Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

‘De inzet vanuit de kerken was altijd enorm’

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

‘De inzet vanuit de kerken was altijd enorm’

Oud-directrice jeugdhuis De Stuw:

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het was net na de oorlog, in 1946, toen haar oog viel op een advertentie in De Wekker. Een weeshuis in Utrecht zocht een verzorgende. Voor de christelijkgereformeerde zuster A. van Wingerden was dit de eerste functie die ze bekleedde bij jeugdhuis ‘De Stuw’. De inmiddels 95-jarige zuster was jarenlang directrice van het jeugdhuis. Een terugblik.

“Toen de Tweede Wereldoorlog ten einde was, kwam het maatschappelijk werk op. Hier en daar hoorde ik ervan. Het lokte me maar ik wist niet hoe ik daar überhaupt tussen kon komen zonder diploma’s.
Op een gegeven moment zag ik in ‘De Wekker’ een advertentie staan waaruit bleek dat men voor een Utrechts weeshuis op zoek was naar iemand voor de verzorging. Deze oproep sprak mij erg aan, ik heb gesolliciteerd en werd aangenomen. Zo kwam het dat ik tussen 1946 tot 1949 werkte als verzorgende in het weeshuis in Utrecht, dat toen nog aan het Predikherenkerkhof stond.”

Haarlem
“In 1949 kon ik als maatschappelijk werkster terecht bij de sociale dienst van de gemeente Haarlem. Dit was één van de laatste gemeentes met een voogdijvereniging. Vier maatschappelijk werksters waren verantwoordelijk voor zo’n honderd kinderen die onder voogdij stonden.

In Haarlem heb ik de hele breedte van de jeugdzorg in Nederland leren kennen. Ik kwam thuis bij verschillende gezinnen met diverse religieuze achtergronden. Kinderen die onder voogdij stonden, moest ik bezoeken om vervolgens over hen een rapport te schrijven. In die jaren heb ik bijna alle tehuizen en jeugdgevangenissen bezocht waar kinderen verbleven die onder toezicht stonden. Tussendoor deed ik de opleiding Maatschappelijk Werk aan de Sociale Academie in Amsterdam.”

Ruim vijfentwintig jaar later, in 1957, werd zuster Van Wingerden directrice van het weeshuis. Vanaf 1957 was zij al als leidinggevende verantwoordelijk voor de gang van zaken in de instelling. “In die tijd was de algemene gedachte dat de wezenzorg vooral een taak van de diaconie was. Van overheidssubsidie werd daarom geen gebruikgemaakt. De inzet vanuit de kerken was altijd enorm. Diakenen en leden van de kerk hebben ontzettend veel gedaan. Daar heb ik me altijd over verwonderd. Wij hadden het geld hard nodig voor het verwezenlijken van onze plannen. De kas van de diaconie was niet toereikend. Subsidie vanuit de overheid was dan ook gewenst.
De diaconie van de plaatselijke gemeente waar het kind vandaan kwam droeg bij in de kosten voor het levensonderhoud. De dagprijs van een kind lag echter veel hoger. Daarnaast kwam geld binnen via collectes, giften en verkoopdagen die de kerk organiseerde. Er werd ons veel toegezonden, zoals gebreide truien en vesten. En in het voorjaar kregen we veel houdbare levensmiddelen voor de winter, die we op zolder bewaarden. Er kwam veel voedsel uit Zeeland en later ook uit de polder.
Er werden niet alleen kinderen uit christelijk- gereformeerde gezinnen opgevangen, elk kind in nood was welkom. Wel werd er vooraf goed met de ouders gepraat over de geloofsopvoeding van de kinderen, want men verwachtte dat ze ook mee naar de kerk zouden gaan en catechisatie zouden volgen. De ouders moesten hier wel achter staan.”

Nieuw gebouw
“Toen ik directrice was, heb ik me eigenlijk direct hard gemaakt voor de bouw van een nieuw kindertehuis. Het gebouw aan de Predikherenkerkhof was goed onderhouden, zat goed in de verf, maar het werd te klein en was ondoelmatig. Er was meer ruimte nodig. Zo was er behoefte aan een grote zaal waar een balletje kon worden getrapt. De kinderen sliepen met z’n achten op een slaapzaal en er waren maar twee douchecellen.
We hebben er een mooi huis in de Utrechtse wijk Overvecht voor in de plaats gekregen. Het jeugdhuis kreeg de naam ‘De Stuw’. Elk kind kreeg een eigen kamer.
Het is belangrijk voor kinderen om hun eigen plekje te hebben. Ze kunnen dit naar hun eigen smaak inrichten, met een kastje bijvoorbeeld waar dierbare foto’s in worden opgeborgen. Je leert zo’n dierbaar plekje dan ook zelf te onderhouden.
De leiding kreeg een klein kantoortje voor stafbesprekingen. De architect heeft er ook voor gezorgd dat er naast het huis een grote sportzaal werd gebouwd, waar kinderen konden voetballen.
Ook werd er een psycholoog aangesteld. Met justitie hadden we een goede verstandhouding. Dat bleek onder meer uit het feit dat zij meerdere malen groepen studenten uit andere landsdelen naar ons tehuis in Utrecht verwezen, om zich te oriënteren op de Hollandse kinderbescherming.”

