Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het hoogste lied (Hooglied 1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het hoogste lied (Hooglied 1)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

De herkomst van de Nederlandse naam van het bijbelboek Hooglied is uniek. Terwijl verreweg de meeste bijbelboeken hun naam ontlenen aan een oud opschrift van het betreffende boek, of aan de Latijnse vertaling, die meermalen teruggaat op het Grieks van de Septuaginta, heeft het Hooglied zijn Nederlandse naam te danken aan Luther. Toen de reformator Gods Woord vertaalde in het Duits, gaf hij dit boek de naam: 'Das Hohe Lied'.

De oorspronkelijke naam staat in 1: 1: ‘Het lied der liederen’. Met de vindingrijkheid die eigen is aan de liefde bezingt de auteur, geleid door de Heilige Geest, de liefde die opbloeit tussen een jongen en zijn meisje, tussen Bruidegom en bruid. Op de vraag aan wie we moeten denken, komen we straks terug. Prachtige beelden en kleurrijke woorden buitelen over elkaar heen. De uitbundige verwondering van de liefde wordt bezongen in een verrassende openheid, die echter nergens plat wordt en in schrille tegenstelling staat met wat in onze verseksualiseerde wereld over liefde en seks gezegd, gezongen en getoond wordt.

Auteur en tijd
Het antwoord op de vraag naar het auteurschap van het Hooglied lijkt eenvoudig. Onze vertalingen lezen de tweede helft van vers 1 als: ‘van Salomo’. Dat is inderdaad de meest voor de hand liggende vertaling, al is het ook mogelijk te vertalen: voor Salomo. Psalm 72 heeft hetzelfde opschrift en daar wordt vertaald: ‘voor Salomo’, begrijpelijk gelet op het vers aan het slot. Is Salomo de auteur, dan is ook duidelijk in welke tijd het lied geschreven is.
In 8: 11, 12 stelt de bruidegom zijn wijngaard echter tegenover die van Salomo. Dat doet ons in een andere richting denken. Een mogelijkheid die ook genoemd wordt is dat het Hooglied is samengesteld uit verschillende andere liederen, waarbij dan sprake kan zijn van werk van Salomo, maar ook van anderen.
Hoe het zij, het Hooglied is door vers 1 verbonden met de naam van Salomo. Of het dan van of voor hem is, gedicht door hemzelf of door mensen in zijn omgeving die het aan Salomo hebben opgedragen, de Heilige Geest heeft het een plaats gegeven temidden van de boeken die wij ontvangen als heilig en canoniek (art.5 NGB). Het Hooglied is ten volle Gods Woord.

Plaats in de canon
Terwijl het Hooglied bij ons een plaats heeft gekregen bij de zogenaamde dichterlijke boeken, staat het boek in de Hebreeuwse canon in het derde deel: de Geschriften. Daar hoort het tot de Megilloth, de feestrollen, die gelezen worden ter gelegenheid van de grote Joodse feesten. Het Hooglied werd jaarlijks gelezen aan het eind van het Paasfeest. Dat bepaalt ook de gangbare verklaring in de synagoge, zoals we zullen zien.

Verklaring
Een enorme stroom verklaringen van het Hooglied, vanuit de tijd ver voor Christus tot in onze dagen toe, laat zien hoe moeilijk de verklaring van dit bijbelboek is. De Kanttekeningen op de Statenvertaling, die een duidelijke keuze maken, zeggen tegelijkertijd, dat men andere ‘schriftmatige verklaringen’ niet moet verwerpen. Met andere woorden: het is mogelijk verschillende wegen te gaan bij de verklaring van dit bijbelboek, terwijl men toch uitgaat van de overtuiging dat wij hier ten volle te maken hebben met Gods Woord.
Ik noem enkele methoden zonder volledig te zijn.

Allegorie
1 De allegorische uitleg heeft de oudste papieren. Bij deze vorm van uitleg gaan we er vanuit dat het bij de beschreven personen, gebeurtenissen en zaken niet om letterlijke of historische gebeurtenissen gaat maar om een zinnebeeldige beschrijving van iets. Heel bekend is in het Nieuwe Testament de allegorie van de Wijnstok en de ranken, die op een zinnebeeldige manier de verhouding tussen Christus en de Zijnen tekent. We vinden deze vorm van uitleg van het Hooglied al in de Joodse Targum, maar ook bij de oudste christelijke uitleggers. Er is een lijn te trekken van Jeruzalem, via Rome, naar Dordt (de Kanttekeningen op de Statenvertaling) en tot in onze tijd. Naast figuren als Origenes, Ambrosius en Bernard van Clairvaux, Reformatoren als Luther en Beza (Calvijn heeft geen verklaring van het Hooglied geschreven), Nadere Reformatoren als Udemans en vader en zoon Brakel, predikers als Kohlbrugge en Spurgeon, wordt deze manier van uitleggen ook toegepast door bevindelijke predikers en gereformeerde theologen in onze dagen.
Wel is er onderling een grote verscheidenheid, typerend voor allegoriserende verklaringen. Bij de Joden gaat het over God Die Zijn volk uit Egypte leidt en bij Sinaï Zijn huwelijksverbond sluit en hen vervolgens thuisbrengt in het land der belofte. In de christelijke traditie is soms Maria de bruid, terwijl meestal de kerk of de gemeente de bruid is en soms ook de individuele gelovige.
Bezwaar tegen deze vorm van uitleg, die dus hele oude en sterke papieren heeft, is dat het Hooglied zich niet als een allegorie aandient en dat ‘de grootste fantast de wonderlijkste dingen kan zeggen’ (aldus prof. L.H. van der Meiden).

