Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

‘… zittend aan de rechterhand van God …’ (Het Apostolicum 2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

‘… zittend aan de rechterhand van God …’ (Het Apostolicum 2)

Het Apostolicum over de regering door de Zoon

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Elke zondagmiddag horen we de geloofsbelijdenis. Is het niet zo'n gewoonte dat het moeite kost om de aandacht erbij te houden? De bekende woorden glijden gemakkelijk over onze hoofden heeapostolische n. Toch is het een heel kostbaar moment in de dienst. Deze woorden hebben de eeuwen door geklonken, en de kerk van alle eeuwen troost en houvast gegeven. Deze woorden zeggen een geloof uit dat wereldwijd verbondenheid geeft.

De apostolische geloofsbelijdenis tilt ons uit boven ons eigen kleine leven, met kleine en grote zorgen en vragen. De geloofsbelijdenis zingt een lied dat zo moeilijk solo gezongen kan worden. Hoe kort de geloofsbelijdenis ook is, twaalf korte artikelen, zij is hooggestemd. Je hebt het koor van je eigen gemeente, en het koor van de kerk der eeuwen nodig om dit lied op toonhoogte te zingen. Soms breekt je eigen stem, er komt geen klank meer uit. De zorgen van het moment doen de stem stokken. Wat een enorm voorrecht is het dan om deze woorden te horen belijden door de gemeente. Al eeuwen klinken ze. Hier leeft de kerk van. En ik mag ze meezeggen, mee-zingen.

Geloof in Zijn regering
Zo ook dat ene zinnetje ‘zittend aan de rechterhand van God, de almachtige Vader’. Het staat in het deel dat over Gods eniggeboren Zoon, onze Heere, gaat. Het is het hart van de geloofsbelijdenis, waarin het gaat over Gods grote daden in Zijn Zoon Jezus Christus, over Zijn lijden, sterven en opstanding, Zijn hemelvaart en wederkomst. Maar tussen hemelvaart en wederkomst hebben we veel te belijden! Christus is niet ‘teruggetreden’, na Zijn ‘dienstjaren met emeritaat gegaan’, of ‘Zaligmaker in ruste’. Hij leeft altijd om voor hen te pleiten die door Hem tot God gaan (Hebr. 7: 25). Hij heeft alle macht in hemel en op aarde en heeft beloofd bij Zijn kerk te zijn, alle dagen (Mat. 28: 20). Alle dingen zijn aan Zijn voeten onderworpen, en Hij als hoofd over alle dingen gegeven aan de gemeente (Ef. 1: 22).

Deze belijdenis kan allerlei vragen oproepen. Waar kan ik Zijn regering zien? Er is grote chaos in deze wereld. Is dat niet alleen mogelijk doordat Hij er Zijn handen van afgetrokken heeft? Waar kan ik Zijn macht zien als terreurorganisaties dood en verderf zaaien, conflicten onoplosbaar lijken, oorlogen maar doorgaan en christenen vervolgd worden? Wat zie ik ervan als verdriet mijn leven schokt?
Het zijn toch deze vragen die we vaak bij ons hebben als we de kerkbank inschuiven? En dan is daar in de liturgie ook de geloofsbelijdenis, die liever spreekt over geloven dan over zien. Dit geloven wij, niet op goed geluk, maar omdat Gods Woord het zo verkondigt en de Geest die verkondiging door vragen en weerstanden heen doet breken. Wie het wil zien, heeft ogen van geloof nodig. ‘Nu zien wij echter nog niet dat Hem alle dingen onderworpen zijn, maar wij zien Jezus met heerlijkheid en eer gekroond…’ (Hebr. 2: 8-9).

Zittend
Hij zit aan Gods rechterhand. Dat kun je niet letterlijk nemen. God is Geest en hoe kun je dan aan Zijn rechterhand zitten? Hoe zit dat met de eenheid van de Vader en de Zoon? Zitten aan de rechterhand is een Bijbelse uitdrukking voor het innemen van een ereplaats. Psalm 110 gaat er al over. Ef. 1: 20 zegt dat God Hem gezet heeft tot Zijn rechterhand in de hemel. Daar is Hij om Zijn priesterlijke werk te doen en voor Zijn kerk te bidden. Daar is Hij ook als Koning, in Wiens hand God alle dingen gelegd heeft.
Hij heerst als Koning. Dat kan Hij zittend doen. Daar straalt rust en overmacht van uit. Hij hoeft niet koortsachtig in Zijn commandocentrum heen en weer te lopen omdat het bijna mis gaat. Hij heeft alles in Zijn hand. Het woeden van de wereld, het briesend rondgaan van de boze, het valt niet buiten Zijn beheer. Hij is het Die de zegels van de boekrol verbreekt (Openb. 5: 5). Zelf heeft Hij voorzegd dat de wereld en in het bijzonder Zijn kerk door grote moeite heen moeten. Waarom weten we niet precies. Maar we weten bij al onze vragen wel dat het Hem op geen enkele wijze verrast, en dat ten volle van Hem geldt wat we zingen in Ps. 93: ‘Uw macht is groot, Uw trouw zal nooit vergaan’ (Ps. 93: 4, ber. 1773).
Hij ‘zit’, omdat de strijd reeds beslist is, en Zijn werk volbracht. Maar dit zitten heeft niets te maken met ‘achterover leunen’, met gebrek aan betrokkenheid. Toen Stefanus gestenigd werd, zag hij de heerlijkheid van God, en Jezus, staande aan de rechterhand van God. (Hand 7: 55-56). Zo betrokken op het lijden van Zijn gelovigen.

