Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bediening der verzoening

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bediening der verzoening

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onlangs verscheen een boekje van de hervormde emerituspredikant (binnen de PKN) dr. C.A. van der Sluijs met de titel Prediking in de crises. De titel is veelzeggend. Hij signaleert dat in belangrijke mate de prediking als bediening van de verzoening niet meer goed functioneert. Daarbij heeft hij niet een bepaalde groep of kerkelijke denominatie op het oog. Hij meent dat dwars door alle kerken heen van behoudend tot progressief er veel schort aan de prediking.

De zaken die aan de orde worden gesteld zijn niet nieuw. Dr. Van der Sluijs heeft al eens, in een boekje over de Dordtse Leerregels, deze problematiek aangesneden. Ook in onze kerken en daarbuiten is de afgelopen decennia meer dan eens gezegd en geschreven dat de nood van de kerk de nood van de prediking is. Het is niet mijn bedoeling om hier verder in te gaan op het boekje van dr. Van der Sluijs. Een boekbespreking zou dan meer op zijn plaats zijn. Het gaat mij er in dit artikel om de prediking als middel door God gegeven tot de bediening van de verzoening aan de orde te stellen.

Relatie tussen kerk en prediking
Bijbels gezien is de relatie tussen de kerk en de prediking heel nauw. De kerk staat of valt met de prediking. Waar de prediking niet meer overeenkomstig het Woord van God is, daar is een stuk nood. Als in de prediking niet meer de wezenlijke elementen aan bod komen die het Woord van God ons voorhoudt, is de kerk in nood. Dan worden er stenen voor brood uitgereikt en worden de harten niet meer gevoed met het brood des levens. Aan de andere kant mag ook gezegd worden dat waar de prediking overeenkomstig het Woord van God is, daar wordt het geestelijk voedsel uitgedeeld.
De prediking is het middel wat God gegeven heeft om Zijn gemeente te bouwen en te versterken. In het boek Handelingen zien we hoe de verhoogde Heere Jezus Christus Zijn kerk bouwt door de verkondiging van het Evangelie en de gelovigen versterkt worden en toenemen in de genade door de prediking van het Evangelie. De apostel Paulus zegt in Romeinen 10 dat het geloof uit het gehoor is en het gehoor door de prediking van het Woord van God. Er is onlosmakelijke band tussen kerk en prediking, omdat de prediking door de Heilige Geest het middel is om het geloof te werken.
Is het dan niet merkwaardig dat vandaag de prediking als verkondiging van het Evangelie niet meer als relevant wordt gezien? De prediking van het Woord en dan heel concreet, de preek, moet aangevuld of zelfs vervangen worden door andere moderne communicatiemiddelen. De preek als medium voldoet niet meer. De preek is dan niet meer het middelpunt van de kerkdienst, maar heeft een marginale plaats. Je kunt de boodschap toch ook met andere en dan vooral visuele middelen overbrengen. Hier komt de vraag boven of dit niet strijdig is met de prediking als het middel dat God gegeven heeft om zondaren Zijn stem te laten horen? Het is voluit Bijbels om de prediking van het Woord alle nadruk te geven, hoewel daarmee niet gezegd is dat andere elementen in de erediensten onbelangrijk zouden zijn. De symboliek in de reformatorische kerken is sprekend: de preekstoel in het midden met daarop een opengeslagen bijbel. Het gaat om het Woord, om de uitleg en de toepassing van het Woord.

