Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE BAKENS VERZETTEN?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE BAKENS VERZETTEN?

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kan er bij ons steeds meer mee door? Verzetten we de bakens? Die vragen klinken nog wel eens in verwijtende zin. De dominees waarschuwen minder tegen zonden. Vooral die zonden waarmee ze op gevoelige tenen treden. En die laatste zijn er tegenwoordig in overvloed.

Geit en kool worden gespaard. En kerkenraden laten het allemaal maar gebeuren…

Dat wij al enkele decennia grote verschuivingen meemaken op diverse terreinen, en niet het minst op ethisch gebied, valt niet te ontkennen. Orthodoxe christenen zouden zich vooral tegen dat laatste verzetten, om uiteindelijk alsnog te capituleren. We zouden eveneens trendvolgers zijn, zij het met enige vertraging.

Om wat te noemen: het is nog niet zo lang geleden dat ‘wij’ een spaarzamenlijk gebruik maakte van een vervoermiddel op zondag. Vandaag leggen hele volksstammen vele kilometers af, alleen al om de dominee van hun smaak te horen, maar vermoedelijk nog meer om de gemeente aan te doen waar men zich prettig voelt. Daarnaast is het niet meer vanzelfsprekend om twee maal ’s zondags ter kerk te gaan.

SLIJTAGEPROCES

Over mediagebruik en film gingen velen ook anders denken. Eveneens over samenwonen, dat wij eerder afdeden met het veelzeggende ‘hokken’. Inmiddels wint ook dat in ‘onze’ kringen gaandeweg terrein. En geslachtsgemeenschap voor het huwelijk…? Laat het maar rusten en begin er liever niet meer over. In korte tijd werden veel taboes geslecht en vond er een snel slijtageproces plaats van de christelijke zede, of van wat we daarvoor hielden.

We werden ook steeds onzekerder over de inhoud van het begrip ‘wereldgelijkvormigheid’. De ‘lijstjes’ van vroeger werden korter of losten op in het niets. Is dat een teken van bevrijding of eerder van verval? Ik voer geen pleidooi voor farizese pietluttigheden, waarbij we God denken te eren met menselijke inzettingen en regeltjes en waarbij we doorgaans drukker zijn met de zonden van anderen dan met die van onszelf. Ik verdedig evenmin liefdeloze debatten waarbij we elkaar met ‘de waarheid’ om de oren slaan en eerder oren dan voeten wassen. Wanneer in de Bijbel de waarschuwing klinkt om niet wereldgelijkvormig te zijn in denken en doen, dan gaat het erom dat we niet in ‘het schema’, ‘het patroon’ gaan van een cultuur die haaks staat op de wil van God (Rom.12:2; Ef.5:10).

NIEUW SCHRIFTVERSTAAN

Er is fundamenteel verschil tussen diepere inzichten en een nieuw verstaan van de Bijbel. Dat laatste betekent meestal een breuk met een eeuwenlange traditie van schriftuitleg en -toepassing. Het is er in dat laatste geval ook niet om te doen dezelfde dingen anders te zeggen, in eigentijdse bewoordingen, maar om inhoudelijk iets nieuws naar voren te brengen. We laten menselijk licht op Gods wegen vallen in plaats van Goddelijk licht op menselijke wegen. Wie het Evangelie nooit geestelijk verteerd heeft, zal vatbaar zijn voor elke nieuwe modegril, schreef de gereformeerde Veenendaalse ds J. Overduin een halve eeuw geleden. Hij waarschuwde voor een gevaarlijke ‘mode op geestelijk gebied’, de verleiding om bij de vooruitstrevenden te behoren. Maar ‘streeft u wel in de goede richting vooruit?’

