Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

OPGEMERKT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

OPGEMERKT

18 minuten leestijd Arcering uitzetten

HET VERKSEZINGSPROGRAM

"Aan afle kieskeurigen"

De zonden zijn aanrandingen van de heilige deugden Gods. In zijn zondeval viel de mens van God af in de handen van de satan. Wij waren in één ogenblik het ongelukkigste schepsel wat op aarde is. Het Goddelijke beeld verloren.

Aan alle kieskeurigen,

Zonde, zegt men. Zonde van kansen die verloren gaan Zonde van geld dat in het water terecht komt Zonde van stemmen die verknoeid worden Zonde van de tijd die heengaat als u dit leest? Zonde van het milieu dat bedorven wordt.

Wat is eigenlijk zonde ?

Zonde is wat zijn doel voorbijschiet Zonde is wat zijn bestemming mist Zonde is niet luisteren naar wat God zegt God, aan Wie wij alles te danken hebben Alles, ons leven, onze gezondheid, onze mogelijkheden.

Zonde is een schandaal Zonde is schande Nationale zonde is een schandvlek voor een land Zonde haalt een natie omlaag Geestelijk, cultureel, sociaal, economisch, materieel.

Hoe komen wij er weer bovenop ?

Hoe, wanneer zonde een land onderuit haalt ? Gerechtigheid verhoogt een volk Gerechtigheid zal dan het tegenovergestelde zijn van zonde.

Gerechtigheid wil zeggen luisteren naar God Naar Zijn Woorden en Wetten Gerechtigheid is God geven wat God toekomt, De Overheid waar de Overheid recht op heeft De medemens wat voor de medemens is en de zwakken in de samenleving wat bij hen hoort. Gerechtigheid daar snakt de wereld naar Gerechtigheid, die met een kus de vrede begroet Gerechtigheid, waarvan de welvaart afhangt^ en zelfs het gedijen van de bodem.

Zonde is een schandvlek der naties en gerechtigheid verhoogt een volk

Daarom wil de Staatkundig Gereformeerde Partij met haar politiek van de zonde af en naar de gerechtigheid toe. Wat het ene en het andere concreet meebrengt leest u in ons verkiezingsprogram dat wij u, op deze manier ingeleid, aanbieden en ter kennisneming aanbevelen.

Het hoofdbestuur van de Staatkundig Gereformeerde Partij

De zonde

En als wij dan lezen bij "aan alle kieskeurigen", wat de zonde is, dan slaat de schrik de mens om het hart, dat men er in de S.G.P. zo licht over denkt. Want wat staat er? Zonde schiet zijn doel voorbij, zonde mist zijn bestemming, zonde is niet luisteren, zonde is een schandaal. Zonde is een schande, zonde iseen schandvlek, zonde haalt de natie omlaag.

Nu dat is prachtig gezegd; met een hoop woorden aan de oppervlakte gebleven. Dan doen wij niemand pijn. Maar moet het niet gelden van land en volk, vorstenhuis en kerk, wat de Heere zegt tot Abraham, Genesis 18:20: "Voorts zeide de HEERE: Dewijl het geroep van Sódom en Gomórra groot is en dewijl haar zonde zeerzwaar is." En de Heere heeft die steden verdelgd. De zonde haalt de natie niet alleen naar beneden, maar maakt haar rijp voor de verdelging. Wat lezen wij een zeer scherp oordeel van Christus over de zonde, Johannes 8:21: "Jezus dan zeide wederom tot hen: Ik ga heen, en gij zult Mij zoeken, en in uw zonde zult gij sterven; waar Ik heenqa, kunt gijlieden niet komen." En wij lezen in 1 Johannes 3:8 het eerste gedeelte: "Die de zonde doet, is uit den duivel; want de duivel zondigt van den beginne". Als wij daar iets van mochten inleven, dan hadden wij nietzo'n dwaas opschrift gebruikt: "Hoe komen wij er weer bovenop? "

Gerechtigheid

Dan lezen wij dat de S.G.P. met haar politiek van de zonde af wil, naar de gerechtigheid. Een mens die zonde is (en zonde is duivels), die wil van de

zonde af. De S.G.P. heeft zo'n politiek. De tranen zouden de mens in de ogen springen, maar dan van ontzetting. Want dit is nu de vrucht van de leer der algemene verzoening. Want wij moeten er niet meteen bovenop willen komen. Maar wij moeten éérst in het stof. Wij moeten bekeerd worden, dan gaan wij walgen van de zonde en ongerechtigheid. Dan gaan wij onszelf mishagen vanwege de zonde.

