Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Schuld en vergeving (4)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Schuld en vergeving (4)

Vergeving en de minste zijn

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als we altijd bereid moeten zijn om te vergeven, komt ook de vraag aan de orde of ik altijd de minste moet zijn ten opzichte van mijn naaste. De vraag is hoe ver ik moet gaan om de minste te zijn bij aangedaan onrecht of bij schade die mij berokkend is.

Genade maakt nederige mensen. De ware nederigheid gaat ook gepaard met zelfkennis. Zo iemand heeft in de spiegel van Gods wet gekeken, in ware zelfverfoeiing. Zo iemand kent zijn eigen arglistige hart dat toch altijd weer een weg zoekt om niet de minste, maar de meeste te willen zijn.
Daarvoor waarschuwt de Heere Jezus in Matthéüs 18 als hij een kind in het midden stelt en oproept om te worden als zo’n kind.
Vervolgens legt de Heere Jezus uit dat de minste zijn betekent dat we geen ergernis willen geven door mensen te kleineren of weg te zetten. Dit brengt Hem in Matthéüs 18:10a tot de oproep: ‘Ziet toe dat gij niet één van deze kleinen veracht’.
Nederig zijn betekent ootmoedig wandelen. In Filippenzen 2:3 staat: ‘Doet geen ding door twisting of ijdele eer, maar door ootmoedigheid achte de een de ander uitnemender dan zichzelven’. Paulus stelt vervolgens in de verzen 5 tot en met 8 Christus in Zijn vernedering ten voorbeeld. In dit verband kunnen we ook denken aan de voetwassing in Johannes 13.

Nederig, ootmoedig wandelen, betekent: niet strijden voor jezelf. Het gaat om een levenshouding waarin we niets te verliezen hebben omdat we mogen leven van de vergevende genade in Christus en verlost zijn van onszelf en strijden voor eigen naam en eer.

Alles over je kant laten gaan?
Betekent de minste zijn dat je nooit wat zeggen mag, alles maar over je kant moet laten gaan? Dat je nooit een ander corrigeert en alles maar slikt? Opnieuw wijst Matthéüs 18 ons de weg. In vers 15 stelt de Heere het volgende aan de orde: ‘Maar indien uw broeder tegen u gezondigd heeft’.
Hij bedoelt dat iemand mij iets aangedaan heeft waardoor hij mij beschadigd heeft. Ik ben onheus bejegend, ten onrechte ergens van beschuldigd door de ander. Hoe moet ik daarmee omgaan?
Dan behoeven we niet te zwijgen, maar moeten we proberen het bespreekbaar te maken.
Niet door er met anderen over te praten en ons te beklagen over die ander, maar door in gesprek te gaan met die ander, onder vier ogen. Dit vraagt moed en zelfverloochening.
En wat is het doel van zo’n gesprek?
Niet mijn eigen gelijk willen halen, maar de ander willen behouden en hem tot inzicht brengen dat hij verkeerd heeft gehandeld.
In de praktijk van alle dag, ook in de christelijke gemeente, wordt helaas vaak tegen deze weg gezondigd. Men praat wel óver, maar niet mét de ander. Het gevolg is dat er niets wordt uitgesproken en opgelost. De satan stookt meestal het vuur nog op, met als gevolg dat er verwijdering en verbittering komt in plaats van schuldbelijdenis en vergeving.

De bekende regel van Matthéüs 18
De hierboven geschreven weg noemen we in het kerkelijke leven ‘de regel van Matthéüs 18’.
Wat is het gelukkig als we voelen dat we deze weg moeten gaan, en als de uitkomst is zoals er staat in vers 15b: ‘...indien hij u hoort, zo hebt gij uw broeder gewonnen’.
Maar als het nu niet lukt om de ander te benaderen en te overtuigen? Dan wijst de Heere Jezus in Matthéüs 18 de weg om het opnieuw te proberen met een derde erbij. En als dat ook geen oplossing geeft, mag men een beroep doen op de kerkenraad.
Waar gaat het bij deze regel in de kern om? Niet om het halen van je gelijk, maar om het zoeken van het heil van je naaste. En als de ander niet wil erkennen, dan mag je het loslaten en behoef je in je geweten je niet meer veroordeeld te voelen omdat je alles gedaan hebt om het goed te maken.

Bespreekbaar maken
Het bespreekbaar maken van een foute handelwijze is beter dan het te verdringen. Bespreekbaar maken is wat anders dan wraak willen nemen of iets openbaar maken. Het gaat erom dat de waarheid eerlijk gezegd kan worden. En waar dat gebeurt, komt er ook plaats om te vergeven.
Het bestraffen van de ander moet altijd gebeuren in zachtmoedigheid. Dit is een Bijbels woord waarin twee begrippen zo mooi samengaan: ‘zacht’ in de betekenis van liefdevol, en ‘moedig’ in de betekenis van jezelf overwinnen.
Als de uitwerking is dat de ander leed heeft (dat is: berouw heeft), zijn er twee blij. En dan is er ruimte voor vergeving.

(wordt vervolgd)

Rijssen, ds. A. Schreuder

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 februari 2015

De Saambinder | 16 Pagina's

Schuld en vergeving (4)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 februari 2015

De Saambinder | 16 Pagina's