Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

"Vergeeft elkander..." (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

"Vergeeft elkander..." (2)

Over vergeving van mensen door mensen

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Berouw hebben
De vorige keer heb ik iets geschreven over Gods vergeving en een en ander laten zien over menselijke vergeving vanuit twee gedeelten uit het Oude Testament. Nu iets over diverse teksten uit het Nieuwe Testament. Allereerst Lucas 17:1-6, waarin over vergeving wordt gesproken binnen het kader van verschillende vermaningen voor het samenleven in de gemeente van Christus. Jezus zegt daar: "Indien uw broeder zondigt, bestraf hem, en indien hij berouw heeft, vergeef hem." De vraag komt op: wordt hier gesproken over een meer 'algemene' zonde (tegenover God) of over iemand die zijn naaste iets aandoet? In vers 4 van de perikoop wordt heel duidelijk gesproken over: indien hij tegen u zondigt. We hebben hier zeker te denken aan iets ernstigs binnen intermenselijke verhoudingen.
Opvallend is dat Jezus hier spreekt over berouw hebben. Als de 'dader' berouw heeft, vergeef dan wat hij je heeft aangedaan, en als hij zeven keer terugkomt en zeven keer berouw heeft vergeef hem zeven keer. Het getal zeven is hier niet bedoeld als rekenkundige eenheid, alsof het bij de 8e keer niet meer hoeft, maar is symbolisch bedoeld als aanduiding van volheid. Belangrijk is dat er wordt gesproken over berouw hebben. Het Grieks gebruikt hier zelfs het woord metanoia, aanduiding voor bekering, ommekeer, innerlijke verandering! Precies dát is een aspect dat niet altijd voldoende wordt gehonoreerd bij het spreken en nadenken over vergeving van mensen door mensen. Ook de psychologie laat, als het over deze dingen gaat, zien hoe belangrijk verandering is, ik kom daar nog op terug, maar de Schriften reiken het eveneens duidelijk aan. Het hebben en tonen van berouw moet niet een ijzeren wet worden, alsof het alleen maar via deze weg kan en mag. Soms is die weg afgesloten, bijvoorbeeld wanneer de dader niet meer leeft of op een andere manier onbereikbaar geworden is. Maar over het algemeen mag zeker gezegd worden dat het echt en diepgaand tonen van berouw de ander kan helpen om te komen tot vergeving.

Een gelijkenis over vergeving
Belangrijk voor de thematiek van de vergeving is de gelijkenis die Jezus vertelt na een vraag van Petrus: "Here, hoeveel maal zal een broeder tegen mij zondigen en moet ik hem vergeven? Tot zevenmaal toe?" (Matth. 18:21-35). Er is een joodse traditie die zegt dat wanneer iemand een ander onrecht heeft aangedaan hij of zij verplicht is dit te verzoenen door het vragen om vergeving. Overigens is dat een aspect waarvoor we mogelijk te weinig oog hebben en wat we van de joodse traditie kunnen leren: het appèl om vergeving te vrágen; de oproep om te vergeven klinkt in ieder geval bij ons vaker dan de oproep om vergeving te vragen! Hoe dan ook: wanneer het slachtoffer in eerste instantie daarvan niet wil weten moet het driemaal herhaald worden. Als het slachtoffer dan nog niets wil weten van verzoening is de ander vrij. De bereidwilligheid van Petrus gaat al heel ver. Jezus' antwoord gaat daar ver boven uit: "Niet tot zevenmaal toe, maar tot zeventig maal zeven maal."

De woorden van Jezus duiden op een zeer overvloedige volheid. Dan komt de gelijkenis. Ik ga niet op alle details in. Een koning wil afrekening houden en er wordt een slaaf voorgeleid die een schuld heeft van 10.000 talenten: een onvoorstelbaar en in wezen onbetaalbaar bedrag. Belangrijk is dat de eerste slaaf voor de koning neervalt en smeekt om lankmoedigheid en geduld. Daarin erkent de slaaf zijn schuld jegens de koning. De koning scheldt de schuld kwijt. Als de slaaf naar buiten gaat ontmoet hij een medeslaaf die hém iets schuldig is: veel minder, 100 schellingen, maar toch. Ook deze medeslaaf werpt zich voor zijn collega neer en smeekt hem om geduld. Daarin zit ook weer erkenning van de schuld. Maar de eerste slaaf kent geen genade, hoewel hij die had moeten kennen, gelet op de gebeurtenis vlak daarvoor! De afloop is bekend: de eerste slaaf wordt in de gevangenis geworpen. De conclusie van Jezus is ingrijpend en aangrijpend: "Alzo zal uw hemelse Vader u doen indien gij niet, een ieder zijn broeder, van harte vergeeft." De vergeving van God is een onuitputtelijke bron voor de menselijke vergeving; maar wie niet wil vergeven, zelfs niet wanneer de dader diepgaand schuld heeft erkend, 'verspeelt' de goddelijke vergeving. Bij de conclusie van Jezus dient dus wel bedacht te worden dat de schuld is erkend door diegenen die iets schuldig zijn. Dat is een wezenlijk aspect in de gelijkenis en bij de indringende woorden van Jezus.