Want als de gerechtigheid met een kus van de vrede begroet is, dan is daar wat aan voorafgegaan. Dan lezen wij in Psalm 116:3: "De banden des doods hadden mij omvangen, en de angsten der hel hadden mij getroffen; ik vond benauwdheid en droefenis." Dan gaan wij tot de Heere roepen of onze ziel nog gered zou kunnen worden. Dan wordt het een dodelijkst tijdsgewricht, dan worden wij uitgeteerd. Want dan krijgen wij te doen met een rechtvaardig God. Dan gaan wij uitroepen, Psalm 38:2: "O HEERE, straf mij niet in Uw groten toorn, en kastijd mij niet in Uw grimmigheid." Dan krijgen wij de wet als een tuchtmeester tot Christus, inlevende Psalm 38:6 en 7: "Mijn etterbuilen stinken, zij zijn vervuild vanwege mijn dwaasheid. Ik ben krom geworden, ik ben uitermate zeer nedergebogen; ik ga den gansen dag in het zwart." En lees deze psalm maar eens verder. Dan komen wij met onze politiek er niet bovenop. Maar dan maken wij een hellevaart, voordat wij ooit een hemelvaart kunnen maken. Want wij kunnen nooit anders dan zonde met zonde vermenigvuldigen en schuld met schuld. Daar is maar één weg: erug naar de God van onze Vaderén.

Schuldig kennen

Want de Heere zegt dat zo Zijn volk zich schuldig zal kennen, Hij aan Zijn verbond zal gaan gedenken. Dat worden de ware kieskeurigen, die in de diepste zin in het schrijven van het hoofdbestuur, in het verkiezingsprogram voorbijgezien worden. Want wij willen het zo graag* aanvaardbaar maken, ook voor wat Gereformeerde Bonders. Maar het gaat om de gerechtigheid van Christus. En dat door toerekening aan de arme zondaren, die de Heere liefgehad heeft met een eeuwige liefde. Die worden in de tijd door genade kieskeurigen!

Die willen niet alleen van de zonde af, maar die zouden wel heilig en volmaakt voor de Heere willen leven. Maar die kunnen er nooit bovenop komen. Die liggen altijd onder, altijd in het stof. Altijd in het dal der verootmoediging. Die raken de zonden pas kwijt als zij de laatste adem uitblazen. Want die leven heel hun leven maar in, wat Zondag 33 in vraag 88 vraagt: In hoeveel stukken bestaat de waarachtige bekering des mensen? Antwoord. In twee stukken: in de afsterving des ouden, en in de opstanding des nieuwen mensen.

Wij zouden dit schrijven willen eindigen. Met de wens en bede dat ons hoofdbestuurdateens mag beleven. Dan zouden zij in een verkiezingsprogram niet zulke oppervlakkige taal neerschrijven. Want dat is niet tot de eer en de verheerlijking van de Drieënige God, waarbij wij er niet zomaar bovenop komen, maar dan zullen wij éérst moeten worden als die tollenaar: Wees mij arme zondaar genadig!

Werkendam - Ds. G.Overduin.

PUNT (3) ZETjes J PUNT (3) Zoals het Ref. Dagblad reeds wist te berichten heb ik vrijwillig afgezien van enige commentaar op een aktie zoals wij die nu voor de derde keer in ons midden hebben. Mijn opzet was - met de hand op het hart geschreven - enige olie op de golven om de beweging tot de ware verhoudingen terug te brengen. Zo gemakkelijk wordt een kwestie opgezweept. Bij mijn royale bewilliging had ik alle hoop dat deze terughoudendheid allerwegen zou worden betracht. Helaas is dit niet gebeurd. Ik heb af en toe de paraplu moeten opdoen om buien op te vangen. Vooral wanneer de voorstellingen niet kloppen en echt oneerlijk zijn, tintelt het in de vingers om de pen te grijpen. Ik heb echter mogeft denken aan wat staat in I Petrus 2: , J)ie als Hij gescholden werd niet weder schold, en als hij leed niet dreigde; maar gaf het over aan Dien, Die rechtvaardig oordeelt". S.G.P. kan rustig zijn.

