Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Hij zal hunne ongerechtigheden dragen.” (III - Slot)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Hij zal hunne ongerechtigheden dragen.” (III - Slot)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Jes. 53: 11 1. ged.

Meer dan louter menschelijke kracht werd vereischt tot het groote werk, dat de Middelaar Jezus Christus van eeuwigheid had aanvaard. Menschen noch engelen waren daartoe bekwaam. Reeds vóór Zijne komst in het vleesch was dan ook door den engel Gabriël voorspeld: »Deze zal groot zijn, en de Zoon des Allerhoogsten genaamd worden.” Geheel zijn vernederd leven kenmerkt zich door ware grootheid. En die grootheid heeft zich nergens duidelijker in geopenbaard, dan juist hierin, »dat Hij aan lijf en ziel, den ganschen tijd Zijns levens op de aarde, maar inzonderheid aan het einde Zijns levens, den toorn Gods tegen de zonde des ganschen menschelijken geslachts gedragen heeft, opdat Hij met Zijn lijden,als met het eenige zoenoffer, ons lijf en onze ziel van de eeuwige verdoemenis verloste, en om Gods genade, gerechtigheid en dat eeuwige leven zou verwerven.”‘ Het einde Zijns levens was de kroon op geheel zijn Middelaarswerk. Hij is gehoorzaam geweest tot den dood, ja tot den dood des kruises. Allen smaad en alle verachting, ja, het meest bittere lijden heeft Gods Zoon zich vrijwillig onderworpen. Ondersteund door Zijne goddelijke natuur, heeft Hij in Zijne menschelijke natuur al de bitterheid der zonde, al de vreeselijkheid van de straf gedragen. Ach, de doornen van Zijne kroon waren zoo scherp en de ruwe geeselslagen troffen Hem zoo fel; —het vloekhout, Hem op den schouder gelegd, drukte zoo zwaar en Zijn gang van uit Jeruzalem was zoo ontzettend, want als een onreine werd Jezus uitgeleid naar buiten, onwaardig om binnen de muren der »heilige” stad te sterven. En toen Hij, met de misdadigers gerekend, in gezelschap van »kwaaddoeners,” naar Golgotha gevoerd werd en de scherpe nagelen Hem door Zijne gezegende handen en voeten werden geklonken, om, na uren achtereen onuitsprekelijk veel geleden te hebben, aan het kruis te sterven, den van God vervloekten dood, — zie, toen is in al de kracht van het woord vervuld geworden, dat van Hem geschreven was: »Hij zal hunne ongerechtigheden dragen”. Smachtend van dorst, ineengekrompen van smart, verlaten van God, omringd door spotters en honende lasteraars, zwoegt en lijdt Christus, tot Hij, na die lange en bange uren aan het kruis gehangen te hebben, sterft. Maar vóór Hij Zijnen geest den Vader beveelt en vóór dat het matte hoofd Hem stervende op de borst zinkt, heeft Hij voor Zijne vijanden gebeden en het testament der genade voor eeuwig bezegeld toen Hij uitriep: »Het is volbracht!”
Is de Man van Smarten, die de ongerechtigheden Zijns volks heeft gedragen, U gepredikt, is Christus in al de diepte Zijner vernedering, in al de vreeselijkheid van Zijn lijden U voor de oogen als afgeschilderd,-- leert er uit, hoe vreeselijk de zonde is in het oog van den heiligen God en wat zij te wachten hebben, die in hunne zonden sterven, zonder vergeving gezocht en gevonden te hebben in het bloed van Christus, dat van alle zonden reinigt. Leert uit de vrijwillige overgave en offerande van Christus al verder, hoe groot Gods liefde is,, die om zondaren te redden, Zijnen Eeniggeborene niet gespaard, maar Hem overgegeven heeft tot zaligheid voor allen, die in Hem gelooven. Leert eruit, geloovigen! hoe duur gij gekocht zijt:niet voor goud of voor zilver, maar met het dierbaar bloed van het Lam Gods.
Laat in de uren van vertwijfeling en bange aanvechting des Satans het Evangelie, reeds door Jesaja gepredikt, u bemoedigen, opwekken en troosten. Zie niet slechts op uzelven, op uwe zonden en op uwe onwaardigheid, maar zie vóór alles en bovenal op Hem, die de ongerechtigheden heeft gedragen. Niets mishaagt Satan zoo zeer en niets is uwe zielen zoo heilzaam en voordeelig, als het geloovig zien op Jezus.
Vervuld met den Heiligen Geest was dit der Apostelen grootste vreugde: Jezus Christus en dien gekruist, den jood eene ergernis en den Griek eene dwaasheid, aan arme zondaren te mogen prediken. Al wist ge de rekening van uwe schuld bij God na te cijferen tot den laatsten penning toe, wat zou u dit baten, waar zelfs één enkele penning tot afdoening u ontbreekt. Maar in Christus, den Drager der ongerechtigheden, doet de Heere zijnen kinderen de kwitantie van hunne schuld aanschouwen. Dat troost en bemoedigt! Dat doet de vrees des doods wijken. Dat klaart de donkerheid van het graf op. Dat verheldert de toekomst. In Hem voor God gerechtvaardigd door het geloof, hebben wij vrede bij God. Die vrede stroomt af van het kruis. Die vrede gaat alle verstand te boven. Die vrede maakt het scheiden van de aarde gemakkelijk. Met dien vrede in het hart en met het Vaderhuis in het gezicht, achten we alle dingen schade en drek, bij de uitnemendheid der kennisse van onzen Heere Jezus Christus.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Wekker

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 april 1892

Het Wekkertje | 4 Pagina's

„Hij zal hunne ongerechtigheden dragen.” (III - Slot)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 april 1892

Het Wekkertje | 4 Pagina's