Verlichte ogen
In Ef. 1: 15-23 gaat het over de verhoogde Heere Jezus Christus. Dit gedeelte begint met een gebed tot de God van onze Heere Jezus Christus, opdat Hij de Geest van wijsheid en openbaring geeft in het kennen van Hem, namelijk verlichte ogen van uw verstand. Want ook wie tot geloof gekomen is, heeft het nodig dat de ogen steeds weer en steeds meer open gaan voor deze drie dingen: de hoop van Zijn roeping, de rijkdom van de heerlijkheid van Zijn erfenis in de heiligen, en de allesovertreffende grootheid van Zijn kracht aan ons die geloven.
Leven uit de rijkdom van het geloofsartikel van het zitten aan Gods rechterhand vraagt verlichte ogen. Net als bij de knecht van Elisa. Omsingeld door een overmacht aan vijandelijke soldaten zegt hij: Ach, mijn heer! Wat moeten wij doen? Elisa zegt: Wees niet bevreesd, want die bij ons zijn, zijn méér dan die bij hen zijn. En Elisa bad en zie: Heere, open toch zijn ogen, zodat hij ziet. En de Heere opende de ogen van de knecht, zodat hij zag; en zie, de berg was vol paarden en strijdwagens van vuur rondom Elisa. (2 Kon. 6: 15-17).

Als we met de kerk der eeuwen belijden dat Jezus Christus zit aan Gods rechterhand, hoeven we onze ogen niet te sluiten. Wat we om ons heen zien heeft Hij voorzegd. Maar er is meer te zien, te weten, te geloven. God wekte Christus op uit de dood en zette Hem aan Zijn rechterhand in de hemelse gewesten, ver boven alle overheid en macht, etc. (Ef. 1: 20-21).
‘Zittend aan de rechterhand van God’: hier houdt de kerk van Christus zich al eeuwen aan vast. In vreugde en verdriet, in voorspoed en tegenspoed. En ook ik mag me oefenen, in het instemmen met deze belijdenis: Hij leeft en regeert, alle dagen, ook nu.

A.Th. van Olst


Luthers uitleg van het Apostolicum – het geloof in God de Zoon
‘Ik geloof, dat Jezus Christus, waarachtig God, van de Vader in eeuwigheid geboren en ook waarachtig mens, uit de maagd Maria geboren, mijn Heer is, die mij, verloren en veroordeeld mens, heeft verlost, verworven en bevrijd van alle zonden, de dood en de macht van de duivel, niet met goud of zilver, maar met zijn heilig, kostbaar bloed en met zijn onschuldig lijden en sterven, opdat ik zijn eigendom ben en in zijn rijk onder Hem zal leven en Hem dienen in eeuwige gerechtigheid, onschuld en zaligheid, gelijk Hij opgestaan is uit de dood, leeft en regeert in eeuwigheid. Dat is zeker waar.’

Luthers kleine catechismus, II, 2.

Bron: http://www.protestantsekerk.nl/Lists/PKN-Bibliotheek/Catechismus-Luther-Protestantse-Pers-Heerenveen-2009.p


“Mij spreekt van de Apostolische Geloofsbelijdenis op dit moment het meest het derde deel aan, over de Heilige Geest. Ik denk omdat Hij op aarde het meest zichtbaar het werk doet. In vernieuwing die Hij geeft, zoals een vernieuwen van denken, en dat heb ik in mijn leven wel nodig. Ik ervaar dat ook, dat Hij werkt, meestal niet op het moment zelf, maar achteraf zie ik soms Zijn hand ergens in. In het mensen op de juiste plaats zetten bijvoorbeeld, of het veranderen van situaties. Daarom raakt dat derde stuk van de geloofsbelijdenis mij het meest.”

Ananja van Tol is in het afgelopen voorjaar gedoopt in de ICF Rotterdam

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 februari 2015

De Wekker | 24 Pagina's

‘… zittend aan de rechterhand van God …’ (Het Apostolicum 2)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 13 februari 2015

De Wekker | 24 Pagina's