Bovenstaand opmerkelijk stukje stond afgedrukt in De Banier van 22 mei j.l. (dus nog vóór de verkiezingen). Opmerkelijk omdat gewag wordt gemaakt van een poging om - temidden van de woelingen binnen onze partij - enige olie op de golven te gooien.

We meenden er goed aan te doen om met dit stukje als handvat te pogen de recente ontwikkelingen binnen onze partij een weinig te overzien.

Om zoveel mogelijk duidelijkheid te verkrijgen over de strekking van dit stukje, willen we de inhoud aan de hand van een viertal punten wat nader gaan bekijken:

1. De schrijver (ds. H.G.Abma) heeft vrijwillig afgezien van enig commentaar op een (voorkeurs)actie;

2. Hij streefde daarmee het doel na om "de beweging tot de ware verhoudingen terug te brengen";

3. Hij heeft "royaal bewilligd" (we nemen aan) in zijn herbenoeming;

4. Hij hoopte daarmee op "terughoudendheid allerwegen", welke hoop ijdel gebleken is.

ad. 1 VRIJWILLIG AFZIEN VAN COMMENTAAR

Vaststaat, dat de schrijver van plan is geweest om toelichting te geven over de ontwikkelingen met betrekking tot de kandidaatstelling (vooral de derde verkiesbare plaats) voor de Tweede Kamer. Hij wilde dat zowel mondeling doen (zie de aan het slot van de partijdag afgelegde verklaring) als - later - schriftelijk (zie De Banier van 17 april, waarin "objectieve voorlichting" over de door de schrijver gesteunde voorkeursactie wordt aangekondigd). De mondelinge toelichting heeft inderdaad - tijdens spreekbeurten b.v. - plaatsgehad, de schriftelijke is uitgebleven. In het stukje is sprake van "vrijwillig afzien". Het gebruik van het woord "afzien" wekt geen bevreemding tegen de achtergrond van het genoemde Banierbericht; het wekt wél bevreemding tegen de achtergrond van een op 6 mei gedateerd rondschrijven van het Hoofdbestuur, waarin te lezen is, dat het nimmer de bedoeling is geweest om De Banier voor een voorkeursactie te gebruiken

Het gebruik van het woord "vrijwillig" roept eveneens vragen op. In het hiervoor genoemde rondschrijven wordt als besluit van het Hoofdbestuur meegedeeld, dat - we zagen het reeds - De Banier voor geen enkele voorkeursactie zal gebruikt worden; op geen enkele wijze wordt ook maar gezinspeeld op het feit, dat van een "vrijwillig afzien" van de zijde van ds. Abma sprake zou zijn geweest. Uit dit besluit als zodanig mag voorts geconcludeerd worden, dat in ieder geval een meerderheid van de Hoofdbestuursleden terzake een ander standpunt had als door ds. Abma - althans tijdens het schrijven van het Banier-bericht - werd ingenomen. Dit gegeven, alsmede het feit, dat op de j.l. op 2 mei gehouden Hoofdbestuursvergadering een aantal brieven ter tafel lagen (o.a. de in het vorige nummer van dit blad afgedrukte brief van de KV te Vriezenveen), die het optreden van ds. Abma gedurende de laatste maanden op een beheerste, maar duidelijke wijze onder (zware) kritiek stelden, doet op z'n minst ernstige twijfels rijzen over de juistheid van het woordje "vrijwillig" in het onderhavige stukje.

ad 2. DE WARE VERHOUDINGEN

Met zijn "vrijwillig afzien" van enig commentaar op de voorkeursactie wilde de schrijver van PUNT (3) "de beweging tot de ware verhoudingen terugbrengen". Als vanzelf rijst de vraag, wat die ware verhoudingen zijn en ook waardoor de "oorspronkelijke" situatie (kennelijk) buiten zijn ware proporties is geraakt. Wat volgens de schrijver de ware verhoudingen zijn, mag bekend worden verondersteld: de aan het slot van de partijdag afgelegde verklaring, waarin e.e.a. uit de doeken wordt gedaan, werd in extenso afgedrukt in De Banier. Zinvoller dan dat nog weer eens te herhalen, lijkt het ons thans om (in hoofdmomenten) dié feiten op een rijtje te zetten, die voor een eerlijke beoordeling van het gebeurde van belang zijn.

