Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Na de herroeping van het Edict van Nantes (I)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Na de herroeping van het Edict van Nantes (I)

(1685-1789)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bij het 'eeuwig en onherroepelijk 'Edict van Nantes (1598), had koning Hendrik IV van Frankrijk aan zijn hervormde onderdanen vrijheid van godsdienst en burgerrechten verleend. Toen zijn kleinzoon Lodewijk XIV, op 17 (18) oktober 1685, het Edict van Nantes herriep, meende hij - ten onrechte zoals we zullen-zien - een eind te hebben gemaakt aan het protestantisme in zijn rijk. Het hervormde volksdeel ging echter een periode van 104 jaar tegemoet, van clandestiene en hachelijke geloofsbeleving.

Daar alle predikanten verbannen waren, had het kerkvolk geen gespecialiseerde voorgangers meer. Enkele dominees waren teruggekeerd, onder wie Brousson. Hij vond als geloofsmartelaar de dood in 1698. (Zie P.N.: april '82). Maar ook talrijke mannelijke en vrouwelijke lekepredikers, alsmede geïnspireerde 'profeten', gingen met gevaar voor vrijheid en leven bijeenkomsten houden op eenzame en woeste plaatsen - Au Désert (in de Woestijn) - of in particuliere huizen.

De naar Rotterdam uitgeweken predikant Jurieu voorspelde, op grond van gegevens uit het boek der Openbaring, in naar Frankrijk gesmokkelde publikaties, de val van het 'Grote Babyion', van Lodewijks dwangregime. De juist uitgebroken Negenjarige oorlog (1688-1697) gaf een zekere actualiteitswaarde aan Jurieu's geschriften. Maar de Vrede van Rijswijk, die een einde maakte aan de oorlog tussen Lodewijk XIV en onze koning-stadhouder Willem III, bracht geen verbetering in het droevige lot van de Franse hervormden.

Kort voor het uitbreken van de Spaanse successieoorlog (1702-'13) spoelde er een vloedgolf van 'profetisme' over het Franse protestantisme, in het bijzonder over de bewoners van de bergachtige streek der Cevennen (1701). De profeet Marion zou later in zijn Mémoires' schrijven: 'God stortte in rijke mate Zijn Geest uit over onze provincie (Languedoc), over verscheidene mensen van elke leeftijd en van beider geslacht. In minder dan zes maanden werd ons land herboren door de kracht van de H. Geest'. (Gedenkschriften van Mazel en Marion, in 1931 uitgegeven voor de Londense 'Huguenot Society' door Ch. Bost).

De profeet Mazel vertelt: 'Ik kreeg verscheidene ingevingen, om mij erop voor te bereiden naar wapens te grijpen. Op 22 juli (1702) tijdens een bijeenkomst, werd mijn mond geopend en begon ik te spreken'... Dan geeft Mazel zijn toehoorders een opdracht door. Zij moeten naar Pont-de-Montvert gaan, ten z.o. van Mende (Lozère), naar het huis van de gehate priester en missie-inspecteur Du Chayla. In zijn versterkte woonhuis hield hij een aantal verstokte protestanten gevangen. Om hen te dwingen rooms te worden, onderwierp hij ze aan martelingen. In de nacht van 24 juli 1702 bestormden 50 gewapende verzetsstrijders het huis van Du Chayla. Zij zongen psalm 68, vers 1, wat het krijgslied van het verzet zou worden. Nadat de zware deur van de gevangenis was geforceerd, werden de geloofsgevangenen bevrijd. De ketterjager Du Chayla werd met vele messteken gedood. Zo begon de gewapende strijd voor het herstel van de rechtspositie van de hervormden, zoals deze bij het Edict van Nantes was geregeld. Deze laatste godsdienstoorlog (1702-'04) heeft de naam gekregen van 'la guerre des Camisards! De naam camisard zou in verband staan met het Zuidfranse woord voor hemd: casimo. De benaming zou herinneren aan de tactiek van de verzetslieden om bij hun veelvuldige nachtelijke operaties, als herkenningsmiddel, een hemd over hun kleding te dragen. (In een recent Nederlands boek over de Camisards, van de majoor b.d. Bakker, besteedt deze deskundige schrijver in het bijzonder aandacht aan hun krijgsverrichtingen).

