Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wat heb jij aan jouw doop? (3)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wat heb jij aan jouw doop? (3)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

We denken nog even verder over de doop en vooral over de vraag: Wat heb je er aan? Iedereen snapt wel dat we in een drietal artikelen slechts heel kort en fragmentarisch aan de orde kunnen stellen wat inmiddels in een hele stroom van boeken en brochures hele boekenplanken gevuld heeft.

In dit derde artikel zoeken we een antwoord op de vraag: Wat doe jij met jouw doop? We volgen daarbij de lijn van het klassieke doopsformulier, één van de juweeltjes qua inhoud, taal en stijl, die de Reformatie ons als erfenis heeft nagelaten.

Vermaning en aansporing
Dat formulier wijst ons allereerst op de doop als een vermaning en aansporing. Het water van de doop wijst ons de onreinheid van onze zielen aan en vermaant ons een mishagen aan onszelf te hebben, ons voor God te verootmoedigen en onze reinigmaking en zaligheid buiten onszelf te zoeken. Dat is het eerste wat de doop ons wil leren. Wij zijn kinderen van Adam, wij zijn allemaal kinderen op wie de toorn van God van nature rust. Achter de opmerking van de hofprediker die een Oranjeprinses doopte en daarbij zei: “Wij gaan dit prinsesje begraven”, zit een diepe en donkere waarheid. Onze doop wil ons brengen tot verootmoediging voor God. We spreken vandaag wel eens over een ‘doopfeest’. En er valt ook echt wel wat te vieren. Maar het begint met verootmoediging die ons wil brengen tot het gebed van Psalmen als 19 en 51 om gewassen te worden, om gereinigd te worden. Je hoeft de geschiedenis van de Syrische generaal Naäman maar te lezen om te ontdekken dat wij mensen die aansporing vernederend vinden. We moeten er echt van overtuigd worden dat wij onze reinigmaking en zaligheid buiten onszelf moeten zoeken.
Heeft de Heilige Geest ons die les van het doopwater leren verstaan?

Pleitgrond
De doop verzegelt ook de belofte van de afwassing van de zonden door Jezus Christus. De doop zegt ons dat wij als kinderen van Adam kinderen van de toorn van God zijn, maar ook dat wij kinderen van Abraham zijn. Met Abraham sloot de Heere Zijn verbond. Eén van de bekendste dooppsalmen zingt daarvan: “Het verbond met Abraham, Zijn vrind, bevestigt Hij van kind tot kind” (Psalm 105: 5). Dat gold en geldt Israël, het volk van de kinderen van Abraham. Maar sinds Pinksteren geldt het ook “allen die daar verre zijn, zovelen als er de Heere onze God toe roepen zal”, Hand. 2: 39. Gelet op wat in dat verband over de kinderen van het verbond gezegd wordt, zou het uiterst merkwaardig zijn wanneer de kinderen van hen die verre zijn, er ineens niet meer bij zouden behoren.

Gods beloften worden verzegeld
Nee, de doop betekent niet de vervulling van Gods beloften. Bij een vervulling hoort geen zegel meer. Het zegel spreekt van de waarachtigheid en betrouwbaarheid van de belofte. We doen de Heere oneer aan wanneer wij Zijn beloften, die Hij nota bene met het oog op onze zwakheid en traagheid om te geloven verzegeld heeft, niet vertrouwen. De Heere vindt er Zijn vreugde in wanneer een zondig mensenkind pleit op Zijn verbondsbeloften.

Ooit vertelde een catechisant aan zijn dominee, dat hij niet altijd met gevouwen handen bad. Hij zei: wanneer ik in mijn Bijbeltje lees, leg ik soms één vinger bij een beloftewoord en een andere vinger bij mijn voorhoofd. Dan zeg ik: Heere hier staat het, in Uw Woord, en hier hebt U het verzegeld, op mijn voorhoofd bij de doop. De jongen vroeg: Mag ik zo bidden? De dominee knikte ontroerd. Dat is wat de Heere bedoelt met pleiten op Zijn beloften. Nog nooit is iemand beschaamd die zo naderde tot de God van het verbond ( Psalm 81: 12 ber.).

Allesomvattende beloften
Het valt op dat het doopsformulier de beloften van de doop samenvat in “de afwassing van de zonden door Jezus Christus”. Daar is alles mee gezegd. Maar vervolgens wordt die verbondsbelofte nader uitgewerkt als een belofte van God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest. De drie-enige God staat garant voor de vervulling van Zijn beloften in het leven van hen die Hem daarom vragen. Er is niets dat ontbreekt aan die toezeggingen van God.

