Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Persoonlijke verhalen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Persoonlijke verhalen

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onvoorwaardelijke liefde
Op 14-jarige leeftijd word ik hopeloos verliefd op de typelerares. Terwijl vriendinnen bij vriendjes achterop de brommer avonturen beleven breekt er voor mij een verwarrende tijd aan. Een tijd met veel vragen, angst, ontkenning, vriendschap met jongens die maar geen liefde of verliefdheid wil worden. Op mijn 21e is de verwarring compleet en ga ik door een identiteitscrisis heen.
Een zoektocht, worstelen met innerlijke gevoelens en uiterlijke gedragingen maakten me een onvrij mens, clownesk voor de omgeving, eenzaam in de binnenkamer. De visie van prof. Douma was leidend. Jezelf aanvaarden als lesbische vrouw, maar niet praktiseren. Dan ben ik aanvaardbaar voor God.
Rond mijn 40e ontmoet ik een christenvrouw, ze wordt de liefde van mijn leven. Wat een bevrijding om dat tegen elkaar uit te spreken. Samen hebben we over het geloof kunnen praten en bidden. Wat gaan we doen met onze liefde? Het geloof (de kerk) was in het begin van onze relatie een belemmering: mag het wel, kan het wel? Wat kunnen we met het concept van God die liefde is als onze liefde kennelijk verkeerd is, etc.? Door gesprekken met familie, vrienden en geloofsgenoten hebben we stap voor stap een weg gevonden. Door onze liefdesrelatie komen we veel dichter bij onszelf en gaan we weer vertrouwen op de liefde en op de onvoorwaardelijke liefde van God. Hij geeft ons rust. God helpt ons overal bij, ook in onze relatie. Hij is het grote voorbeeld van liefde en trouw, nu is Hij de stimulans voor onze relatie.
In onze CGK hebben we een warme gemeente gevonden waar we genieten van de diversiteit en de onderlinge verbondenheid. We kunnen volledig open zijn en weten ons aanvaard door de verkondiging van de onvoorwaardelijke liefde van Jezus. De gemeente weerspiegelt dit in haar leden en we ervaren daarin steun. Wij hebben het (wellicht nog harder dan anderen) nodig om versterkt te worden aan de maaltijd met Jezus.
Het synodebesluit snijdt ons af van de Levensbron. Dat snijdt ons door het hart. Wij weten ons geborgen in Christus en zijn niet meer afhankelijk van menselijke regels. Ons hart breekt als we denken aan het afschrikwekkende effect op jongeren of oudere gemeenteleden die nog in de kast zitten. Voor hen is buiten de kast geen plek in de CGK. Hoe kunnen zij staande blijven in het geloof als er geen gemeente in liefde om hen heen staat?


Van een moeder
Wat een heftig moment om te zien dat je zoon ‘uit de kast’ komt. Ik weet het nog als de dag van gisteren en zie nog de spanning op zijn gezicht. Lange tijd hadden we als ouders al wel bepaalde voorgevoelens. Maar toch, zolang ik het niet uit zijn eigen mond had gehoord, was het voor mij ook niet waar. Diep in mijn hart wilde ik er niet aan. Die bewuste avond kwam het hoge woord eruit: “pap, mam, ik moet jullie vertellen dat ik niet op meisjes, maar op jongens verliefd word”. Wat een moment … Het eerste wat ik tegen onze zoon gezegd heb, is dat hij hoe dan ook altijd ons kind blijft en dat we heel veel van hem houden. Wat er ook gebeurt. Dat de deur altijd voor hem blijft openstaan. Hij is als persoon niet veranderd. Hij is niet in de eerste plaats homo, nee, hij is en blijft onze zóón, met homoseksuele gevoelens. Dat we zo naar hem kijken, is een bewuste keuze.
De periode die volgde was heel zwaar voor ons. Onze zoon kreeg verschillende relaties en dan kom je voor moeilijke vragen te staan. Bijvoorbeeld wat doen we als hij vraagt of zijn vriend mag blijven slapen bij ons? Wat deze overwegingen extra moeilijk maakt, is dat we met eigen ogen gezien hebben hoe verliefdheid van jongen naar jongen toe zo echt kan zijn. Hij straalde helemaal. Daar moesten we enorm aan wennen. Uiteindelijk hebben we gezegd dat ook zijn vriend van harte welkom was in ons huis en dat hij ook mocht blijven slapen. Onder de voorwaarde dat hij, net als toen onze dochters verkering kregen, wel op een aparte slaapkamer ging slapen.
De jeugd van onze gemeente reageerde helemaal niet verbaasd toen werd verteld dat onze zoon homo was. Dat hadden ze allang door, en dat was gewoon geen probleem. Dezelfde reactie hadden onze andere kinderen ook. Dat was zo mooi!