Twee jaar lang vochten niet meer dan 2000 gewapende protestanten tegen een meer dan tienvoudige overmacht van getrainde, welbewapende soldaten van de koning. De strijd werd over en weer gevoerd met grote felheid. Er vielen vele slachtoffers. Op bevel van Lodewijk XIV brandden zijn troepen 470 dorpen plat. De tactiek van de geschroeide aarde!

De twee voornaamste aanvoerders van de Camisards waren de oud-militair Pierre Roland, en de jonge bakkersknecht Jean Cavalier. Ook hij bleek een goed tacticus te zijn. Wat, naast de bezielende invloed van de profeten en de straffe tucht, zeer gunstig was voor het moreel van het verzetslegertje, was de reële mogelijkheid van een landing van Nederlanders en Engelsen, wier oorlogsschepen voor de Franse Middellandsezeekust kruisten, zo'n 50 km. van het strijdtoneel. Toen die langverwachte landing echter uitbleef, en Cavalier ternauwernood ontsnapte aan een zware militaire nederlaag, ging hij gretig in op een vredesvoorstel van maarschalk de Villars, opperbevelhebber van de koninklijke troepen. De godsdienstvrijheid zou hersteld worden en Cavalier kreeg een kolonelsrang in het leger! Had Villars op eigen gezag gesproken, of was het een list geweest? Hoe het ook zij, er kwam niets van de mooie aanbiedingen. Wel mocht Cavalier met een honderdtal getrouwen Frankrijk verlaten. Hij ging in Engelse krijgsdienst, werd kolonel, later generaal. Hij stierf in 1740.

De onverzettelijke Roland zette de strijd alleen voort. Hij sneuvelde in 1704. Dat was het einde van de oorlog der Camisards. Er deden zich nog wel enkele plaatselijke verzetspogingen voor van protestanten, die bleven hopen op een Engelse landingspoging. Onder hen was de profeet Mazel. Na jaren verzet sneuvelde hij in 1710 bij Uzès.

Het geboortehuis van Roland in de landelijke omgeving van Mialet, 46 km. ten n.w. van Uzès, is sedert 1910 het in zijn eenvoud indrukwekkende 'Musée du Désert' (Woestijnmuseum). Ieder jaar op de eerste zondag van september komen duizenden protestanten, uit Frankrijk en daarbuiten, met grote dank aan God, de nagedachtenis eren, van een heroïek voorgeslacht dat zo lang geleden en gestreden heeft voor de zaak van 'godsdienst en vrijheid'. (Zie P.N.: nov. '81).

Op 1 september 1715 stierf Lodewijk XIV. In een hoogdravende lijkrede prees Massillon de heengegane vorst, omdat onder zijn regering 'de ketterij verdwenen was en, omdat hij Frankrijk van dat schandaal had gezuiverd'. Elf dagen voor de dood van de grote vervolger riep een jonge man van 19 jaar, Antoine Court, acht andere hervormden bijeen in een verlaten steengroeve bij Nîmes, om met hen plannen te maken voor het herstel van geordend kerkelijk leven (21 aug. 1715). De oorlog der Camisards had geen directe gevolgen gehad voor dat herstel, maar het verzet had wel de tegenstanders bewezen dat het protestantisme onuitroeibaar was. Aan de eigen getrouwen had de strijd van Roland c.s. het nodige zelfvertrouwen teruggegeven, waardoor de kerkelijke reorganisatiepoging van Court kon slagen. Dat hopen wij in een slotartikel te kunnen vertellen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Protestants Nederland

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 mei 1983

Protestants Nederland | 8 Pagina's

Na de herroeping van het Edict van Nantes (I)

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 mei 1983

Protestants Nederland | 8 Pagina's