Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Met de oudvaders op cursus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Met de oudvaders op cursus

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De boeken van oude schrijvers zijn soms stugge stof. Lezen vraagt tijd, inzet en doorzettingsvermogen. De online of schriftelijke Cursussen Oudvaders willen de drempel ertussenuit halen. Jan van de Velde: „Vader Brakel was mijn gids.

Van van de Velde (68) uit Boskoop voelde zich jaren geleden in zijn geestelijke speurtocht naar geloofszekerheid gesteund door de schriftelijke à Brakelcursus van uitgeverij De Banier. „Brakel kan helpen en raadgeven in je persoonlijke strijd tegen twijfel en ongeloof. Brakel is heel pastoraal. Hij raakte mij. In die tijd heeft God mij omgezet en vader Brakel was daarbij mijn gids.”

Van de Velde komt van oorsprong uit Terneuzen, waar het ouderlijk gezin kerkte bij de oud gereformeerde gemeente. Na een verhuizing naar Stolwijk sloot hij zich aan bij de plaatselijke hervormde gemeente. Korte tijd na de totstandkoming van de Protestantse Kerk in Nederland werd Van de Velde hersteld hervormd. „Het was een hele zwerftocht, maar daardoor ben ik wel breed in de kerk komen te staan. Niet om het geloof breder te maken, want dat is natuurlijk niet de bedoeling.”
Inmiddels nam Van de Velde (gepensioneerd slager) de online of schriftelijke cursussen van standaardwerken van oudvaders over van uitgeverij De Banier. Samen met onder anderen P.S. Maljaars (Goes), Marian Corbijn (Aagtekerke) en predikantsvrouw E.E.M. van Tilburg-van Beek (Waddinxveen) houdt hij als coördinator/uitgever de cursussen gaande.

Van kaft tot kaft In zijn selectie kijkt Van de Velde breed om zich heen. Hij biedt cursussen aan van Nederlandse oudvaders, van Duitse, Engelse en Schotse schrijvers en ook van enkele Amerikanen. „Het moet wel gaan om standaardwerken, om werken die ertoe doen. Dan kunnen we denken aan ‘Het zien op Jezus’ van Isaäc Ambrosius, aan de ‘Belijdenissen’ van Augustinus, aan ‘De viervoudige staat’ van Boston of ‘De redelijke godsdienst” van Brakel.
Daarnaast zijn er ook cursussen over de ‘Institutie’ van Calvijn, de ‘Eigenschappen van het zaligmakend geloof’ van Comrie en verder werken van Jonathan Edwards, Van der Groe, William Guthrie, Henry, Immens, Owen, Ryle, Shepard, Teellinck en Ursinus. In al die gevallen gaat het over werken die een bepaald thema uitwerken, zoals het Heilig Avondmaal, de heiligmaking, de eigenschappen van het ware geloof of de Heilige Doop.
Aan de hand van vragen leest de cursist het boek door, van kaft tot kaft, van A tot Z. „Zo’n cursus is te beschouwen als een leeshulp. We nemen de cursisten als het ware aan de hand, en zo gaan we samen het hele boek door. Cursisten zeggen vaak: ‘Ik ben wel eens eerder aan Calvijn of Brakel begonnen, maar er toen weer mee gestopt. Nu lees ik eindelijk het hele boek. Ik blijf lezen en herlezen, net zolang totdat ik het begrijp’.”

Zoekend
Het is echt oud goud wat je in handen hebt, zegt Van de Velde. „Het kost wat moeite en inspanning, maar er valt nog zoveel te leren. We leren elkaar de samenhang van een boek op te sporen, om door te dringen tot de kern. Je kunt zo’n cursus zien als een vrijwillig-gedwongen methode om een bepaald boek echt grondig te lezen en te bestuderen. Ik vind het echt wel mooi als mensen veel meditaties lezen, maar laat het niet alleen iets zijn van ‘even een stukje hier lezen, even een stukje daar lezen, een stukje zus en een stukje zo’. Op die manier blijft het maar bij een hap en een snap en komt het nooit tot het echt bestuderen van de waarheden van de leer die zalig maakt.”
Veel cursisten zijn zoekend, veronderstelt Van de Velde. „De één wil meer kennis, voor een ander is het een vorm van gestructureerde meditatie. Sommigen zijn over de zekerheid van het geloof in verwarring geraakt en vragen zich af: ‘Wat is nu waar en wat is niet waar? Wat is van God en wat van mezelf?’ We hebben een cursist gehad die aan het boek ‘Het zien op Jezus’ begon, nadat hij had vastgesteld dat het met zijn leven niet in de haak was. Weer een ander zei: ‘Ik ben zo bang om verloren te gaan.’ Soms bloeit er ingezonken leven op, soms kan er nieuw leven ontstaan.” Met sommige cursisten krijg je een geestelijke band, zegt Van de Velde. „Ik schrijf na een nagekeken les altijd een persoonlijk briefje naar de cursist. Dat levert fijne contacten op.”

