Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Adventstwijfel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Adventstwijfel

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gelooft u dat écht?, vroeg ooit een catechisant. We spraken die avond over de heilsfeiten en hun betekenis. Die jongen hoorde 't eerst allemaal een poosje aan. Maar toen moest en zou hij zijn vraag kwijt. Of ik t allemaal echt geloofde. Nu, hij deed dat niet, zo zei hij daarna. Voor hem was het allemaal één groot vraagteken. Hij zat vol met twijfel.

Wie het adventsevangelie leest, ziet dat ook daar sprake is van twijfel. Klaarblijkelijk is twijfel helemaal niet zo vreemd, ook niet rond de komst van de Here Jezus in de wereld. In de adventsliederen die de christelijke kerk in deze weken zingt kom je deze twijfel maar weinig tegen. Maar de Schrift en de pastorale praktijk laten ’t zien: die twijfel is er wél. Misschien ook wel in ons eigen hart en leven. Alle reden dus om juist in de adventsweken stil te staan bij de twijfel.
In dit artikel ga ik aan de hand van twee voorbeelden eerst in op de adventstwijfel in Gods Woord. Daarna probeer ik een paar bijbelse lijnen samen te vatten.

Zacharias
Als eerste wijs ik op de adventstwijfel bij Zacharias, de priester uit het land van Judea (Lucas 1: 8-23). Het is voor Zacharias zo ongeveer de grootste dag uit zijn leven als de engel Gabriël tot hem komt. Het is om te beginnen de dag waarop hij het priesterambt mag uitoefenen in de tempel in Jeruzalem, echt een hoogtepunt voor deze oude ambtsdrager. Vervolgens krijgt hij van Gabriël te horen dat de gebeden van hem en zijn vrouw Elizabeth zijn verhoord. Hun huwelijk, dat zoveel jaren kinderloos bleef, zal alsnog de kinderzegen mogen ontvangen. Maar het grootste bericht is ongetwijfeld de mededeling van de engel dat de zoon van Zacharias en Elizabeth de voorloper van de Messias zal worden. Inderdaad een grote dag voor Zacharias: een dag van bijzondere priesterdienst, van hemelse gebedsverhoring en van aankondiging van heil.
Maar hoe reageert dit kind van God? Zacharias beantwoordt de adventsboodschap van de Here met twijfel. Zacharias vraagt: ‘Waaraan zal ik dit weten?’. Hij vraagt dus om een teken, om een bewijs, om iets dat hem zekerheid geeft. De afzender van de heilsboodschap is volstrekt betrouwbaar, want Gabriël staat in dienst van de Here Zelf. En toch is dat voor Zacharias niet genoeg. Hij twijfelt en vraagt een teken. En krijgt uiteindelijk ook een teken, al is dat wel een ander ‘bewijs’ dan hij zich voorgesteld had. Zacharias zal maanden moeten zwijgen. De twijfel van Zacharias is wel begrijpelijk, want hij en Elizabeth zijn beiden op hoge leeftijd. Maar klaarblijkelijk is dat bezwaar voor de Here niet geldig.

Johannes de Doper
Vele jaren later krijgt ook Johannes de Doper met deze adventstwijfel te maken. Nota bene Johannes de Doper, de man die op ons overkomt als iemand, die overtuigd was van zijn roeping, die vaststond in zijn opdracht en onbeweeglijk leek in het geloof. Maar in Math. 11: 2-6 zien we dat ook de Doper met twijfel, met adventstwijfel te maken krijgt.
Want als Johannes in de gevangenis zit, steekt er een storm met orkaankracht op in zijn ziel. Als Johannes op zich in laat werken, wat hij over Jezus hoort, vraagt hij zich in alle ernst af of hij zich niet vergist heeft. Want de werken die de Christus doet – zieken genezen, doden opwekken, armen het evangelie verkondigen – zijn totaal anders dan de Doper zich had voorgesteld. Hij had de Messias aangekondigd als de man met de bijl, als de man met de wan in de hand en als de man met het vuur. Kortom: als de Messias die komen zou om Gods oordeel te voltrekken.
Maar daar merkt Johannes helemaal niets van. Het lijkt wel of Jezus bijl, wan en vuur helemaal laat liggen. En dat begrijpt Johannes niet. Heeft hij zich dan vergist? Is Christus wel degene die komen zou? Is hij wel de Messias?
Bovendien: Johannes zit in de gevangenis en wat doet de Meester? Niets. Helemaal niets. Hij steekt niet één vinger uit om ‘de vriend van de Bruidegom’ uit zijn ellende te verlossen.
En dat alles is meer dan voldoende om Johannes tot ontreddering, ja tot adventstwijfel te brengen. Johannes weet het niet meer. En daarom laat hij ’t via discipelen aan Jezus Zelf vragen: ‘Zijt Gij het die komen zou, of hebben wij een ander te verwachten? Anders gezegd: bent U, Here Jezus, het écht? Of heb ik me vergist?

