Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De lente

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De lente

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zachtkens aan komt weer het meer gunstig en aangenaam klimaat, nu eenmaal de lente is ingetreden. De dagen worden langer, de zon breekt met haar gloed en purper gemakkelijker door de wolken, en alles begint in Gods Schepping om ons heen eene andere gedaante aan te nemen. De groote Schepper van ‘t heelal, die de jaargetijden heeft geformeerd, spreekt ook daarin, tegenover al het nietig gewoel der stervelingen, Zijne grootheid en majesteit uit. Als straks het geboomte, als uit zijnen winterslaap herrezen, in nieuwen bladerdos prijkt, — als de velden met jeugdig groen zijn bedekt, — als de bloemen met beur duizendvoudige schoonheden gaan prijken en het gevogelte lustig tusschen de takken Tan het geboomte kweelt, — dan worden wij herinnerd aan het woord van den psalmdichter: »Gij vernieuwt het gelaat des aardrijks!”
Zij die aankomende en door ons verwacht wordende vernieuwing in bet rijk der Schepping eene profetie van grooter dingen dan deze.
Welbezien is er zooveel wat om vernieuwing vraagt en roept. Voor alles wil men andere vormen. In Kerk en Staat, in maatschappij en huisgezin, op ieder levensgebied vraagt men naar wat anders.
‘t Is of alles hoe langs hoe meer ons toeroept, dat alle oude vormen hebben uitgediend. En bleef het bij den eisch om andere vormen maar. Doch het leven zelf wil men anders. Alles dicht en knelt,— alles jaagt en stoomt. Men leeft, zonder schier te weten, dat men leeft. De lente, de harmonie, de poëzie des levens wordt zoozeer gemist. Zelfs in de christelijke wereld zijn de lentebloemen zoo schaarsch geworden. ‘t Is kunst, kunst en nog eens kunst. Maar kunst is geen natuur. Kunst is geen leven. In het Panopticum te Amsterdam is veel kunst te zien. Gij kunt daar stil en somber in de gruwelkamer onder de moordenaars toeven, allen goed en van nabij onder de oogen zien, zonder dat een dier menschelijke hyéna’s een vinger naar u uitsteekt. Ge kunt onder vorstelijke grootheden en hooge staatsdienaren u in gezelschap begeven, zonder dat één uit hun allen u eene min aangename opmerking maakt. Maar hoeveel daar ook te zien, te denken en te leeren is, als ge een geheel jaar onder die kunstgewrochten en stomme beelden u moest ophouden, zoudt ge hijgen en rusteloos uitzien naar het leven, naar natuur en werkelijkheid.
Ook op geestelijk gebied zijn er maar al te veel Panopticum-fabrikanten, God de Heere alleen schept en wekt leven, — nieuw, vol, krachtig en heerlijk leven, — frisch als de lente, schoon, gelijk geen kunstwerk van menschen u bieden kan.
Voor hart en leven, voor kerk- en maatschappij hebben wij aan niets zoo zeer en zoo sterk behoefte als aan dat leven, dat, tegenover al de vormen des doods, ons hart met blijdschap en vroolijkheid vervult, om juichend, in God verblijdt,
»Te roemen van Gods gunst bij elk één.”

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1892

Het Wekkertje | 4 Pagina's

De lente

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1892

Het Wekkertje | 4 Pagina's