Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nieuw licht op de 'voorstelling' in de tempel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nieuw licht op de 'voorstelling' in de tempel

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

In Lucas 2:22-24 staat dat Jozef en Maria met hun kind Jezus naar de tempel gingen. Jezus is op de achtste dag besneden. Vervolgens hebben Maria en Jozef 33 dagen gewacht, totdat de dagen van de reiniging na de geboorte vervuld waren (vgl. Lev. 12:4). Zodra Maria daartoe in staat was, hebben ze een reinigingsoffer gebracht en zijn zij met hun eerstgeboren Zoon naar de tempel gegaan, "om Hem de Here voor te stellen".

We kennen die voorstelling in de tempel wel. Het is een geliefd onderwerp in de schilderkunst. Maria en Jozef dragen het kind Jezus op de arm en stellen Hem de Here voor. De manier waarop Rembrandt deze verzen uit het Lucas-evangelie heeft geschilderd, zal bij velen bekend zijn. Een onschuldig en liefelijk tafereeltje, waar Simeon en Anna ook bij komen staan.

Toewijding of lossing?
Maar wat betekent die voorstelling in de tempel nu precies? Vaak wordt er gedacht aan een soort toewijding van het kind Jezus aan de dienst van God, zoals bijvoorbeeld ook Samuel nadat hij gespeend was door zijn moeder aan de Here werd gegeven. Daarvoor zou een dergelijke symbolische handeling in de tempel kunnen dienen.
Het probleem is echter, dat zo'n gebruik in het geheel niet bekend is uit andere bronnen. De vergelijking met Samuel gaat niet op, omdat Samuel niet aan de Here werd voorgesteld. waarna hij weer meeging met zijn ouders. Hij werd zodra hij zelfstandig kon eten, afgestaan aan de dienst in het heiligdom, zoals zijn moeder dat beloofd had. Dat is dus een heel andere situatie.
Men gaat er ook wel vanuit, dat Lucas ons iets beschrijft dat men in die tijd kende bij het zogenaamde lossen van de eerstgeboren zoon. Lucas verwijst naar Exodus 13:2. Op deze manier gaat Jezus vervullen wat geschreven staat in de wet des Heren, dat al het eerstgeborene van het mannelijk geslacht heilig is voor de Here.

Achtergrond van het lossen
Die tekst uit Exodus geeft een bevel van God weer, dat vanaf de uittocht uit Egypte het volk van God moest blijven beseffen, dat de eerstgeborenen van God zijn. Toen de Here zijn volk uit Egypte bevrijdde, ging de engel des doods door het land Egypte, om alle eerstgeborenen te doden. Alleen waar de engel het bloed van het paaslam zag, dat aan de deurpost was gesmeerd, ging hij voorbij. Dat bloed liet zien dat er een offer gebracht was in de plaats van de eerstgeborene, zoals de HERE dat bevolen had. Dat bloed deed de Israëlieten beseffen, dat zij uit zichzelf niet beter waren dan de Egyptenaren. In feite had ook het bloed van hun eerstgeborenen moeten vloeien. God wilde hen sparen, doordat Hij een offer aannam in hun plaats.
Dat besef zal het hele volksleven van Israël moeten blijven bepalen, zegt Exodus 13. Alle eerstgeborenen blijven de HERE heilig en moeten eigenlijk aan God gebracht worden. Van de dieren was dat ook letterlijk zo: wat het eerst de moederschoot opent van het mannelijk geslacht moet aan de Here als offer worden gebracht, Ex. 13:12, vgl. Ex. 34:19. Maar van de mensen wil God niet dat de eerstgeborene letterlijk wordt geofferd. Hij geeft zijn volk de mogelijkheid die eerstgeborenen te laten vervangen door een offer. Dat was de betekenis van het zogenaamde "lossen". Men zou voortaan beseffen, dat het Gods genade is, dat Hij zijn volk voorbijging, toen Hij kwam met zijn oordeel in het land Egypte. Daarom worden de eerstgeborenen gelost, en daarvan moeten de vaders in Israël blijven spreken. Ex. 13:15.
De loskoping van de eerstgeborenen laat zien, dat het hele volk van God niet beter is dan welk ander volk ook. In feite hebben niet alleen de eerstgeborenen, maar allen de straf van God verdiend. Als God een offer vraagt in de plaats van de eerstgeborenen, beseft iedere vader dat niet alleen het bloed van zijn oudste kind, maar ook zijn eigen bloed had moeten vloeien, als God zou komen met zijn oordeel.
Verderop in de wetgeving laat God zien waarom Hij een losoffer kan aanvaarden in de plaats van het leven van de eerstgeborenen. Dat is te vinden in Numeri 3 en Numeri 18. De HERE heeft het losoffer ingesteld, omdat er in de plaats van de eerstgeborenen een hele stam aan de dienst van God is gewijd. God heeft uit de Israëlieten de stam van Levi genomen in plaats van alle eerstgeborenen der Israëlieten.
Omdat zij hun taak kunnen verrichten in de dienst van de verzoening voor het gehele volk, kan God een losprijs aanvaarden in de plaats van alle eerstgeborenen die Hem heilig zijn (Num. 3:11-13). In de genoemde hoofdstukken uit Numeri wordt ook de prijs voor deze loskoping genoemd: vijf sikkels. Die moesten één maand na de geboorte worden betaald (Num. 18:16).

