Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nieuwe vormen van ouderschap

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nieuwe vormen van ouderschap

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Inleiding

Er wordt tegenwoordig vaak gesproken over een kindvriendelijke samenleving, die we zouden moeten nastreven. Over de manier, waarop die kindvriendelijke samenleving gerealiseerd moet worden bestaat verschil van mening.

Dat het gezin in de traditionele zin daarbij de belangrijkste rol moet spelen is niet meer vanzelfsprekend. Dit houdt verband met het opnieuw definiëren van wat kindvriendelijk genoemd kan worden. Voor velen wordt in de eerste plaats gekeken naar het belang van het kind en niet naar wat God in Zijn Woord zegt. Vanuit het kind geredeneerd worden dan termen als 'veiligheid, geborgenheid en gehechtheid' naar voren gebracht. Wanneer deze benadering in zijn consequenties wordt gezien, betekent dit dat met behulp van dit pakket van minimumeisen gezocht kan worden naar een opvoedingssituatie die daar aan voldoet. Het natuurlijk ouderschap blijkt dan niet meer de enige situatie te zijn, waarin kinderen door middel van de nodige geborgenheid, veiligheid en gehechtheid kunnen groeien naar volwassenheid. Er is heden ten dage op het gebied van ouderschap en relaties een groot aantal keuzemogelijkheden voorhanden. Dit is mogelijk geworden door o.a. toepassing van kunstmatige voortplantingstechnieken.

In dit artikel zullen we de nieuwe vormen van ouderschap de revue laten passeren, die nu opgeld doen en steeds meer het door Gods woord voorgeschreven model van voortplanting en opvoeding gaan vervangen. Naast een beschrijving van de vormen van ouderschap besteden we aandacht aan de motivering van het streven naar alternatieve vormen. Deze motieven onderwerpen we aan de kritische toets van Gods Woord.

Alternatieven voor het natuurlijke ouderschap

Drie vormen van ouderschap kunnen genoemd worden als alternatief voor het natuurlijk ouderschap; de genetische, het biologische en het sociale ouderschap. Zoals in de inleiding al is gezegd, spelen kunstmatige voortplantingstech­ nieken hierbij een belangrijke rol. Drie voorbeelden mogen dit verduidelijken. Zo ziet een homopaar hier mogelijkheid om hun kinden/vens in vervulling te laten gaan. Zij doen dan een beroep op een draagmoeder. Een van de partners levert zijn sperma, dat wordt ingebracht bij een vrouw die voor het homopaar een kind wil dragen en baren. Is het kind ter wereld dan volgen er twee achtereenvolgende procedures. In de ene procedure doet de moeder afstand van haar kind en vervolgens, in de andere procedure adopteert de vriend van de partner die het zaad heeft geleverd het kind'. Hoe is dan de situatie? De vrouw is de genetische ouder (het kind komt uit haar voort) te zamen met de man van het homopaar die het zaad heeft geleverd. Tegelijkertijd is zij ook de biologische ouder (zij heeft het kind voldragen). Maar zij is niet de sociale ouder, want zij voedt het kind niet op, maar het homopaar aan wie zij het kind heeft afgestaan.

Een ander voorbeeld is dat van het éénouderschap. Ook een vrouw die bewust zonder mannelijke partner een kind wil krijgen, ziet daartoe eveneens een mogelijkheid door middel van kunstmatige voortplantingstechnieken. Zij wendt zich dan tot een van de spermabanken in ons land, met het verzoek zich te laten insemineren (kunstmatig bevruchten) met sperma van een donor. Ook hier vallen genetisch (het leveren van ei-en zaadcel), biologisch (het voldragen van het kind) en sociaal (het opvoeden van het kind) ouderschap niet samen.

Een derde voorbeeld is dat van een lesbisch paar dat om een of andere reden niet zelf zwanger wil zijn, maar wel een kind wenst. Zij doen dan een beroep op een draagmoeder en op een spermadonor. De draagmoeder kan één van de genetische ouders zijn, maar het kan ook een vrouw zijn van het lesbisch paar, die de eicel levert. De andere genetische ouder is de donor van het sperma. De draagmoeder is de biologische ouder, tenwijl de lesbiennes beide sociale ouders zijn, omdat zij het kind opvoeden.

* De heer J. van Dijke is lid van de Raad voor het Jeugdbeleid.

Gevolgen

Het zal duidelijk zijn dat bij deze ontwikkelingen er nogal wat te doen is op medisch, ethisch en juridisch gebied. Overigens zij hierbij opgemerkt dat de huidige wetgeving (met name personen-, familie-en afstammingsrecht) op deze ontwikkelingen (nog) niet is afgestemd. Het valt zeer te vrezen dat de wetgever zich ook in deze ontwikkeling zal laten leiden door de praktijk.

