Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dag in, dag uit ....

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dag in, dag uit ....

De beslommeringen van Jolanda, moeder van vier kinderen. Haar oudste dochter maakt de tekeningen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Nou zeg, Stefan krijgt écht wel een andere opvoeding dan wij vroeger." Nijdig zet Anne-Ruth haar fiets in de schuur en ploft dan naast Rebekka en mij op de tuinbank neer. We zaten net even te genieten van het herfstzonnetje, maar worden nu overschaduwd door deze onweerswolk. En zo te horen is ze nog lang niet uitgeprutteld.

„U moet er wat aan doen hoor", gaat ze verontwaardigd verder, „ze hielden me met z'n vieren tegen. En dat in mijn eigen tuin." "Ze" zijn Stefan en zijn vriendjes en ze spelen soldaatje, al wekenlang. „Weet u wel dat ze met geweren lopen en dat ze er allemaal irritante geluiden bij maken?" Anne-Ruth doet het geluid van een mitrailleur na, terwijl ze er rondmaaiende bewegingen bij maakt.

Ondanks de kritiek moet ik toch lachen om deze boze dochter. „Het zijn houten geweren", protesteer ik, „en ik heb al gezegd dat ze niet zo 'n herrie meer mogen maken." „Wij mochten vroeger nog niet eens met een waterpistooltje spelen", overdrijft Anne-Ruth, „en van Stefan vindt u alles maar goed."

Natuurlijk is dat laatste niet waar en dat weet Anne-Ruth ook wel, maar ze heeft wel gelijk als ze zegt dat we van Stefan dingen tolereren die we vroeger bij zijn zusjes afgekeurd zouden hebben. Maar hoe voed je na drie vredelievende dochters een zoon op? Waar ligt de grens tussen normaal jongensgedrag en overdreven stoerheid; of nog erger: baldadigheid?

Juist omdat Stefan drie zussen boven zich heeft, willen we voorkomen dat hij een moederskindje wordt. Blijkbaar zijn we daar tot nu toe zo goed in geslaagd dat Anne-Ruth meent zich nu te moeten beklagen over haar broertje. En eerlijk gezegd heb ik zelf ook een hekel aan dat geschreeuw.

Een tijdje geleden heb ik Stefan al eens gevraagd of hij niet een ander spelletje met zijn vriendjes kon bedenken. „Wat dan?", had hij welwillend gevraagd. „Nou uuh... indiaantje of cowboytje of zo."

Ik had het nog niet gezegd of ik hoorde zelf wat een belachelijk alternatief dit was. Alsof de indianen en cowboys zulke lieverdjes waren. Ik vertel dit voorval aan Anne-Ruth en vraag haar of zij een beter plan heeft. „Nee", haalt Anne- Ruth haar schouders op. Zo gauw zou zij ook niets weten.

En dan komt Rebekka met de droge opmerking: „ We kunnen natuurlijk niet van de jongens verwachten dat ze in de hut gaan zitten borduren."En daar moet zelfs Anne-Ruth om lachen.

                              ------------------------------

Frederique

Ze is 8 jaar, weegt nog geen 23 kg, meet 1 meter 26 en heeft energie voor drie.

Het schervengeluk is nog steeds niet aan diggelen. Aan het eind van de middag komt Frederique met dikke verhalen de kamer in; „O, we hebben zo gelachen en o mam! het was zo spannend... Ik heb de burgemeester opgebeld!"

„Wat?", vraag ik met een gezicht dat een en al vraagteken uitdrukt. Gretig blaast ze wat stoom af in een uitgebreide verklaring. Op hun speurtocht (scherven!) door het dorp viel hun oog ineens op een leegstaand vervallen pand dat rijp is voor de sloop. Jammer om dat zomaar leeg te laten staan!

Eensgezind -warempel!- vonden alle dames dat het schuurtje een fraai clubhuis zou zijn. De vraag was nu: Wie was de eigenaar? Vast van de burgemeester, was de meest gedachte conclusie. „Bij ons in de straat woont iemand die bij de gemeente werkt, zullen we het daar gaan vragen?", stelt een van de meisjes voor.

Giechelend begaf de club zich in optocht naar het adres. Frederique werd uitverkoren om het woord te doen. Serieus werd haar geadviseerd dat ze voor zoiets toch echt bij de burgemeester moesten zijn en dat ze het beste een brief aan hem konden schrijven met hun verzoek erin. Hierop moest de club zich even bezinnen.

Eenparig vonden ze een brief nogal lang duren. Aldus werd besloten de burgemeester maar even op te bellen. Frederique bleek goed te voldoen als woordvoerster, want ze werd alweer met die taak opgezadeld. „O, en mam ! ", zegt ze met ontzag in haar stem, „en toen had ik een Engelse aan de telefoon! Echt waar hoor, ik heb het wel tien keer geprobeerd. En de anderen hebben toen ook geluisterd en die zeggen het ook. Het ging van brabbeldebrabbel... Maar morgen proberen we het weer."

De andere dag werd opnieuw geprobeerd de burgemeester aan de lijn te krijgen. Nu werd er een extra cijfer voor het nummer gedraaid Het nummer is pas veranderd en daarom kregen ze het antwoordapparaat, dat hen dat juist in diverse talen probeerde uit te leggen.

Er werd opgenomen, maar helaas kregen ze te horen dat de burgemeester niet aan de telefoon kon komen. Hij was afwezig. Teleurgesteld, maar niet verslagen nam de Frutselknutselclub het besluit om dan toch maar een brief te schrijven. Een van de leden neemt die gewichtige taak op haar schouders en schrijft een zeer plechtige en professionele brief met hun dringende verzoek. En nu afwachten maar.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 19 oktober 1994

Terdege | 80 Pagina's

Dag in, dag uit ....

Bekijk de hele uitgave van woensdag 19 oktober 1994

Terdege | 80 Pagina's