Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Christus en Zijn bruid(skerk) (Hooglied 3)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Christus en Zijn bruid(skerk) (Hooglied 3)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

'In het monogame, ideale, heilige huwelijk doorschijnt de heerlijkheid der liefde van Christus tot Zijn bruid, en, als vrucht van Zijn liefde, de liefde van de bruid tot Christus… In het Hooglied openbaart de Heere hoe in het heilige huwelijk de heerlijkheid der liefde van Christus tot Zijn bruid en die van Zijn bruid tot Hem glanst.' Zo luiden een paar uitspraken van wijlen prof. L.H. van der Meiden, die ik meestal graag volg in zijn uitleg van het Hooglied.

In onze tijd, een halve eeuw later, schrijft prof. dr. H.G.L. Peels: ‘De liefde in volle overgave is een geschenk van de Schepper, dat ontvangen mag worden in gehoorzame afhankelijkheid van Hem. En in die liefde is een afspiegeling te zien van Christus’ liefde voor Zijn gemeente.’
In het licht van tal van plaatsen in zowel het Oude als het Nieuwe Testament mogen we in de verhouding van man en vrouw in het huwelijk inderdaad een afbeelding zien van de verhouding tussen Christus en Zijn gemeente, waarbij de lijn ook mag worden doorgetrokken van de gemeente naar de individuele gelovige. Zonder volledig te zijn noem ik een aantal Schriftgedeelten: Psalm 45, Ezechiël 16, Hosea 1-3, Efeziërs 5: 22- 33 en de laatste hoofdstukken van de Openbaring van Johannes.
Ook in de evangeliën zien we hoe de lijnen getrokken worden. Het begint al bij Johannes de Doper, die zijn positie vergelijkt met die van de vriend van de Bruidegom. De Heere Jezus spreekt in Zijn gelijkenissen van het Koninkrijk der hemelen over een koninklijke bruiloft en de komst van de bruidegom. Een bevestiging dat ook in het Hooglied die lijnen worden doorgetrokken, vind ik o.a. in het laatste vers van Hooglied in vergelijking met het slot van de Openbaring. Daar roept de bruid – Hooglied 8: 14 – ‘Kom haastig, mijn Liefste’.

Prediking
Terwijl het Hooglied naar zijn letterlijke betekenis veel praktisch onderwijs bevat, dat ook een plaats moet krijgen in de prediking, biedt het Hooglied dus ook veel geestelijk onderwijs. In de beeldende taal van dit boek schittert de liefde van Christus en de wederliefde van Zijn bruid. Vanuit dit bijbelboek waarin Gods Woord het hoogste lied zingt, mag de dienaar van het Woord ‘het schoonste lied van zijn Koning zingen’ (Ps. 45: 1 ber.). Enerzijds vraagt het preken uit het Hooglied van de dienaar van het Woord, dat hijzelf het geheim van de bruidsliefde kent. Hoe kan hij anders de toonhoogte van dit lied bereiken? Anderzijds kan het juist in tijden van geestelijke dorheid en ingezonkenheid goed zijn, te luisteren naar de woorden van dit lied, biddend om de Heilige Geest, Die de zielesnaren op toon spant. Vooral rond de bediening van het Avondmaal, dat immers een voorsmaak wil zijn van het bruiloftsmaal van het Lam, biedt het Hooglied rijke stof. Dat geldt ook voor de tijd rond Pinksteren, het feest van de Heilige Geest, Die de Bruidswerver van de Heere Jezus mag worden genoemd.
Graag wil ik dat met een aantal voorbeelden illustreren.

Voorbereiding
Met het oog op de voorbereiding op het Heilig Avondmaal valt te denken aan Hooglied 1: 4, waar de bruid bidt om de trekkende liefde van de Bruidegom. Er klinkt verlangen in dit gebed, maar ook de belijdenis van afhankelijkheid van een mensenkind dat belijden moet dat er zoveel is, dat hem een andere kant op trekt. Heel mooi is hier, dat het gebed heel persoonlijk begint en vervolgens in het meervoud verder gaat: ‘Trek MIJ, WIJ zullen U nalopen’. Daar zien we hoe dit lied boven de relatie tussen een aardse bruid en bruidegom uitstijgt. In de aardse verhouding willen we de ander niet delen met iemand anders. Deze bruid wil graag delen met anderen wat ze in de Bruidegom gevonden heeft. Is die gunnende houding niet kenmerkend voor de liefde van de bruid van het Lam?

Een andere tekst die prachtige voorbereidingsstof biedt, is Hooglied 1: 7, 8, waar de bruid op zoek is naar de Herder, Die ze liefheeft. Ze wil bij Hem zijn en bij niemand anders. Hier zijn lijnen te trekken naar de Goede Herder van Johannes 10. Die lijnen zijn er ook vanuit het antwoord dat ze krijgt: ‘Indien gij het niet weet, o gij schoonste onder de vrouwen, zo ga uit op de voetstappen der schapen’. Is dat niet indrukwekkend mooi? Wie de Herder wil vinden moet het spoor van de schapen volgen. Dan kom je vanzelf bij Hem terecht. Dat is immers kenmerkend voor de schapen. Jezus zegt: ze volgen Mij!

Mediteer in een voorbereidingsweek eens over Hooglied 2: 14, waar de lokroep klinkt van de hemelse Bruidegom, Die hier vergeleken wordt met een duivenliefhebber, die de duiven graag ziet neerstrijken op het slag van zijn hok. Denk er over waarom die duif zich verbergt in een rotskloof en wat het inhoudt wanneer die stem haar naar buiten lokt. Wat bedoelt de Heere wanneer Hij zegt: ‘Toon Mij uw gedaante, doe Mij uw stem horen’. Wat betekent het wanneer de Heere zegt: Ik hoor je zo graag en Ik zie je zo graag?

