Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Van student naar predikant (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van student naar predikant (2)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het vorige artikel kwam de persoonlijke begeleiding van de Apeldoornse studenten via gesprekken e.d. ter sprake. Ik vraag nu uw aandacht voor nog een andere vorm van persoonlijke begeleiding, namelijk via het onderwijs. Dat onderwijs in Apeldoorn heeft, zoals bekend, een wetenschappelijk niveau. Als zodanig is onze Universiteit ook erkend door de overheid en ontvangen wij een aanzienlijke subsidie (die sinds 1 januari jl. zelfs meer dan verdubbeld is - een zaak om erg dankbaar voor te zijn). Bij dat wetenschappelijk niveau wordt echter uitdrukkelijk gerekend met het gegeven dat de opleiding primair bedoeld is voor de vorming van a.s. dienaren van het Woord. De generale synode heeft dat vaak onderstreept en 'Apeldoorn' wil ook niet anders. Alle hoogleraren zijn predikant geweest. Als zodanig gaan zij voor in de kerken, en bij de colleges door de week komt die binding regelmatig aan de oppervlakte.

Ambtelijke vakken
Een bijzondere plaats nemen in dit opzicht de zogenaamde ambtelijke vakken in (in Apeldoorn worden ze ook wel aangeduid met een andere, moeilijke naam, maar voor de duidelijkheid hanteer ik deze naam). Daarmee worden bedoeld de vakken die speciaal gericht zijn op bepaalde praktische onderdelen van het predikantswerk. Zo staat het vak homiletiek voor het leren preken (daar komen we in een ander artikel nog op terug), catechetiek voor het leren catechiseren, poimeniek voor het 'onder de knie krijgen' van het pastoraat, het vak liturgiek spreekt voor zichzelf.
In deze colleges, die alle aan drs. A. Baars zijn toevertrouwd, wordt inzicht gegeven in allerlei historische en theologische achtergronden van de betreffende vakken; daarnaast is er ook gelegenheid voor de studenten om persoonlijk praktische vaardigheden op te doen. Bij het vak catechetiek hoort bijvoorbeeld het verzorgen van enkele catechisatielessen, die vervolgens geëvalueerd worden. Daarbij is er aandacht voor het persoonlijk functioneren van de student in het kader van het groepsproces dat bij een catechisatieles optreedt.

Stage
Een ander element van de studie waarin de student de gelegenheid krijgt een gedegen voorbereiding op het werk in de pastorie te ontvangen, is ongetwijfeld de stage. Sinds de invoering daarvan in de tweede helft van de jaren '80 (van de vorige eeuw) heeft deze een steeds duidelijker plaats in de opleiding gekregen, ook als het gaat om de omvang ervan. Begonnen werd indertijd met ongeveer een maand; nu is er sprake van twee maal vier weken, met daar tussenin een aantal weken, bedoeld voor persoonlijke reflectie en het verwerken van bijbehorende literatuur. De stage is voor de admissiale studenten een verplicht(!) bijvak, dat meestal in het vijfde studiejaar een plaats krijgt. De hoogleraren komen met een voorstel voor de gemeente waar de stage van een bepaalde student plaats zal vinden en de predikant die in die gemeente als begeleider zal optreden, naar het curatorium. Het curatorium neemt het uiteindelijke besluit. Daarbij komen verschillende aspecten aan de orde:

1. de geografische bereikbaarheid voor de betreffende student;

2. het verschil van de beoogde gemeente met de gemeente waar hij zelf toe behoort of uit afkomstig is, in die zin dat getracht wordt een koppeling tussen student en gemeente tot stand te brengen waarvan verwacht mag worden dat het mede vormend en 'blikverbredend' werkt. Daarbij mogen de verschillen ook weer niet al te groot worden, want dan zou dat wel eens het omgekeerde effect kunnen hebben...;

3. de 'kundigheid' van de voor de stagebegeleiding gevraagde predikant; want niet ieder is even sterk in overdracht van kennis en vaardigheden en het begeleiden van iemand die wat betreft het werk echt nog in de kinderschoenen staat;

4. de beschikbare tijd die de predikant van de beoogde gemeente ervoor beschikbaar kan stellen, want zeker in het eerste deel van de stage is dat een hele tijdsinvestering, terwijl in het tweede deel, wanneer de student meer zelfstandig te werk gaat, er sprake kan zijn van enige tijdswinst.

U begrijpt dat er met grote zorgvuldigheid gekeken wordt naar een optimale plaatsing. In de praktijk is dat lang niet altijd gemakkelijk. Soms moeten predikanten met spijt het verzoek uit Apeldoorn afwijzen, omdat ze zozeer aan de grens van hun mogelijkheden en spankracht zitten, dat ze het er echt niet bij kunnen hebben. Daar is uiteraard respect voor; des te meer verheugen we ons er in, dat het telkens mogelijk blijkt een stageplaats te vinden, zij het dat niet altijd aan alle randvoorwaarden voldaan kan worden.

De stage is echt een heel belangrijk element van de studie, daar waar het gaat om begeleiding en persoonsvorming, zowel geestelijk als praktisch. Ook hier geldt dat er soms een bijzondere band tussen gemeente en student ontstaat, die na jaren nog zichtbaar is. Het is voor vele studenten ook dé gelegenheid om te genieten van gesprekken met wijze mensen die hem door zijn begeleider voor een contact/gesprek worden genoemd.

Voorafgaand aan de stage is er sinds de laatste wijziging van het curriculum (dat is een duur woord voor de opzet van de studie van jaar tot jaar) vrij vroeg, namelijk in het derde jaar, de mogelijkheid een korte stage te doen (bij het HBO bekend als een 'snuffel-stage', wij noemen het 'praktijkoriëntatie'). Ook deze werkt mede persoonsvormend.

Afronding
Aan het eind van de stage wordt het resultaat gewogen: het verslag dat door de student is opgesteld en het verslag dat de kerkenraad heeft geschreven, worden samen met de rector en de stagebegeleider besproken. De laatste heeft een visie kunnen ontwikkelen op persoonlijkheid, algemene en pastorale houding, karakter etc. van de stagiair. Ook hier is het weer: luisteren en leren!

D. Quant
(Ds. D. Quant is predikant in Eindhoven en secretaris van het curatorium)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 juli 2004

De Wekker | 16 Pagina's

Van student naar predikant (2)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 juli 2004

De Wekker | 16 Pagina's