Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Alle gelovigen zijn dienaren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Alle gelovigen zijn dienaren

Weg met het woord ambt

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de kerken is veel discussie over het ambt. Wat is de kern van het ambt? Gaat het om gezag of dienst, of om beide? En hoe is de verhouding tot de andere taken in de gemeente?

Met die vragen hield (toen drs.) T. Brienen zich bezig in het boek Onderlinge dienst dat in 1969 verscheen als nummer 33 van de uitgaven van de Chr. Geref. Lectuurstichting “Ds. H. Janssen”. Met die vragen is Brienen bezig gebleven. Onlangs verscheen van (allang dr.) T. Brienen een nieuw boek onder de titel: Van ambt naar dienst, Een Bijbelse visie op diensten en bedieningen.

Dienaar
Weg met het woord ambt. Dat punt wil Brienen met dit boek maken. Want ‘ambt’ is geen Bijbels woord. Bovendien heeft in de (Rooms-katholieke) kerk dit woord hiërarchie en heersen als betekenis (gekregen). Maar Jezus is gekomen om te dienen. Zijn volgelingen worden ook geroepen om te dienen, niet om te heersen. In Christus’ gemeente is de één niet belangrijker dan de ander. Alle gelovigen ontvangen gaven om die in te zetten tot dienst aan elkaar en tot opbouw van de gemeente. Alle gelovigen zijn dienaren en alle diensten zijn gelijkwaardig. Deze principiële lijn ontleent Brienen aan het NT en hij schetst die in het begin van zijn boek.

In gesprek
Daarna gaat hij uitvoerig in gesprek met (gereformeerde) theologen van vroeger en nu. Ik noem M. Luther en J. Calvijn, A. Kuyper en H. Bavinck, A.A. van Ruler en C. Graafland. Ook aan visies uit vrijgemaakte kring geeft hij veel aandacht, onder andere aan de visie van J. van Bruggen en E.A. de Boer. Honderd van de 150 bladzijden zijn daarmee gevuld.

Uit de CGK geeft hij de gedachten van J.P. Versteeg en J. van Genderen weer. Hij betuigt daarmee zijn instemming. Want ook zij hebben aandacht gevraagd voor de notie dienst, voor de taak van de ambtsdragers om de gemeente coördinerend en stimulerend te dienen.
Maar hij betreurt het dat zij het woord ambt bleven gebruiken; dat Van Genderen sprak over ambtelijke dienst. Volgens Brienen werkt dat in de hand dat ambtsdragers als gezagsdragers worden gezien. En dat zij zichzelf zo zien. Als dat gebeurt, wordt gemakkelijk vergeten dat in de gemeente gezag alleen toekomt aan het Woord. De dienaar van het Woord en alle andere dienaren in de gemeente mogen alleen dat gezag tot uitdrukking brengen.

Bijbelse vulling
Met de hoofdlijn van Brienens betoog stem ik in. Van mij mag het woord ambt verdwijnen. Maar het is de vraag of dat zal gebeuren met een woord dat zo is ingeburgerd. Het lijkt me beter om dit woord een Bijbelse vulling te geven, waardoor het duidelijk is dat ambtsdragers dienaren van de Here en van zijn gemeente zijn. Dat de ambten horen tot de diensten die nodig zijn voor de opbouw van de gemeente.

Brienens kritiek op het woord ambt vind ik een beetje krampachtig. Het leidt tot een merkwaardige term als: dienaar-prediker. Van die dienaar zegt Brienen: dat hij verantwoordelijkheid voor zijn bediening draagt en verantwoording schuldig is aan de Here die hem zendt en aan de gemeente die hem als zodanig ontvangt. Dit is in wezen hetzelfde als wat Van Genderen met ambtelijke dienst bedoelde.

De kerkenraad noemt Brienen een college van leidinggevenden om de aanwezige gaven in de gemeente aan te boren en tot ontplooiing te brengen, opdat er vele diensten verricht worden. Dit stemt overeen met Versteegs kijk op de kerk. Versteeg gebruikt voor dat leidinggeven het woord ambt. Ik heb daar minder moeite mee dan Brienen.
Als sommigen diensten ambten worden genoemd, is dat geen probleem. Dat wordt het wel als de ambten worden gezien als taken aan de top van de gemeente en ambtsdragers als mensen die moeten heersen. Ambt is dienst. Dat dient duidelijk te zijn.

Tucht
Ten slotte. Brienen heeft een belangrijk aspect niet aan de orde gesteld. Ik bedoel de kerkelijke tucht, met daarachter zonden in de gemeente. Brienen beschrijft dienst en opbouw in de ideale vorm. Maar het ideaal wordt steeds doorbroken, soms heel ernstig. Dat vraagt tucht, in de eerste plaats onderling. Dat is een dienst aan een overtreder om hem te behouden.

Maar ambtsdragers hebben daarin een speciale taak. Zij dienen met gezag op te treden, met het gezag van Gods Woord en geleid door de Geest. Maar toch, zij moeten vermanen en stappen ondernemen. Dat moet gebeuren met inschakeling van de gemeente, maar de kerkenraad heeft daarin een grote verantwoordelijkheid. Of mogen in de visie van Brienen leidinggevenden dat niet doen? Omdat dit teveel naar regeren riekt? Ik vraag maar. Daarmee wil ik bijdragen aan het noodzakelijke gesprek over het ambt; het gesprek over de diensten in de gemeente. Het boek van Brienen kan daartoe stimuleren.

T. Brienen, Van ambt naar dienst, Een Bijbelse visie op diensten en bedieningen. Uitgave van Kok in Kampen, € 16,50, ISBN 978 90 435 1530 6.

D. Visser
(Dr. D. Visser is predikant van de Petrusgemeente te Broeksterwoude.)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 oktober 2008

De Wekker | 16 Pagina's

Alle gelovigen zijn dienaren

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 oktober 2008

De Wekker | 16 Pagina's