Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In gesprek met alle rangen en standen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In gesprek met alle rangen en standen

Terdege-redacteur Huib de Vries: „Vier of vijf jaar met hetzelfde onderwerp bezig zijn, is niets voor mij''

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vele malen prijkte de afgelopen 25 jaar de naam Huib de Vries in tijdschrift en krant. Hij schreef bijna 7000 paginas voor Terdege, daarnaast vloeiden 350 krantenpaginas voor het RD uit zijn pen. Aangetrokken tot authenticiteit, interviewde hij daklozen én hoogleraren. „Van de laatste groep krijg ik gratis privé-college.''

„Het klinkt paradoxaal, zegt hij aan het einde van het gesprek, met het hem kenmerkende sonore stemgeluid. „Ik ben bij Terdege gebleven omdat ik van veranderingen houd. Op andere beroepen zou ik eerder zijn uitgekeken.
Onafgebroken werkte Huib de Vries (48) de achterliggende 25 jaar bij het reformatorische familieblad. Al die tijd was hij de belangrijkste journalistieke motor van Terdege, dat vorig jaar zijn 25e jaargang schreef. Tijd voor een nadere kennismaking met de man die voor het tijdschrift circa 2500 personen interviewde en daarnaast goed was voor honderden reportages. Vooral in Nederland, soms ver daarbuiten. In die kwart eeuw sprak hij ook nog eens zon vijfhonderd mensen voor het Reformatorisch Dagblad, het zusterbedrijf waar hij nu hand- en spandiensten verleent voor de wetenschapsredactie en de economieredactie.
De Terdege-journalist is niet iemand die zijn mening onder stoelen of banken steekt. Tussen zijn gedachten en het uitspreken ervan gaat maar weinig tijd verloren. Hij combineert die eigenschap met een gestructureerde manier van werken. In een handomdraai tovert hij een overzicht van alle mensen die hij sprak uit de computer. Het tekent De Vries, die zegt in de achterliggende jaren alleen maar geordender te zijn gaan werken. „Dat moest ook wel, want ik heb altijd mijn agenda zelf moeten vullen. Afspraken maken, plannen, zorgen dat er voldoende uit te werken was. Ik kon toch moeilijk tegen de hoofdredacteur zeggen dat ik een paar dagen niks te doen had, omdat een paar afspraken niet doorgingen?

Werkloze artsen
Het ziet er begin jaren tachtig niet naar uit dat Huib de Vries tijdschriftjournalist zal worden. „Na de havo wist ik niet wat ik wilde. In die tijd was het vrij gebruikelijk dat je dan naar de pabo in Gouda ging, als een verlegenheidskeuze. Dat gold ook voor mij, maar na negen maanden hield ik De Driestar voor gezien. Ik ontdekte dat het onderwijs niets voor mij was. Omdat ik mijn ouders niet nog eens op kosten wilde jagen zonder een duidelijk doel, koos ik voor een combinatie van werken en leren.
Het wordt het Beatrixziekenhuis in Gorinchem, de plaats waar zijn vriendin woont. „Ik begon er in 1979 de opleiding tot A-verpleegkundige. Daar had ik voorheen nooit aan gedacht, maar het was een boeiende tijd. Een deel van de vakken werd gedoceerd door artsen met wie je in de praktijk optrok. Aan het eind van de opleiding heb ik drie maanden op de operatiekamer gewerkt.
In het vroege voorjaar van 1983 rondt hij de opleiding met goed gevolg af. „Het was een tijd van economische crisis, net als nu. Dat had ook voor de zorg gevolgen. Onze hele opleidingsgroep moest eruit. Jonge artsen zaten met hetzelfde probleem. Het levert hem achteraf bezien een idee voor zijn eerste omslagverhaal voor Terdege op: een artikel over werkloze medici.