Opgedragen bij het losoffer?
Was dat nu wat er gebeurde bij de voorstelling van Jezus in de tempel? Sommigen veronderstellen dat en schrijven dat er kennelijk bij die loskoping ook een soort opdragen voor God plaatsvond, waarbij het kind aan Gods dienst werd toegewijd.
Toch kan dat niet het geval zijn. Er is namelijk helemaal niets van een dergelijk gebruik bekend, terwijl door de Rabbijnen veel geschreven is over wat er in die tijd in de tempel werd gedaan. Over de voorschriften ten aanzien van de lossing is veel bekend. Maar een voorstellen in de tempel hoorde daar geheel niet bij. Integendeel, de loskoping vond juist niet in de tempel plaats. Die moest immers al een maand na de geboorte plaats vinden, waarbij Maria zeker nog niet meekon naar de tempel. Dat kon pas na de periode van reiniging van veertig dagen, zoals het in Leviticus 12 staat. De lossing vond dan ook gewoon bij de mensen thuis plaats.
Het bedrag van vijf sikkels was natuurlijk een symbolisch bedrag. Het bedrag werd klaargelegd, en een priester of Leviet kwam na een maand bij de ouders thuis. Zo gaat dat nog steeds.
In Amerika wordt er vijf dollar voor gebruikt. De priester vraagt: wat wilt u houden: uw zoon of deze vijf sikkels? De vader antwoordt dat hij zijn zoon wil nemen. Dan neemt de priester, iemand met de naam Cohen of een afstammeling van Levi de vijf dollar mee en de zoon is op die manier gelost.
Van zo'n lossing is in Lucas 2 geheel geen sprake. Waarom niet? Dat is te begrijpen, wanneer duidelijk wordt wat het betekent, dat Jezus "aan de Here wordt voorgesteld", of op een andere manier vertaald: "voor de Here wordt gesteld".

