Een taal voor PrO en tto

Daar zitten ze dan. Vijfenveertig leerlingen van onze afdeling Praktijkonderwijs. Nou ja, zitten … Een groot aantal is volop in beweging. Nog net op tijd stuift er een knul binnen. ‘Mogge meneer, ’k heb dit weekend gelogeerd.’ De energie spat van hem af. Hoe gaat dat rustig worden onder de weekopening die ik straks met hen ga houden? Het is elke keer een mooie opgave om met deze groep de week te openen. Vaak ga ik daarna beschaamd weer naar mijn werkkamer. Wat kunnen deze leerlingen inbreng hebben die ertoe doet! Het thema is deze keer ‘de zondvloed’. Een plaat met de nagebouwde ark van Noach in Dordrecht lokt al heel veel reacties uit. ‘Waar doet deze plaat jullie aan denken?’ ‘Oh, die gaat binnenkort naar het buitenland.’ ‘En waar denk je nog meer aan?’ ‘Aan het verbond’, roept er een. ‘De zonde’, zegt een ander. ‘Ik denk aan de regenboog’, zegt de derde. Zo liggen de belangrijke ingrediënten voor een weekopening al direct op tafel.

We gaan nog wat verder terug in de vroegste kerkgeschiedenis: Adam zal tijdens zijn leven van 950 jaar vast verteld hebben over hoe het in het paradijs was, hoe de zonde in de wereld gekomen is en hoe God Zelf sprak van het Vrouwenzaad dat komen zou. Wat erg dat de meeste mensen zich in de tijd van Noach niets van deze boodschap aantrokken. Wat een wonder dat Noach en zijn gezin wel gered werden.
De voorhoofden fronsen zich opnieuw bij de volgende vraag: Waarom hebben de mensen dan niet gehoorzaamd aan prediking van Noach? Ze zagen hem toch bovendien dag in dag uit bouwen aan de ark? En: Hoe stellen wij ons op tegenover Gods spreken in deze weekopening? Welke plaats heeft de Heere in ons leven?
Er gebeurt blijkbaar van alles in de hoofden van deze leerlingen. Een enkeling boort nog flink door. Hoe hebben Noach en zijn zoons dit voor elkaar gekregen? Hij moest een ark bouwen van bijna 140 meter lang, 23 meter breed en 14 meter hoog. Wat voor zagen heeft hij dan gebruikt? Weer een ander vraagt zich af of de Heilige Geest er al was in het Oude Testament. Hij is toch pas uitgestort na de hemelvaart van de Heere Jezus? Na het gebed gaat de laatste vragensteller nog even door, het Bijbeltje nog open op zijn knieen. ‘Ik lees nog even door, dan begrijp ik beter hoe het zit’, zegt hij.
Eenvoudig Bijbellezen en luisteren naar de taal van de Schrift blijken een uitstekende aanleiding te kunnen geven voor een gesprek dat allerlei aspecten van het leerlingenleven raakt. Of leerlingen nu PrO of tto volgen, het is bijzonder om deze taal te mogen doorgeven.

Noach moest een ark bouwen van bijna 140 meter lang. Wat voor zagen heeft hij dan gebruikt?

DRS. FRANS VAN HARTINGSVELDT is voorzitter van het College van Bestuur van de Jacobus Fruytier Scholengemeenschap te Apeldoorn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen