Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verachteren in de genade

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verachteren in de genade

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

'Toeziende dat niet iemand verachtere van de genade Gods...' Hebreeën 12 : 15a"

Een gevaar dat altijd aanwezig is, is dat we verslappen, de moed opgeven. Je bent met iets begonnen, je hebt iets aangepakt, maar na verloop van tijd begint de aandacht minder te worden. Je bent er niet meer zo met hart en ziel bij betrokken.

Dat kan op elk gebied zich voordoen. Iemand kan zich werpen op een studie, al z'n avonden er voor geven, zich er helemaal voor inzetten-, maar na verloop van tijd doen zich bepaalde moeilijkheden voor. Er zijn tegenslagen. En wat gebeurt er? De persoon in kwestie zegt: ik stop ermee. Hij laat de moed zakken. Daar zijn voorbeelden van te over. Hoe vaak gaat het zo niet in het leven.

Zo kan het ook gaan in het leven van het geloof. In de omgang met Christus. In de wandel met God. Daar is het gevaar ook levensgroot dat ee verslappen, inzinken, terugvallen, de moed opgeven. Die mogelijkheid is bepaald niet denkbeeldig. Je ziet het soms om je heen. Je bespeurt het ook wel in je eigen leven. Dat gevaar bedreigde ook de christenen aan wie deze brief is gericht. Deze mensen leefden onder grote druk. Ze werden in hun geloof benadeeld. Ze ondergingen beproevingen. En wat was het gevolg? Dat ze daardoor dreigden te verslappen. De moed gingen opgeven. Kortom, wat niet denkbeeldig was, wat ook hier en daar zich voordeed, dat was inzinking, dreigende afval.

En nu herinnert de schrijver van deze brief hen aan de dagen van weleer. Toen ze ondanks alle mogelijke zwarigheden, blijmoedig en standvastig waren. 'Gedenkt de vorige dagen, in welke, nadat gij verHcht zijt geweest, gij veel strijd en lijden hebt verdragen' (10 : 32). Ze boden toen weerstand omdat ze weet hadden van een beter en blijvend goed in de hemelen (10 : 34). En nu die weerstand dreigt weg te vallen, worden ze opgeroepen hun vrijmoedigheid niet weg te werpen, die een grote vergelding des loons heeft (10 : 35). En als voorbeeld wordt dan in hoofdstuk 11 de hele rij van geloofshelden genoemd. Al deze mannen en vrouwen worden ten voorbeeld gesteld als mensen die onder de meest onmogelijke omstandigheden vasthielden aan God 'als ziende de Onzienlijke'. De hele wolk van getuigen heeft het eindpunt bereikt. En zij zullen dat eindpunt ook bereiken. Maar dan zullen ze wel met volharding moeten blijven strijden. Niet vertragen, niet verslappen! De Enige van wie ze dat kunnen leren is Jezus, de overste Leidsman en Voleinder van het geloof. Hij heeft het kruis verdragen, en de schande veracht. Hij heeft het tegenspreken van de zondaren verdragen, opdat zij niet zouden verflauwen en bezwijken. En dan volgt de oproep van onze tekst: oeziende dat niet iemand verachtere van de genade Gods... Dit woord staat in het kader van de oproep tot volharding. In het kader van de aansporing tot heiliging van het leven. Let maar op wat er even voor staat: jaagt de vrede na met allen, en de heiligmaking, zonder welke niemand de Heere zien zal' (vs. 14).

Verachteren... wat is dat? Het is: achterblijven, achterop raken, terugvallen. Laat ik het u duidelijk maken met een beeld. Iemand gaat met een roeiboot de rivier op. Hij moet tegen de stroom op. Een bipel eind. Dat valt niet mee. Maar hij spant zich in. Hij roeit rustig door. Hij vordert. Maar na een tijdje wordt hij moe. Hij ziet in de verte de plaats waar hij moet zijn. En nu denkt hij: ik ben er wel zo ongeveer. Hij laat de riemen wat hangen. Hij beweegt ze nauwelijks meer. Wat gebeurt er? Precies, hij zakt terug. Hij wordt onopgemerkt door de stroom meegenomen. Hij raakt achterop. Dat is het: verachteren van de genade Gods... Dan raken we Gods werk in Christus uit het oog. We zakken terug tot een leven uit de wet. We vallen terug in eigen doen. En de liefde tot de Heere Jezus Christus, de blijdschap in Hem, de wandel met Hem gaat verdwijnen. We worden door de stroom van deze wereld en van de tijd meegenomen. We raken achterop. Door traagheid en laksheid gaat het leven uit Gods genade kwijnen. Dat is het grote gevaar waar de Heilige Geest ons hierop wijst. Verachteren, achterblijven, achterop raken. Is dat gevaar er ook vandaag? Wat dacht

u? Dat we de Heere Jezus en zijn toekomst uit het oog raken? Dat de liefde kwijnt, en de hoop verflauwt? Kan dat? Ja zeker.

Je werd getroffen door het Woord van God in je leven. Getrokken uit deze tegenwoordige boze wereld, en gezet binnen het licht van Gods Koninkrijk. Overwonnen en ingewonnen door het spreken van Christus. Het Woord van Hem werd eten en drinken. Zijn dag was een feestdag. Er was geea schaamte. Een hartelijke overgave. Heere, bij U wil ik zijn...

Maar het is anders geworden na verloop van tijd. Er is verflauwing gekomen, in het gebedsleven, in het bijbellezen. Het is allemaal wat ingezonken. De liefde tot de Heere en Zijn dienst, de liefde tot Zijn Woord, de klad is erin gekomen. Zoals de hef de in het huwelijk op een laag pitje kan komen staan. Er is slordigheid, onbeshstheid en gemakzucht in het leven van elke dag gekomen. Dat kan een zeer persoonlijke aangelegenheid zijn. Dat kan ook een gemeente als geheel gelden. Een achteruitgaan in de genade. Raak ik u? Is het in uw leven wat vervaagd? Hebt u andere tijden gekend? Betere tijden? Is er niet meer die betrokkenheid op het Woord die er eerder was? Is er matheid gekomen in het gebedsleven? Kunt u niet meer zo van harte zingen? Met de gemeente, en persoonlijk? Geen vreugde meer als de tafel staat aangericht, als brood en beker rondgaan? Is het gesprek minder geworden met anderen? Is er schaamte, zodat u zich meer op de vlakte houdt? Is alles wat vaag en ver voor uw gevoel? Dat kan.

Misschien is het goed voor u zelf de oorzaken te zoeken? Zou het zijn gebrek aan voeding, eenzijdige voeding? Onder welke prediking zitten we, en vooral, hoe zitten er onder? Wat is de prediking van het Evangelie van groot belang! Onze belijdenis zegt: 'Gelijk het God nu beliefd heeft dit zijn werk der genade door de prediking van het Evangelie in ons te beginnen, zo bewaart, achtervolgt, en volbrengt Hij het door het horen, lezen en overleggen daarvan, en ook

door vermaningen, bedreigingen en beloften, en het gebruik van de heilige sacramenten (D. Leerr. hoofdst. 5). Merkt u wel: nze belijdenis wijst er op dat God door Woord en sacrament zijn werk der genade onderhoudt! Daarom is het de grote vraag: oe horen we? We kunnen traag zijn in het horen (5 : 11). We kunnen kritisch naar de dienaar kijken. Of de man verheerlijken. Zie dan toe hoe gij hoort! Hoe gaan we om met de sacramenten? Lichtvaardig of klakkeloos? Geeft dat geen leegte? Een achteruit gaan? Zou daar de oorzaak niet liggen? Hoe is onze levensstijl, de omgang met anderen binnen de gemeente Gods, of daarbuiten? De apostel schrijft vlak voor onze tekst: aagt de vrede na met allen, en de heiligmaking zonder welke niemand de Heer zien zal (vs. 14). Dat is de noodzaak van heihging van ons leven. Schort het daar soms aan? Wat is er veel geruzie, veel onvruchtbaar kleinmenselijk getwist, waar het om ons eigen ik gaat. De ander niet willen zien. Onverzoenlijk blijven jaar in jaar uit. En het gevolg? Wel, waar gekrakeel en onheilige strijd is, daar spruit een giftige plant op uit de wortel der bitterheid. En uit die wortel der bitterheid komt verwarring en beroerte, waardoor velen besmet, (zeg maar) ziek worden (vs. 15). Daarom de oproep de heihgmaking na te jagen!