Ik kan niet anders
Vanaf het prilste begin van mijn puberteit herinner ik mij gevoelens voor jongens van mijn leeftijd. In die tijd werd daaraan echter geen aandacht besteed. Of het was uitsluitend negatief. Heb diverse malen omgang met meisjes geprobeerd. Maar dat werd nooit wat. De Heere heeft mij echter altijd bewaard voor uitbrekende zonde. Ook toen er een periode in mijn leven was dat ik niets van Zijn dienst wilde weten. Nadat ik tot bekering was gekomen heb ik zeer sterk gehoopt op en ook geloofd in verandering. Maar dat gebeurde niet. Terugziende heb ik het daarna vele jaren ‘verdrongen’: hard werken, studeren, heel veel sporten. Tot ik voor een periode overspannen raakte, want verliefdheid overkwam me. Ik heb toen heel wat af geworsteld. Maar ook meer dan ooit met Gods Woord bezig geweest, ook met de bekende teksten over homoseksualiteit. In die tijd is mijn homoseksualiteit mij tot zonde, ja mijn zonde, mijn boezemzonde geworden. Homoseksualiteit is niet naar Gods scheppingsorde. Zeker: ik weet mij schuldig vanwege mijn homoseksualiteit. En ik belijd dat ook, keer op keer. Onder ons geldt: De wet is de tuchtmeester tot Christus. Dat is waar. Maar deze, mijn zonde, is ook een tuchtmeester tot Christus geworden. Tucht in de zin van ‘trekken’. Het dreef en drijft mij altijd weer uit naar Hem. Bij Wie ik mag schuilen voor tijd en eeuwigheid.
In het Amerikaanse leger gold jarenlang: don’t ask, don’t tell. In de kerk zou ik dat willen omdraaien: als ik niets vertel, vraag dan ook niets. Ik heb veel verdriet gehad van hen die weleens ‘een visje uitgooiden’. Of iets insinueerden. Machteloos verdriet gaf me dat. Ook opmerkingen als: ‘bij ons speelt dat niet.’ U moest eens weten.
Dankbaar heb ik kennisgenomen van de besluiten van de generale synodes 2013 en 2016. Ik ben ‘in mijn weg’ bevestigd. Maar wat de synode ook had besloten: ik kan niet anders. En ik wil dat ook niet meer. Want ik ben er (ik zeg dat nogmaals) diep van overtuigd dat een homoseksuele relatie niet mag en kan. Wat mensen ook beweren. Ik moet God meer gehoorzaam zijn dan mensen. Zeker, ik draag een ellendig kruis dat mij zo vaak te neerdrukt. Wat mij veel vreugde ontnam en ontneemt. Maar het ontneemt me niet meer het zicht op Christus, mijn grote Kruisdrager. Hem wil ik volgen. Totdat? Openbaring 21: 4. Totdat God de tranen van de ogen afwist. Liever vandaag dan morgen.