Geen ervaring
Een kennis, buitenlandredactrice bij het Reformatorisch Dagblad, attendeert hem op de (tijdschrift)journalistiek. Aanleiding is de verzelfstandiging van Terdege tot familieblad voor de gereformeerde gezindte.
„Ze heeft een goed woordje voor me gedaan en ik heb gesolliciteerd, maar ben niet aangenomen. Korte tijd daarna kon ik alsnog in het ziekenhuis aan de slag.
Nog geen jaar later belt hoofdredacteur Peter Boer. „Of ik ervoor voelde toch weer te solliciteren. Een van de twee schoolverlaters die eerder waren aangenomen, voldeed niet. In korte tijd is de deal rond en begint Huib aan zijn artikel over artsen zonder werk. „Ik had wel eens wat voor schoolkranten geschreven en ging tijdens mijn opzegtermijn bij het ziekenhuis al aan de slag voor Terdege, meer ervaring had ik niet.
Doorslaggevend voor de ommezwaai in zijn carrière is zijn voorliefde om met mensen van allerlei rang en stand in gesprek te gaan. „Daar ligt een parallel met mijn vorige beroep. De technische kant van de gezondheidszorg trok me minder. Bovendien kon ik slecht tegen de onregelmatige diensten en heb ik door zwakke bloedvaten moeite met langdurig staan. Daar heb ik bij Terdege niet mee te maken.

Pionieren
In de begintijd is het pionieren. Het Terdege-team is wegens ruimtegebrek ondergebracht in een portakabin in de garage van het RD. „Het was er donker en koud, maar verschrikkelijk gezellig. We vormden een hechte club, ieder had een duidelijk afgebakende taak.
De eerste jaren trekken vooral de avontuurlijke artikelen van De Vries de aandacht van een groeiende lezersgroep. Hij vaart mee op een duikboot, daalt met Belgische kompels tot 800 meter onder de grond in de laatste kolenmijn bij de zuiderburen, inspecteert riolen van binnenuit en brengt moederziel alleen een week door op een onbewoond eiland in de Grevelingen. „Die verhalen hadden veel impact, lezers reageerden er enthousiast op. Wel treedt gemakkelijk een zekere vertekening op.
Van dit soort reportages hebben we er misschien tien gehad.
Na interne discussie komt er in Terdege meer ruimte voor opiniërende verhalen. Vaak in de vorm van interviewseries. „We lieten drie of vier mensen over een onderwerp aan het woord, waarbij we afsloten met het geluid waarin de redactie zich het meest kon vinden. Belangrijk heb ik altijd gevonden dat je mensen met afwijkende opvattingen kritisch bevraagt en tegelijk eerlijk weergeeft. Met karikatuurvorming is niemand gebaat. We hebben op deze wijze heel veel onderwerpen belicht: de doop, vaccinatie, zondagsarbeid, gezinsvorming, gebedsgenezing, genetische manipulatie, de betekenis van het Oranjehuis en tientallen andere items.

Kerkhistorie
In 25 jaar bouwt De Vries een uitgebreid netwerk op, buiten maar vooral binnen de gereformeerde gezindte. „Voor een deel had ik dat al, door de reformatorische scholen die ik bezocht en de ziekenhuisjaren. Mijn broer Piet studeerde in Utrecht theologie en bracht studenten van allerlei kerkelijke achtergrond mee naar huis. Door mijn broer Wim leerde ik Wageningse studenten van de CSFR kennen. Bij Terdege heb ik de bestaande kring van contacten verder uitgebreid.
In 1992 ziet onder redactie van De Vries de Terdege-rubriek Kerkhistorie voor het eerst het licht. „Deskundigen uit binnen- en buitenland benaderde ik voor het schrijven van bijdragen over personen die van betekenis zijn geweest voor de kerk van alle eeuwen. Aanvankelijk deed ik alleen de coördinatie en het redigeerwerk, nu neem ook een deel van de inhoud voor mijn rekening.
Het kerkelijk en theologisch denken van de Terdege-redacteur is gestempeld door zijn achtergrond. „Ons gezin behoorde tot een vrije gemeente, de Gereformeerde Samenkomst in Alblasserdam. Mijn vader was er bestuurslid, zoals dat heette. Het was een kleine groep aan de marge van het kerkelijke veld, maar ik ben nog altijd dankbaar dat ik daar opgroeide. Er werd veel katholieker gedacht dan in de gevestigde kerkgenootschappen. Als mijn vader voor de kerk bad, was dat altijd met de woorden: Heere, gedenk uw kerk over heel deze wereld. Wij zijn opgevoed bij de essentie van het christelijk geloof en het wezen van de christelijke kerk.