Werkelijkheid
Wat zien we hier? Om te beginnen dat twijfel – ook dus de twijfel rond de komst van Christus in de wereld – een verschijnsel is dat vaak voorkomt. Niet alleen bij ongelovigen of jongeren, ook bij gerijpte gelovigen als Zacharias en Johannes de Doper. Zonder de twijfel te koesteren of te verheffen tot kenmerk van waarachtig, geestelijk leven (want dat is onbijbels), mogen we de ogen niet sluiten voor de werkelijkheid van het geloofsleven. En dat is een werkelijkheid die vaak in meer of mindere mate met twijfel te maken heeft.
Aan de andere kant leren deze voorbeelden ons ook duidelijk dat concrete levensomstandigheden van grote invloed kunnen zijn op het ontstaan van twijfel. Datzelfde kan trouwens ook van het karakter gezegd worden, maar daar ga ik nu verder aan voorbij. Bij Zacharias wordt de twijfel mede veroorzaakt door het onverwachte en overweldigende van de adventsboodschap. Bij Johannes de Doper speelt het isolement van het gevangenisleven een rol; dat moet een mens bijna wel in een persoonlijke crisis brengen. Alle reden dus om op een bepaalde manier ook nuchter tegen twijfel aan te kijken en de vraag stellen in welke omstandigheden iemand verkeert.
We zien hier ook wat twijfel betekent. Twijfel komt van het woord ‘twee’. Twijfelen is dus op twee gedachten hinken, heen-en-weer geslingerd worden tussen ‘ja’ en ‘nee’. Is ’t echt, of niet?
En dat kan dan op veel aspecten van de bijbelse boodschap betrekking hebben. Op de vraag naar het bestaan van God bijvoorbeeld. Of de vraag naar de werkelijkheid van Christus en Zijn heil? Maar er is ook veel twijfel rond de persoonlijke geloofszekerheid: is het heil wat de Here om Christus’ wil belooft ook voor mij? Hoe weet ik dat? En hoe weet ik dat het echt is? En zo zijn er meer aspecten te noemen. Maar op welke vragen de twijfel zich ook richt, kenmerk van twijfel is altijd dat ze het hart onrustig maakt. En dat kan zo diep gaan, dat ’t mensenhart – zoals bij de Doper – bijna verscheurt.

Aan Christus Zelf voorleggen
Tegelijk laten deze bijbelgedeelten een paar andere – en belangrijke! – lijnen zien. Zo mag het ons bijvoorbeeld niet ontgaan dat Johannes zijn twijfel aan Christus Zelf voorlegt. Dat is een diepe les in die geschiedenis. De Doper gaat met de vragen naar de Meester Zelf toe. En daarin wijst de Geest ook ons een duidelijke weg: uit de twijfel en met de twijfel gaan tot Hem die in het evangelie tot ons komt. De Here ziet toch niets liever dan dat alles wat het hart bezwaart aan Hem wordt voorgelegd? De twijfel wijkt niet voor menselijke overwegingen en argumenten. Twijfel wijkt – beter gezegd: de Here neemt de twijfel weg – wanneer de aanvechting en onzekerheid biddend in Zijn hand wordt gelegd.
We zien hier vervolgens ook hoe belangrijk de omgang met het Woord daarbij is. Voor Zacharias had ’t heilswoord van de Here genoeg moeten zijn; want de ‘Afzender’ van dat woord is door en door betrouwbaar. En bij Johannes wijst Christus op dat woord als Hij de Doper antwoordt. Want in dat antwoord verwijst Jezus naar het woord van de profetie (Jesaja 35). Om daarmee aan te geven dat Hij in het spoor van Gods Woord gaat. Eigenlijk zegt Jezus: Johannes, lees je Bijbel!
En daarmee wordt een fundamentele bijbelse lijn duidelijk die voor geloofsleven en pastoraat van grote betekenis is: dat de Here de biddende en gelovige omgang met Zijn Woord gebruikt om twijfel weg te nemen en hoe langer en hoe meer tot zekerheid te brengen. Gevoelens en ervaringen – hoe belangrijk ook – kunnen misleiden. Argumenten en bespiegelingen – hoe nuttig ook – brengen twijfelaars niet echt verder. Ook hier geldt de reformatorische regel: het Woord alleen! Het Woord in de kracht van de Geest.
En daarom is een trouwe, regelmatige, biddende en gelovige omgang met God en Zijn Woord de beste manier om ons voor te bereiden op het komende Kerstfeest. Juist voor twijfelaars.

G. van Roekel
(ds. G. van Roekel is predikant in Putten)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 december 2005

De Wekker | 16 Pagina's

Adventstwijfel

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 december 2005

De Wekker | 16 Pagina's