Geen enkele theoloog is geroepen om het Evangelie acceptabel te maken voor de mens, hoe ‘ongemakkelijk’ en zelfs aanstootgevend en ergerniswekkend delen daarvan ook zijn. Het Evangelie is nu eenmaal niet naar, maar wel voor de mens. Dus is het onze taak en roeping het Woord zuiver te bewaren, zonder in een verstikkend en onvruchtbaar conservatisme terecht te komen. En laten wij elkaar vooral ook niet vermoeien ‘met leringen die geboden van mensen zijn’ (Matth.15:9). Veeg die zo snel mogelijk van de wettische tafel af. Waar het op aan komt, is dat de Schrift ons denken vormt. Dan moeten we ons echter wel bewegen in het krachtenveld van Woord en Geest.

Een andere schriftvisie heeft niet alleen voor de dogmatiek gevolgen, maar ook voor de ethiek. Herziening van bepaalde leerstukken staat nooit op zichzelf.

NETELIGE KWESTIES

Steeds vaker worden kerkenraden geconfronteerd met netelige kwesties op ethisch terrein. Samenwonen voor en zonder het huwelijk wint terrein in orthodox kerkelijke kring. Niet alleen onder jongeren. Ook bij weduwen en weduwnaren. En wat te denken van de explosie aan echtscheidingen de laatste jaren, hoe pijnlijk elke echtbreuk voor de betrokkenen zal zijn? In het kielzog daarvan komt ook de vraag op naar een nieuw huwelijk en kerkelijke acceptatie en participatie. Kan dat? Mag dat? Een afwijzend antwoord valt nogal eens in het vlees en leidt tot een verontwaardigd afscheid. Ik ga ervan uit dat een kerkenraad op zorgvuldige, inlevende en pastorale wijze zijn beslissing kenbaar heeft gemaakt. Maar waarom dan toch dat onbegrip? Heeft dat te maken met een niet goed onderbouwd theologisch standpunt? Vermoedelijk speelt het gevoel een veel grotere rol in de reactie van het teleurgestelde gemeentelid. Wat goed voelt, is goed en dat goede gevoel wordt al snel geïdentificeerd met God.


Wat goed voelt, is goed en dat goede gevoel wordt al snel geïdentificeerd met God


En dan zijn we ook nog eens opgevoed tot mondigheid. We moeten opkomen voor onszelf en voor onze rechten. Assertiviteit kan zomaar overvloeien in agressiviteit. Raken we hier ook niet aan de heersende gezagscrisis? Aan doorgeschoten autonomie? Mag een kerkenraad ook nog een keer uit overtuiging en op goede gronden ‘nee’ zeggen? Dat zal hij doen met pijn in het hart en weloverwogen. Omdat hij wil vasthouden aan het Woord en aan hen voor wie hij zich ambtelijk verantwoordelijk weet. En dat gaat over meer dan het bovengenoemde. We hebben het dan nog niet eens over de eer van God en hoe zwaar die weegt en wegen moet voor alle partijen.

FIJNZINNIGHEID

Nu is het niet altijd eenvoudig te weten wat de wil van God is. In het verleden is vaak te snel en te gemakkelijk ‘de wil van God’ in stelling gebracht om anderen tot zwijgen te brengen. We hebben de geboden, de Bergrede, en hoe praktisch en actueel zijn niet de zogenaamde vermanende gedeelten in de apostolische brieven? Maar de Bijbel is geen spoorboekje. Ook geen handboek ethiek met een index die verwijst naar het antwoord op iedere probleemstelling en vraag. Niet altijd liggen de antwoorden voor het oprapen. In dat geval moeten we de wil van God onderzoeken (Ef.5:10; Rom.12:2), ofwel ontdekken. Daar is geestelijke geoefendheid en fijnzinnigheid voor nodig. Niet het licht van de rede, maar dat van de Heilige Geest. Daarbij wordt ons verstand niet uitgeschakeld, maar wel verlicht. Biddend ontdekken we wat de wil van God is. Soms doen we dat in samenspraak met anderen, die eveneens wensen te buigen voor het gezag van Gods Woord. Hoe leerzaam is in deze Psalm 119.