Paulus
Ook Paulus roept in zijn brieven meer dan één keer op tot vergeving. Een voorbeeld daarvan vinden we in Romeinen 12. Bekend zijn de woorden: "Houdt zo mogelijk, voor zover het van u afhangt, vrede met alle mensen" (vs. 18) en: "Overwin het kwade door het goede" (vs. 21) Maar goed lezen van dit gedeelte laat weer uitkomen dat het aspect van de gerechtigheid niet onder tafel valt. De apostel roept op om geen kwaad met kwaad te ver gelden. Overigens vinden we dit ook bij de rabbijnen. Dat Paulus hier schrijft: Houdt vrede met alle mensen, zou wel eens te maken kunnen hebben met een missionair motief, indien we bij alle mensen met name zouden moeten denken aan de niet-christenen. Wanneer christenen geen wraak oefenen, komt dat de verbreiding van het Evangelie ten goede. Hetzelfde vinden we in 1 Petrus 3:15, waar Petrus een appèl doet op zachtmoedigheid, opdat de goede wandel in Christus niet-christenen ontvankelijk kan maken voor het getuigenis dat gelovigen geven omtrent de hoop die in hen is. Want we moeten bij deze en andere woorden van Paulus en Petrus niet vergeten dat deze twee broeders intern een diepgaand conflict hebben gehad (zie Gal. 2). Als Paulus in Romeinen 12 de gemeenteleden oproept geen wraak te oefenen, zegt hij er direct bij met een citaat uit Deuteronomium 32:35: "Mij komt de wraak toe." Prof. Peels heeft met betrekking tot het woord 'wraak' in de Bijbel overduidelijk aangetoond dat het dan niet gaat om botte wraakzucht zoals we die bijvoorbeeld tegenkomen rond de bloedwraak, maar dat het gaat om handhaving van de gerechtigheid, waarbij we er overigens nooit aan voorbij mogen gaan dat het dan Góds gerechtigheid is: Gods andere en soms ook vreemde gerechtigheid, in de Psalmen wel aangeduid als 'heilig recht'. Paulus ziet trouwens ook de overheid als een instrument van God om gerechtigheid te oefenen, vandaar dat hij in het direct daarop volgende hoofdstuk 13 over deze roeping van de overheid spreekt. De woorden van Paulus vormen een sterke oproep om niet zelf de vergelding ter hand te nemen, mede omdat mensen zo in een 'vergeldingsspiraal' terechtkomen waarvan we de verschrikkelijke gevolgen bijna dagelijks kunnen zien.

"Gelijk ook wij vergeven..."
Aan de vijfde bede van het Onze Vader mag niet worden voorbijgegaan wanneer we nadenken over vergeving van mensen door mensen: "Vergeef ons onze schulden gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren." De letterlijke bewoording kan misverstand oproepen en daarvan zijn vele voorbeelden te geven. Zo kan men uitspraken tegenkomen die in de richting gaan van: Ik mag niet rekenen op Gods vergeving want ik kan diegene die mij dit aangedaan heeft niet vergeven. Dit is een zeer begrijpelijke uiting als het thema vergeving ter sprake komt. Echter: zo wordt het doen van het tweede gedeelte van deze bede gezien als een voorwaarde voor de vervulling van het eerste gedeelte. Maar zo mag deze bede niet gelezen worden, omdat dit een totale omkering van de Bijbelse structuur is. Alsof onze vergeving van elkaar voor God de bron en norm is van Zijn vergeving! Dat kan de bedoeling van deze woorden niet zijn. Het is precies andersom zoals we in de zojuist besproken gelijkenis gezien hebben: Gods vergeving is de bron en norm van onze vergeving. Het verstaan van deze bede luistert nauw.
Allereerst is de context van belang, en die context is in de eerste plaats het getuigenis van heel de Schrift. Men mag wel zeggen: de Bijbel is vol van Gods vergeving. In het Nieuwe Testament is het Gods heilsdaad in Jezus Christus, de gekruisigde en opgestane Here en Heiland, in en door Wie wij vergeving mogen ontvangen. Gods ruime en rijke genade gaat aan alles vooraf en omvat alles!
Verder: vele Nieuwtestamentici wijzen er met nadruk op dat het Onze Vader niet voor niets begint met deze aanspraak, en die aanspraak doortrekt het hele gebed. Jezus zelf gebruikte het Aramese woord Abba, een woord dat grote vertrouwelijkheid aanduidt. De omgang tussen God en de Zijnen vindt plaats binnen een zeer vertrouwelijke Vader-kind relatie, juist ook in het bidden. En binnen dat kader is geen plaats voor harde voorwaarden en stringente eisen vooraf. Dat mensen elkaar vergeven is geen eis vooraf, maar een gave van God, die de Zijnen graag wil geven wat ze nodig hebben. Ook vergeven is in de meest letterlijke zin van het woord een genade-gave we zien in de Schriften, zoals boven aangewezen (bijv. de lijn van het berouw van de dader) absoluut belangrijk blijven. Een bekend Nieuwtestamentisch woordenboek concludeert na de bespreking van het woord 'vergeving' dat de menselijke vergeving "tot het geschonken nieuwe leven behoort, als dankbaarheid voor de begenadiging van de zondaar". Zo moet uit het Onze Vader: gelijk ook wij vergeven, worden verstaan: als een gave van de Vader. Menselijke vergeving als een gave zien is een andere manier van denken over vergeving, maar wel een zeer bevrijdende manier. Er zijn diverse verhalen, ook in de pastoraal-psychologische literatuur over vergeving, waarin vergeving zo functioneert. Maar daarover een volgende keer.

C. van Atten
(Drs. C. van Atten is predikant van de kerk te Hilversum-Oost)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 juni 2004

De Wekker | 16 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 juni 2004

De Wekker | 16 Pagina's