Liefdeslied
2. Lijnrecht tegenover deze wijze van uitleg staat de letterlijk-naturalistische uitleg, die er vanuit gaat dat het Hooglied niet meer en niet minder is dan een liefdeslied of een bundel liefdesliederen die de liefde bezingen tussen een jongen en een meisje, een bruidegom en zijn bruid. Het zijn minneliedjes van het soort dat mogelijk in Israël op een bruiloft gezongen werd. Iemand uit de veronderstelling, dat Jezus dit soort liedjes meegezongen heeft op de bruiloft in Kana! Deze opvatting komen we o.a. tegen bij gereformeerd-vrijgemaakte en Nederlands- gereformeerde auteurs als prof. H.M. Ohmann en ds. F. van Deursen. Bezwaar tegen deze vorm van uitleg is, dat geen rekening gehouden wordt met het spreken van de Schrift over het huwelijk en de liefde tussen man en vrouw als een afschaduwing van de liefde tussen God en Zijn volk, Christus en Zijn gemeente (of de gelovige). Zie bijv. Hosea 1-3, Jer. 2: 2, Ezech. 16 en 23, Efez. 5: 22-33, Openb. 19-22. Vooral Efez. 5: 32 is hier van belang. Paulus zegt daar in verband met zijn spreken over de liefde tussen man en vrouw: ‘Deze verborgenheid is groot; doch ik zeg dit, ziende op Christus en op de gemeente’. Ook wordt voorbijgegaan aan het feit, dat er een duidelijk verschil is in de tekening van de liefde van de bruid en die van de bruidegom. Zijn liefde is volmaakt en dat is de hare niet. En van welke man geldt dat zijn liefde volmaakt is? Welke man moet niet ootmoedig buigen als hij leest: ‘Gij mannen hebt uw eigen vrouwen lief evenals Christus de gemeente’?

Drama
3. De zogenaamde herdershypothese, die er vanuit gaat, dat er drie hoofdrolspelers zijn in het Hooglied: Salomo, die Sulammith (de Sulamietische) het mooie meisje waarop hij verliefd is geworden toch weer moet laten gaan omdat zij van haar herder blijft houden. Deze dramatische uitleg stuit op teveel bezwaren in het boek zelf en in de context van de Schrift.

Typologie
4. Er zou meer te noemen zijn, maar ik kies tenslotte voor de typologische uitleg Bij deze uitleg wordt er vanuit gegaan, dat het Hooglied de liefde tussen een man en zijn vrouw bezingt, maar dat die liefde een afschaduwing is van de liefde tussen Christus en Zijn gemeente of tussen Christus en de individuele gelovige. In onze kerken is het prof L.H. van der Meiden, die in Apeldoorn van 1938 tot 1953 de Bijbelvakken doceerde, die sterk voor deze wijze van uitleg gepleit heeft. Hij zag in Efez. 5: 32 de sleutel tot het verstaan van het Hooglied en heeft daar een mooi boekje over geschreven, dat nog altijd de moeite van het lezen waard is (‘Het Hooglied’, uitg. Bosch en Keuning Baarn, z.j.). Met enig nuanceverschil volgt zijn opvolger, prof. dr. B.J. Oosterhoff (hoogleraar OT in Apeldoorn, 1954-1987) Van der Meiden in dat spoor. In een artikelenreeks in De Wekker, die een plaats gekregen heeft in de bundel die Oosterhoff bij zijn afscheid uit de actieve dienst is aangeboden (‘Om de Schriften te openen’) schrijft hij: ‘Het boek Hooglied geeft ons een prachtige prediking van wat menselijke liefde is… Maar dwars daar doorheen straalt de liefde van Christus en wordt de kerk tot wederliefde opgewekt. We kunnen het boek Hooglied niet lezen zonder dat deze machtige prediking der liefde meeklinkt.’ En ook de huidige hoogleraar in de oudtestamentische vakken in Apeldoorn, prof. dr. H.G.L. Peels beweegt zich in dat spoor. Al gaat hij misschien een stapje verder in de richting van een voorkeur voor de letterlijke betekenis van het boek Hooglied, toch sluit hij een inleiding op het boek Hooglied in ‘Tekst voor tekst’ (uitg. Boekencentrum), waarin hij de verklaring van dit bijbelboek voor zijn rekening heeft genomen, af met de volgende woorden: ‘In die liefde – tussen bruid en bruidegom – is een afspiegeling te zien van Christus’ liefde voor Zijn gemeente’.
Zoals Van der Meiden het zegt: ‘Dit boek bezingt de heilige huwelijksliefde, als een toonbeeld van de liefde van God tot Zijn volk en zo als een toonbeeld van de liefde die de hemelse Bruidegom en Zijn verworven bruid voor eeuwig verbindt’.

In de beide volgende artikelen willen we nader ingaan op de twee lijnen, waarlangs de verklaring van dit boek zich beweegt.

J. Westerink
(Ds. J. Westerink is predikant op Urk.)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 september 2007

De Wekker | 16 Pagina's

Het hoogste lied (Hooglied 1)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 september 2007

De Wekker | 16 Pagina's