Om te beginnen moet dan met nadruk gesteld worden, dat "de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer in een gezamenlijke vergadering van Hoofdbestuur en Raad van Advies bij meerderheid van stemmen op legale wijze is vastgesteld" (zie pt. 2 van het HB-rondschrijven). Het feit, dat ir. B.J.Van der Vlies op de derde (verkiesbare) plaats terecht is gekomen, hoefde voor niemand een verrassing te zijn. Reeds 8 jaar lang stond dit Utrechtse statenlid op de vierde plaats van de kandidatenlijst en het laq dan ook volkomen in de lijn der verwachtingen, dat hij bij het vertrek van ds. H.G.Abma uit de Tweede Kamer, diens plaats zou gaan bezetten. Dat kon temeer verwacht worden, omdat de heer Van der Vlies zich in de loop derjaren heeftdoen kenneno.a. middels zijn talloze spreekbeurten - als een man die de hele partij heeft willen (en uiteraard nog wil) dienen. (Dat dit laatste binnen de partij gewaardeerd wordt, is overduidelijk gebleken uit zowel de door de kies- en provinciale verenigingen opgestelde kandidatenlijsten als ook uit het naar verhouding grote aantal op nr. 3 van de lijst uitgebrachte stemmen bij de recent qehouden verkiezingen). Wie desondanks onoverkomelijke bezwaren had tegen een kamerzetel voor ir. Van der Vlies, heeft ruimschoots gelegenheid gehad om langs een wettige weg en op een faire en eerlijke wijze (b.v.* door e.e.a. in de kiesverenigingen openlijk aan de orde te - laten - stellen) te proberen zulks te verhinderen. In plaats daarvan heeft men echter tot het laatste gewacht met deze (voorspelbaar gevoelige) kwestie ter sprake te brengen, kennelijk in de hoop om snel een (voor de efgen groep) gunstige beslissing te forceren. Noch ir. Van der Vlies zelf, noch een meerderheid van de gezamenlijke vergadering van Hoofdbestuur en Raad van Advies bleek echter bereid aan de geuite verlangens gehoor te geven; wel werd besloten om (ook) de vierde plaats van de lijst in te ruimen vooreen gereformeerde bondskandidaat, waarmee overigens de basis werd gelegd voor de (toen al) geplande voorkeursactie. Bij het

bemannen van die vierde plaats zijn rare bokkesprongen gemaakt, om het zo eens uit te drukken: mr. Holdijk maakte een wel zeer forse "duikeling", die bovendien buiten medeweten van diverse andere kerkgenoten geschiedde...

Wat het verdere verloop van de ontwikkelingen betreft willen we het volgende memoreren: de partijvoorzitter verklaarde op 28 februari zich niet met het op volkomen wettige wijze tot stand gekomen partijbesluit ten aanzien van de bezetting van de derde plaats op de kandidatenlijst te kunnen verenigen en deelde mee zijn herverkiezing als lid van het Hoofdbestuur (en nu zou men verwachten: met te kunnen aanvaarden. Het wordt echter: ) voorlopig in beraad te nemen. Een ongekende, om niet te zeggen ongehoorde situatie: een partijvoorzitter, die toch als geen ander boven de "partijen" dient te staan en die toch wel de eerste moet zijn om legale partijbesluiten te eerbiedigen, distantieert zich openlijk van het interne partijbeleid, zegt - , eveneens openlijk - zijn warme steun toe aan een actie die dat beleid wil ombuigen en laat en passant nog weten, overwogen te hebben om ! tijdelijk (nl. totdat de door hem gewenste beleidsombuiging tot stand is gebracht) politiek onderdak te zoeken (en te adviseren) bij het GPV of zelfs het CDA...

