JEUGD

VOOR DE

OOM KOOS

Beste neven en nichten! Hier volgen de namen van de neven en nichten, die met het oplossen van de raadsels der opgaven 653 tot en met 656 een prijs verkrijgen:

1. Alie v. d. Berg te Echteld. 2. Reyer de Bruyn te Haastrecht. 3. Piet Jacobse te Zoutelande. 4. Kees de Jong te Nieuwkoop. 5. Cor Karels te Rotterdam. 6. Ineke Knook te Gorinchem. 7. Leendert Krijgsman te Gorinchem. 8. Herman van Santen te Culemborg.

Ieder van jullie mag een boek kiezen uit het hieronder voorkomende lijstje. Als de keuze gedaan is, neem dan een briefkaart met een postzegel van 8 cent er op en schrijf aan OOM KOOS, POSTBUS 2019 te UTRECHT, welk boek men gaarne wil hebben. Indien jullie de boeken van het lijstje al in bezit mocht hebben, vraag dan een ander lijstje.

Hier volgt het lijstje: Voor grote jongens en meisjes: I. Walvoorts zanger. 2. De geheime kamer. 3. Willem Farel I. 4. Willem Parel II. 5. De trouwe Zwaab. 6. De grote verbittering.

Voor jongens en meisjes: 1. Vogels in de natuur. 2. Gerrit van het Heidedorp. 3. Die Poolse jongen. 4. Tessa en Fonia. 5. Driemaal Kerstfeest in één week.

Voor jongens: 1. De vrijwilliger van 1830. 2. Eén dorp en toch twee. 3. Vijf jongens op een vlot.

Voor kleine jongens: Rondom Scheldehof.

Voor kleine meisjes: I. Lieske. 2. Anneke met vakantie. Thans volgen de nieuwe raadsels van

OPGAVE 661

Jongeren: 1. Een tekstgedeelte uit het boek Jesaja bestaat uit 71 letters. Zoek dit tekstgedeelte met behulp van de volgende gegevens: De Heere heeft van alle mensen de bepalingen van hun 6 35 71 45 11 47 gemaakt (Hand. 17). 38 16 2 52 43 54 1 klom in een boom om de Heere Jezus te zien. Zij hadden niet gelet op het 15 53 46 62 67 27 der broden (Markus 5 t/m 7). Salomo was alom bekend om zijn 55 69 24 21 13 64 44. Want Hij verandert de tijden en 37 7 33 58 44 19 9 (Daniël). Een 66 70 48 10 34 heeft geen vlees en benen. Ik moet heden in uw 3 5 12 59 zijn. Salomo kreeg bezoek van de koningin van 50 20 41 29 60 39. 68 28 25 14 betekent: wat overblijft. 36 57 4 23 32 betekent: nooit. 40 61 49 22 is een nederlands muntstuk. 30 18 8 56 is een vrijwel onbewoonbaar huisje. De Heere is goed en 63 65 51 3 31 (Ps. 20—26). Zij zullen in een 26 54 9 17 des tijds veranderd worden (1 Kor. 15). 42 moet geraden worden.

2. Zoek uit elk der volgende zinnen een woord, zo, dat de woorden tezamen een gedeelte vormen uit Spreuken 10. a. Petrus hiew een oor van de dienstknecht af. b. Zij werden vervuld met grote vreze. c. Door het Woord des Heeren zijn de hemelen gemaakt. d. Des Heeren goedheid kent geen palen. e. Wie is de man, die op 't nauwkeurigst kan? . f. De soldaten gingen ten strijde. g. Zij hebben hun leven niet liefgehad.

Vul in: a. De eerste hogepriester heette.. . , b kreeg de wereld lief en veriic; ' Paulus. c. Job woonde in het land d. Mefibóseth woonde In ; , e. Juda's moeder heette 't f. De eerste persoon, die uit jaloezi; gedood werd, was g werd opgevoed aan het hof var Farao Welke naam vormen de eerste letters der ingevulde namen?