Veroordeel niet
Het ontdekken dat je anders bent dan de wereld waarin je opgroeit (waar hetero de norm is) is moeilijk. Als je dat in een christelijke omgeving ontdekt is dat nog zwaarder vanwege de grote hoeveelheid meningen en veroordelingen door mensen, die vaak aangeleerd hebben dat dit ‘fout’ is en zelf geen andere visies onderzocht hebben.
Opgroeien in kerkgemeenschappen waarin men denkt er goed aan te doen hun medemensen te veroordelen omdat ze anders zijn, maakt enorm veel kapot. Mensen worden bij God weggejaagd, komen in enorme geestelijke nood, met soms zelfmoord tot gevolg.
Na jarenlange strijd ben ik tot de conclusie gekomen dat de teksten in de Bijbel niet van toepassing zijn op mij en mijn relatie en dat ik er in al mijn veelkleurigheid mag zijn omdat God mij zo maakte. Wij geloven dat God de mensheid in alle veelkleurigheid geschapen heeft met de opdracht van liefde en trouw vanuit gelijkwaardigheid. Teksten uit de Bijbel ageren niet tegen homoseksualiteit als identiteit, maar tegen lust, liefdeloosheid, trouweloosheid, afgodendienst, tempelprostitutie en bandeloosheid. God is een God van liefde, trouw en toewijding. Dit vraagt hij ook in de relatie tussen twee mensen, ongeacht geslacht.
Ik ben geliefd kind van God. We hebben in onze kerk een warme plek gevonden waarin de liefde van Jezus naar ons toe geleefd wordt. Geen veroordeling, maar liefde. We zijn welkom zonder onderscheid. Wij mogen samen met vele anderen deze boodschap in onze gemeente en daarbuiten ook uitdragen zodat onze naasten ervaren dat bij God iedereen welkom is. De uitspraak van de synode kwetst en geeft het gevoel van opnieuw veroordeling. Waarom is dat nodig? Laat christenen niet liefde preken, maar leven! Denk om wat je zegt, kinderen luisteren mee en worden door harde meningen beschadigd. Besteed je tijd liever aan woorden van liefde en acceptatie. Veroordeel niet, maar vraag wat je kunt betekenen voor de ander. Zet je eigen mening opzij en luister om te begrijpen, niet om te reageren. Zet je deur open voor mensen die anders zijn en laat je verrassen door de enorme zegeningen die uit veelkleurigheid voortkomen!


Van een vader
Onze dochter was 10 dagen oud, toen wij haar adopteerden. Ze groeide op als een spontaan meisje met veel liefde tot Jezus. Toch vervaagde haar geloof, en vertelde ze uiteindelijk over haar ‘anders-zijn’. Dat deed ons verdriet en het gaf de nodige onrust in ons gezin en bij onze - eveneens geadopteerde - zoon. Toch zijn we veel van haar blijven houden; wel moesten we onze verwachtingen ‘bijstellen’. Ons huis staat altijd voor haar open.
Een zeer heftige periode, temeer daar onze omgeving zo haar eigen opvattingen had, die niet strookten met onze gevoelens. Onze dochter voelde zich intens gekwetst en afgewezen, als er vanuit de kerk negatieve reacties kwamen op haar geaardheid. Thuis kon zij met haar vragen terecht, maar haar aversie tegen de kerk werd alleen maar groter. Onze dochter heeft meerdere relaties gehad, en op dit moment weer een nieuwe vriendin. Ze kan moeilijk relaties onderhouden, en dat weet ze ook.
Zij is nog steeds dooplid van de CGK en wordt jaarlijks bezocht door een jeugdouderling. Dat bezoek stelt zij erg op prijs.
Ik heb met haar gesproken over het synodebesluit. Daar was ze enerzijds blij mee vanwege de acceptatie van het ‘anders-zijn’, maar anderzijds kan zij niet leven met onthouding.
Mijn ervaring is dat de kerken in het algemeen hebben geleerd dat zij enorm tekortgeschoten zijn in het begeleiden en accepteren van homoseksuele mensen, met hun ouders of verwanten.
De kerk zou veel kunnen betekenen voor hen, door open en eerlijk, in liefde, deze categorie gelovigen te steunen in hun worsteling, maar tegelijkertijd ook eerlijk te zijn wat onze liefdevolle God ons voorhoudt. Hij heeft immers het eerste, het laatste én het hoogste Woord.