Na een periode van betrekkelijke stilte (voor de storm, zou blijken) werd - helaas - de ' voorkeursactie in gang gezet middels een schrijven aan alle predikanten van Hervormd- Gereformeerde richting. Over de informatie die van de zijde van de actievoerders werd verstrekt (o.a. middels advertenties, een folder en een artikel van ds. W.van Gorsel in Eilandennieuws) zou heel veel te zeggen zijn; we wijzen op twee zaken, die naar onze overtuiging niet van betekenis ontbloot zijn. In de eerste plaats werd het belang onderstreept van een alfa-man (naast ir. Van Rossum als beta-man). Wij gaan voorbij aan het wat wonderlijke gebruik van het woord "alfa" in dit verband, maar noemen het bepaald minder fraai, dat hier gesuggereerd werd, dat ir. Van der Vlies toch eigenlijk niet de aangewezen man was om ds. Abma (die - om de terminologie van de actievoerders te volgen - tot 26 mei j.l. de alfa-man in de fractie was) op te volgen. We roeren dit punt aan, omdat het niet op zichzelf staat: genoemde informatie wemelde van de onwaarheden, halve waarheden, suggestieve zinswendingen e.d., zoals overigens ? het kan bekend zijn - een en andermaal in met name het R.D. en Eilandennieuws op onweersprekelijke wijze is aangetoond.

Een volgend punt, waar we op willen wijzen, is dat diezelfde informatie gespeend was van iedere directe aanhankelijkheidsverklaring aan de beginselen van de SGP.'Zelfs onder het hoofd "Waar gaat het om? " fin de folder) blijven de SGPbeginselen nagenoeg onvermeld; wèl blijkt het te gaan om:

1. de persoon van de heer Holdijk; 2. wetenschappelijke kennis, en 3. een "geïntegreerde plaats van 'de hervormdgereformeerden".

Erg duidelijk (na alles wat inmiddels had plaatsgevonden niet meer onthullend) was ook de zin: "We willen voortgaan uit solidariteit met hen die zich een reeks van jaren hebben ingezet voor de beginselen van de SGP...." Alsof dat bij de hervormd-gereformeerde ir. Van der Vlies niet het. geval zou zijn!

ad 3. ROYALE BEWILLIGING

Ds. Abma heeft, zo lezen we royaal bewilligd... Dat het hier gaat over zijn herverkiezing als HBlid, menen we met zekerheid te mogen vaststellen om een tweetal redenen: ..

a) Waar zou het anders over moeten gaan 9 en b) Hetzelfde (werk)woord wordt gebruikt in mededeling 3 van het HB-rondschrijven: "Ds. Abma heeft besloten voorlopig te bewilligen in zijn herbenoeming als lid van het Hoofdbestuur."

Blijft het woordje "royaal". We kunnen er kort over zijn: de zojuist aangehaalde HB-mededeling spreekt van een voorlopige bewilliging en bevat(te) derhalve ten opzichte van de bestaande situatie geen enkel nieuw element. Heette het eerst, dat de herbenoeming in beraad gehouden werd, nu heet(te) het dat er voorlopig in bewilligd werd. Taalkundig een niet onaardige vondst, maar in werkelijkheid een continuering van de eerder geschetste onmogelijke, ja bijna onwezenlijke situatie Onmogelijk, omdat wanneer zoiets kan (blijven) bestaan in een partij, de reele viaaq ri|st wat er dan in de toekomst niet kan? ! In stellende zin (en metenige overdrijving) gezegd: Als dit Kan (zonder gevolgen blijft), dan kan voortaan alles

ad 4. TERUGHOUDENDHEID ALLERWEGEN

De scribent hoopte, dat zijn "royale bewilliging" niet onbeantwoord zou blijven. Nog sterker: hij had alle hoop, dat zijn terughoudendheid allerwegen betracht zou worden.

