Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ÉÉN HEILIGE ALGEMENE CHRISTELIJKE KERK?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ÉÉN HEILIGE ALGEMENE CHRISTELIJKE KERK?

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een kerk

Elke zondag belijden we hot geloof met de woorden van de twaalf artikelen in de openbare eredienst. En dan volgt elke zondag: Ik geloof één heilige algemene christelijke kerk. We willen in dit artikel de nadruk laten vallen op het telwoord — want dat is het — één. Hiermee kunnen we in onze tijd problemen hebben.

Vele kerken

Die belijdenis schijnt in geweldige tegenspraak te zijn met de werkelijkheid die we rondom ons zien. Enkele jaren geleden verscheen een boekje van dr. Impeta onder de titel: „Kaart van kerkelijk Nederland". Het is inmiddels al enkele malen herdrukt, zodat er kennelijk behoefte aan bestaat, om ook deze kaart van Nederland te bestuderen. Wie daarin gaat bladeren, moet het wel duizelen. Vrij evangelischen, doopsgezinden, weer te onderscheiden van de unie van baptisten; zevendedag-s adventisten en remonstrantse broederschap; roomskatholieken naast oudkatholieken en vrije katholieken. Ik zou zo nog even verder kunnen gaan.

Dat zijn dan kerkgenootschappen die wat verder van ons afstaan. Kijken we naar de gereformeerde gezindte, dan is het daar niet minder bont geschakeerd. Ik heb daar niet minder dan zeven groepen in geteld. In de Nederlands Hervormde Kerk onderscheidde de schrijver ook acht groepen. Wat is er nu van die ene christelijke kerk te zien? Laten we om te beginnen zeggen: niets! Toch belijden we, en dat is zeker naar het Woord van God, dat we geloven één heilige algemene christelijke kerk. Hoe zit dat dan?

Wat is de kerk?

Op deze vraag wordt door onze belijdenisgeschriften een helder antwoord gegeven. Je moet zeker eens lezen de zes artikelen die de Nederlandse Geloofsbelijdenis aan de kerk wijdt. De artikelen 27 tot. en met 32. In zondag 21 behandelt de catechismus het geloofsartikel over de kerk.

Als wij nu even uitgaan van het eerste deel van artikel 27 van de N.B.G., dan lezen we daar, dat de kerk wordt omschreven als een heilige vergadering van de ware christgelovigen, allen hun zaligheid verwachtende in Christus Jezus, gewassen zijnde door Zijn bloed, geheiligd en verzegeld door de Heilige Geest.

De kerk is dus allereerst een vergadering van ware christgelovigen. Van het volk van God. Zo doet ook onze catechismus welke belijdt, dat de Zone Gods uit het

ganse menselijke geslacht zich een gemeente ten eeuwigen leven uitverkoren, door Zijn Geest en Woord, in enigheid des waren gelooft vergadert, beschermt en onderhoudt. Dat is de kerk, of liever de gemeente welke Christus op aarde heeft. Dat is Zijn lichaam, waarvan Hij het Hoofd is. Het zijn allen die in Sion door Woord en Geest wedergeboren zijn.

Onzichtbare kerk

Deze gemeente heeft iets onzichtbaars. Niemand is in staat het hart van een ander volkomen te doorgronden. De geestelijke band met Christus is een verborgen band. Maar al zien we dat niet, nochtans geloven we dat er zulk een kerk, zulk een gemeente van ware gelovigen is. Altijd is er op aarde zo'n gemeente, want we belijden dat Christus zonder onderdanen niet zijn zal. Deze gemeente is niet gebonden aan bepaalde plaatsen of personen, maar is verspreid over de gehele aarde. En toch is zij samengevoegd en verenigd met hart en wil in één zelfde Geest, door de kracht van het geloof, (art.. 27). Die gemeente is een zaak van het geloof. Wij belijden niet, dat we geloven in een kerk, want ons vertrouwen rust niet in een kerk, maar in God alleen, zegt Calvijn. En hij voegt, eraan toe: Wij belijden met Augustinus en Cyprianus, ik geloof dat er een kerk is. Heit is dus een zaak van het geloof dat er een kerk is. Wij geloven dat er een gemeente van ware christgelovigen is:

Luther over het geloof aan een kerk

Luther heeft daar behartigenswaardige dingen over gezegd. Hij schreef: Het geloofsartikel luidt: Ik gebof een heilige kerk; het luidt niet: ik zie een heilige kerk. Wanneer wij naar de uitwendige schijn beslissen en oordelen willen, dan zult ge zien, .dat zij feilen heeft en gebrekkig is, dat er vele en ontelbare ergernissen aan haar kleven, dat de een tot ongeduld en de ander tot toorn geneigd is. Daarom staat er niet: ik zie. maar ik geloof een heilige, algemene christelijke kerk, want ze heeft van zichzelf geen eigen gerechtigheid, maar van Christus, welke haar Hoofd is, en in dit geloof zie ik haar heiligheid. Op een andere plaats, over de tekst: Ik ken de Mijnen, schreef hij: Daarom is het alleen te onderscheiden, waar het geloof inwendig in het hart gevonden wordt, het geloof dat Christus voor zijn Herder houdt. Wie kent echter dezulken? Dat zult ge aan mij niet, en ik evenmin aan u ontdekken; want niemand kan in eens anders hart zien. Daarom blijft het waar dat niemand zodanige schapen kent of een onderscheidingsteken geven kan, dan onze herder Christus alleen.

