Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gerrit Neven laat zich inspireren door Hollandse rivieren en Toscaanse landschappen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gerrit Neven laat zich inspireren door Hollandse rivieren en Toscaanse landschappen.

„Ik heb groot respect voor het wonder van het licht"

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Schilderen met waterverf kan iedereen. De middelen zijn simpel: water, een doosjes verftabletten, wat penselen en papier, en je kunt gewoon aan de keukentafel beginnen. Maar dan: „O wee, o wee! Kunstschilder Gerrit Neven uit Schoonhoven verdient al 12 jaar als zelfstandig kunstenaar een goede boterham met aquarelleren. „Wil je het perfect doen, dan moet er heel wat water door de rivier stromen.

„Ik ben een waterverver, zegt Neven onomwonden in zijn lichte zolderatelier met uitzicht op een typisch Hollands weidelandschap. „Dat klinkt niet erg degelijk, maar dat is onterecht. Er zijn aquarellen uit de achttiende eeuw die er nog heel fris uitzien. Als je ze met zorg behandelt, blijven de kleuren helder en gaan ze mensenlevens mee.
Neven, geboren Bergambachtenaar, laat zich graag inspireren door het rivierlandschap waar hij van jongs af aan mee vertrouwd is. Op zijn aquarellen is het zilveren waterlint onder een grijze hemel een terugkerend thema. „Ik sta bekend als rivierschilder, zegt Neven. „Ik heb groot respect voor de natuur, voor het wonder van het licht. Op de lagere school was ik een dromer. Vaak zat ik tijdens de les uit het raam te staren en zag ik de vogels vliegen. Kon ik ze maar achterna, dacht ik dan. Na schooltijd trok ik er opuit, ging ik vissen. Ik hield van de natuur. Vooral de wisseling van de seizoenen boeide me.
Dat Neven kunstenaar zou worden, was toen nog niet aan de orde. „Op school vonden ze dat ik aardig kon tekenen, maar zelf had ik niet direct dat gevoel. In christelijke kring stond kunst ook niet hoog aangeschreven.

Timmerfabriek
De jonge Gerrit was voorbestemd om in een van de vele timmerfabrieken van Bergambacht te kost te verdienen. „Gelukkig is het nooit zo ver gekomen. Dat zou een totale afstomping van mijn talenten tot gevolg hebben gehad. Omdat mijn hoofd niet naar leren stond -ik wilde geld verdienen om een bromfiets te kunnen kopen en een fotocamera- was verder leren geen optie. Onderwijzer Van de Werken uit Schoonhoven attendeerde mij op het bestaan van een plateelbakkerij in die plaats. Dat leek me wel wat, omdat ik daar aardewerk zou kunnen decoreren. Ik nam contact op met de chef van de schilderafdeling en die liet me allerlei tekenoefeningen doen. Blijkbaar was hij tevreden, want ik werd aangenomen. Idealistisch als ik was, stelde ik mij het werk iets te mooi voor. Behalve schilderen moest ik ook asbakken legen, modeltekeningen opzoeken in kasten en weer opbergen, planken vol vazen naar de glazuurafdeling brengen. Ik begon eigenlijk als een soort manusje van alles. Al heel gauw drong het besef tot me door dat er iets geleerd moest worden, wilde ik verder komen. Daarom begon een avondopleiding aan de technische school in Gouda.
Docent Hogervorst („in de naoorlogse jaren een begrip in Gouda en omstreken) zag dat Gerrit een meer dan gemiddeld talent voor tekenen en schilderen had en adviseerde hem naar de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag te gaan. „Aanvankelijk schrok ik daar voor terug. Het klonk zo gewichtig, wat moest ik daar? Toch heb ik me aangemeld. Van mn baas mocht ik elke dag een half uur eerder weg, zodat ik nog net thuis warm kon eten voordat ik op de bus naar Gouda stapte. Daar nam ik met nog een aantal jongens de trein naar Den Haag. Dat mijn ouders me de ruimte gaven om deze exclusieve opleiding te volgen, heb ik erg gewaardeerd.
Neven studeerde in 1961 af aan de Haagse Academie. Zijn eerste grote opdracht was het aanbrengen van een muurschildering in het hervormde verenigingsgebouw De Schakel in Bergambacht dat een jaar eerder was gebouwd. „Ik had een ontwerp gemaakt naar aanleiding van de zeven scheppingsdagen. In lange vloeiende lijnen en geabstraheerde vlakken en vormen symboliseerde ik de verschillende dagen: van leegte en duisternis naar het doorbreken van licht en leven. Het kunstwerk is nog steeds in het gebouw te zien.
Daarna pakte Neven aan wat hij kon krijgen. „Ik maakte, naast mijn dagelijkse werkzaamheden in de plateelfabriek, keramische reliëfs voor gebouwen, schilderde portretten, werkte met pen en inkt, illustreerde verhalen. Op die manier kreeg ik een brede kijk op het kunstenaarsvak. Rond 1975, het jaar waarin mijn vader overleed, besloot ik me te specialiseren. Je kunt nu eenmaal niet alles tegelijk goed doen. Vanwege de directheid sprak me de aquareltechniek het meest aan. Tot op heden heb ik daarna niets anders gedaan dan schilderen met waterverf.

