Gods raamwerk van de wereldgeschiedenis (Daniël 7: 1-8)

Profetie
Waar gaat het met deze wereld naar toe? Gods Woord laat ons niet in het onzekere. Daniëls profetieën laten zien dat de Here alles regeert en naar Zijn doel leidt. Echter we kunnen op twee manieren verkeerd met die profetieën omgaan. De eerste fout is dat we ze zien als rekenmodel. Als een blauwdruk voor de toekomst. Dan denken we dat we Gods handelen precies in kaart hebben. Zo is het niet!
De tweede fout is, dat we doen alsof het geheimtaal is waar geen touw aan vast te knopen is. Dus doe maar geen moeite om het te begrijpen. Ook dat is onjuist! God geeft de profetieën niet voor niets. Hij wil ons er door onderwijzen en vertroosten.
Daniël 7 verplaatst ons naar het eerste jaar van koning Belsazar. Daniël is dan ± 70 jaar oud. God laat hem dromen en gezichten zien. Er is een nauw verband tussen dit hoofdstuk en Nebukadnezars droom in hoofdstuk 2 over vier koninkrijken die elkaar opvolgen. Het gouden hoofd is Babel, het rijk van Nebukadnezar. Daarna komt de borst van zilver; het rijk van de Meden en Perzen. Dan de buik van koper; dat is het Griekse rijk van Alexander de Grote. Tenslotte de benen van ijzer, het Romeinse rijk dat hard als ijzer was. Dan raakt er een steen los van de berg. Dat is het rijk van God. Koning Jezus werd geboren toen keizer Augustus regeerde. Die steen wordt steeds groter tot straks bij Jezus’ wederkomst alle rijken op aarde vernietigd zijn.

Vier dieren
In het visioen van Daniël 7 komen deze vier rijken terug. Daniël droomt dat hij bij de grote zee staat. Die zee wordt door de vier winden van de hemel in beroering gebracht zodat het één wilde kolkende watervloed is. Die zee is een beeld van de volkerenwereld waarin het door oorlogsgeweld soms heel woest toegaat.
Uit die kolkende zee ziet Daniël vier dieren opkomen. Ze komen niet tegelijk op, maar na elkaar. Ze symboliseren vier wereldrijken (vs. 17: vier koningen) die vanuit oorlogsgeweld en revoluties opkomen. Die dieren staan symbool voor een land. Net als bij ons de Nederlandse leeuw en de Duitse adelaar en de Russische beer.
Het eerste dier dat Daniël ziet, lijkt op een leeuw. Maar het heeft iets bijzonders: Vleugels van een adelaar. De leeuw is de koning van de dieren. De adelaar de koning van de vogels. Dit rijk heeft iets koninklijks. Denkt u niet ogenblikkelijk aan Babel, het rijk van Nebukadnezar? Als Daniël blijft toekijken worden zijn vleugels uitgerukt. Dit rijk wordt vleugellam geslagen. Onder Belsazar is het gedaan met de hoge vlucht van dat rijk. De leeuw wordt overeind gezet als een mens. Hij houdt op een sterke leeuw te zijn. Hij wordt een bang mens (zie Daniël 5).
Het tweede dier lijkt op een beer. Het is bijzonder vraatzuchtig en agressief. Die vraatzucht wordt aangemoedigd door een stem die zegt: Sta op, eet veel vlees. Hiermee wordt het rijk van de Meden en de Perzen bedoeld. Dat was steeds op verovering uit. Het had altijd honger: landhonger.
Het derde rijk lijkt op een panter. Het opvallende is dat het vier koppen heeft en vier vogelvleugels op zijn rug. Het is het rijk van Alexander de Grote dat bekend staat om z’n snelle veroveringstochten en bliksemoorlogen, zoals een panter vliegensvlug zijn prooi bespringt. Maar plotseling komt er een einde aan dat rijk als Alexander de Grote op 33-jarige leeftijd sterft. De heerschappij wordt overgenomen door vier generaals. Het valt in vieren uiteen. Een panter met vier koppen.
Op dit derde rijk volgt een vierde dier waar Daniël geen naam voor heeft omdat het zo vreselijk en buitengewoon sterk is. Het overtreft de anderen in vraatzucht en vernielzucht. Het lijkt wel een machine. IJzeren tanden en koperen klauwen (vs. 19). Het is het Romeinse rijk. In dat vierde rijk vindt een ontwikkeling plaats. Het heeft tien horens. Ineens komt een elfde horen op en worden drie anderen uitgerukt. De betekenis van dit vierde dier wordt vanaf vs. 19 uitgewerkt. Daar hopen we de volgende keer op in te gaan. Nu gaat het erom dat dit rijk uitloopt op het meest vreselijke rijk op aarde. Het toppunt van machtsmisbruik en verachting van God.

De rechtszitting
Als het zover is grijpt God in. Je voelt de overgang tussen vs. 8 en vs. 9. God grijpt in op het toppunt van verzet tegen Hem. Hij houdt alles in Zijn hand. God troost ons door het raamwerk van de wereldgeschiedenis bekend te maken. Alle machten – tot en met de antichrist toe – gaan eraan als de HERE ingrijpt. In vs. 9 worden tronen opgesteld. Er wordt een rechtszitting voorbereid. God Zelf is de Rechter. Daniël ziet een Oude van dagen. Een eerbiedwaardige verschijning. God de Vader verschijnt in een menselijke gedaante. Zijn kleding is wit als sneeuw en zijn hoofdhaar blank als wol. Het spreekt van majesteit en heerlijkheid. Verder wordt die heerlijkheid zichtbaar door een troonwagen en miljoenen engelen. De vierschaar (rechtbank) zet zich neder. God, de hoogste Rechter neemt plaats. De boeken worden geopend. Alle machtsmisbruik van de wereldheersers komt aan het licht. Niets blijft voor Gods rechtvaardige vonnis verborgen. Als die rechtszitting plaatsvindt, schrikt Daniël van de brute woorden die in de rechtszaal klinken (vs. 11). Ze komen van de “horen”, de heerser van het laatste rijk op aarde. Het rijk van de antichrist. Hij zet een grote mond op tegen de Rechter van hemel en aarde. Maar het vonnis wordt geveld. Hij wordt aan het vuur (het oordeel) prijsgegeven. Dan ziet Daniël in vs. 13 en 14 met de wolken des hemels iemand komen gelijk een mensenzoon. Daarmee wordt Jezus Christus bedoeld. Hij komt met de wolken om de koninklijke macht te aanvaarden. Zijn heerschappij blijft in eeuwigheid. Dan zullen de gelovigen met Hem als koningen mogen heersen (vs. 18).

Discussievragen:
1. Hebben we voldoende zicht op de profetieën? Zo nee, hoe komt dat? Hoe moeten we ze lezen?
2. Geeft het verband tussen Daniël 2 en Daniël 7 u meer zicht op de vier rijken die beschreven worden? Wat valt u bij die verschillende rijken op?
3. Ziet u bepaalde kenmerken van die vier rijken terugkomen bij latere rijken, zoals dat van Napoleon en Stalin en Hitler? Welke overeenkomsten ziet u?
4. Welke troost gaat er uit van de rechtszitting die beschreven staat in de vss. 9 t/m 12? Is die troost ook een aansporing tot een persoonlijke geloofskeuze?
5. Welke lijnen zijn er te trekken van de vss. 13 en 14 naar het Nieuwe Testament?

M.J. Oosting
(ds. M.J. Oosting is predikant in de gemeente van Biezelinge.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen