Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Dordtse leerregels en de prediking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Dordtse leerregels en de prediking

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De leerregels van Dordt bieden een goede leerschool voor de rechte bediening van Gods Woord. Reeds één element hebben we de vorige maal gezien, dat niet gemist kan en mag worden, nl. de verheerlijking van Gods deugden in het zalig worden van een zondaar. Nu willen we een ander element naar voren brengen, dat óók spreekt, nl. de plaats van de Persoon en het werk van Christus.

Het is opvallend, dat de kritiek tegen de Dordtse Leerregels menigmaal gericht geweest is op dat element en vandaag nog is. Zij waren een doorn in het oog van de mannen van de zgn. Evangelische richting uit de vonge eeuw, zoals duidelijk blijkt uit de brieven van Prof. Hofstede de Groot aan Ds. De Cock na zijn verandering. En vandaag beweren ook velen, dat de Persoon en het werk van Christus in dit belijdenisgeschrift verduisterd worden Bekend IS de kritiek van de zijde van de Barthiaanse theologie. Trouwens, waar men van die zijde zegt, dat Christus de grond der verkiezing is en dat ieder mens in Christus verkoren is, kan het niet anders of men moet wel afkerig zijn van de Dordtse belijdenis.

Nu is het duidelijk, dat men inderdaad in de leerregels geen belijdenis vindt van een Christus naar het welbehagen van de theologische inzichten van deze kritici. Die zal er tevergeefs in gezocht worden. Maar bijzonder rijk wordt er in gesproken van de Christus, van het welbehagen Gods. Wie dat nagaat wordt getroffen door de grote en bijzondere plaats, die aan Christus en Zijn werk telkens weer gegeven wordt.

Het is niet moeilijk het bovenstaande in de leerregels te laten zien. Ieder hoofdstuk getuigt op eigen wijze van Hem. Uiteraard spreekt dit bijzonder in het tweede hoofdstuk over de dood van Christus en de verlossing der mensen door deze Hier wordt Christus gekroond in Zijn enige en volmaakte offerande voor de zonde.

Maar wij willen met opzet ons ditmaal bepalen bij het eerste hoofdstuk over de Goddelijke verkiezing en verwerping. Let wel: in de belijdenis van het welbehagen Gods wordt de Christus in Zijn geheel enige betekenis beleden.

Hier valt allereerst te denken aan het wondere begin van de Dordtse Leerregels. Hoe ver is men vandaan gebleven van een beschouwend spreken over verkiezing en verwerping. Onze belijdenis begint met de val in Adam en de schuld, waardoor de gehele wereld voor God verdoemelijk is. En dan gaat in art. 2 het centrum van het Evangelie open tegenover de vreselijke werkelijkheid der verdoemelijkheid: „maar hierin is de liefde Gods geopenbaard, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon in de wereld gezonden heeft, opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe........”

En art 7 van dit hoofdstuk spreekt van de uitverkiezing in Christus, „Dewelke God ook van eeuwigheid tot een Middelaar en Hoofd van alle uitverkorenen en tot een fundament der zaligheid gesteld heett”.

Wat onderscheidend wordt hier de betekenis van Christus beleden Hij is niet het fundament der verkiezing. Zou dat waar zijn, dan was ieder verkoren en zou men enkel moeten geloven in Christus, dat dat waar is Doch Hij is wel het fundament van de zaligheid. De levende stenen worden alleen op dat fundament gelegd. Op grond van de gerechtigheid en genoegdoening van Christus worden de uitverkorenen in de tijd tot de volkomen zaligheid gebracht.

Even later lezen we in hetzelfde artikel: „En opdat ZIJ door Hem – nl. Christus – zouden zalig gemaakt worden heeft Hij ook besloten hen aan Hem te geven en krachtighjk tot Zijn gemeenschap door Zijn Woord en Geest te roepen en te trekken.......” God geeft de uitverkorenen aan Zijn Zoon en verenigt hen met Christus. Tenslotte belijdt dit artikel ook de bewaring in Christus.

Het is niet teveel gezegd, dat ook hierin duidehjke aanwijzingen voor de prediking gegeven worden. Zij laten zien, dát Christus en hóe Christus een centrale plaats in de rechte bediening des Woords inneemt. Nooit kan God de eer krijgen van de zaligheid als niet Christus in Zijn Persoon en werk gekroond worden. Voluit moet de liefde Gods schitteren tegenover de totale verdoemelijkheid en dat in het geschenk van Gods eigen Zoon. Niet verzwegen mag worden het fundament der zaligheid in Christus.

Geheel de opzet van deze belijdenis verzet zich tegen een prediking, die niets anders is dan een afgetrokken beschouwing over verkiezing en verwerping Mede daarom dacht ik, dat deze zelfde leerregels zo goed spreken over de roeping door het Evangehe, waarin de macht van vrije genade opengaat voor de zondaar. Wie dit veronachtzaamt heeft in werkelijkheid nog niets van het abc der schriftuur-lijk-bevindelijke prediking verstaan.

Maar dan is dit alles iets anders dan een Christusprediking, die van de mens uit begeerd wordt. Dan spreekt de achtergrond niet van onze diepe val in de eerste Adam. Dan komt Hij niet openbaar als de Zoon van God, Die de Gode welbehagehjke weg is voor een arm zondaar Dan blijft de noodzaak en zaligheid van de vereniging door een waar geloof met Hem in de mist.

Het valt niet te verwonderen dat een dergelijke Christusprediking niet aanslaat in het hart van degenen, die de Heere vrezen. Al wordt de naam van Jezus nog zoveel genoemd: er gaat geen reuk en smaak en kracht van uit.

Graag willen we onderstrepen, dat iedere dienaar des Woords in de praktijk van Zijn bediening hier nog tekort schiet. Het gebed om de bediening van de Heilige Geest uit Christus is wel gedurig nodig om steeds weer en steeds meer Hem voor te stellen. Van harte ben ik het met een briefschrijver eens, dat de dingen, die in de Dordtse Leerregels spreken, naar twee zijden getuigen. Maar des te meer moet het bedroeven als er een preek beluisterd wordt, waarin de Persoon en het werk van Christus niet op een God-verheerlijkende wijze naar voren komen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 september 1969

Bewaar het pand | 4 Pagina's

De Dordtse leerregels en de prediking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 september 1969

Bewaar het pand | 4 Pagina's