Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het beroep op meerdere vergaderingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het beroep op meerdere vergaderingen

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De laatste synode van onze kerken heeft de tekst van art. 31 van onze kerkorde gewijzigd, zonder dat er van een zakelijke verandering sprake is. De formulering biedt wat meer duidelijkheid. De tekst zoals wij de tot 2001 kenden geven we nu eerst nog weer. Daarna vindt u de tekst van Leeuwarden/Nunspeet 2001.

De tekst
Tot nu toe gold de volgende formulering: "Wanneer iemand zich er over beklaagt, dat hij door de uitspraak van een mindere vergadering verongelijkt is, kan hij zich op een meerdere vergadering beroepen. Hetgeen bij meerderheid van stemmen uitgesproken wordt, zal voor vast en bondig worden gehouden, tenzij bewezen wordt, dat dit in strijd is met het Woord van God of met de artikelen, in deze generale synode vastgesteld, zolang zij niet door een andere generale synode veranderd zijn".
We stellen vast dat het artikel een samenvoeging is van twee zaken die men inderdaad moet en kan onderscheiden. In het eerste stuk komt het zogenaamde appèlrecht ter sprake. Het is een bijzonder recht waarop ieder lid van de gemeente aanspraak kan maken. Iemand kan zich verongelijkt voelen door een besluit van een vergadering. Niet in elk geval bestaat de plicht om in appel te gaan. Iemand kan zich verongelijkt voelen terwijl hij met dit gevoel ook wel wil of kan leven. Wanneer het gaat om middelmatige zaken, die niet zozeer met de grondslag of het wezen van de gemeente samenhangen, kan men zich bij een besluit eenvoudig neerleggen. Maar voelt men zich verongelijkt, en beklaagt men zich daarover, dan ligt de weg naar een meerdere vergadering open. Dit recht van appel is altijd in de kerk erkend, ook al is het niet altijd op gelijke wijze geformuleerd. Er zijn voorbeelden te geven van synodes die een vormende rol hebben gespeeld bij de inrichting van een kerkverbandelijk leven.
Het tweede deel van art. 31 betreft de manier waarop een besluit van een kerkelijke vergadering tot stand komt. Het is in zijn strekking ruimer. Het raakt niet alleen de besluiten die in appelzaken worden genomen. De formulering beschrijft de manier waarop op een kerkelijke vergadering de besluiten genomen worden. En dan betreft het óók de beslissingen die inzake appelkwesties vallen. Ik beperk me nu tot het eerste stuk, dat voornamelijk handelt over het appèlrecht van de leden der gemeente.

De nieuwe versie
In de nieuwe versie gaat het eerst over de manier waarop besluiten worden genomen op de kerkelijke vergaderingen. Daarna volgt een wat uitgebreider gedeelte over het recht van appel. Ik geef daarvan nu ook eerst de tekst. "Wanneer iemand van mening is, dat hij door het besluit van een mindere vergadering bezwaard is, kan hij zich op een meerdere beroepen. Hij dient dan te bewijzen dat het bedoelde besluit in strijd is met de Heilige Schrift, de belijdenis van de kerk en/of de aanvaarde kerkorde.

Onverminderd het recht van appel zoals hierboven omschreven is, heeft ieder het recht om wanneer hij door het besluit van een kerkelijke vergadering bezwaard is, zijn bezwaren in te dienen bij de eerstvolgende gelijksoortige vergadering. Een dergelijk bezwaar, verzoek tot revisie genaamd, dient op dezelfde wijze met redenen omkleed te zijn, als een appel, of dient anderszins een element te bevatten, dat bij het doen van de uitspraak buiten beschouwing was gebleven of onvoldoende was overwogen".

We dienen te weten dat de begrippen 'mindere' en 'meerdere' vergadering niet zien op een lagere of hogere plaats binnen de rangorde van kerkelijke bijeenkomsten. Het gaat niet om een soort van hiërarchische orde. In de kerkenraad en in de classis, en ook op de synoden vergadert men op basis van de Schrift, de belijdenis en de kerkorde. Er is geen ander fundament voor de mindere vergaderingen dan hetwelk ook aan de meerdere vergaderingen ten grondslag ligt. Het 'meerdere' ziet op het aantal kerken dat bij de vergadering betrokken is. Door de vergroting van het aantal deelnemers aan zo'n vergadering, meent men, dat er mogelijk meer inzicht en wijsheid zal zijn.

Kerkelijke rechtbank
Van ouds hebben deze vergaderingen gediend als een soort van kerkelijke rechtbank. Het recht dat daar geldt is van een ander gehalte zou men kunnen zeggen dan dat van een civiele rechtbank. Het burgerlijk recht dient om de overtreder in een goed spoor van burgerlijk fatsoen te houden. De gerechtigheid die hier geldt, ressorteert onder algemene moraliteit. In de kerkelijke rechtspraak gaat het er om, om aan het recht van Christus in zijn kerk gestalte te geven. Een zondaar moet hier tot bekering komen. En in het zoeken van recht, op alle niveaus in de gemeente van Christus, geldt de norm van de vergeving en de verzoening.

Dit betekent allerminst dat ervan onduidelijkheid in de rechtsgang sprake zou moeten zijn. Wanneer onverhoopt de burgerlijke rechter wordt ingeschakeld, omdat iemand de kerkelijke rechtsgang veracht, of wantrouwt, of meent dat hem juist in die rechtsgang verongelijking wacht, dan zal die rechter de kwestie toetsen aan het eigen kerkelijke recht. De overheid spreekt dan van het 'statuut' dat als norm voor de binnenkerkelijke gang van zaken wordt gehanteerd. Voor die kerkelijke rechtsgang moet de procedure helder wezen. Zij wordt summier omschreven in art. 31 van de kerkorde.

Geen handboek voor predikanten
Dat de kerkorde geen handboekje alleen voor predikanten wil zijn ligt voor de hand. Maar al te vaak functioneert zij echter wel in die trant. In de gemeente heerst grote onkunde er over. Het is een kwestie van waarheid en oprechtheid, dat een ambtsdrager een gemeentelid op gang helpt, wanneer deze een kerkelijke procedure zoekt. Men onthoudt soms aan iemand de noodzakelijke informatie omtrent de gang van zaken. Weet iedereen wat de betekenis is van de termijn waarbinnen men appel kan aantekenen? En wat het verschil is tussen een simpele brief en een goed opgesteld appel? Men kan soms om formele redenen, die hun eigen goede grond hebben, een appel afwijzen. De gemeenteleden hebben daarom recht om te weten aan welke eisen een appelschrift moet beantwoorden. Het is de taak van hen, die de gemeente hebben te leiden, om mensen met zinloze klachten te informeren, waarom zij beter een procedure kunnen mijden. Tegelijk dienen zij die oprecht menen zich te moeten beklagen, de weg te wijzen, opdat over hun klacht kan worden geoordeeld en een ban uit het leger kan worden weggenomen.

W. van 't Spijker
(Prof. dr. W. van 't Spijker is emeritushoogleraar kerkgeschiedenis en kerkrecht)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 januari 2004

De Wekker | 16 Pagina's

Het beroep op meerdere vergaderingen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 januari 2004

De Wekker | 16 Pagina's