Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Globaal bekeken

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de naoorlogse jaren was een van degenen van wie het eerst de koninklijke onderscheiding werd afgenomen jhr. mr. D. J. de Geer, die minister-president was toen op 10 mei 1940 de Duitsers ons land binnenvielen. Menno de Bruyne in de Gezinsgids:

Eenmaal in Londen viel hij al snel in ongenade bij Wilhelmina. Te defaitistisch, vond ze, waarna ze de christelijk-historische politicus zonder pardon afzette. Toen De Geer daarna óók nog eens naar Nederland terugkeerde, had hij ’t bij Hare Majesteit verbruid.

Voor deze “schanddaden” (aldus Wilhelmina) werd De Geer in 1947 door het Bijzonder Gerechtshof veroordeeld tot één jaar cel (gezien zijn leeftijd voorwaardelijk) en een boete van twintigduizend gulden. Bovendien kreeg hij huisarrest in zijn woonplaats Soest. Tot overmaat van ramp werden hem in 1950 al zijn Koninklijke onderscheidingen afgenomen. Met name dat laatste griefde De Geer diep. Hij beklaagde zich zeer: ‘Waarom ook dit nog? Is er voldoende reden om tot het nu weer openryten van de geslagen wond en het toebrengen van een extra leed, waartoe de mogelykheid slechts openstaat ter gelegenheid van onderscheidingen die ik nooit gezocht heb en die nu nog tot vloek zouden worden? Is het niet bitter, wanneer nu de niet-gezochte onderscheidingen werden verkeerd in extra-pynigingsmiddelen en ik op die wys het slachtoffer zou worden van myn eigen onderstelde verdiensten uit betere tyden?’

En op 11 mei 1950, tien jaar en één dag na 10 mei 1940, beklaagde hij zich nog eens in het dagblad Het Parool: ‘De thans beoogde dolkstoot is niet verdiend. Er is ook vandaag niets in mijn gedachten veranderd. Onverdiende onderscheidingen vielen onverdiend weg. Waarschijnlijk opdat ik met Paulus zou leren: ‘In alles ben ik onderwezen, beide overvloed te hebben en gebrek te leiden’.’

In Rondom de Bron (scholengemeenschap het Cheider) geeft rabbijn ing. I. Vorst lucht aan zijn gevoelens over een (eventueel) verbod op ritueel slachten. Na bevrijding door Russische soldaten na twee jaar Westerbork/Bergen Belsen kwam hij terug in Nederland.

In de trein hebben de Amerikanen voor voedsel gezorgd. Brood met marmelade. Kleverig. Geef mij dan maar die andere boterhammen, denk ik. Heerlijk met worst belegd. Nee, zegt mijn vader. Tot nog toe mochten/móésten wij alles eten. Zo is de Joodse wet bij levensgevaar. Nu mag het niet meer. Want de worst is afkomstig van runderen die niet ritueel zijn geslacht.

Kosjer – rituele slacht. ‘Ge zult slachten zoals ik jullie uit naam van G.d heb geboden.’ Ritueel slachten is een voorschrift aan het Joodse volk door G.d. gegeven. Ga liefdevol om met dieren, gebiedt het Jodendom. Al 3300 jaar is het Joodse volk een Partij voor de Dieren. En als G.d ons opdracht geeft dat wanneer wij vlees willen eten, wij de dieren eerst op ritueel voorgeschreven wijze moeten slachten, dan houdt dat in dat deze wijze van slachten de meest diervriendelijke wijze van slachten is. Toen én nu! Ja, ook nu, 3300 jaar later. Want de G.dsvoorstelling van het Jodendom is dat G.d boven de begrenzingen van Tijd en Ruimte is verheven. G.d wist ‘toen’, menselijker wijze uitgedrukt, wat wij ‘nu’ weten en kunnen. Mag ik u vragen: hebt u zich wel eens in de vinger gesneden, letterlijk? Ik wel. Soms voelde ik het direct: als het met een bót mes was gebeurd. Soms merkte ik pas later dat ik mij gesneden had: als ik bloed uit de snee zag komen. Dan had ik mij met een scherp met gesneden. Wanneer het mes vlijmscherp is, voel je geen pijn: of pas later. Evenzo: met een vlijmscherp mes kosjer geslacht, voelt het dier geen pijn op het moment van het snijden. Pas later, maar dan is het dier al dood (…). Nederland bevrijd. Ik hoop met hart en ziel dat het zo zal blijven.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 juli 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 juli 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's