Uit het bij 3. gestelde moge het duidelijk zijn, d voor de hoop als zojuist weergegeven, g^en enkele grond was. Wanneer er geen sprake is van een "prestatie" kan moeilijk een "tegenprestatie" verwacht worden. Verder is het - in het lich* van de nuchtere feiten- geen vreemde zaak, dat er (naar we aannemen vooral tijdens spreekbeurten) kritische vragen zijn gesteld en (zee: ) kritische opmerkingen zijn gemaakt; het bejioeft zelfs geen bevreemding te wekken dat h > dergelijke gelegenheden de handelwijze van de voorlopige voorzitter" onomwonden werd veroordeeld.

Het woordje "allerwegen ' kan overigens duiden op een ruimer gebied dan met de spreekbeurten bestreken werd. We schrijven kan. zoals er in PUNT (3) meer zaken "verstopt" kunnen zitten.

Een algemene opmerking in dit verband is, dat gegeven het feit, dat een dergelijk 'sterk persoonlijk stukje in ons partijorgaan geplaatst wordt- de lezers recht hebben op duidelijkheid. Dat bij de gehoopte terughoudendheid ook gedoeld werd op de actie ten gunste van ir. B.J.Van der Vlies, kunnen wij niet bewijzen, We stellen wél vast, dat als zulks inderdaad het geval zou zijn, de zaken wél worden omgedraaid. Immers de actie pro Van der Vlies had van meetaf aan het karakter van een tegenactie; zij ging vergezeld van de hoop, dat zij - door terughoudendheid van de andere zijde! - overbodig zou., worden. Was de actie-Holdijk niet van start gegaan, de actie-Van der Viies zou achterwege gebleven zijn.

TOT SLOT

Hebben we in het voorgaande geprobeerd enkele zaken zo zakelijk mogelijk aan de orde te stellen, we willen dat niet tot heteindetoe volhouden. Het gaat immers niet om louter "technische" aangelegenheden; er is - zoals in de publiciteit rond de acties genoegzaam gebleken is - méér in het geding. We gaan dat hier niet uitspitten. Wél moge hier nog eens benadrukt worden de ernst en ook het bedroevende van wat zich in de afgelopen periode in onze partij heeft afgespeeld, tegenover de buitenwereld is de partij en daarmee ook haar bijbelse grondslag, ja God Zelf tot een belaching geworden. Tegenover God is een torenhoge schuld opgerezen, waarbij het wel zaak is te onderscheiden: voor een ieder van ons geldt, dat wij ons niet genoeg vernederd hebben, dat wij niet genoeg gebeden hebben (als we dat al' in waarheid gedaan hebben...), dat onze handel en wandel beter had gekund, ook jegens onze "wederpartijders". De schuld mocht ppns mppr beweend worden! De (pers.oons)gerechtigheid mocht eens meer gezocht en gevonden worden. Het zou ook de houding tegenover onze naaste ten goede komen.

Er is echter ook een zaaksgerechtigheid; met alle persoonlijke schuld (als hiervoor omschreven) kunnen wij nochtans vrij zijn van schuld en blaam ten aanzien van feiten en ontwikkelingen, waarbij wij weliswaar betrokken zijn (geraakt), maar waarbij we ook - door genade - voor overtreding van Gods geboden bewaard zijn gebleven. Er is - om af te ronden - naar onze overtuiging voor de SGP geen enkele reden om rustig te zijn ook niet nu de derde zetel behouden is gebleven.' Nog afgezien van het stemmenverlies van ± 6000 (ondanks de toch bepaald niet "zuinige" verkiezingscampagne), iaer na alles wat er in de afgelopen periode gebeurd is, veeleer reden om onrustig en ongerust te zijn, over alle zonden en afmakingen. De grote Rustaanbrenger zij ons persoonlijk en als Staatkundig Gereformeerde Partij nog genadig.

Hij geve nog een wederkeer naar de God van onze vaderen. Hij schenke het - kon het zijn aan velen -nog te beoefenen, wat Augustinus (en al Gods Volk) geleerd heeft: "Onrustig is het hart totdat het rust vindt in Uo God."

-oOo-- Het Bestuur

Dit artikel werd u aangeboden door: In het spoor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 juni 1981

In het spoor | 20 Pagina's

OPGEMERKT

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 juni 1981

In het spoor | 20 Pagina's