Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Passie voor preken! (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Passie voor preken! (2)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aan het slot van de vorige aflevering werd een begin gemaakt met de behandeling van de vraag: Hoe moet er vandaag gepreekt worden? Als eerste punt benadrukte ik daar dat iedere prediker gehoorzaam moet zijn aan de Schrift en daarom naar de tekst moet luisteren en die grondig moet uitleggen.

De Boodschap heeft een kern en een spits
Nu zal iedereen het ermee eens zijn dat een goede bijbeluitleg op zichzelf genomen nog geen preek is. Prediking is meer dan alleen maar een goede exegese of een mooie bijbelstudie. Waarin bestaat dat 'meer' nu? Dat kan je op verschillende manieren zeggen. Ik zou er vooral op willen wijzen dat de nieuwtestamentische uitdrukkingen voor 'preken' er vrijwel allemaal op wijzen dat preken niet betekent een betoog houden over een bepaalde tekst, maar dat het gaat om de boodschap van het heil die de harten van de hoorders wil raken. De Heere Jezus brengt dat zelf indringend onder woorden na Zijn opstanding. Hij laat dan vanuit de Schriften zien, dat wat er gebeurd is in Zijn kruisiging en opstanding zó en niet anders moest gebeuren. En dan voegt hij eraan toe, dat op grond daarvan ook in Zijn Naam bekering en vergeving van zonden gepredikt moet worden onder alle volken, beginnende van Jeruzalem (Luk. 24:46 en 47). En die twee kernwoorden: bekering en vergeving der zonden blijken ook in de latere verkondiging van de apostelen steeds weer in het centrum te staan (vgl. o.a. Hand. 2:38; Hand. 5:31). Uit dit dubbele motief zijn enkele centrale lijnen voor de prediking in onze tijd te trekken. Ik noem de belangrijkste.

1. Het adres van de preek
De prediking is geadresseerd. Zij richt zich op mensen, preciezer gezegd: op zondaren die bekering en vergeving nodig hebben. Nu zal iemand misschien zeggen, dat de Heere Jezus hier vooral het oog had op wat we wel de zendingsprediking noemen, dat wil zeggen: de prediking tot hen die 'buiten' zijn, joden en heidenen die Christus niet kenden en vaak nog nooit van Hem hadden gehoord! Daar is natuurlijk wel iets van waar. Toch hebben de woorden van de Heere Jezus ook betrekking op de prediking in de christelijke gemeente die zich vooral na de uitstorting van de Heilige Geest zou vormen. Want ook wanneer wij tot de verbondsgemeente behoren zijn wij zondige mensen. Waarschijnlijk is de uitdrukking van professor Kremer bij velen nog bekend: onze Abrahamspositie heft onze Adamspositie niet op. Dat wil zeggen: het is een groot voorrecht een kind van het verbond, een kind van Abraham te zijn. Maar dat houdt niet in dat nu vanzelfsprekend alles in orde is. We zijn immers kinderen van Adam, zondaren die bekering en vergeving nodig hebben. Dit betekent dat in de prediking binnen de gemeente de zonde ontmaskerd of ontdekt moet worden. Je zou zelfs kunnen zeggen: juist in de gemeente, want met name het verbond werpt een scherp licht op het verschrikkelijke en het schrijnende van de zonde tegen deze goede en heilige God van het verbond. Trouwens, als in kerk de zonde geen zonde legen God meer genoemd wordt, waar zou dat in deze wereld dan nog wel gebeuren....!
Iemand zou kunnen zeggen: hoe kan je nu als dominee gepassioneerd over de zonde spreken? Dat is toch geen onderwerp waar je van binnen warm van wordt? Dat is ook zo! En toch zal er - als er vanuit de tekst over de zonde van u, van jou en van mij gesproken wordt - bewogenheid in de prediking mogen doorklinken.