Het einddoel ligt voor ons. Maar we kunnen achterop raken. Door een losse levensstijl. Duistere praktijken. Verkeerde gewoonten die we aan de hand houden. Bepaalde zonden waar we niet mee willen breken. U moet het zelf maar eerlijk onder ogen zien. Het kan de groei in de genade zo tegenstaan. Dat niemand God zal zien zonder heihgmaking, dat is omdat wij God met geen andere ogen zullen zien dan met die vernieuwd zijn naar Zijn beeld (Calvijn). We kunnen anders de bruiloftszaal niet ingaan. We raken achterop.

Weet u wat nodig is? Weet u wat een eerste vereiste is? Dat u de kwaal onder ogen ziet. Dat u de ziekte onderkent. Dat u naar de dokter gaat. Dat u alles op tafel legt, 't uitspreekt. Om zo een recept te ontvangen. Dat u medicijnen krijgt. Medicijnen uit de hemelse apotheek. Wat is het eerste medicijn?

Dat u gelovig gebruik maakt van het Woord. Let er op: een gelovig gebruik. Niet achteloos, zonder er bij na te denken. Gebruik de middelen. Doe het biddend. Heb er hoge verwachting van! Een slordige kerkgang en een slordige levenswandel hangen meestal met elkaar samen. Laat uw bijbel uw levensgids zijn. Zoeter dan honing, kostelijker dan goud is het Woord van de levende God. Daar moet zelfs de hele hel het tegen afleggen!

Wie gezond wil zijn, moet regelmatig aan tafel zitten. Dat zeggen we tegen onze kinderen. Dat zegt de Heere ook tegen Zijn kinderen. Wie regelmatig bij de Heere om tafel zit, die mag ook groeien in de genade en in de kennis van onze Heere en Zaligmaker Jezus Christus.

De kerkgang, de sacramenten, het bijbellezen, het gebed, het persoonlijk gebed. Met een vaste regelmaat. Namen we er de tijd voor? Leg de telefoon er maar eens af. Opdat de verbinding naar Boven zal blijven. Breken met de zonde. Ook met die éne zonde die u zo in z'n macht heeft en die u zo ligt. Anderen begrijpen u misschien niet. Je bent zo anders geworden dan een tijd geleden. Wat is er gebeurd? Wat er gebeurd is? Ik zoek het elke dag bij de Heer Jezus. Ik leef naar Zijn bevelen en beloften. De Heilige Geest heeft het over mij voor het zeggen.

Toeziende; .. We hebben op elkaar te letten. We zijn voor elkaar verantwoordelijk. Kaïn zei: ben ik mijns broeders hoeder? Zo spreekt u toch niet? We hebben op elkaar toe te zien, opdat niemand achterop raakt. Wegraakt. Waken wij over elkaar? Wij hebben God Zelf nodig. We hebben de Heilige Geest nodig. Anders zakken we zomaar weg. Net als die roeier. We hebben elkaar op te roepen dichtbij Christus te leven. Dichtbij Zijn Woord. Elke dag. Niet slordig, maar in Zijn spoor. Dan is er niet een verachteren in de genade, maar groei...

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 november 1986

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Verachteren in de genade

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 november 1986

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's