Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE WAARHEID VAN SCHEPPING EN VAL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE WAARHEID VAN SCHEPPING EN VAL

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

12.

Een hellend vlak.

Wie spreekt over het „doel” van de Heilige Schrift zonder vast te houden aan de waarheid van de Schrift, bevindt zich op een hellend vlak. Het is ontstellend dit tezien,als we in onze tijd kennis nemen van de lektuur, die georiënteerd is op het nieuw-verstaan van Gods Woord.

In Kampen verschint bij Kok een serie onder de titel „cahiers voor de gemeente”. Deze boekjes bedoelen allerlei theologische vraagstukken te bespreken op eenzodanige manier, dat de „gewone” gemeenteleden enig inzicht ontvangen. Het is opvallend, dat meerdere „cahiers” gewijd zijn aan de tegenwoordige vragen rond Gods Woord. Daarbij kan opgemerkt worden, dat deze vragen meer afkomstig zijn uit de kring vandie onderwijs moeten geven dan uit de gemeente. Ik kan me helaas bij het lezen van deze boekjes althans nietaan de indruk onttrekken, dat deze dienstbaar zijn aan het inprenten van de nieuwere inzichten, die zover afvoeren van het wezenlijkverstaan van Gods Woord.

Eén van deze geschriften is van de hand van Prof. Dr. H. M. Kuitert: „Verstaat gij, wat gij leest?” Reeds deze titel spreekt ervan, dat het handelt over de uitleg van de Bijbel. Opvallend is het ook, dat dit boekje door de schrijver is opgedragen aan Prof. Dr. G. C. Berkouwer „in dankbaarheid voor zijn onnavolgbaar boek „De Heilige Schrift II” . Daarin wordt het dus duideüjk bevestigd, dat de werken van Prof. Dr. G. C. Berkouwerallerlei poorten hebben geopend naar het nieuw verstaan van de Heilige Schrift.

In dit boekje wordt wel heel sterk benadrukt het „doel” van de Schrift. Een heel hoofdstuk wordt aan deze zaak gewijd en hoezeer Prof. Kuitert overtuigd is van het belangrijke van de doel-gedachte bewijzen deze woorden: „Dit doel voor ogen te houden, dus: de Bijbel te lezen als heilsboodschap van God, als getuigenis van Gods werk in de verschijning van Jezus Christus en daarom: als belofte-woord voor mens en wereld — dat is de allerbelangrijkste stap, die we moeten maken als het om het verstaan en vertolken van de Schrift gaat” (zie blz. 45).

Echter: voor deze schrijver is het voor ogen houden van het doel niet alleen de belangrijkste stap, maar ook de veiligste weg om b.v. achterhaalde voorstellingen niet te verwarren met waar het in deze voorstellingen om begonnen is. Daaruit blijkt dus dat wanneer het doel van bepaalde Schriftgedeelten— het getuigenis over Jezus Christus — voor ogen gehouden wordt, we rustig de betrouwbaarheid van deze gedeelten als „achterhaalde” voorstellingen los kunnen laten.

Tot deze achterhaalde voorstellingen behoort volgens Prof. Kuitert ook het bestaan van het eerste mensenpaar Adam en Eva. Het strijdt tegen het wetenschappelijk onderzoek vast te houden aan het historisch bestaan van Adam en Eva: „Maar hoe verder we vandaag in de geschiedenis teruggaan, des te minder vinden we een eerste ouderpaar in een hof van Eden! Integendeel, de oudste mensheid, die we op het spoor kunnen komen, blijkt een zeer primitieve mensheid te zijn, eerder een hordewezen dan een zo fijn besnaard mens als Adam uit Genesis”.

En hoe kan deze schrijver dan dit staande houden tegenover Romeinen 5, waar de apostel Paulus toch duidelijk spreekt van Adam als de ene mens door wie de zonde in de wereld gekomen is? Op die vraag is gerekend! En het antwoord op die vraag toont des te helderder aan hoe gevaarlijk de redenering vanuit de doel-gedachte gebruikt wordt.

In een uitvoerig betoog wil deze professor aantonen, dat Adam voor de apostel in Romeinen 5 niet meer dan een „leermodel” is geweest.

Op school worden voor de kinderen wel eens leermodellen gebruikt b.v. in een taalles, waarin allerlei personen genoemd worden zonder dat het van belang is of zij al of niet bestaan hebben. Volgens Prof. Kuitert waren het de rabbijnen, die voor het eerst van Adam als een „leermodel” gebruik hebben gemaakt bij hun theologisch onderwijs! Vandaar is de redenering heel spoedig klaar. Paulus is bij deze rabbijnen op school geweest. In Romeinen 5 gaat het Paulus om het belichten van Christus en Zijn werk. Nu heeft Adam als onderwijs-model dienst gedaan in het gedeelte van Romeinen 5. Zo kan hier aan het einde van het betoog geschreven worden, dat de uiteenzettingen over Adam moeten dienen voor het doel, waarvoor heel de Schrift dient: ons — in de taal en voorstellingen van toen — de draagwijdte van de verschijning van Jezus uiteen te zetten.

Is het teveel, dat we hier schrijven over een hellend vlak? En het meest gevaarlijke is, dat dit hellend vlak verborgen wordt achter de oude termen als inspiratie en betrouwbaarheid, die ondertussen meteen andere inhoud gevuld worden. Prof. Kuitert sprak kort geleden over Genesis voor een konferentie van ambtsdragers van de Gereformeerde Kerken van de classis Barendrecht. Volgens het persverslag wilde hij beslist niet weten van fabels of mythen in Genesis 1–3. Deze hoofdstukken zijn geïnspireerd. Maar tegelijkertijd vertelde hij wat hij onder de inspiratie verstond: God neemt mensen in Zijn dienst als getuigen van Zijn werk. Maar die mensen spreken als kinderen van hun tijd, in hun taal en hun denken en met de kennis van hun tijd. Zó wordt ook de doel-gedachte met die van de tijdgebondenheid gebruikt om de betrouwbaarheid van Genesis 1–3 te ondermijnen. Een hellend vlak!

Ook zei Prof. Kuitert in de vraagbespreking volgens hetzelfde persverslag, dat we de belijdenis t.a.v. Gods Woord niet moeten veranderen. „En wij geloven zonder enige twijfeling al wat daarin begrepen is” (art. 5). De schrijver leest waarschijnlijk: „al wat daarin bedoeld wordt”.

God beware ons om één stap op dit hellend vlak te zetten. Hij geve ons in deze verwarrende tijd de geesten te onderkennen, opdat het licht van Zijn Woord helder schijnen moge.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 maart 1969

Bewaar het pand | 4 Pagina's

DE WAARHEID VAN SCHEPPING EN VAL

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 maart 1969

Bewaar het pand | 4 Pagina's