2. De bewogenheid van de prediker
De woorden van de Heere Jezus in Lukas 24 geven namelijk aan dat 'de zonde' niet als een soort los artikel in de preek aan de orde mag komen, maar in het kader van de bekering en van de vergeving van zonden. Omdat de bijbel zo duidelijk zegt hoe erg de zonde is en hoe verschrikkelijk het is om zonder God en zonder Christus te leven, is de prediking erop uit om ouderen en jongeren te roepen en te nodigen tot bekering en tot geloof, voor het eerst en ook opnieuw. Dat kan nooit zonder een zekere aandrang en gedrevenheid gebeuren. Wie denkt hier niet aan de bewogenheid waarmee de Heere Jezus preekte? (vgl. o.a. Matth. 23:37; Luk. 13:34). En hoe indringend heeft Paulus zijn gedrevenheid niet onder woorden gebracht als hij zegt: Wij dan wetende de schrik des Heeren bewegen de mensen tot het geloof. De liefde van Christus dringt ons. (2 Kor. 5:11,14). In het licht van de Schrift kunnen we naar mijn overtuiging niet anders zeggen dan dat een prediking die niet in bijbelse bewogenheid oproept tot geloof en bekering, de naam prediking onwaardig is.

3. Met twee woorden spreken
Vervolgens wordt in de woorden van de Heere Jezus ook duidelijk dat er in de prediking sprake moet zijn van een bijbels evenwicht. Het gaat immers om twee begrippen: bekering én vergeving van zonden. Je zou kunnen zeggen dat de Heere Jezus predikanten hier leert om met twee woorden te spreken en niet - al of niet gepassioneerd - één kant op te rennen.
Wat ik bedoel? Als iemand in de prediking alleen hamert op de eis van bekering terwijl de vergevende genade van God in de schaduw blijft, dan wordt de prediking eenzijdig wettisch. De zweep wordt over de gemeente gelegd: U moet bekeerd worden, U moet wedergeboren worden...! Maar de weg tot God en tot Christus wordt niet echt of maar heel minimaal gewezen. Zo'n wettisch soort prediking kan er ook anders uitzien en meer het karakter dragen van een actieprogramma voor de gelovigen: 'U moet dit en u moet dat....', terwijl de genade en kracht van God in de schaduw blijft.

Een ander gevaar is het eenzijdig benadrukken van de vergevende genade van God, terwijl de notie van de bekering verbleekt. De preek zal dan snel ontaarden in een dichtstrijken van de rimpels in het leven van de hoorders met wat 'goedkope genade'. Maar laten we eerlijk zijn: goedkope genade is geen genade - de prijs die Christus met zijn eigen bloed betaald heeft is daarvoor te kostbaar! Wie de rimpels in het leven van de hoorders dicht strijkt met 'goedkope' genade pleistert zijn hoorders dus met loze kalk. Daarom is het zo dringend nodig dat iedere prediker zich erop toelegt om voortdurend 'met twee woorden te spreken'! Bekering én vergeving, verkiezing én verantwoordelijkheid, rechtvaardiging én heiliging. Met welke passie de prediker ook spreekt, het mag nooit ten koste gaan van het zoeken naar het nuchtere en heilzame bijbelse evenwicht van het spreken met twee woorden.

4. Christusprediking
Van grote betekenis is ook dat de woorden uit Lukas zeggen dat bekering en vergeving van zonden verkondigd mogen worden in Zijn naam. Dat wil zeggen: de naam van de Heere Jezus Christus die gestorven is tot verzoening van de zonden en in Zijn opstanding zonde en dood heeft overwonnen! Daar gaat het dus ten diepste om in een bijbelse, bezielende prediking: mensen tot Christus leiden. Misschien mag ik dat onderstrepen met een aangrijpend woord van Calvijn:
'Laten zij dus die de dienst van het evangelie op de juiste wijze willen vervullen niet alleen leren het woord te voeren en zich oefenen in de welsprekendheid, maar ook leren door te dringen in de gewetens van de mensen, zodat zij in hun binnenste geraakt worden door de gekruisigde Christus en door Zijn vergoten bloed'
(Commentaar op Galaten 3:1).

Iets anders gezegd: in de rechte bijbelse en geestelijke prediking wordt Christus uitgestald als degene die alles geven wil wat wij zondige mensen nodig hebben: bekeringen vergeving van zonden. En ik kan de vraag niet onderdrukken: geloven wij dat nog? Geloven wij nog in een tijd waarin zoveel grote woorden leeg lijken te worden, dat God door het Wóórd van de prediking Christus blijft uitstallen en blijft verkondigen dat in Hem bekering en vergeving van zonden te vinden is?

A. Baars
(drs. A. Baars is universitair hoofddocent aan de Theologische Universiteit te Apeldoorn)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 oktober 2003

De Wekker | 16 Pagina's

Passie voor preken! (2)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 oktober 2003

De Wekker | 16 Pagina's