Bezig zijn met oudvaders verraadt soms iemands persoonlijke voorkeuren. Hoe voorkomt u dat? „In onze vraagstelling blijven wij zo dicht mogelijk bij wat de oudvaders zelf zeggen. Wat er staat, dat staat er. Daarop moet de cursist bevraagd worden. Het doet er dus niet toe of de cursusmaker of de cursusbegeleider er zo zijn eigen gedachten bij heeft. We volgen geen eigen voorkeuren. Hooguit kan een vraag wel eens wat subjectief worden. Bij voorbeeld: ‘Hoe is uw eigen mening bij wat de schrijver hier zegt?’ Zo’n vraag kan dan aanleiding worden tot een gesprek erover per mail. Maar de cursusmaker mag geen zijpaden betreden en geen vragen stellen waar het boek geen aanleiding voor geeft.
De cursusvragen mogen niet voortkomen uit een persoonlijke theologische inkleuring van sommige geloofszaken. We zullen dus niet alleen maar spreken over ‘Gods volk’, waardoor de uitverkiezing een sterk accent krijgt. We wisselen dat graag af, door ook te spreken over ‘de christen’, ‘de gelovige’, ‘Gods kind” of, als de schrijver dat zelf aangeeft, gewoon ‘u’.”

Zijn oudvaders uit Nederland, Duitsland, Engeland, Schotland en Amerika het altijd eens over de weg die God met de zondaar gaat?
„Er zijn accentverschillen, nuanceverschillen. Maar ze zeggen allemaal dat God het moet doen, dat Hij in je leven wil komen, dat het geloof van Hem moet worden verwacht. Als je deze werken leest, kom je erachter dat een mens zichzelf de zaligheid niet kan geven. Dat moet nood worden. ‘Ik vond benauwdheid en droefenis’, schrijft een dichter. Maar hij riep de Heere aan en toen was de redding ook nabij: ‘Toen hoorde God, Hij is al mijn liefde waardig.’
Een van de cursisten wees eens op een passage van Calvijn: ‘Een onrustige ziel krijgt dan pas vrede, als God Zelf die rust en vrede geeft doordat Hij Zijn genadige belofte schenkt en die metterdaad toepast aan de ziel.’ Als God spreekt, dan spreekt Hij ook met kracht.
Ik zoek naar een gemeenschappelijke boodschap van alle oudvaders. Dat is het nochtans van het geloof. Een mens kan er vaak niet alles van begrijpen, zit wel eens in het donker, maar dan is er altijd weer het ‘nochtans van het geloof’. Zo iemand zegt: ‘Toen en toen heb ik die belofte voor mij persoonlijk gekregen. Als ik het eens niet weet, God weet het wel en het komt altijd van Zijn kant.’
Het gaat erom dat we weten dat God een mens bekeert en hoe Hij dat doet. Hoe krijg ik Hem als mijn Zaligmaker, mijn Borg, mijn Middelaar. Dat is toch het hoogste goed. Is God voor mij een toornig God of is Hij een verzoend God? Hij is toch mijn God.

Oudvaders waren mensen, en waar mensen iets maken, is er niets volmaakt. De Heere is er vrij in hoe hij een mens bekeert. Kijk naar de bladeren van de bomen. Geen enkel blad is gelijk. Zo is het ook met oude schrijvers, er is verschil en verscheidenheid. Maar ze bedoelen allemaal hetzelfde: Bekeert u, bekeert u, want waarom zou u sterven?”

www.cursussenoudvaders.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 19 november 2014

Terdege | 92 Pagina's

Met de oudvaders op cursus

Bekijk de hele uitgave van woensdag 19 november 2014

Terdege | 92 Pagina's