Ouderen: 1. Maak uit 2. lo ra SNIRKOSGEWENDUCHASKINKEN, S M een tekstgedeelte, voorkomend in he: eerste hoofdstuk van het boek Nehemial na het zevende vers. „ Ë Zoek uit elk der volgende zinnen eei!B woord, zo, dat de woorden tezame een tektsgedeelte vormen uit Markus! 13 tot en met 15. g a. Ik, de Heere, worde niet veiandaiisier b. Wie zal beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods? c. Ik heb de goede strijd gestreden. d. Gelijk een herder zijn kudde opzoek' 1 e. Zij hielden op Paulus te slaan. 3. Een tekst uit het boek Jeremia bestaa; ! uit 108 letters. Zoek deze tekst met behulp van de volgende gegevens: Er waren vele 47 9 30 46 88 13 6 ij Israël (Lukas). Rachels vader heette 48 2 50 89 108. 29 51 1 99 97 76 26 was de broer van Martha en Maria. Zie, uw huis wordt u 103 53 25 42 17 gelaten (Lukas 12—15). Is er een handvol 9 104 68 70 23 in het land? - De 56 7 4 21 34 is ten einde (Jeremia 7—10). Een 71 10 16 105 11 36 54 kan zijn huic niet veranderen. Mijn 43 49 33 15 66 61 verlangen zeer in mijn schoot. Het 19 100 12 92 67 87 102 is mij gewin. De 95 63 31 18 28 52 hebben holen. 74 62 58 44 39 vuurs op iemands hoofd hopen. En de engelen 72 81 84 14 65 45 85 Hem (Markus). Ik heb de sleutel der hel en des 77 8 75 24 55. De 40 57 81 27 38 3 gaat om als een briesende leeuw. Hun 64 69 22 59 is een geopend graf. Hoe lang draagt gij 80 73 96 86 om Saul (1 Sam.). Maria heeft het goede 106 93 60 98 uitgekozen. Wanneer dan nog de weg voor u 831 101 32 107 78 35 zou zijn (Deut. 12—15). 37 5 is gelijk 20 41 is gelijk 83 101. Hun hart is 79 82 90 als smeer. ! 94 moet geraden worden. , De oplossingen dezer raadsels mogen nog NIET worden ingezonden. | Thans volgt nog een gedeelte van het verhaal over

DE LOLLARDEN 22.

Nadat Thorpe voor de tafel had plaats genomen, werd hij door de aartsbisschop Arundel toegesproken, doch in allesbehalve vriendelijke bewoordingen. Hij noemde hem een gevaarlijke ketter, die de zielen van de heilige moederkerk afvallig trachtte te maken, en zei voorts, dat zijn vonnis daardoor geveld was. Thorpe toonde zich door deze woorden allerminst verschrikt. Óp rustige, kalme toon zei hij: Ik behoor tot dat versmade volk, dat door u met de naam van LoUarden wordt bestempeld. Hoewel ik onschuldig ben aan de misdaad, waarvan gij mij beticht, wist ik wel dat ik niet losgelaten zou worden, daar ik door Gods genade een belijder ben van de zuivere leer des Evangelies. De Heere zal mij echter niet verlaten, want Hij heeft beloofd, dat Hij de Zijnen kracht wil geven om standvastig Zijn Naam te belijden. De Heere heeft mi] de genade verleend, dat ik met vrijmoedigheid mocht getuigen van de enige Naam, Die onder de hemel de mensen gegeven is, door Welke wij alleen zalig kunnen weiden. Wilt gij mij veroordelen om mijn belijdenis der waarheid, ontdaan van alle menselijke leerstellingen en fabelen, zo herinner ik u, dat de Heere het onrecht, dat gij Zijn kinderen aandoet, eenmaal schrikkelijk zal wreken. De aartsbisschop vroeg hem daarop naar zijn levensloop. Thorpe antwoordde, dat hij zich op aandringen en ook door bedreiging van de zijde zijner ouders had laten overhalen tot priester te worden opgeleid, doch onder voorwaarde dat hij de vrijheid zou hebben zich door geleerde en vrome mannen te laten onderwijzen. Zij hadden daarin bewilligd en gaven hem een behoorlijke reissom mede. Thorpe zocht nu de mannen op, die door een vrome wandel en geleerdheid uitmuntten en genoot gedurende geruime tijd hun onderwijs, waarbij vooral veel studie werd gemaakt van de Heilige Schrift. De aartsbisschop vroeg daarop wie die leraars waren. Over het antwoord, dat Thorpe hierop gaf, D.V. de volgende keer.

OOM KOOS

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen