leidt.
Je zou kunnen zeggen: geloven is komen en aanschouwen. Is de roepstem om tot Hem te komen al doorgedrongen en heeft het geleid tot een moeten komen met al je zonden tot deze Zoon van God? Dan is er veel te aanschouwen. Ziet u onder tranen uw hemelhoge schuld? Is Hij, de Zoon van God Zelf, het niet Die zondaren wil ontvangen? Bij Hem uitgekomen is er veel goeds voor u te aanschouwen.

Wat er dan te zien is
Wat er te zien is aan de Zoon? Daar wijst Johannes ons in zijn beschrijving van het evangelie meermalen op. Je zou het allemaal kunnen samenvatten met twee teksten uit zijn evangelie die ons wijzen op het aanschouwen van de Zoon. Wat daarin genoemd wordt, staat echter wel allemaal in het teken van wat Johannes in 3:14 en 15 schrijft. Daar is het geloven het aanschouwen van de verhoogde Slang. Christus werd aan het kruis gelijk aan de slang die vervloekt werd. Ja, meer nog: 'een vloek geworden zijnde', schrijft Paulus. Er is voor zondige mensen zoveel zegen in de Zaligmaker te zien omdat Hij een vloek werd. Het zicht op de Zoon moest duur verdiend worden door de Zoon. Joh.1: 14 zegt; "Wij hebben Zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als van de Eniggeborene van de Vader, vol van genade en waarheid'. De heerlijkheid die Christus bij Zich droeg toen Hij op aarde was, is groot. Johannes is er helemaal vol van als hij zijn evangelie, maar ook zijn brieven (1 Joh.1: 1; 4:14) schrijft. Zoals Christus op deze aarde was, was Hij de volstrekt Unieke, wezenlijk afkomstig van de Vader. Omdat hij gezien heeft hoe vol van genade en waarheid deze Christus is, geeft hij het aan ons door. Genade voor zondaren en waarheid voor zwakke en twijfelende mensen; het is in de Zoon te aanschouwen.
In Johannes 17:24 staat: 'opdat zij Mijn heerlijkheid mogen aanschouwen'. Hoewel de discipelen Zijn heerlijkheid hadden aanschouwd toen Jezus op aarde was, was er kennelijk nog meer dat ze niet konden zien. Christus bidt namelijk dat ze die heerlijkheid ook zullen aanschouwen. De heerlijkheid die de verhoogde Christus ontvangen heeft bij de hemelvaart wil de Heere ook aan de Zijnen laten zien. En als de heerlijkheid van de aardse Christus al zo prachtig was, hoe zal dan de hemelse wezen? Het aanschouwen van de Zoon is nu nog een zien door het geloof.
Het is het aanschouwen als in een spiegel (2 Kor. 3:18), dus nog niet op een heel directe manier. Straks, als het geloof dat hier op deze aarde al een geestelijk aanschouwen van de Zoon is over zal gaan in lichamelijk aanschouwen (2 Kor. 5:7), dan zullen we vol verwondering ontdekken dat we in eeuwigheid niet klaar komen met het aanschouwen van Hem.

A. van Ek, Zaamslag

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 2002

De Wekker | 17 Pagina's

Het aanschouwen van de Zoon

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 2002

De Wekker | 17 Pagina's