Tot zover Luther.

Wij geloven dus dat deze ene heilige kerk er is. En zij is èèn. Dat moet zij niet worden, dat is zij. Die eenheid is er in één geloof, één hoop, één doop, één Iieere, één God en Vader van allen, die daar is boven allen, en door allen en in u allen (Ef. 4 : 5, 6).

Het gescheurde instituut

De ene gemeente is er. Naar haar wezen is zij onzichtbaar. Maar zij openbaart zich in de kerk als instituut. Daar zijn de ambten van de Iieere Christus gegeven. Daar is de prediking van het Woord en de bediening van de sakramenten. Daar wordt de tucht uitgeoefend. En in die openbaring zit het. Er is weinig eenheid in die openbaring waar te nemen. In de zichtbare kerk is er veel gescheurdheid.

Vanzelf zijn er de kerken, die naar de maatstaf van de geloofsbelijdenis als valse kerk moeten worden aangemerkt. De reformatie op zich was een scheur in de openbaring van de kerk, maar één waarvan wij geloven, dat God deze scheur Zelf aanbracht. Het moest, omdat het Woord verduisterd was onder menselijke inzettingen, Christus van Zijn eer werd beroofd en daardoor ook de leer van vrije genade niet werd gehoord.

Verder was er de afscheiding van de vorige eeuw. Ook toen ging het om het Woord, de belijdenis en het Koningsschap van Christus in Zijn kerk. Dat was geen zaak van menselijke inzichten, maar om des gewetens wil is er toen een afscheiding gekomen van de hervormde kerk. Veel is er toen geleden om de belijdenis van de Naam des Heeren. Niet alleen door smaad, maar ook door het verlies van stoffelijk zaken. Is er toen en daarna altijd op zuivere wijze de strijd gestreden? Wie zou dat durven beweren? Wij zijn in deze wereld in alles onvolkomen. Daar zijn ook

zondige scheuren getrokken. Zolang de kerk op de aarde is, zal zij te maken hebben met zonden en wordt de glans die op haar liggen moet, verdonkerd. Het onvolkomene van deze bedeling is door de hele kerkgeschiedenis heen te vinden.

Dat betekent echter wel, dat de gescheurdheid van de kerk ons tot leed moet zijn. In het bijzonder de verdeeldheid onder hen die op dezelfde grondslag van het Woord en .de drie Gereformeerde belijdenisgeschriften wensen te leven en te spreken moet ons diep ter harte gaan. En wel hierom, omdat de Naam van de Heere hier in het geding is. Wat kan daardoor Zijn Naam gelasterd worden door degenen die buiten staan. En wat gaat door al deze verdeeldheid ook weinig kracht van de kerk als geheel uit.

Eenheidsstreven

De onjuistheid van de verdeeldheid' wordt door velen erkend, maar niet door alleen op de rechte wijze doorleefd. Er is een eenheidsstreven waar te nemen, waarbij de waarheidsvraag veronachtzaamd wordt. We noemen de wereldraad van kerken, waarin waarheid en leugen dooreen gemengd worden. Het politieke streven van deze organisatie maakt wel openbaar uit welke hoek de wind waait. Er is een streven van de Hervormde en Gereformeerde Kerken om samen op weg te gaan, maar hoe zal dit moeten, zonder prijs te geven de belijdenis die van de Reformatie en Nadere Reformatie tot ons gekomen is?

Ik geloof niet in een eenheidsstreven dat van de mens uitgaat. Alleen God: en Christus, Die de Koning van de kerk is, kan de scheuren helen. Hij alleen kan bijeenbrengen, wat bijeen hoort. En dat zou daar wel eens kunnen plaatsvinden waar de kerk in de verdrukking komt. B er nar dus van Clairveaux heeft gezegd:

In de vrede is mijn treurigheid het grootst. Het is nooit slechter met de kerk gesteld, zegt Luther, dan wanneer zij rust en vrede heeft.

Dat moet ook het gebed zijn. Het is. het gebed wat je ook kunt lezen in psalm 102 en psalm 80. O, Heere, God der heirscharen! breng ons weder; laat uw aanschijn lichten, zo zullen wij verlost worden.

Gods leiding in jouw leven

God gaf ons naar Zijn raad en voorzienigheid een plaats in onze gemeenten. Dat heeft God gedaan. En inde gemeenten wordt het Woord gepredikt en de sakramenten bediend; de tucht wordt gehandhaafd. Dat is een plaats waarvan gezegd moet worden dat de: kerk er gevonden wordt (zie art. 29 N.B.G.). En de kerk is een moeder. Want er is geen andere ingang tot het leven als zij ons niet in haar schoot ontvangt, ons baart, ons aan haar borst voedt, ons door haar hoede en door haar regering beschermt, totdat wij eindelijk, na dit sterfelijke vlees afgelegd te hebben, aan de engelen zullen gelijk zijn, ze; gt Calvijn. Voeg hier nog bij, dat buiten haar schoot geen zaligheid te hopen is (Inst. IV, 1, 4). Blijf op de plaats waar God je stelde. Laat dit de belangrijkste vraag zijn, een diepe vraag, of je een levend lidmaat van die kerk bent, van de ene, heilige, algemene christelijke kerk, welke wij geloven en belijden dat zij er is en altijd zijn zal.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1979

Daniel | 24 Pagina's

ÉÉN HEILIGE ALGEMENE CHRISTELIJKE KERK?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1979

Daniel | 24 Pagina's