Zorgen
De nu bij de Gereformeerde Gemeenten aangesloten redacteur heeft dat denken van thuis vastgehouden. „Mijn vrouw en ik hebben in Gorinchem belijdenis gedaan bij ds. H. Hofman, een integere predikant met een heldere verkondiging. Kom je door Gods voorzienigheid in een bepaalde kerk, dan moet je goede redenen hebben om weer te vertrekken.
Ik waardeer in de Gereformeerde Gemeenten het vasthouden aan het gezag van Gods Woord. Wel zal ik altijd moeite blijven houden met de sterke gerichtheid op het eigen kerkverband. Een reformatorisch christen voelt zich niet thuis bij het eigene van onze gemeenten, maar bij het katholieke van Gods kerk. Dat wat echt katholiek is, valt door geen enkel kerkverband te annexeren. En alles wat je echt eigen kunt noemen, is per definitie onbijbels.
Over de gereformeerde gezindte als geheel maakt Huib de Vries zich grote zorgen. „De reformatorische achterban evolueert van laag- naar hooggeschoold, van dorpsbewoner tot wereldburger. Daar is op zich niets mis mee, maar je ziet nu hoe die ontwikkeling samengaat met het ter discussie stellen van wezenlijke zaken. Het is een kopie van de ontwikkeling die de kleine luyden van Kuyper hebben doorgemaakt. Daarbij zie ik bevestigd wat de inmiddels overleden dr. Izak Boot eens in een preek zei: Ketterijen worden nooit stellenderwijs, maar altijd vragenderwijs de kerk ingedragen. Dat is al zo sinds Genesis 3: Is het ook dat...? We zouden daar wat meer oog voor mogen hebben. Een prachtig boek in dit verband is Het kompas van het christendom, door prof. J. van Bruggen.

Generalist
Een zwak punt van met name de rechterflank van de gereformeerde gezindte vindt De Vries de grote gehechtheid aan geld en goed. Na een serie in Terdege over de consumptie in reformatorische kring en het zakenbloed in de gereformeerde gezindte, besloot hij een boek over dit onderwerp te schrijven: Geboeid door geld en goed - de gereformeerde gezindte tussen materialisme en vreemdelingschap. Op zijn verzoek leverden ook econoom A.P. de Jong en ds. J. Koppelaar een bijdrage.

Opvallend is je altijd aanwezige enthousiasme voor vrijwel ieder onderwerp.
Was er wel iets dat je niet boeide?
„Ik ben een volbloed generalist, die liever weinig weet van veel dan veel van weinig. Alleen met techniek heb ik niet zoveel. Ook niet met economie in de strikte zin van het woord, zakenmensen boeien me weer wel. En ik ben geen echte cultuurkenner. Omdat ik heel veel zaken interessant vind, heb ik er nooit aan moeten denken om een academische studie te volgen. Vier of vijf jaar met hetzelfde onderwerp bezig zijn, is niets voor mij. Om dezelfde reden is het bij één boek gebleven.

Toch zie je binnen een breed aanbod aan onderwerpen wel bepaalde voorkeuren. Je strooit met hoogleraren, terwijl anderzijds ook mensen aan de onderkant van de samenleving je speciale interesse hebben.
„Mijn voorkeur voor hoogleraren heeft deels te maken met het feit dat ik regelmatig voor de wetenschapsredactie van het RD schrijf. Vaak zijn het figuren die wat zinnigs te zeggen hebben. Op alle mogelijke terreinen heb ik privé-college gehad, soms anderhalf uur of langer.
Met de onderkant van de samenleving heb ik altijd wat gehad. Als ik dit werk niet deed, zou ik vermoedelijk onder dak- en thuislozen werkzaam zijn. Het zijn vaak mensen met een verrassende humor, zonder franje, met wie je gemakkelijk over de wezenlijke zaken in het leven kunt spreken. Ik heb geleerd dat er niet zo veel hoeft te gebeuren, of je zit zelf in de goot of de gevangenis. Een overeenkomst tussen de top en de onderkant is de authenticiteit die je er aantreft. De kouwe drukte zit doorgaans bij de middengroep. Aan mij is die humbug niet besteed.