Zuivere kleuren
Aquarelleren is buitengewoon lastig omdat corrigeren bijna niet mogelijk is. „De verf is transparant, verduidelijkt Neven. „Breng je te veel lagen over elkaar aan, dan ontstaat groezeligheid. Het is de kunst om de kleuren zuiver te houden. Olieverf is wat dat betreft gemakkelijker, daarmee kun je gerust rood over blauw schilderen.
Een aquarel moet je daarom met veel strategie opzetten, weet Neven uit ervaring. „Je kunt niet zo maar iets op papier zetten. Vooropgezetheid speelt een belangrijke rol, al krijg je al werkende soms dingen cadeau die je niet beoogde. Het papier moet voldoende nat zijn, maar mag niet gaan bobbelen. Van belang is dat je de spanning in het papier neutraliseert. Het is daarom heel lastig met grote kleurvlakken te werken.
Dat laatste is precies wat Neven graag doet. „Daarin onderscheid ik me van collega-aquarellisten. Met veel water grote vlakken aanbrengen is een riskante bezigheid. Daarvoor moet je de techniek heel goed beheersen. Engelse kunstenaars hebben rond 1800 de aquarel verheven tot zelfstandige kunstvorm. Eerder werd waterverf vooral gebruikt om voorstudies en schetsen te maken. De Engelsen perfectioneerden de aquareltechniek in hoge mate. Zij hebben me opgescherpt om een hoger niveau te bereiken. Ik heb in de eenzaamheid wat afgestoeid met waterverf. Mijn aquarellen zien er heel rustig uit, maar ze komen onder een zekere spanning tot stand, omdat ik heel direct wil schilderen. Menig werk is verknoeid doordat net de telefoon ging... Gelukkig heb ik een vaste hand. Wat dat betreft heb ik nog altijd veel profijt van de tijd dat ik in de plateelbakkerij werkte. Penseelbehendigheid was daar immers een vereiste. Blijven oefenen is trouwens van groot belang. Vergelijk het maar met een musicus, die ook voortdurend toonladders en etudes blijft spelen. Jezelf steeds voor nieuwe problemen stellen scherpt je op en houdt je fris.