Prediking is bediening
Van der Sluijs geeft aan dat er ook in de kerkelijke kringen waar de preek voluit centraal staat, sprake is van een crisis. De genade wordt niet voluit meer als genade verkondigd. In plaats van de genade staat de vrome mens in het middelpunt.
Het is natuurlijk van groot belang om ook de rechtzinnige prediking te toetsen aan het Woord van God. Met rechtzinnig bedoelen we dan een prediking die onderschrijft dat de Bijbel voluit het Woord van God is en waarin aan de fundamentele heilswaarheden van het Woord van God niet getwijfeld wordt. Toch is het gevaar aanwezig dat (onbedoeld?) niet de genade verkondigd en aangeboden wordt, maar vooral een beschrijving gegeven wordt van het werk van God.
Ik wil een paar opmerkingen maken bij deze constatering. Het is een gevaar dat de prediking opgaat in een beschrijving van de bekeringsweg, waarin toch de mens weer centraal staat. Dan heeft de prediking geen zeggingskracht en krijgen de hoorders alleen een verhaal te horen. Er is ook het gevaar dat de prediking de hoorders aanzet tot allerlei activiteiten. De hoorders moeten het geloof ‘handen en voeten geven’. De nadruk ligt op wat de mens moet doen voor God. Zo werkt de prediking passiviteit of activiteit in de hand.
Het is de bedoeling van het Woord van God dat de mens met God geconfronteerd wordt en Hem ontmoet in de prediking. Het gaat inderdaad om de bediening van de verzoening. Paulus geeft aan in 1 Korinthe 5: 20, een tekst die bij de bevestiging of intrede van een predikant meer dan eens gebruikt zal zijn, dat de inhoud van prediking een dringend appel is: Laat u met God verzoenen.
Het is bijbels geboden zondaren aan het hart te leggen dat ze verzoening met God nodig hebben en dat verzoening met God ook daadwerkelijk mogelijk is door het verzoenende werk van Christus. Het gaat in de prediking om de ontmoeting met God. In die ontmoeting met God wordt de hoorder als zondaar schuldig gesteld voor het aangezicht van God. Van nature zien wij niet hoe schuldig we staan tegenover God. We beseffen de noodzaak van de verzoening niet. Het is de prediking die de mens plaatst voor het aangezicht van God, waardoor hij ontdekt dat hij schuldig is en voor God niet kan bestaan. In die ontmoeting met God wordt de schuldige zondaar vrijgesproken door het bloed der verzoening. De Heilige Geest richt het hart onder de prediking op Christus, Die de dood is ingegaan en de gerechtigheid verworven heeft die nodig is om voor God te bestaan. Onder de bediening van de verzoening wordt een verslagen zondaar vertroost met het heil in Christus. De goddeloze wordt vrijgesproken van de schuld en van de straf op de zonde en ontvangt het recht op het eeuwige leven. Waar deze dingen gebeuren onder de prediking, daar merk je dat de verwondering over Gods genade beleefd en uitdragen wordt.
Hier zou meer te zeggen zijn over de bediening van de verzoening, maar het hart van de prediking is de ontmoeting tussen God en de zondaar, waarin de zondaar door God wordt vrijgesproken. Er gebeurt wat tijdens de kerkdienst en onder de prediking. De Heilige Geest is met en door het Woord bezig om de verzoening uit te delen en te bedienen. Dat maakt de prediking tot een zaak van het hoogste belang. Het is naar het woord van Calvijn dat het bloed van Christus druppelt in de kerkdienst.

Vrije genade
In deze bediening van de verzoening gaat het om de rechtvaardiging van de goddeloze. Dat is ook het bevrijdende van het Evangelie. God rechtvaardigt niet de vrome mens, maar goddelozen worden om niet gerechtvaardigd. Hier is het genadekarakter van het heil in het geding. Onder de bediening van de verzoening worden vijanden met God verzoend. God roept vijanden en goddelozen onder de prediking om zich met Hem te laten verzoenen. Dat is aan de ene kant diep vernederend, want de zondaar wordt in deze bediening aangeklaagd in zijn schuld en vijandschap voor God. Aan de andere kant is deze bediening vol van Gods rijke genade, want voor God hoeft een mens niets te zijn dan een goddeloze. Hier wordt God ook op het hoogst verheerlijkt, want zondaren die van nature vijanden zijn worden behouden. Alles wat een gerechtvaardige zondaar heeft, heeft hij van God ontvangen uit genade alleen. We kunnen daarom nooit teveel de nadruk op het genadekarakter van het heil leggen. Dit genadekarakter is van groot belang, want die ontmaskert de mens die zich op grond van zijn vroomheid verdienstelijk wil maken voor God en die ontmaskert ook de mensen die met hun activiteiten menen het Koninkrijk van God te kunnen ingaan. De toekomst van de kerk hangt inderdaad nauw samen met de prediking als bediening van de verzoening. Aan ons is als kerk deze bediening van de verzoening toevertrouwd. God geve ons als kerken in onze tijd dat we trouw zijn aan deze bediening van de verzoening, opdat goddelozen met God verzoend worden door de dood van Zijn Zoon.

H. Polinder
(Ds. H. Polinder is predikant van de Maranathakerk op Urk)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 2005

De Wekker | 16 Pagina's

Bediening der verzoening

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 2005

De Wekker | 16 Pagina's