"Voor de Here stellen"
Lucas gebruikt voor dat "stellen voor de Here" een werkwoord met een bijzondere betekenis. Dit woord is bekend uit de Griekse vertaling van het Oude Testament, en wordt daarin verschillende malen gebruikt om een bijzondere dienst van iemand aan te duiden. Voor de Here gesteld zijn betekent zoveel als: in zijn dienst staan, en dan met name: in de dienst van de verzoening gesteld zijn. Zo wordt het woord gebruikt in Deuteronomium 10:8: de stam van Levi is afgezonderd om vóór de Here te staan.
In Deuteronomium 18:5,7 en 21:5 staat van alle zonen van Levi dat het hun taak is om 'voor de Here te staan". Zij zijn in de plaats van het volk voor de Here gesteld. Ook op andere plaatsen wordt met dit werkwoord in het Grieks het staan in de dienst van God aangeduid, in het bijzonder de priesterdienst (b.v. Richt. 20:28 van de priester Pinehas, in het apocriefe Judith 4:14 van al de tempeldienaars, in Zach. 4:14 van de twee gezalfden die voor de Here staan, in Jer. 35:19 van iemand uit het geslacht van Rechab, en in 1 Kon. 17:1, 18:15 e.a.p. van Elia en van Eliza; op deze manier heeft Lucas het zelf gebruikt in verband met de dienst van Gabriël die zei dat hij voor Gods aangezicht staat, Luc. 1:19).
Wanneer dit woord nu gebruikt wordt voor Jezus, krijgt de zogenaamde voorstelling in de tempel een veel diepere betekenis. Normaal gesproken werden alleen de Levieten voor de Here gesteld. Zij staan voor Gods aangezicht in plaats van het hele volk van God. Omdat zij daar staan, kan Israël volstaan met de loskoping van zijn eerstgeboren zonen die de Here heilig zijn.
Nu komt Jezus. Hij is geen Leviet. En toch gaat Hij daar staan en wordt Hij al in de dienst voor de Here gesteld.
Weet u waarom? Lucas zegt het erbij: omdat Hij zo de meest oorspronkelijke bedoeling van Exodus 13 gaat vervullen. Hij wordt geheel aan de Here geheiligd, en gaat op deze manier niet alleen voor het volk van God staan voor Gods aangezicht, zoals de Levieten, maar Hij gaat zelfs nog vóór de Levieten staan. Hij gaat vervullen wat God oorspronkelijk zei in Ex. 13:2, dat al wat het eerste de moederschoot opent de HERE heilig zal zijn. Daarom hoeft Hij ook niet gelost te worden, omdat Hij zelf voor het volk deze dienst zal gaan verrichten. Daar hoeft geen Leviet voor in de plaats te komen. Hij gaat zelf staan vóór alle eerstgeborenen, zelfs voor alle Levieten, omdat zijn dienst direct teruggaat op Exodus 13:2, en niet op de afstamming uit Levi.

Hij voor ons
Op deze manier bevat de zogenaamde voorstelling in de tempel een rijke boodschap voor ons. Jezus is niet alleen aan de mensen gelijk geworden. geboren uit een vrouw, zoals het staat in Galaten 4. Dat ook: Hij is geheel in het menselijke vlees gekomen om het hele mens-zijn te redden.
Hij is vervolgens ook geboren onder de wet (Gal. 4:4). Dat wordt al zichtbaar in de besnijdenis op de achtste dag. Voor Hem zou een besnijdenis niet nodig zijn als teken dat God zijn God wil zijn. En toch ontvangt Hij de besnijdenis, omdat Hij geheel naast de mens gaat staan, die onder de wet terecht gekomen is, en die zelf niet meer door de wet bij God kan komen.
Maar het is nog rijker. Hij is niet alleen naast zijn volk gaan staan onder de wet. Hij is ook voor zijn volk gaan staan, om in hun plaats de wet te gaan vervullen. Dat wordt al zichtbaar op het moment dat Jezus voor de Here wordt gesteld in de plaats van Gods volk, en zelfs in de plaats van Levi en de priesters.
Als Hij voor de Here wordt gesteld, is dat dus niet een onschuldig en liefelijk tafereeltje, dat ons kan doen wegmijmeren. Het stelt ons onze schuld voor ogen, waardoor Hij al vanaf het eerste begin in déze dienst gesteld moest worden. Het is het begin van zijn plaatsbekledend ambtswerk voor Gods aangezicht.

M.C. Mulder

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 december 2002

De Wekker | 20 Pagina's

Nieuw licht op de 'voorstelling' in de tempel

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 december 2002

De Wekker | 20 Pagina's