Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

INgeboekt

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

INgeboekt

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dr. Bert Loonstra, Bekijk het eens zo. Dieptegesprekken over de kerk van vandaag en morgen, Boekencentrum (paperback), 140 pagina’s, € 12,90, ISBN 978 90 239 2210 0
Kinderen in de kerkdienst – kerk en Israël – moslims in onze samenleving: stuk voor stuk onderwerpen waarover onder christenen veel gedacht, gesproken en geschreven wordt. Het jongste boek van dr. Loonstra wil helpen om dat op een goede manier te doen. Het is geen dikke pil; toch geeft de schrijver terecht de raad, er niet te veel achtereen van te lezen. De twaalf hoofdstukken van gemiddeld acht à negen bladzijden over een actuele zaak vragen erom, apart gelezen en vervolgens rustig overwogen te worden. Voor groepsbespreking zijn gespreksvragen toegevoegd. Naast de al genoemde onderwerpen komen onder meer aan de orde: kinderdoop (een heel mooi hoofdstuk) – bevrijdingspastoraat – de functie van de wet – diaconaat – de katholiciteit van de kerk.
Boeiend is de opzet: geen betoog waarin dr. Loonstra eigen standpunt weergeeft en dat vergelijkt met of afzet tegen dat van anderen. Hij kiest voor een vorm die – zegt hij – vroeger in publicaties veel meer gangbaar was, maar nu in onbruik is geraakt, namelijk: gefingeerde gesprekken. Ze zijn gesitueerd in een levensechte situatie (treinreis, commissievergadering, ontmoeting bij een receptie) waarin de deelnemers - allen bereid te luisteren naar de Schrift - elk hun visie op het onderwerp geven en elkaar daarop aanspreken en bevragen. In het dertiende hoofdstuk, in een gesprek met ‘een journalist’, geeft de schrijver aan, wat hij de schaduwkant acht van veel betogen: men redeneert vanuit eigen gelijk en meet de opvattingen van anderen daaraan af. In de gesprekken in dit boek komen de argumenten voor de verschillende benaderingen náást elkaar te staan en worden ze getoetst op hun draagkracht. Zo komt het tot een samen zoeken naar de waarheid. Het gaat Loonstra erom, dat we bij allerlei verschijnselen (bijvoorbeeld het gebruik van de beamer in de kerkdienst) de diepere achtergronden ervan bewust doordenken, met het oog op de vraag: hoe moet de kerk van morgen er uitzien, en waarom. Overigens wordt uit de meeste gesprekken wel duidelijk in welke richting de schrijver denkt. Voorbeeldig voor het gesprek dat binnen onze kerken gewenst zou zijn is de e-mailcorrespondentie in hoofdstuk 9 tussen drie predikanten uit dezelfde classis. Collega Loonstra, dank voor dit boek! Het verdient veel aandachtige lezers.

W. Steenbergen


Thea Elshof, Trouw aan Christus’ kerk, De geschiedenis van de christelijk-gereformeerden, de gereformeerden en de vrijgemaakt-gereformeerden van Doesburg en omstreken, Uitgeverij Buijten en Schipperheijn, Amsterdam 2007, € 59,90, 717 pag., gebonden, geïllustreerd, ISBN 978-90-5881-276-6
Twee schippers, een schippersknecht, een schippersloods, een stedelijk commies, een meester zijdeverwer, een voerman en een tapper met hun gezinnen, een huishoudster en een dienstmeid, al met al 59 mensen, allen behorend tot de klasse van de kleinburgerij en de weinig vermogende arbeiders, vormden met elkaar op 21 december 1857 de op die dag geïnstitueerde afgescheiden kerk van Doesburg en waren daarmee de eerste gereformeerden in die plaats. Ze waren oorspronkelijk afkomstig uit het oude Hanzestadje of de onmiddellijke omgeving zelf (de helft), ’s-Hertogenbosch, Groningen, Oude Pekela, Steenderen, Utrecht, Veendam, Zevenaar, Zutphen, Zwartsluis en Zwolle.
De rooms-katholieke Thea Elshof heeft zich jarenlang in hun geschiedenis en identiteit ingelezen en ingeleefd. Op 14 mei dit jaar verdedigde zij aan de Radboud Universiteit van Nijmegen haar lijvige proefschrift.
Haar onderzoek is gebaseerd op de kerkenraadsnotulen van de drie kerken en (bij afwezigheid daarvan gedurende bepaalde perioden) de notulen van de classis.
De vraagstelling van haar proefschrift luidt: “Hoe ontwikkelde de identiteit van de kerken van de gereformeerde gezindte zich in de plaatselijke situatie van Doesburg en omgeving en hoe was de verhouding tussen het landelijk beleid van deze kerken en de plaatselijke uitwerking van dit beleid.”
Op haar gebruik van het woord ‘identiteit’ werd tijdens de promotieplechtigheid al commentaar geleverd. De vraag is waarin de identiteit van een kerk gelegen is. Wat Thea Elshof op het oog heeft, is het eigene, het karakteristieke van de kerken van Doesburg in onderscheid van de andere kerken van hetzelfde kerkverband.
Ongeveer een kwart van haar boek gaat over de geschiedenis van de christelijke gereformeerde kerk ter plaatse. De eerste drie decennia was er niet veel voorspoed. Vanaf 1893 werd er samengegaan met de dolerenden, maar tot blijvende eenheid leidde dit niet. Elshof spreekt in dezen van een botsing van identiteiten (p. 385). Daarbij kwam een botsing van karakters. Net zoals landelijk de karakters van prominenten als Kuyper en Van Lingen niet te verenigen waren, gold dat in de Doesburgse situatie t.a.v. de leidinggevenden.
Op 11 november 1895 vormde Gezelle Meerburg met de zijnen een Vrije Christelijke Gereformeerde Gemeente, die zich later weer in het Christelijke Gereformeerde kerkverband voegde.
De periode van 1896 tot 1922 wordt een uitbouwperiode genoemd, die van 1922 tot 1948 een consolidatiefase. De periode van 1949 tot 1972 ontwikkelde zich analoog aan die van heel het kerkverband, “waar confrontatie met gezichtspunten van andere kerken en met de ontwikkeling in de samenleving leidde tot hernieuwde concentratie op de eigen identiteit” (p. 411).
De kerken van Doesburg mogen zich gelukkig prijzen met de boeiende inkijk die Thea Elshof gegeven heeft in de drie kerken. Haar monnikenarbeid heeft geleid tot een kloek boekwerk dat mag gelden als een handboek van een periode in de lokale kerkgeschiedenis.

C. de Jong

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 november 2007

De Wekker | 16 Pagina's

INgeboekt

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 november 2007

De Wekker | 16 Pagina's