Het Jaarboek – opzet en gebruik

Vijf jaar geleden hebben de deputaten voor de uitgave van het Jaarboek in De Wekker¹) iets verteld over hun werk. Dat werk bestaat uit vergaderen: om de lijnen uit te zetten voor het nieuwe Jaarboek en om de laatste correcties door te nemen. Hun werk is verder het verzamelen van alle gegevens die moeten worden opgenomen. Tenslotte rekenen deputaten het tot hun werk om te verbeteren: het Jaarboek moet gebruikersvriendelijk zijn.
In dit artikel willen we op het laatstgenoemde aspect van het werk van deputaten ingaan.
De vraag wordt wel eens gesteld: waarom staan die kerken toch allemaal in zo’n vreemde volgorde? Waarom niet gewoon alfabetisch? En de opmerking wordt wel eens gemaakt: we kunnen de dingen die we zoeken zo moeilijk vinden.
De bedoeling van dit artikel is om die vragen te beantwoorden en tegelijk die opmerking te pareren.

Inleiding
De pagina’s 1 t/m 11²) zou men kunnen beschouwen als de inleiding op het ‘eigenlijke’ werk. Op pag. 2 vindt men ‘belangrijke’ adressen.
Pag. 3 is voor het ‘ten geleide’ en pag. 4 en 5 voor de kalenders. De twee volgende pagina’s sluiten daarbij aan met de vier rubrieken met data.
Over het verband van de Christelijke Gereformeerde Kerken wordt iets verteld op pag 9. Het algemeen overzicht laat zien hoe het kerkelijke leven in elkaar zit met classes, particuliere synodes en een generale synode.
De indeling van de gegevens (pag. 11) maakt duidelijk, wat de getallen en tekens bij de plaatselijke kerken betekenen.

Registers
Vóór de gegevens van de plaatselijke kerken staan er eerst de registers (acht in totaal) – allemaal alfabetisch. Eerst dat van de kerken met hun scribae met een K achter het paginanummer en dan dat van de adressen van de diaconieën met een D achter het paginanummer.

Plaatselijke kerken
Het Jaarboek weerspiegelt de structuur van ons kerkelijk leven. Wie dus pag. 9 van het Jaarboek aandachtig heeft doorgelezen – en eigenlijk is het Jaarboek in zijn opzet niet te begrijpen zonder die pagina 9 –, zal niet meer verbaasd staan over de volgorde, waarin de plaatselijke kerken genoemd worden: naar Particuliere Synode en classis. De Particuliere Synodes staan alfabetisch genoemd naar de windrichtingen: Noorden, Oosten, Westen en Zuiden; de tot de verschillende Particuliere Synodes behorende classes alfabetisch.
Na de gegevens van (bijna) elke plaatselijke kerk staat een aantekening. Daarin wordt vermeld, welke dienaren die gemeente gediend hebben. Er wordt ook in aangegeven, of er in die gemeente een volledige samenwerking is met een Nederlands Gereformeerde Kerk. Soms zien we er een stukje (plaatselijke) kerkgeschiedenis, b.v. Amsterdam. In heel veel gevallen treffen we er ook de discutabele vermelding aan: tot deze kerk behoren ook leden te… Zou deze aantekening maar niet beter weggelaten moeten worden?

Classis en Particuliere Synode
Na de laatste gemeente van elke classis staat de rubriek: deputaten van de classis met de namen van de verschillende functies en commissies van de classis. Na de rubriek deputaten van de classis van de laatste classis van elke Particuliere Synode is een pagina beschikbaar voor de gegevens van de Particuliere Synode. Ook hier worden de namen vermeld van de verschillende functies en de namen van de door de desbetreffende Particuliere Synode benoemde deputaten en hun secundi (vervangers).

Overige rubrieken
Hoewel ik met het bovenstaande nog niet op de helft van het Jaarboek ben, verwijs ik graag naar het register op de laatste bladzijden van het Jaarboek. Dat register wordt ter wille van de bruikbaarheid jaarlijks uitgebreid.

Gebruik
Tenslotte – er zou natuurlijk nog veel meer te schrijven zijn, maar die ruimte is hier niet – nog een paar tips over het gebruik van het Jaarboek.
Wie een plaatselijke kerk zoekt en niet uit het hoofd weet tot welke classis die kerk behoort, moet eerst kijken in het – alfabetische – register, dat begint op pag. 13.
Wie een plaatselijke vereniging zoekt, raadplege het register, dat begint op pag. 189 en dat ook alfabetisch gerangschikt is.
Wie wat te versturen heeft naar een kerk, diaconie of predikant, raadplege de registers voorin; niet elke scriba, secretaris of predikant stelt prijs op toezending van poststukken naar zijn huisadres.
Wie een deputaatschap zoekt, moet eerst kijken op pag. 151, waar een aparte inhoudsopgave van de deputaatschappen staat.
Wie een bond, algemene vereniging, werkgroep of stichting zoekt of wat dan ook maar: het Jaarboek wordt besloten met een uitgebreid register.
Wie wat te geven heeft, hetzij met de warme –, hetzij met de koude hand, kan terecht voor rekeningnummers en formuleringen op pag. 63.
Overigens houden deputaten zich altijd aanbevolen voor nuttige tips en suggesties.

¹) jaargang, nr. 22, vrijdag 31 maart 2000, pag. 344

²) wanneer paginanummers genoemd worden, wordt uitgegaan van het Jaarboek 2006

H.J.Th. Velema
(Ds. H.J.Th. Velema is emerituspredikant van Zierikzee en secretaris van deputaten Jaarboek)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen