Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ongewilde kinderloosheid (3)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ongewilde kinderloosheid (3)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de eerste twee artikelen zagen we hoe Hanna lijdt onder haar kinderloosheid. De grote vreugde van de kinderzegen die Peninna wél heeft ontvangen, moet Hanna missen. Maar nu is Hanna getrouwd met een godvrezende man. Elkana gaat elk jaar naar het heiligdom in Silo. Hanna, Peninna en al de kinderen gaan met hem mee. Hoe vergaat het Hanna in het huis van de Heere?

Op naar Gods huis
De jaarlijkse gang naar de tabernakel zou voor Hanna een prachtig moment moeten zijn. Waar kun je met al je zorgen en moeiten nu beter terecht dan in het huis van de Heere? De praktijk is anders. Want als het hele gezin naar de tabernakel gaat, haalt Peninna alles uit de kast om Hanna te treiteren. De gang naar Gods huis wordt zo voor Hanna juist een kwelling.

Hoe is het voor iemand die in onze tijd zoals Hanna worstelt met haar kinderloosheid om naar de kerk te gaan? Het kan zomaar zijn dat dit niet makkelijk is. Juist omdat de vreugde van een ander, het eigen verdriet accentueert. De (terechte) blijdschap die anderen in hun kinderen vinden, herinnert jezelf keer op keer aan het gemis in je eigen leven.

Hoe prachtig en rijk is het om een doopdienst bij te wonen. Maar hoe moeilijk kan het zijn als je zelf nooit bij het doopvont mag staan.
Hoe enthousiast kun je als moeders onderling op de Bijbelstudie over je kinderen praten. Je kunt het er elke week over hebben, want je raakt er nooit over uitgepraat.

Maar hoe pijnlijk kan het zijn als je zelf week aan week niks te vertellen hebt.
Wat is het belangrijk om als ambtsdrager de opvoeding van de kinderen aan de orde te stellen op huisbezoek. Maar wat als je zelf geen kinderen hebt? Hoe zullen mensen dan op jouw goedbedoelde adviezen reageren?
Hoe dankbaar kun je het als oma op de vrouwenvereniging over je kleinkinderen hebben. Maar als je daar tussen zit terwijl je zelf nooit kinderen hebt gekregen, dan kun je ook niets over je kleinkinderen vertellen. De gang naar de kerk is voor een echtpaar dat worstelt met de kinderzegen niet altijd de gemakkelijkste gang. Het kerkelijke leven – met zondagsschool, catechisaties en verenigingsleven – is helemaal op gezinnen ingesteld. Maar wat als jouw gezin tot twee mensen beperkt blijft? Val je dan niet overal buiten de boot?

Thuis in Gods huis
Als gemeente kun je de pijn en het verdriet van kinderloze echtparen niet wegnemen. Dat is ook haar taak niet. Wat de gemeente wél kan is die pijn aanvoelen en – zo mogelijk – verzachten.

‘Aanvoelen’ wil zeggen dat je je ervan bewust bent dat een kinderloos echtpaar zwaar onder dit verdriet gebukt kan gaan. Ik schrijf (nogmaals) met nadruk ‘kan’, want er is in dat opzicht een groot onderscheid tussen het ene kinderloze echtpaar en het andere.
Verder ook dat je moeite doet om zorgvuldig met dit verdriet om te gaan. Dat wil niet zeggen dat je nooit over je kinderen praat op de Bijbelstudie, maar wél dat je het doet in het bewustzijn dat dit voor een ander gevoelig kan zijn.

Het is goed om hierbij ook nog het woord ‘openheid’ te noemen. De verleiding kan groot zijn om het onderwerp kinderloosheid te verzwijgen. Het echtpaar dat het betreft kan makkelijk denken: ‘Laten we er maar niets over zeggen, dan worden we ook niet (onbedoeld) gekwetst’. De echtparen die wél kinderen hebben kunnen gemakkelijk denken: ‘Laten we het onderwerp maar verzwijgen, dan kunnen we ook niets verkeerds zeggen’.
Maar doorgaans is verzwijgen niet de oplossing. Integendeel, dan kan er juist makkelijk een stuk krampachtigheid ontstaan waardoor de zaken alleen maar pijnlijker worden. Vraag daarom die ene vrouw/man maar eens hoe ze het allemaal ervaren, zoals dat ook in het eerste artikel genoemd is. En doe dat boven alles met een liefdevol hart.

Troost in Gods huis
Hoe mooi en goed is het als de gemeente zo een plaats wordt waar dit verdriet kan worden gedeeld en begrepen. Zo wordt het huis van de Heere een plek waar troost gevonden mag worden.
Zo wordt het voor Hanna uiteindelijk ook! Het huis van de Heere wordt een plaats waar ze troost vindt. Niet vanwege de begripvolle reactie van mensen. Wat dat betreft laat hogepriester Eli in zijn eerste reactie flinke steken vallen. Maar de tabernakel wordt de plaats van Hanna’s troost omdat daar de plek is waar zij ‘haar ziel heeft uitgestort voor het aangezicht van de Heere’ (vers 15).
Dát is toch het voornaamste wat elke ‘ Hanna’ (man of vrouw) in het huis van de Heere mag zoeken: de troost van Zijn heerlijk aangezicht!

A.D. Fokkema
Ds. A.D. Fokkema is predikant te Eemdijk

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 november 2014

De Wekker | 20 Pagina's

Ongewilde kinderloosheid (3)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 november 2014

De Wekker | 20 Pagina's