Sardijnse herder
Sinds 1998 verruilt Neven met enige regelmaat het grijzige Holland voor het zonnige Toscane. Vanuit Siena trekt hij er in zijn eentje op uit om het landschap Le Crete (de leemgronden) te schilderen. „Het is een wonderbaarlijk gebied waarin zich prachtige vloeiende lijnen aftekenen. Het is kaal, maar puur. En er hangt een ongelooflijke stilte die alleen af en toe wordt verbroken door een Sardijnse herder met zijn kudde schapen. De dieren dragen belletjes en het is een geritsel en gerinkel als ze voorbij komen. En heel af en toe scheurt er een Italiaan in een Unootje langs, waarna de stilte dieper is dan ooit.
Een gelukkig huwelijk, noemt Neven de combinatie van zijn vertrouwde geboortegrond met het exotische Italiaanse landschap als inspiratiebron. „Toscane is totaal anders dan Zuid-Holland. Dat levert een plezierig spanningsveld op. In Nederland is het licht zilver, zijn de rivieren van zilver. Toscane nodigt uit tot meer kleurgebruik: geel en oranje. De namiddagzon kan de middeleeuwse stadjes na een hete dag in een warme, mandarijnachtige gloed zetten en de schaduwen verdiepen. Zon schouwspel is een openbaring en motiveert om door te gaan met schilderen.
Neven trekt er het liefst alleen op uit. „Bij de jacht op onderwerpen kan ik niemand gebruiken, zelfs mijn vrouw niet. Soms ga ik drie of vier keer naar dezelfde plek om te zien hoe het veranderende licht het landschap steeds een ander karakter geeft. Het ene moment worden de daken aangelicht door een hoge zon, een paar uur later zie je de zwarte silhouetten van de huizen in tegenlicht. Het komt voor dat ik verschillende aquarellen van eenzelfde onderwerp maak. Neven zoekt tussen de tientallen ingelijste kunstwerken die op de grond tegen de muur staan. Dit is een afbeelding van de middeleeuwse woontorens in San Gimignano. En hier heb ik er nog één. Totaal anders. Een aquarellist werkt met licht. Ik vind het boeiend om te zien hoe het landschap onder allerlei weersomstandigheden en op wisselende momenten van de dag wordt aangelicht.
Behalve om het licht gaat het Neven vooral om de atmosfeer die het Italiaanse landschap kenmerkt. „Een beetje broeierig soms, vochtig, zinderend van de warmte. Waterverf leent zich er uitstekend voor om dat op papier weer te geven. Toscane heeft mijn stijl in zijn algemeenheid trouwens beïnvloed. Vroeger was mijn werk atmosferisch, mistig. Nu is de zon wat meer doorgebroken. Recente aquarellen van het Binnenhof en het Buitenhof -met het Mauritshuis en het torentje van de minister-president- onderstrepen deze ontwikkeling.

Containerschip
Neven werkt niet vaak in opdracht, maar nu heeft hij een aardig klus te doen voor een overslagbedrijf in Nijmegen. „De onderneming wil een aantal commissarissen die afscheid nemen een aquarel van de Waal meegeven. Voorwaarde was wel dat er een containerschip op te zien is. Vijf grote aquarellen moet ik leveren. Neven schuift een papier met een paar pentekeningen over tafel. „Ik probeer zon schip in de penseel te krijgen, maar het gaat mij om het landschap. De schepen krijgen subtiel een plekje op de achtergrond. Deze aanpak typeert Neven. „Ik probeer mezelf te blijven en daar ben ik trots op. Vaak zie je dat kunstenaars elkaar imiteren. Daar houd ik niet van, ik ben geen modieuze eendagsvlinder. Niet voor niets ben ik gevraagd als lid van de Vereniging van Nederlandse Aquarellisten, een besloten eliteclub. Hoe ik het medium aquarel hanteer, wijkt nogal af van het gangbare. Ik schilder niet expressionistisch met felle kleuren en abstracte vormen. Neven pakt een boek uit de kast: Aquarelleren in Nederland. Zoeken naar het licht van Laurent Félix-Faure. Al bladerend: „Tegenwoordig sta ik in dit soort boeken. Je ziet dat mijn werk veel grafischer en gedetailleerder is dan dat van anderen. Ik houd van strakke lijnen en vlakken. Peinzend: „Ja, ik ben een grafisch aquarellist.

Exposities
Gerrit Neven exposeert de komende tijd in Galerie Petit, Nieuwezijds Voorburgwal 270, Amsterdam (tot en met 20 oktober) en in Kunstzaal Van Heijningen, Noordeinde 152, Den Haag (30 oktober tot en met 23 november).

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 6 oktober 2004

Terdege | 108 Pagina's

Gerrit Neven laat zich inspireren door Hollandse rivieren en Toscaanse landschappen.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 6 oktober 2004

Terdege | 108 Pagina's