Avondmaal
Bij de bediening van het Avondmaal kan Hooglied 1: 4 ons opnieuw leiden, wanneer we lezen: ‘De Koning heeft mij gebracht in Zijn binnenkamers’. In het paleis komen allerlei mensen. Maar in de binnenkamers komen alleen de familie en de vrienden van de Koning. Aan de tafel kan dan gemediteerd worden over de woorden: ‘Wij zullen Uw uitnemende liefde vermelden, meer dan de wijn’. De liefde van de Heere gaat alles te boven. Voor niets ter wereld wil je die inruilen. We hebben het goed aan de tafel wanneer we dat mogen belijden.
Een ander voorbeeld van een tekst die kan dienen bij de bediening van het Avondmaal is Hooglied 2: 3, waar het unieke van de Bruidegom bezongen wordt. Datzelfde klinkt uitgebreider in het loflied van de bruid op haar Geliefde, Hooglied 5: 10-16. De dochters van Jeruzalem vragen aan de bruid wat haar Liefste voor heeft boven een ander. ‘Er zijn er toch wel meer?!’ Daarop komt haar antwoord met de machtige climax: ‘Al wat aan Hem is, is gans begeerlijk’.

Nabetrachting
Bij de nabetrachting op het Avondmaal kan o.a. gedacht worden aan Hooglied 5: 2-8. In oosterse beelden wordt ons daar verteld hoe de bruid droomt van haar Bruidegom, Die er een lange reis door de nacht voor over heeft gehad om bij Zijn bruid te zijn. Haar liefde is echter ingezonken zodat ze niet opstaat om voor Hem de deur te openen. Dan volgt het handelen van de Bruidegom om de liefde van de bruid weer op te wekken. We vinden hier heel bijzonder geestelijk onderwijs. Denk alleen maar aan het feit, dat de Bruidegom Zich terugtrekt als zij zo traag is geworden, maar dat Hij op de klink van de gesloten deur mirre achter laat als een teken van Zijn blijvende liefde.

Pinksteren
Ook rond Pinksteren biedt het Hooglied preekstof. Heel bekend is in dat verband Hooglied 4: 16. Misschien herinnert een lezer zich hoe oudere dominees de woorden van dit vers op de Pinksterdagen als votum gebruikten: ‘Ontwaak noordenwind en kom gij zuidenwind, doorwaai mijn hof’. Wanneer we bedenken dat in het Hebreeuws hetzelfde woord dat met ‘wind’ vertaald wordt, ook kan betekenen ‘adem’ of ‘geest’, dan zien we het verband. De Heilige Geest is de Adem en de Wind van God. Hij brengt leven en vruchtbaarheid. Hij werkt zoals de koele Noordenwind en de zoele Zuidenwind hun werk doen in Israël. De dichter Wapenaar verwoordde het zo: ‘Een vlaag Uws Geestes langs de hagen van mijner ziele dorre land, en nieuwe lente gaat er dagen, breekt uit in groei aan alle kant’. De hofkerk in Jeruzalem na Pinksteren is er een heerlijk voorbeeld van. Heel mooi is het te lezen hoe de bruid spreekt van ‘mijn hof’, als ze bidt om de wind van de Geest. Maar als de hof vrucht draagt, is het niet meer ‘mijn hof’, maar ‘Zijn hof’. De hof van haar leven is van Hem en voor Hem. Zo werkt de Geest, Die de Bruidegom verheerlijkt.
Er zou meer te noemen zijn.
In Hooglied 1: 12 lezen we van de Koning, Die aan Zijn ronde tafel zit en aan Wie de bruid haar nardus aanbiedt, een oosters liefdesgeschenk, dat een heerlijke en doordringende geur verspreidt. Hier lopen lijnen naar het evangelie van Hemelvaart: de Koning Die regeert vanuit Zijn troon in de hemel en aan Wie Zijn volk zijn liefdevolle hulde biedt.
In Hooglied 2: 8-13 wordt in prachtige beelden de ontwakende liefde getekend. Het is de lentetijd van het geloof, de tijd van de eerste liefde.

Van Hem getuigen
Om mij heen hoor ik nog wel eens de opmerking, dat er weinig uit het Hooglied gepreekt wordt en dat mede daardoor het Hooglied voor velen een gesloten boek blijft. In deze korte artikelenreeks heb ik geprobeerd duidelijk te maken dat de gemeente wordt tekort gedaan, wanneer het Hooglied in de prediking niet klinkt. Ook dit deel van de Schriften is nuttig tot onderwijzing. En ook van deze Schriften zegt Christus dat we die zullen onderzoeken omdat ze van Hem getuigen.
Wat een zegen wanneer jongen en meisje, man en vrouw op deze bijbelse manier met elkaar leren omgaan. Wat een zegen vooral, wanneer we met de bruid uit het Hooglied leren zingen van de Heere Jezus: ‘Zulk Een is mijn Liefste, ja zulk Een is mijn Vriend. Al wat aan Hem is, is gans begeerlijk!’

J. Westerink
(ds. J. Westerink is predikant op Urk.)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 september 2007

De Wekker | 16 Pagina's

Christus en Zijn bruid(skerk) (Hooglied 3)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 september 2007

De Wekker | 16 Pagina's