Meer dan mijn gevoelens
Het besef dat ik homoseksuele gevoelens heb is langzaam gegroeid. Ik wilde dit absoluut niet en stopte die gevoelens weg. De angst om hier ooit mee voor de dag te moeten komen, groeide door gescheld en door lelijke opmerkingen om mij heen. Op een gegeven moment kwam wat ik jarenlang opgekropt heb naar boven. Vervolgens heb ik al mijn moed bij elkaar geschraapt en iemand in vertrouwen genomen. Toen ik eindelijk eerlijk tegenover mijzelf kon zijn, brak er een periode aan waarin ik moest nadenken over hoe ik met mijn gevoelens om moet gaan.
Nog altijd vind ik het niet makkelijk om te geloven dat homoseksuele relaties niet Gods bedoeling zijn. Soms kan het verlangen naar een relatie sterk aanwezig zijn en het idee van single blijven me zwaar vallen. Zeker nu veel vrienden om mij heen relaties krijgen of binnenkort gaan trouwen. Bijzonder vind ik dat de Bijbel eigenlijk alleen de seksuele omgang tussen twee mensen van hetzelfde geslacht afkeurt. Hechte vriendschap wordt nergens verboden en mag ook wat meer waardering krijgen in de kerk. Ik heb lang in mijn christelijke omgeving de indruk gekregen dat je pas echt tot je recht komt in een huwelijk, en dat je een beetje buiten de boot valt als je single blijft. Eigenlijk vreemd omdat Paulus het ongetrouwd blijven als iets positiefs neerzet en dat is iets wat voor mij de ‘keuze’ makkelijker maakt. God volgen terwijl je keuzes moet maken die recht tegen jezelf indruisen, is alleen mogelijk in de wetenschap dat ik ooit bij God zal mogen zijn.
Verschillende mensen weten nu dat ik homo en het is geen geheim meer. Toch weten weinig mensen dit omdat ik gevraagd heb om hierover tegen anderen te zwijgen; hoewel het me niet meer uitmaakt als het algemeen bekend zou worden. Ik heb daar bewust voor gekozen. Mijn homoseksuele gevoelens zijn wel een onderdeel van mijn identiteit alleen ben ik zoveel meer dan mijn gevoelens. Zie je homoseksuele broeder of zuster dan ook ten eerste als broeder of zuster en zijn of haar gevoelens als een van de vele onderdelen van de totale persoonlijkheid!


Aan mijn zoon
Vijf jaar geleden kwam je uit de kast. Mijn eerste reactie was liefde en acceptatie: je bent zo en dat is oké. De tweede reactie was zorg: hoe ga jij je leven vormgeven in een maatschappij waarin je behoort tot een minderheid, wat ga je allemaal meemaken? En hoe gaat jouw omgeving (je vrienden, je christelijke studentenvereniging) hierop reageren? En hoe zit dat tussen jou en God?
Vijf jaar later is mijn acceptatie gebleven, zijn mijn zorgen verminderd en mijn liefde en bewondering voor jou gegroeid. Je vindt je weg. Je investeert in een mooie relatie met je vriend, je kijkt zorgvuldig om je heen en weegt af in welke situaties je deelt dat je een vriend hebt. Je bent een sociaal bewogen en liefdevol mens geworden.
In de Bijbel heb je gezocht, maar weinig steun gevonden om te kunnen zijn wie je bent. Je hebt het geprobeerd, je hebt gebeden om duidelijkheid wat je met je geaardheid kon en mocht, maar het bleef stil. Je besloot het geloof vaarwel te zeggen. Je verzekerde mij dat ik daar niet rouwig om moest zijn: het bracht je immers geen rust of kracht, het maakte je geen gelukkiger mens. Je hebt veel in je eentje moeten uitvechten. Dat was een eenzame strijd, en je bent er vastberaden uitgekomen.
Nu, ruim vijf jaar later, hoop ik nog steeds dat je op een dag zult ervaren dat God jou liefheeft en waardeert. En ik gun onze kerk dat jij en andere homo’s een volledig gelijkwaardige plek krijgen in de gemeente, zodat jullie veelkleurigheid en talenten gevierd worden, en jullie de kans krijgen om anderen (misschien wel jongeren die zich afvragen of ze door God geliefd zijn in hun anders-geaard zijn) voor te gaan in een leven met God.
Misschien had zo iemand in de kerk jou destijds kunnen helpen, een stukje van je strijd met je mee kunnen lopen … Ik had het je echt gegund.

Veel liefs, je moeder

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 april 2017

De Wekker | 24 Pagina's

Persoonlijke verhalen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 april 2017

De Wekker | 24 Pagina's