Over het aantal kinderen, dat anders dan in een normale gezinssituatie opgroeit, zijn geen cijfers bekend. Aangenomen wordt dat dit aantal toeneemt. Wat dit alles voor de betreffende kinderen tot gevolg heeft, is evenmin bekend. Wetenschap-pelijk onderzoek is immers pas mogelijk als er voldoende van hiervoor genoemde situaties zijn. Daar komt bij dat deze kinderen eerst de volwassen leeftijd moeten hebben bereikt om eventuele afwijkende effecten te kunnen meten. En zover zijn we nog lang niet. Wanneer dus gesteld wordt dat een en ander slecht is voor de ontwikkeling van het kind, dan kan dat hoogstens een veronderstelling zijn op gevoelsmatige gronden. Zelf denk ik evenwel dat het voor een kind nadelig is, wanneer het bewust van zijn voorgeslacht ontworteld wordt. Gods Woord leert mij hier in elk geval belangrijke dingen! Ik noem er drie:1) In Gods Woord kunnen we leren hoeveel waarde de Heere God hecht aan de lijn der geslachten. Denk hierbij aan de geschiedenis van Ruth en Boaz en aan het geslacht van de Heere Jezus Zelf. 2) Het heterosexuele huwelijk is door God Zelf ingesteld als zijnde onveranderlijk, exclusief (monogaam) en onverbrekelijk. De vervulling van de kinderwens door toepassing van kunstmatige voortplantingstechnieken is wezenlijk anders dan het verlangen en ontvangen van Gods zegen die in de vruchtbaarheid van de geslachtsgemeenschap wordt geschonken. Met andere woorden, voortplanting en huwelijk zijn direct aan elkaar verbonden. 3) Uit Gods Woord weten we dat de mens de kroon is op Gods schepping. De mens is een schepsel van hoog niveau: Gij hebt hem een weinig minder gemaakt dan de engelen en hebt hem met eer en heerlijkheid gekroond' (Psalm 8 : 6). De mens is, zo blijkt, veel meer dan een psycho-sociaal wezen. Het stellen van minimumgaranties bij de opvoeding ten aanzien van het psycho-sociale vlak is voor mij dan ook ontoereikend. Daarom is het des te erger dat in de velerlei onbijbelse relaties de vervulling van de kindenwens over het algemeen meer in de sfeer ligt van het produceren en fabriceren van een mens (kind) door technische procédé's in het laboratorium, waarbij de mens verwordt tot een ding dat men ook graag hebben wil. Dat kan Gods bedoeling met Zijn schepsel nooit zijn. Tenwijl het kind op deze manier wordt 'venwacht' is omtrent het eventuele belang van het kind nog niets bekend. Waarvan akte!

Redenen voor de veranderde visie op ouderschap

De redenen die aangevoerd worden om het ouderschap niet meer in eerste instantie te verbinden met de biologische afkomst van de kinderen zijn in hoofdzaak de volgende:

1. De opvoeding valt veel ouders te zwaar. 2. Door het toenemend aantal echtscheidingen groeit het aantal alleenstaande opvoeders. 3. De relatie tussen kind en ouder is niet altijd optimaal.

Tegen deze redenen, die als argumenten dienen in het pleit om de opvoeding los te maken van de natuurlijke ouders en tot een gemeenschappelijke zaak te maken, zijn wel wat bezwaren aan te voeren.

Adi. De opvoedingsverantwoordelijkheid ligt zowel bij de vader als bij de moeder. 'Verdeling van deze verantwoordelijkheid voor beide ouders kan voorkómen, dat een ouder te zeer belast wordt. Als voor ouders de opvoeding te zwaar is, zouden kerk en overheid een opvoedingsondersteunend beleid moeten ontwikkelen, waarbij voorlichting en advisering van belang zijn.

Ad 2. Helaas moet geconstateerd worden, dat echtscheidingen veel voorkomen. Maar er is geen enkele reden om het beleid te normeren naar feitelijke ontwikkelingen en reeds gegroeide situaties. Beter is het de oorzaken daarvan aan te wijzen en te verhelpen. De oorzaak is wel een algemeen onvermogen duurzame relaties aan te gaan en in stand te houden. De druk op het gezin is door deze afnemende innerlijke, geestelijke en psychische weerbaarheid in het onderhouden van relaties ontstaan. We moeten weer leren werken - iedere dag - aan een stabiel gezins-en huwelijksleven.

Ad 3. Ook wat betreft de onvrede, die er kan zijn tussen ouders en kinderen moeten we niet den-

ken vanuit de praktische situatie, maar zoeken naar normatieve richtlijnen, zoals Gods Woord die geeft.

