Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Geest van Pinksteren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Geest van Pinksteren

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De vreze des Heeren is een heerlijke vrucht van de genade. Dat lezen wij in Psalm 130. Wie in Christus genade mag vinden, ontvangt een nieuwe gehoorzaamheid.

De wet, die ons eerst veroordeelde en doodde, wordt onze lust en ons leven! Nadrukkelijk noemt Psalm 130 dat een kinderlijke vreze, duidelijk te onderscheiden van een slaafse vrees.
Bij het naderen van de Pinksterdagen is het vertroostend om in Romeinen 8 te lezen welk werk de Heilige Geest hierin doet. Romeinen 8 staat in verband met de voorgaande hoofdstukken 6 en 7. In Romeinen 6 heeft Paulus vanuit de doop aangedrongen op een absoluut sterven aan de zonde en op een nieuw, Gode gewijd leven. In hoofdstuk 7 laat hij echter vanuit zijn eigen hart zien hoeveel strijd wij met die hoge roeping hebben. Wij blijven, ook na ontvangen genade, worstelen met vlees dat zich verzet tegen de Geest. Je zou er de moed bij laten zakken! Liggen hier niet de grote bestrijdingen in ons hart? Als wij niet aan de hoge roeping des Heeren kunnen voldoen (en het soms amper willen), dan betwijfelen wij of wij wel in de genade zijn.
Romeinen 8 is tegen die achtergrond één groot en machtig troosthoofdstuk. Een oud rijmpje leert ons: Romeinen 6, dat is de les; Romeinen 7, dat is het leven; Romeinen 8, dat is de kracht. Paulus wijst ons hier op het vertroostende werk van de Heilige Geest. Hij is geen Geest van dienstbaarheid, wederom tot vreze. De Heilige Geest is niet als een slavendrijver, die ons bij elke misstap ongenadig met de wet op de vingers slaat en ons keer op keer onder de grootste dreigementen opjaagt om het beter te gaan doen.
Natuurlijk, de Heilige Geest maakt ons onze zonden voortdurend bekend. Maar Hij is daarmee geen Leermeester van wettische en slaafse vrees, Die ons doet geloven dat wij alleen een kind van God kunnen zijn als wij aan een bepaalde maat van heiligheid en vroomheid kunnen voldoen. Zou het voor u dan kunnen? Of is uw dienen van de Heere wél een slavendienst? Gevangen in de ijzeren wet dat u eerst uw plichten aan de Heere moet vervullen en pas dan rust zou kunnen vinden aan Zijn hart? Is het dáárom misschien, dat de overgave aan Christus en de zekerheid van Zijn heil in uw leven uitbleef?

Nee, juist wanneer de wet ons op de hielen zit en de duivel ons al onze zonden voor ogen houdt, zodat we er moedeloos van zouden worden, spreekt de Heilige Geest andere taal. En léért Hij Zijn kinderen andere taal: Abba, Vader! De vreze des Heeren is geen slaafse vrees, maar een kinderlijke vrees. Een werkgever kan van zijn slaaf af – een vader niet van zijn kind. De Heilige Geest wijst daarom op Christus, in Wie de Heere zondaren aanneemt: niet tot dienstknechten en slaven, maar tot zonen en dochters! En zou de Heere ooit af willen van een kind dat Hij met zon hoge prijs gekocht heeft? Ligt het dan niet vast? Daarom bidt David in Psalm 6 dat de Heere hem met medelijden slaat, gelijk een vader doet.
Daarmee praat de Heilige Geest de zonde niet goed. En dat mogen u en ik ook niet doen. Wie door de Heilige Geest geleid wordt, staat niet boven of buiten de wet. Niet voor niets keert de wet in het stuk der dankbaarheid van de catechismus terug. Maar dan wel om die te doen uit dankbaarheid! Dat wil zeggen: vanuit de levende verbondenheid aan Christus. In een hartelijk geloof dat Hij voor mij volbracht wat ik niet kon en kan volbrengen. In een eerlijke belijdenis dat onze weg niet meer is dan wankelende gangen. In afhankelijkheid van Hem Die ons, door Zijn Geest, troost en leidt.

Stel u toch voor dat het nooit Pinksteren was geworden. Dan was ook Romeinen 8 niet geschreven. Dan hadden wij alles zelf moeten doen. Gegarandeerd: het zou op één grote mislukking uitlopen. We zouden de Heere alleen maar in vreze kunnen dienen, en niet in de liefde. We zouden in dezelfde krampachtigheid leven als de heidenen met hun afgoden, die nooit zekerheid kennen of zij wel genoeg gedaan hebben om zalig te kunnen worden.
Bid u om de Heilige Geest? De Vader beloofde Hem te schenken aan een ieder die Hem daarom bidt! En laat u zich dan ook door deze Heilige Geest leiden? Hij spoort aan tot een leven van nieuwe gehoorzaamheid - maar Hij richt daarbij uw oog en hart altijd op Christus en Zijn Vader. O Geest, zend die troost ons neer!

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 mei 2009

Terdege | 108 Pagina's

De Geest van Pinksteren

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 mei 2009

Terdege | 108 Pagina's