En dan hebben we nog je belangstelling voor theologische onderwerpen.
„Het gaat mij niet om theologie in de hedendaagse betekenis van het woord, maar om de boodschap van de Bijbel. Ik lees graag boeken die me helpen de Bijbel beter te verstaan, zoals werken van Calvijn, Henry, Watson en Ryle. Dat heeft wel een keerzijde. Je gaat steeds meer zien dat we er in onze kringen een andere theologie op na houden dan die van de reformatoren en oudvaders op wie we ons zeggen te beroepen. De prediking in een deel van de gereformeerde gezindte heeft meer verwantschap met de middeleeuwse mystiek dan met de bijbelse leer en gezonde bevinding van de Reformatie, zoals je die beschreven vindt in onze belijdenisgeschriften en de door de Dordtse Synode opgestelde liturgische formulieren en gebeden.

Hoe zie je de toekomst van Terdege?
„Voorspellen is lastig, zeker als het om de toekomst gaat. Ondanks de digitale revolutie verwacht ik dat er voor tijdschriften perspectief is. Wel zullen ook die print moeten combineren met digitale producties. Hoe het over 25 jaar met Terdege is - als de wereld dan nog bestaat - durf ik niet te zeggen. Wanneer de innerlijke uitholling van de achterban in het huidige tempo doorgaat, zal er over een kwart eeuw weinig belangstelling meer zijn voor publicaties vanuit een bijbels fundament. Ik sta van harte achter de lijn van de Erdee Media Groep om de onderneming om te vormen tot een multimediabedrijf, maar daarmee verander je niets aan het denken van mensen.

Wie zou je graag nog eens interviewen?
„Tja, meestal werk ik omgekeerd en zoek ik mensen bij een onderwerp. Als ik toch iemand moet noemen: Bill Gates zou ik wel eens willen spreken, over zijn ideële activiteiten. En Hugh Cartwright, oud-hoogleraar kerkhistorie in de Free Church van Schotland, nu predikant in de Free Presbyterian Church. In de auto heb ik een aantal preken van hem beluisterd. Zeer indrukwekkend! Zoiemand wil ik dan ook graag een keer interviewen.


Amish en adel
Huib de Vries, geboren op 30 mei 1961 in Kinderdijk, was op 1 juni 25 jaar in dienst van Terdege. Onafgebroken schreef hij al die jaren de meeste interviews en reportages voor dit gezinsblad, waarvan de oplage bijna verdubbelde. Hij bezocht voor Terdege onder meer Indonesië (met Indiëveteranen), Rwanda en Zaïre (aids in Centraal-Afrika en bedreigde berggorillas), Suriname (vijftien jaar onafhankelijkheid), Japan (gereformeerden in het land van de Rijzende Zon), Canada (Nederlandse boeren en old order Amish), Guinee (pionierszending door de ZGG en de New Tribes Mission) en tal van andere landen.
Op eigen bodem schreef De Vries veel over subculturen in Nederland, zoals zigeuners, kloostergemeenschappen, gastarbeiders, thuis- en daklozen, woonwagenbewoners, vredesactivisten en de Hollandse adel. Op zijn naam staat verder een zeventigtal interviewseries rond theologische, ethische en maatschappelijke onderwerpen, en een groot aantal losstaande interviews en artikelen.
Naast zijn werk voor Terdege is hij actief als secretaris van stichting Schuilplaats (voor identiteitsgebonden psychosociale hulpverlening), bestuurslid van stichting In de Rechte Straat en voorzitter van bijbelstudievereniging Berea (voor belijdende leden tussen de 21 en 40 jaar) van de Gereformeerde Gemeente te Apeldoorn.
De Vries is gehuwd met Anneke Geluk, heeft vijf kinderen in de leeftijd van 26 tot 12 jaar en twee kleinkinderen.


Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 10 juni 2009

Terdege | 92 Pagina's

In gesprek met alle rangen en standen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 10 juni 2009

Terdege | 92 Pagina's