Opnieuw bekruipt me het verlangen om nader te bekijken wat die beloften van Vader, Zoon en Heilige Geest inhouden. Ze worden zo prachtig verwoord in het klassieke doopsformulier. Het klinkt als een loflied op de belovende God van Wie wij belijden: “Het is trouw al wat Hij ooit beval.” Wanneer jullie dat klassieke formulier in jullie gemeente niet meer gebruiken, ligt er bij jullie thuis vast nog wel een oud Psalmboek waarin je dit formulier kunt vinden. Ik zou je willen vragen dat formulier voor je te nemen en dan jezelf af te vragen: welke belofte van de Heere zou ik graag vervuld zien in mijn leven? Er staan heel veel beloften in, zowel van de Vader, als van de Zoon als van de Heilige Geest. Bij welke belofte leg jij je vinger? Is dat een belofte van de Vader, of van de Zoon of van de Heilige Geest? Vertel dan aan die Goddelijke Persoon welke belofte van Hem je graag vervuld zou zien in je leven en waarom.

Zonder aan de beloften van Vader en Zoon voorbij te gaan, zou ik je speciaal willen wijzen op de belofte van de Heilige Geest. Daar staat zo mooi dat Hij wil toe-eigenen hetgeen wij in Christus hebben, namelijk de afwassing van onze zonden en de dagelijkse vernieuwing van ons leven. Let eens op die zin. Een gedoopte heeft in Christus verzoening en vernieuwing. Hij heeft die in de belofte als kind van Abraham, als verbondskind. Maar dat is niet genoeg. Uitgerekend de Heere Jezus Zelf, de grote Borg en Zaligmaker, spreekt over kinderen van het Koninkrijk, aan wie dat Koninkrijk der hemelen is toegezegd, dat zij uitgeworpen zullen worden in de buitenste duisternis, terwijl anderen zullen komen van oost en west en zullen aanzitten met Abraham in het Koninkrijk der hemelen, Mattheus 8: 11, 12. Hij spreekt in Johannes 15 ook over ranken aan de wijnstok die uitgehouwen en in het vuur geworpen zullen worden. Het is dus niet genoeg om een kind van Abraham te zijn. Het is nodig dat er een levende relatie met Christus ontstaat. Wij moeten in Christus worden ingelijfd, een levende rank aan de Wijnstok worden, die vrucht draagt als een teken van die levende relatie.
En wat is nu het rijke van het werk van de Heilige Geest? Hij eigent toe. Hij geeft in de weg van wedergeboorte, bekering en geloof, deel aan die rijkdom van Christus. Dat doet de Heilige Geest. Dat heeft Hij beloofd. Op die belofte mag jij pleiten. Het is Zijn werk om waar te maken: “Elk die Hem vreest, hoe klein hij zij of groot, wordt van dat heil, die weldaden deelgenoot”, Psalm 15: 7.

Een nieuwe gehoorzaamheid
Er is nog een derde punt als het gaat om een antwoord op de vraag: Wat doe je met je doop?
De doop vermaant en verplicht ons tot een nieuwe gehoorzaamheid. Eigenlijk komt dat al aan de orde, wanneer gezegd wordt dat wij in Christus geheiligd zijn door de doop. Dat woordje ‘heilig’, dat je vaak tegenkomt in de Schrift, heeft in het Hebreeuws iets te maken met ‘hek’. Een hek zet je om je eigendom heen en jij bepaalt wie er binnen dat hek mogen komen. En wanneer je dieren hebt, dan is het de bedoeling dat ze binnen dat hek blijven. Zo zet de Heere in Zijn verbond een hek om Zijn volk, Zijn stad, Zijn huis, Zijn gemeente. Wie op het erf van Gods verbond leeft, hoort binnen dat hek te blijven. Helaas is ook een bondeling van nature geneigd om over dat hek te springen en het leven daarbuiten te zoeken. Denk maar aan de verloren zoon in de bekende gelijkenis.

En wat doet nu de Heilige Geest in de toe-eigening van wat wij in Christus hebben? Hij leert ons die nieuwe gehoorzaamheid, die ons doet verlangen bij Christus te blijven, binnen dat hek, als onderdaan van het Koninkrijk der hemelen. Hij doet ons leven in verbondenheid met Christus Die de Wijnstok is om vrucht te dragen uit Hem. Dat is die nieuwe gehoorzaamheid die hier altijd ten dele is maar die toch leert geloven: Ik ben met Christus gekruisigd, met Hem gestorven en begraven door de doop in de dood. Ik ben met Hem opgestaan in een nieuw leven. Ja, ik ben met Hem in de hemel gezet.
En wanneer wij dan toch soms weer in zonde vallen? Dan is die doop een ontwijfelbaar getuigenis dat wij een eeuwig verbond met God hebben.

Ja, een zondaar mag alles vinden in de God van zijn doop. De Heilige Geest leert ons dat we niets te zoeken hebben buiten Hem. Als we het zouden proberen, zouden we bitter teleurgesteld worden. Alles wat nodig is in leven en in sterven is te vinden in de drie-enige God van onze doop.
Uit Hem, door Hem en tot Hem zijn alle dingen. Drie-enige Verbondsgod, U zij al de eer.
Ben jij het daar mee eens?

J. Westerink
Ds. J. Westerink is emerituspredikant en woont op Urk

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 januari 2018

De Wekker | 24 Pagina's

Wat heb jij aan jouw doop? (3)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 januari 2018

De Wekker | 24 Pagina's