Onze bedoelingen kunnen goed zijn, maar niet sporen met de wil van God. Mozes bedoelde het goed toen hij op de steenrots sloeg. Ook Uzza bedoelde het goed toen hij de ark wilde tegenhouden op het moment dat die dreigde te vallen. Petrus bedoelde het goed toen hij naar het zwaard greep. Wij bedoelen het eveneens goed als we over de grenzen van het Woord en misschien zelfs over die van ons eigen geweten gaan omdat we denken daar het Koninkrijk van God en de naaste een dienst mee te bewijzen. Maar verzet de bakens van het Woord niet. Sjoemel niet met heilige piketpaaltjes.

INGEWIKKELD

Het is ingewikkeld geworden en het zal nog ingewikkelder worden. We hoeven slechts te denken aan medische doorbraken, aan genetische technieken, aan vragen rondom ‘voltooid leven’. Is alles wat technisch kan ook ethisch verantwoord? Dat we denken vanuit een ethiek waarin het kruis van Christus geplant is, mag duidelijk zijn. Biddend worstelen we om licht en helderheid om vooral geen grenzen over te gaan. Of ontstaan er toch steeds meer grijze gebieden? Om nog maar iets te noemen: het geregistreerd partnerschap – ingevoerd in 1998 – is juridisch gezien vrijwel gelijk aan het huwelijk. Moeten we dat dan niet ‘gewoon’ accepteren als kerk? Criticasters beweren dat het slechts een kwestie van tijd en geduld is en hen die men voor ‘achterlijk’ houdt, komen alsnog over de brug. Of het nu gaat over het openstellen van de ambten voor vrouwen, de acceptatie van Darwins evolutietheorie of een nieuwe, frisse kijk op relaties. Het is een kwestie van pappen en nathouden, van geduld hebben, van wennen en laten wennen.

De Leidse oud-lector dr. E.P. Meijering waarschuwt met een verwijzing naar het CDA voor een aangepast christendom dat eindeloos water bij de zuivere wijn van het Woord doet. Hij schreef in 2012: ‘De kerken kunnen uit de neergang van het CDA voor zichzelf de conclusie trekken dat een aangepast christendom niet wervend is. Christelijke kerken moeten het Evangelie van Gods openbaring in Jezus Christus willen verkondigen of zichzelf opheffen.’

OFFERS

Wij zullen in toenemende mate voor dilemma’s geplaatst worden. Voor kruispunten, waarbij de vraag is welke kant we op moeten. De koers die wij maken en de wijze waarop we ons leven vullen, is afhankelijk van de vraag of de liefde van God in Christus ons hart bereikt heeft. Staat het eigen ‘ik’ nog in het midden of de gekruisigde en opgestane Heere? Is dat niet de christelijke vrijheid waarvan Luther zo hoog opgaf, alleen nog te willen wat Hij wil? Als we werkelijk alles aan Hem te danken hebben, zal de keus niet moeilijk vallen. Dan zullen we vanuit Hem denken, doen en laten. ‘Niet mijn wil, maar die van U geschiede,’ ook als mij dat offers kost.

Ds. J. Belder uit Harskamp is emeritus predikant.


HANDVATTEN VOOR GROEPSGESPREK OF PERSOONLIJKE OVERDENKING:

• Zijn we wereldgelijkvormig of Christusgelijkvormig?

• Leven wij (nog) uit Zondag 1 van de Heidelbergse Catechismus?

• Het is een zegen als we ons steeds meer gebonden weten aan Jezus Christus.

• Profetische moed kan weleens een profetische beroering (1 Kon.18) veroorzaken.

• Er is hemelsbreed verschil tussen mensenvrees en Godsvrees.

• Laat het Woord het eerste, het laatste en het hoogste woord hebben.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 januari 2018

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

DE BAKENS VERZETTEN?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 januari 2018

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's