Terugblik
Zuster Van Wingerden kijkt terug op een mooie periode bij De Stuw, die duurde tot 1977. “In al die jaren heb ik mijn werk in afhankelijkheid van God gedaan. Ik heb er goede jaren gehad. Je bouwt een band op met de kinderen. Die is anders dan een band die een natuurlijke ouder heeft met zijn of haar eigen kind, maar je laat hen met pijn in het hart gaan in de hoop dat het hun goed gaat. Zo’n kindertehuis is een tijdelijke oplossing voor een kind. Je hoopt dat ze worden opgenomen in een pleeggezin of terug naar huis kunnen. Soms komt er nog weleens een kind van vroeger bij mij op bezoek. Dat is hartstikke leuk.”

Inmiddels is het gebouw dat jarenlang heeft gediend als kindertehuis gesloopt. Dat is een half jaar geleden gebeurd. Zuster Van Wingerden heeft het daar wel moeilijk mee. “Het is je leven, je bent er mee verweven. Er is zoveel gebeden en er is zoveel gegeven voor de bouw van het tehuis. De ruimte had voor allerlei voorzieningen gebruikt kunnen worden. Denk aan dagopvang of als woning voor starters, maar de overheid dacht daar helaas anders over."


‘Historie Jeugdhuis De Stuw’
In 1913 wordt de Vereniging van Diaconieën opgericht. De generale synode van de Christelijke Gereformeerde Kerken had even daarvoor bepaald dat de verzorging van wezen een taak is van de diaconie. Men wil een weeshuis oprichten; in augustus 1926 opent het weeshuis in Soestdijk zijn deuren.
Het huis raakt al snel vol: in 1931 zijn met 26 kinderen alle bedden bezet. Uitbreiding van het tehuis is dus noodzakelijk. In Utrecht wordt een geschikt perceel aangekocht op het Predikherenkerkhof. Voor de oprichting ervan is echter veel geld nodig. Een financiële bijdrage van gemeenteleden wordt door professoren en predikanten dan ook van harte aanbevolen. In 1934 wordt het nieuwe tehuis in Utrecht geopend.
Na de oorlog richt het tehuis zich niet alleen op wezen, maar op alle kinderen die om welke reden dan ook niet meer thuis kunnen wonen. Dit zijn de ‘moderne wezen’, die thuis in immaterieel opzicht tekort komen.
In 1958 wordt het weeshuis verbouwd en in plaats van weeshuisouders komt er een directrice, mevrouw A. van Wingerden. Zij wordt bijgestaan door een maatschappelijk werker. De naam ‘weeshuis’ wordt veranderd in Christelijk Gereformeerd Kinderhuis. Vanaf die tijd ontvangt het kinderhuis subsidie en valt onder het toezicht van de overheid.
In 1971 verhuist het kinderhuis naar de Utrechtse wijk Overvecht. Het nieuwe jeugdhuis – dat vanaf dat moment de naam ‘De Stuw’ draagt – heeft een viertal leefgroepen.
De schaalvergroting in de jeugdhulpverlening en decentralisatie zorgt ervoor dat er nieuwe wegen bewandeld moeten worden. In 1993 is de Stichting Gereformeerd Jeugdwelzijn (SGJ) ontstaan uit een samengaan van de Christelijke Gereformeerde Vereniging voor Jeugdwelzijn en de jeugdzorgafdeling van De Driehoek van de Gereformeerde Vrijgemaakte Kerken. De tehuizen zijn samengevoegd en eind 90’er jaren zijn er woonhuizen aangekocht, verspreid over het land waar de leefgroepen zijn gehuisvest.
Op de plek waar De Stuw stond, in Overvecht, staan inmiddels woningen.

Deels overgenomen van www.stuwreunie-2011.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 mei 2011

De Wekker | 20 Pagina's

‘De inzet vanuit de kerken was altijd enorm’

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 mei 2011

De Wekker | 20 Pagina's