Overheidsdruk op de man-vrouw-verhouding

De overheid werkt door haar beleid mee om op een dwangmatige manier het onderscheid tussen man en vrouw uit te wissen. Het gaat hierbij niet zozeer om de erkenning van de vrouwelijke inbreng in het maatschappelijke gebeuren, maar meer om het verplichtend karakter dat de overheid hieraan verbindt. De SGP heeft altijd gestreden tegen een dwangmatig optreden van de overheid, waardoor ze haar grenzen overtrad. De overheid treedt met haar maatregelen in de persoonlijke-en gezinssfeer. Dit blijkt uit het inkomensbeleid van de overheid en de vergaande doorvoering van de individualisering in de sociale wetgeving, waarvan het uitgangspunt is dat mannen en vrouwen economisch zelfstandig behoren te zijn. Het meest actuele voorbeeld hiervan is het zogenaamde 'Meisjesbeleid'. Daarin staat beschreven dat meisjes die vanaf 1990 achttien jaar worden in hun eigen onder­ houd kunnen voorzien, ook als ze gehuwd zijn. In de praktijk komt het erop neer dat wanneer de man werkloos is geworden, de vrouw geen beroep meer kan doen op de gezinstoelage, maar dat zowel de man als de vrouw een eigen uitkering krijgen en derhalve een sollicitatieplicht hebben. Alleen een vrouw die kinderen in de leeftijd tot twaalf jaar heeft te verzorgen, is vrijgesteld van de sollicitatieplicht.

Zoals al gezegd, is het niet mijn visie, dat vrouwen noodzakelijk uit het verzorgingsmilieu moeten stappen. Het verzorgingsmilieu is immers te combineren met deelname aan maatschappelijke activiteiten. We moeten het werk thuis niet gaan onderwaarderen ten opzichte van het werk buitenshuis. Dan zijn we denk ik op de verkeerde weg. De vergaande doorvoering van de individualisering in de sociale wetgeving zie ik als regelrechte ondermijning van het gezin. Daar waar man en vrouw één zijn in het huwelijk, daar wordt nu een wig gedreven in deze relatie door in de wetgeving het inkomen te behouden aan de man en de vrouw apart. Als man en vrouw in een huwelijk zo ego-gericht met elkaar samen moeten gaan leven, dan vrees ik dat van de zogenoemde en zogeroemde gehechtheid.

geborgenheid en continuïteit van het l< incl weinig terecht zal komen.

Slot

In bovenstaand artikel is door mij een aantal ontwikkelingen geschetst, die gaande zijn. De gedachten, die ten grondslag liggen aan de veranderingen die in gang worden gezet, zijn de onze niet. Toch zullen hierdoor grote veranderingen optreden in de maatschappij en binnen de sociale relaties, die de maatschappij uitmaken. De consequenties van deze beweging, waarbij het natuurlijke ouderschap geheel los wordt gemaakt van de verantwoordelijkheid van de opvoeding is vérgaand. Zo is hier ook in niet geringe mate de wetgeving mee gemoeid. De wetgeving en als specificatie daarvan het afstammingsrecht is tot nog toe gebaseerd op het natuurlijke ouderschap met een aantal bepalingen voor adoptie in bijzondere omstandigheden. Willen bovenstaande ontwikkelingen ook wettelijk geregeld worden, dan zal het afstammingsen adoptierecht ingrijpend gewijzigd moeten worden.

Op dit gebied is er heel wat in beweging. Ik noem vier momenten in deze ontwikkeling, die belangrijke verschuivingen in normen en waarden te zien geven.

Wat ongehuwd hetero-ouderschap betreft zijn de eerste stappen naar juridische gelijkstelling al gezet door de komst van een Wetsvoorstel tot nadere regeling van de ouderlijke zorg voor min­ derjarige kinderen en van de omgang (mei 1986).

Een tweede moment is het beleidsadvies 'Ouderschap zonder onderscheid' van de Raad voor het Jeugdbeleid, dat gaat over de belangen van het kind bij verantwoord ouderschap en kunstmatige voortplanting (mei 1988). De titel van het advies spreekt, dacht ik, voor zich.

Een derde moment is mei 1989. De agenda van de Tweede kamer vermeldt 'Kunstmatige bevruchting en draagmoederschap', een regeringsstandpunt. Fundamentele vragen komen in de bespreking aan de orde: Onder welke voorwaarden is kunstmatige bevruchting bij mensen acceptabel? Ondervinden kinderen er nadelige gevolgen van als ze opgroeien zonder vader maar met twee moeders? Kortom, mag alles wat tegenwoordig kan? Ir. Van der Vlies heeft namens de SGP deskundig en betrokken, vanuit Bijbelse visie zijn inbreng aan deze discussie geleverd (zie verslag in De Banier van 19 mei 1989).

We hopen dat ook de SGP, door deze in gang gezette zaken tijdig te signaleren, het tij nog kan (helpen) keren. Steeds meer - en ook hierin wordt het heel concreet-worden immers Gods inzettingen verlaten.

Dit artikel is een bewerking en uitbreiding van het artikel van dhr. J. van Dijke in Ons Contact 1989-2, dat een reactie was op het interview met mevr. M. van den Brink in Ons Contact 1989-1. De bewerking is uitgevoerd door drs. H.F. Massink, beleidsmedewerker van SSC.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1989

Zicht | 36 Pagina's

Nieuwe vormen van ouderschap

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1989

Zicht | 36 Pagina's