Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Filemon: 17-25 (Filemon 3)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Filemon: 17-25 (Filemon 3)

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een christen zal als het goed is in woord en gedrag een reflector zijn van Christus. Denk aan Stefanus die in navolging van Christus bidt voor degenen die hem geweld aandoen. Of aan de aansporing van Paulus aan de Filippenzen de gezindheid van Christus te vertonen door in nederigheid de ander voortreffelijker te achten dan zichzelf. In de gelezen verzen zien we ook zoiets.

In zijn briefje aan Filemon wil Paulus met verschillende argumenten Filemon bewegen zijn bij hem weggelopen slaaf weer in dienst te nemen. Zo kan Filemon zijn destijds nutteloze slaaf weer met een gerust hart accepteren als een bruikbaar christen. Meer nog: als een geliefde broeder, zowel binnen de gemeente als in het leven van alle dag. Hoewel Paulus hiermee niet direct de structuur van de slavernij ter discussie stelt, kun je tussen de regels door proeven dat hij Onesimus graag op vrije voeten zou willen zien.
Om Filemon met nog meer klem te motiveren, doet Paulus een beroep op zijn geestelijk verbondenheid met Filemon. Filemon houdt Paulus immers voor een medegelovige in Christus. Waarom zou hij dan niet Onesimus als zodanig aanvaarden?

Vereffende schuld
Maar dan realiseert Paulus zich dat er nog iets kan zijn dat een vereniging van Filemon met Onesimus in de weg kan staan. Namelijk het onrecht dat zijn slaaf Filemon heeft aangedaan en een schuld die vereffend moet worden. Wil het weer helemaal goed komen dan mag er niets blijven zitten. Onesimus heeft door zijn vlucht zijn baas benadeeld. Daarbij hoeven we nog niet eens te denken aan het stelen van een som geld. Alleen al door zijn vlucht heeft hij zijn baas schade berokkend. Het werk bleef liggen en het opsporen van zijn slaaf zal ook best geld gekost hebben. Schuld hoeft trouwens niet van financiële aard te zijn, er zit vaak ook een ethische kant aan. Je kunt iemand eveneens schade aandoen door zijn goede naam door het slijk te halen of in zijn eer aan te tasten. Hoe komt het weer vlak tussen Onesimus en Filemon? Onesimus zou zelf de schuld niet kunnen betalen. Wie dan wel? Paulus zegt: Schrijf zijn schuld maar op mijn rekening. Ik zal het betalen. Als een echte borg treedt Paulus voor Onesimus op. En met een term uit de bankwereld benadrukt hij dat hij het met eigen hand heeft geschreven. Daarmee bedoelt hij niet alleen dat hij zelf dit briefje aan Filemon heeft geschreven, maar dat hij een schuldbekentenis ondertekent. Zou Paulus hiermee Filemon niet op een fijnzinnige manier herinnerd hebben aan wat Christus heeft gedaan toen Hij Zich als Borg beschikbaar stelde om de schuld van de Zijnen voor Zijn rekening te nemen?
Maar hoe kan Paulus voor de schuld van Onesimus instaan? Als gevangene bezat hij niets om de schuld te kunnen voldoen. Hij weet echter van nog een openstaande schuld. Ik zal betalen, zegt hij tegen Filemon, om dan maar te zwijgen over wat u mij verschuldigd bent. Geen geldbedrag, maar uzelf. Door mijn bemiddeling hebt u de schat van het Evangelie ontvangen en hebt u Christus als uw Zaligmaker leren kennen. En heeft Hij uw schulden niet op Golgotha vereffend? Daar valt mijn schuld toch bij in het niet?

Hoopvolle verwachting
Zo kan Paulus met hoop en verwachting uitzien naar een positieve reactie van zijn verzoek om Onesimus weer volledig aan te nemen. Daarom durft hij vrijmoedig een beroep te doen op zijn broeder Filemon om hem ervan te laten genieten dat alles nu weer in orde komt in de Heere. Als de dingen in de Heere geregeld worden dan zal Paulus daar profijt van hebben. Het zal hem goed doen, omdat hij daarin de uitwerking van het Evangelie bij Filemon mag zien. Het zal hem ook innerlijke rust geven.
Dat Paulus een goede afloop verwacht, blijkt ook daaruit dat hij in vertrouwen op de gehoorzaamheid van Filemon zijn brief geschreven heeft. Hij gaat er vanuit dat Filemon hem in wat hij in de brief aan hem vraagt niet zal teleurstellen. Ja, dat hij zelfs nog meer voor Paulus zal doen dan wat hij zegt. Wat dat ‘meer’ is, wordt niet gezegd. Misschien de vrijlating van Onesimus?
En er is nog iets waar Paulus op hoopt en wat hij verwacht. Dat hij op korte termijn vrij zal komen uit de gevangenis. Met het oog daarop vraag hij aan Filemon alvast een gastenverblijf in orde te maken. Mag ik als ik binnenkort vrij ben, bij u komen logeren?, bedoelt hij te zeggen. Paulus verlangt ernaar de christenen in Kolosse te ontmoeten. En hij weet dat ook zij daar naar uitzien. Ze bidden immers voor zijn vrijlating. Met Paulus hopen en vertrouwen ze dat ze hem als een geschenk uit Gods hand mogen ontvangen.

Broederlijke groet
Paulus sluit zijn korte brief, mede namens Epafras, die als medewerker van Paulus in Kolosse het Evangelie verkondigde en die blijkbaar vrijwillig het gevangenisleven met Paulus deelde, af met een broederlijke groet en zegenbede. Maar niet alleen van hen, ook van zijn andere medewerkers brengt hij aan allen die zijn briefje lezen de groeten over. En wat hij vooral graag ziet, is dat de genade van de Heere Jezus Christus met hun geest mag zijn. Als Zijn genade hen innerlijk vervult, dan zal Filemon zijn beslissing aangaande Onesimus daar zeker door laten bepalen.


Gespreksvragen
1. Een christen moet Gods vensterglas zijn, zei iemand eens. Wat zou dat betekenen?
2. Kun je, als er een geestelijk verbondenheid is, elkaar daar in conflictsituaties op aanspreken?
3. In wat voor opzicht is Paulus een heenwijzing naar Christus als hij de schuld van Onesimus op zich neemt?
4. Filemon en met hem ongetwijfeld ook de gemeente hebben voor Paulus’ vrijlating gebeden. Zegt dit ook iets van onze voorbeden persoonlijk en met de gemeente voor broeders en zusters in moeilijke omstandigheden?

G. van de Groep
Ds. G. van de Groep is emerituspredikant en woont in Heerde

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 juli 2014

De Wekker | 16 Pagina's

Filemon: 17-25 (Filemon 3)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 juli 2014

De Wekker | 16 Pagina's